Den 20.3.1934
Herrn Stijn StreuvelsIngoyghem
bei Kortrijk
Sehr verehrter Herr Streuvels!
Herr Gerhart Pohl hat uns nunmehr den unterzeichneten Vertrag über "Knecht Jan" mit den Ergänzungsdokumenten gesandt, und es ist uns ein aufrichtiges Vergnügen, Sie, sehr geehrter Herr Streuvels, nunmehr unter den Autoren unseres Hauses begrüßen zu können.[1] Wir sind sehr froh, "Knecht Jan" verlegen zu dürfen, ein Buch, das uns schon vor Jahren Herr Pohl einmal angeboten hatte, das aber leider damals dann ja von Quitzow in Lübeck übernommen wurde,[2] und wir werden alles daran setzen, unsere neue Ausgabe zu dem Erfolg zu führen, den das prachtvolle Buch verdient.
Wir legen Wert darauf, daß Sie einen gewissen Überblick über unsere Verlagsproduktion erhalten, und senden Ihnen daher mit gleicher Post die zwei letzten Hefte der "Literarischen Flugblätter" unseres Hauses[3] und fügen eine Auswahl von Prospekten bei. Gerade die "Literarischen Flugblätter" geben eine sehr schöne Möglichkeit, Sie und Ihr Werk mit Nachdruck hier in Deutschland bekannt zu machen.
Wir bitten Sie nunmehr, sehr geehrter Herr Streuvels, uns sobald als möglich das Ihnen von Herrn Pohl übersandte [2]Exemplar der Quitzowschen Ausgabe zu übersenden, nachdem Sie Ihre Änderungswünsche dort eingetragen haben; diese bitten wir möglichst mit Schreibmaschine vornehmen zu lassen, damit die Druckerei eine leicht lesbare Druckvorlage bekommt. Je früher wir das Buch bekommen, desto besser. Da Sie Herrn Pohl gegenüber den Wunsch ausgedrückt haben, auch eine Korrektur zu lesen, werden wir Ihnen gern [einen] Korrekturbogen senden; wir bitten jedoch, darin dann keine Änderungen mehr vorzunehmen.
Empfangen Sie, sehr geehrter Herr Streuvels, unsere verbindlichen Empfehlungen und die besten Wünsche zum Osterfest.
In aufrichtiger Hochachtung
ergebenst
ergebenst
(handtekening Engelhorn Verlag)
Annotations
[1]
Gerhart Pohl trad aanvankelijk op als tussenpersoon tussen de West-Vlaamse auteur Stijn Streuvels en zijn Duitse uitgever. Pohl werd in 1929 bedankt voor bewezen diensten bij Universum-Bücherei für Alle, de uitgeverij van Knecht Jan. Eind 1929 was eveneens een eind gekomen aan Die neue Bücherschau, het tijdschrift waarvan Pohl hoofdredacteur was. Daarna bracht Pohl Knecht Jan onder bij Otto Quitzow Verlag. Toen Quitzow failliet was gegaan, bleef Pohl zo te zien de 'Herausgeber' van de roman en de literaire agent van Stijn Streuvels. H. Speliers, Als een oude Germaanse eik, p. 181
Het contract voor Knecht Jan werd op 12 februari 1934 door Engelhorn Verlag opgemaakt en op 14 februari 1934 door Gerhart Pohl, de gemachtigde vertegenwoordiger van de schrijver, ondertekend. Ook Streuvels ondertekende het akkoord, dat nu wordt bewaard in het Letterenhuis (S 935/C).
[2]
Adolf Spemann had het werk van een der grootste schrijvers van het West-Germaanse spraakgebied niet in 1929 uitgebracht, omdat hij op de rand van een faillissement stond. Op 1 april 1928 werd hij, na de publicatie van een muzieklexicon, in een plagiaatrel betrokken en te Berlijn voor de rechtbank gedaagd, met een slepende rechtsprocedure als gevolg. Bovendien had hij drastisch moeten saneren en had het grote uitgeefconcern Langen-Müller ook hem weggeconcurreerd. A. Spemann, Menschen und Werke, p. 212, p. 250, p. 252, p. 278. Knecht Jan werd dan uitgegeven bij Quitzow Verlag. H. Speliers, Als een oude Germaanse eik, p. 159
[3]
De Literarische Flugblätter zijn publicitaire vlugschriftjes die trimestrieel verschenen en die werden gedrukt in de Fraktur, het verplichte schrift van het Derde Rijk. In deze lettertekens liet Spemann trouwens alle Streuvelsvertalingen drukken, tot Hitler in het begin van de Tweede Wereldoorlog de Fraktur zou verbieden, toen bleek dat de 'nationale Duitse letter' van joodse origine was. H. Speliers, Als een oude Germaanse eik, p. 199
