<Resultaat 620 van 2531

>

NAAML[OZE VENNOOTSCHAP]
PAUL BRAND'S UITGEVERSBEDRIJF
POSTREKENING [nummer] 31076 TELEFOONNUMMER 145
HILVERSUM,
VAARTWEG 43a

den Weled[elen] Heer Styn Streuvels
Het Lysternest Ingoyghem. (Belgie)

Zeer geachte Heer,
Heden ontving ik Uw schryven van 29 Jan[uari] alsmede de eerste kopie.[1] Ik zal 20 exemplaren op Oud-Hollandsch papier laten drukken, U ontvangt er dan 10 ex[emplaren] en ik houd er 10 voor den verkoop, ik zal dit in het boek opnemen.[2]
Den Heer Jozef Cantré te Astene heb ik verzocht een bandteekening en een teekening voor het titelblad te maken. Mocht U nog bepaalde aanwyzingen daaromtrent hebben, dan verzoek ik U beleefd om deze spoedheidshalve direct aan den heer Cantré kenbaar te maken.[3]
U ontvangt 2 ex[emplaren] proef met de kopie en een ex[emplaar] revisie.
Inmiddels teeken ik met beleefden groet,
Hoogachtend,
(handtekening Paul Brand)

Annotations

[1] Streuvels' brief aan Paul Brand van 29 januari 1931 vonden we niet terug in de geraadpleegde archieven.
[2] Het colofon van Alma met de vlassen haren luidt: Alma - de zegenbrengende - hoe zijt ge zoo opeens uit het rijk der verbeelding, in de werkelijkheid vóór mij komen staan als een volmaakt levend wezen, met de deining van uwe ademhaal, de vluwe uwer huid als het dons eener pas ontloken bloem, en de goedheid uwer rijke ziel stralend uit de spiegels uwer zuivere oogen. Gij zijt het toonbeeld, gij draagt in u vereenigd, àl de deugden van het Vlaamsche meisje.
[3] Aanvankelijk zou Jozef Cantré voor enkele houtsneden voor het boek Alma met de vlassen haren zorgen. Hij schreef op 20 november 1930 hierover aan Streuvels: Zooeven uwe brief goed ontvangen. Ik haast mij U te antwoorden dat er 3 blokken gesneden zijn. Deze gaan met de zelfde post mede (...). Die kunt ge houden, voor de uitgever zorg ik wel. De grootte is: 12,4 x 16,4. Dus nog 1 cm grooter. Er zal andere papier moeten genomen worden. Ik schrijf nog wel naar de "Regenboog" te Antwerpen en vraag vijftienhonderd frank en enkele ex. Ik zorg voor de laatste drie houtsneden nu ook te snijden. Stuur je mij dat letterproefje met de tekst die ik je stuurde terug, met keerende als het kan? Maar Regenboog kon geen genoegen nemen met de houtsneden van Cantré en bracht de houtsnijder daarvan op 15 januari 1931 op de hoogte: Het spijt ons werkelijk, dat wij den houtsneden, waarvan U ons een afdruk stuurde, niet zullen kunnen gebruiken voor onze uitgave van het boek door den Heer Stijn Streuvels. Mijn medeuitgever voor Holland, gaat niet accord met het artistiek uitzicht dezer houtsneden. Indien U andere houtblokken wilt teekenen die ons voldoen (wij twijfelen absoluut niet aan de artistieke waarde dezer teekeningen - maar meenen enkel dat ze minder gunstig beantwoorden aan den daar-bij passenden tekst), kunnen wij vrede nemen met Uw honoraar. Wij zouden U dan Frcs. 2000.- betalen, bij het verschijnen van het werk. Cantré reageerde kwaad. Hij schreef aan Streuvels: Ik heb het voorgevoel gehad dat er een kink in de kabel zou komen: het antwoord bleef té lang uit! Ik denk er niet aan voor die heeren nieuwe houtsneden te snijden en eerst schetsen te maken. Ze hebben zeker geen lust om het uit te geven en durven niets ander aanhalen. Brieven in Letterenhuis, C 1483/B

Register

Naam - persoon

Cantre, Jozef (° Gent, 1890-12-26 - ✝ Gent, 1957-08-25)

Houtsnijder.

