<>
1914-08-28 (2 berichten)
> | Vrijdag 28 Augustus '14. 's morgens.
Bombardement van Mechelen.
Nieuwe treinladingen van dakloozen komen in Gent aan; ze zijn ten getalle van ongeveer tweeduizend: van Contich, Duffel, Lier en andere dorpen uit de provincie Antwerpen, er zijn er zelfs bij van Luik en Verviers. Allen worden in het Feestpaleis geherbergd: er was plaats: twaalf honderd Mechelaren hadden het heden verlaten, om naar Eecloo, zes honderd naar Adegem en twee honderd naar Maldegem gestuurd te worden.
Dat Feestpaleis is een hectare groot.
> | Kwart voor acht uur 's avonds.
Mijn weg voert over het stationsplein van Gent-St.-Pieters. Uit het gebouw is het een nieuwe uitbrokkeling van hulpzoekenden, die in lange reeksen de Albertlaan optrekken naar hun nachtverblijf. Dezelfde moedelooze gestalten, met dezelfde schijnende zakken op den rug; mannen met pakken beladen; sommigen gekromd onder den last; vrouwen en kinderen in overwegende meerderheid.
Is het de halve duisternis, de lantaarnschijn, die dat alles zoo spookachtig voorstelt? [15]
<>[15]Op deze plaats in het manuscript plaatste Loveling haar handtekening. Dat heeft wellicht te maken met de publicatie in Dietsche Warande en Belfort, cf. de Verantwoording.