<>

1914-12-05 (1 bericht)

> | Zaterdag 5 december '14.
Op dinsdagmorgen 1 dezer kwamen twee voermans van Eecloo met geladen wagens hier op het Sluizeken aan de afspanning "De Roos". Dadelijk legden Duitschers beslag op het materieel. Hun werd bevolen de vrachten af te lossen, haastig moest het gebeuren. Alles werd hoop over hoop op het pleintje neergelegd. Met de ledige wagens en de vier paarden, trokken de soldaten weg.
De beteuterde voerlieden stonden daar radeloos, omgeven door een menigte van verontwaardigde toeschouwers.
Denzelfden dag kwamen soldaten in de fabriek B. L. te Nevele aan. Ze eischten twee paarden, kozen de besten uit en gingen er mede voort. Protest werd daartegen bij de Commandantur ingediend. Uitslag nog onbekend.
Een rijke heer en dame, die in de kleine stad L., een prachtig patriciershuis met veel oude kostbaarheden bewonen, zijn van in 't begin van den oorlog over de hollandsche grens gevlucht. Zij lieten hun eigendom onder de hoede van trouwe dienstboden. Ze hadden een duizendtal flesschen uit den wijnkelder naar boven doen brengen met het oog op mogelijke gebeurlijkheden; de groote wijnvoorraad, benevens al hun zilverwerk, in 't achterdeel van den kelder, verborgen, werd toegemetseld. Aldus waren ze gerust over algeheele wijnplundering. Het ruim huis werd weldra door de veroveraren betrokken en er ik weet niet welke bureelen ingericht. In het groot salon zijn muurschilderingen uit vroeger tijd, die de bewoners — misschien uit overdreven eigenaarsliefde — op hoogen prijs stellen en als meesterstukken gaarne toonden. Onmiddellijk na hun aankomst sloegen de overweldigers plompe spijkers in die schilderijen en hingen er hun mantels en geweren, of wat dies meer aan.
Ze lieten het er zich welgevallen, aten naar hartelust en dronken, benevens het liggend bier, de duizend flesschen wijn leeg. Toen rees de twijfel op: zou er in zulk een groot huis, bij zulke vermogende lieden niet meer drankvoorraad bestaan? Ze daalden op verkenning uit naar den kelder. Het duurde niet lang of het versch metselwerk trok hun aandacht. Zonder verwijl werd het ingestampt en de buit aan wijn en zilver geroofd. Bij hun vertrek uit L. bleef er niets meer van over.
Op vele plaatsen zijn dergelijke dingen gebeurd. Te L. op een buiten kwamen in groot getal ook soldaten aan: stroo voor de mannen, bedden voor de officieren moesten ze hebben.
"Hier woont een juffrouw alleen," zei eene der hen ontvangende meiden, "het kan niet. Wij bezitten zelfs geen logeerbedden meer."
"Ik in het bed der juffrouw," antwoordde stug de officier-aanvoerderoorsp.: officier-anvoerder der troep, die zich aan die leugen niet beet nemen liet, "en de manschappen op den zolder."
Hij trok met een paar anderen naar boven, nam de slaapplaatsen in oogenschouw, deed keuze en maakte verdeeling voor elk hunner. Drank werd geëischt. Groote stukken vleesch hadden ze mede. De soldaten maakten vuur op het voorhof en hun rantsoenen klaar, doch voor de officieren moest de keukenmeid koken. Ze vonden alles uitstekend bereid en prezen hare kunst.
Voor deze bezetting, en voor het vertrek der bewoonster, naar Gent gevlucht, was de voorzorg genomen de groote gevulde boterpotten in de serre onder den voorraad heidegrond te verstoppen. Dat werd niet ontdekt; maar op alles wat in glazen, en blikjes zooals confituur, ingemaakte groenten in huis bestond, werd de hand gelegd en na een kort oponthoud medegenomen.
Duitsche soldaten in burgerkleedij vragen op de straat, hoe laat het is soms, aan voorbijgangers. Als deze zeggen: "Het is tien uur, of elf uur en daarbij niet aanduiden: "belgisch uur," moeten ze mede naar de Kommandantur en een boet van drie mark wordt hun opgelegd voor het verstrekken van valsche inlichting.
<>
Lettergrootte: [-a] [standaard] [A+] Stijl: [L<-R][L- >R]

Kalender

1914
<<december>>
ZoMaDiWoDoVrZa
  12345
6789101112
13141516171819
20212223242526
2728293031  
       
logo CTB