Jozef Cantré was zoals zijn oudere broer, de houtsnijder Jan-Frans (1866-1931), leerling aan de Gentse Academie van Schone Kunsten, waar hij les kreeg van Jean Delvin. Cantré stond onder invloed van het sociale realisme van Constantin Meunier maar ook van het symbolisme van George Minne. In 1914 werd hij lid van de Gentse Belgische Werkliedenpartij (BWP). Tijdens de Eerste Wereldoorlog engageerde Cantré zich in de Gentse Socialistische Jonge Wacht en in de Vredesgroep der Socialistische Partij, waarvan hij een tijdlang voorzitter was. Samen met andere Jonge Wachten schreef hij zich begin november 1916 als vrije student in aan de door de Duitse bezetter vernederlandste Gentse universiteit. Hij ontwierp in opdracht van de Hoogeschoolbond een 'Gedenkpenning ter herinnering aan de vervlaamsching der Gentsche Hoogeschool'. In maart 1918 aanvaardde hij een tijdelijke betrekking als tekenmeester aan diezelfde 'Vlaamsche Hoogeschool'. Aan het eind van de oorlog verhuisde Cantré naar Nederland. In maart 1919 werd hij uit de Gentse BWP gestoten, samen met onder andere Edgar Alleman en Johan Lefèvre. In het proces van de Vlaamsche Hoogeschool werd hij in juli 1920 door het assisenhof van Oost-Vlaanderen tot vijf jaar cel veroordeeld. In 1930 keerde hij terug naar Gent en kwam in contact met de intellectuelen van het socialistische Geestesleven, zoals Paul-Gustave Van Hecke en Frits Van den Berghe. Cantré kreeg nu opdrachten van de Belgische staat, zoals het memoriaal Peter Benoit in Harelbeke (1934). In datzelfde jaar ontwierp hij het grafmonument voor René De Clercq op het kerkhof van Lage Vuurse (Nederland). Bij de onthulling was hij verontwaardigd over het optreden van Nederlandse fascisten die de Romeinse groet brachten. Cantré repliceerde met de gebalde antifascistische vuist. In 1938 gaven August Balthazar en Emile Langui hem de opdracht om het monument voor Edward Anseele te kappen. Het standbeeld, in Schots Balmoral-graniet, werd in 1948 onthuld. In 1941 werd Cantré lid van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van België. Via Anseele (jr.) kreeg hij talrijke openbare opdrachten (een reliëf in het Centraal Station in Brussel, 1953; het reliëf en de fries van het EGW-gebouw aan het Gentse Zuidplein, 1954). Verder illustreerde hij een aantal publicaties van de socialistische uitgeverij De Vlam. Bij zijn dood werd de 'socialistische kunstenaar' uitgebreid gememoreerd in de socialistische pers. Zijn socialistisch-activistische 'jeugdzonde' werd daarbij vergeten.

Naam - uitgever

Paul Brand

Titel - werken van Streuvels

Streuvels, Stijn, Alma met de vlassen haren (1931). [roman]
Streuvels, Stijn, Alma met de vlassen haren (1931).
Druk
  • [Eerste druk], Leuven, Davidsfonds, 1931, 228 p., 20,2 x 14 cm. Davidsfonds nr. 234.
  • [Tweede druk], Hilversum, N.V. Paul Brand's Uitgeversbedrijf, [1931], 228 p., 20,9 x 15,3 cm.
  • [Derde druk], in: Stijn Streuvels' Volledige Werken. Deel XI., Kortrijk, 't Leieschip, [1955], p. 7-226.
  • [Vierde druk], in: Volledig werk. Deel III. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1972], p. 1057-1234.
Streuvels, Stijn, Alma met de vlassen haren (1931). [roman]
[Tweede druk], Hilversum, N.V. Paul Brand's Uitgeversbedrijf, [1931], 228 p., 20,9 x 15,3 cm.
Streuvels, Stijn, Alma met de vlassen haren (1931).
Druk
  • [Eerste druk], Leuven, Davidsfonds, 1931, 228 p., 20,2 x 14 cm. Davidsfonds nr. 234.
  • [Tweede druk], Hilversum, N.V. Paul Brand's Uitgeversbedrijf, [1931], 228 p., 20,9 x 15,3 cm.
  • [Derde druk], in: Stijn Streuvels' Volledige Werken. Deel XI., Kortrijk, 't Leieschip, [1955], p. 7-226.
  • [Vierde druk], in: Volledig werk. Deel III. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1972], p. 1057-1234.

Indextermen

Naam - persoon

Cantré, Jozef

Naam - uitgever

Paul Brand

Titel - werken van Streuvels

Alma met de vlassen haren