Annotations

[1] Cf. brief van Stijn Streuvels aan Adolf Spemann van 26 januari 1941.
[2] Op 13 oktober 1940 schreef Streuvels het volgende aan Karl Jacobs: Dr. Spemann doet mij het voorstel in zijn laatsten brief om mijne "vollständigen Lebenserinnerungen" te schrijven. Daaromtrent zoudt Gij hem kunnen mededeelen dat ik nu juist aan 't werk ben om iets van dien aard samen te stellen, nl. eene soort trilogie "Heule-Avelghem-Ingoyghem" waarin de herinneringen en gebeurtenissen verhaald worden die zich afgespeeld hebben in de drie dorpen waar ik geleefd en gewoond heb. Het eerste deel is bijna veerdig. Met Spemanns laatsten brief bedoelt Streuvels de brief van 2 oktober 1940.
Op 23 oktober 1940 schreef Spemann opnieuw over zijn plan om Streuvels' levensherinneringen 'Heule-Avelghem-Ingoyghem' in een mooi boek uit te geven. Hij stelde daarbij voor het boek in de herfst van 1941 te laten verschijnen, om op die manier Streuvels' zeventigste verjaardag te vieren.
In zijn brief aan Streuvels van 18 juni 1941 zal Spemann opnieuw voorstellen om een mooie uitgave te maken naar aanleiding van Streuvels' 70ste verjaardag. Spemann was op het idee gekomen een kleine Streuvels-anthologie te maken, die men het 'Streuvels-Buch' zou kunnen noemen. Deze uitgave zou een opstel van Friedrich Griese over Streuvels bevatten, 2 hoofdstukken uit Spemanns vertaling van Heule, 'Leseproben' uit verschillende bij Engelhorn Verlag verschenen werken van Streuvels en een volledige Streuvels-bibliografie.
[3] In Ingoyghem II getuigde Streuvels over dit autobiografische geschrift: 1939 - Eindelijk het voornemen om te beginnen aan de gedenkschriften, die zouden verdeeld zijn over drie boeken - de drie levensperioden afgelopen op drie dorpen: Heule, Avelghem en Ingoyghem. Een terugblik over 't hele leven, vanaf de eerste kinderjaren. En in 1940: Nu kan ik rustig doorwerken aan het boek De Maanden en aan Heule. Ah! jeunesse - l' homme ne la possède qu' un temps et le reste du temps la rappelle (Gide). Ik voel er mij tegenover als een derde persoon. Ingoyghem II, p. 180-181 en p. 195.
[4] Van De maanden verscheen pas in 1945 voor het eerst een Duitse vertaling: Die zwölf Monde.
[5] Het betreft hier volgende boeken:
  • Erna Lendvai-Dircksen, Das deutsche Volksgesicht: Mecklenburg und Pommern. Bayreuth, Gauverlag Bayerische Ostmark, 1940, 80 S. Überwiegend Illustrationen.
  • Jahrweiser Deutsches Ahnenerbe. Hrsg. von der Forschungs- und Lehrgemeinschaft 'Das Ahnenerbe'. Berlin-Dahlem, Ahnenerbe-Stiftung Verlag, 1941.
  • Peter Rosegger, Waldheimat: Erinnerungen aus der Jugendzeit. Leipzig, Staackmann, 1938.
  • Wilhelm Raabe, Abu Telfan oder die Heimkehr vom Mondgebirge. Herausgegeben und mit einem Nachwort versehen von Hans Löwe. Ungekürzte Ausgabe. München, Goldmann, s.d. Serie Goldmanns gelbe Taschenbücher; 1875/76.
[6] Cf. antwoord van Stijn Streuvels in zijn brief aan Adolf Spemann d.d. 26 februari 1941.
[7] Op 23 oktober 1940 stelde Spemann Streuvels voor in november een bezoek aan het Lijsternest te brengen, mits hij hiervoor de toestemming kreeg. Dit bezoek had dus nog steeds niet plaatsgevonden.
[8] Titelbeschrijving: Kurt Kluge, Die Zaubergeige. [11. bis 15. Tausend]. Stuttgart, Engelhorn, [1940].
Meer uitleg vonden we hierover in het aprilnummer 1941 (Heft 37) van Literarische Flugblätter onder de titel 'Literaturpreis der Reichshauptstadt Berlin': Am 18. Januar 1941 wurde in einer festlichen Veranstaltung im Berliner Schillertheater der Literaturpreis der Reichshauptstadt für 1940 an Kurt Kluge, Friedrich Griese und Herbert von Hoerner verliehen. Auf den Urkunden, die für den am 29. Juli 1940 auf dem Fort Eben Emael gestorbenen Dichter Kurt Kluge seine Witwe Frau Carla Kluge und die Herbert von Hoerner entgegennehmen konnten, sind diese Auszeichnungen mit folgenden Worten begründet: KURT KLUGE "Die Ehrung gilt dem Schöpfer des Romans ,Die Zaubergeige' als ein Zeichen des Dankes, den die Reichshauptstadt Berlin dem lange in ihren Mauern Schaffenden über den Tod hinaus zollt. Der schöpferische Mensch, sein Kampf mit dem Gewöhnlichen, aber auch sein erdfestes Handwerkertum, ,das in der Welt den toten Stoff bewegt und ihn volkrecht formt', war Vorwurf seines Dichtens wie Ihalt seines Lebens. p. 4
[9] Friedrich Griese, Die Weissköpfe. Roman. München, Albert Langen - Georg Müller, 1939.
[10] Herbert von Hoerner, Der graue Reiter. Stuttgart, Engelhornverlag, 1940.
[11] Dank an Kurt Kluge. Blätter zum Gedächtnis des Dichters. Den Freunden und Verehrern gewidmet. Stuttgart, J. Engelhorns Nachf. Adolf Spemann, 1940, 62 S. 1 Porträt.
[12] Titelbeschrijving: Kurt Kluge, Gedichte. Stuttgart, Engelhorn, [1941].
!!!Beiliegender Zeitungsausschnitt wird Sie interessieren (Bericht von Dr. Westecker über die flämische Kunstausstellung in Düsseldorf).!!!

Register

Name - person

Gayda, Virginio (° Rome, 1885-08-12 - ✝ Rome, 1994-03-14)

Italiaans journalist en fascist, redacteur van Il Giornale d'Italia.

Griese, Friedrich (° Lehsten, 1890-10-02 - ✝ Lübeck, 1975-07-01)

Duits schrijver van voornamelijk streekliteratuur, die het landelijke Duitsland idealiseerde. Tijdens het nazibewind stond hij in hoog aanzien als Blut-und-Boden dichter.

Hammer, Franz (° Kaiserslautern, 1908-05-24 - ✝ Tabarz, 1985-04-10)

Duits schrijver, uitgever, literatuurcriticus en cultuurfunctionaris.

Kluge, Kurt (° Leipzig, 1886-04-29 - ✝ Fort Eben-Emael (Lüttich), 1940-07-26)

Duits beeldhouwer en schrijver.

Lendvai-Dircksen, Erna (° Wetterburg, 1883-05-31 - ✝ Coburg, 1962-05-08)

Duits fotografe die vooral bekend staat voor "Das Deutsche Volksgesicht", portretreeksen van landbouwers in Duitsland. Tijdens het nazibewind werd ze ingezet voor propagandadoeleinden, zoals de documentatie van de aanleg van snelwegen.

Streuvels, Stijn (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)

Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.

Westecker, Wilhelm (° Duisburg-Hamborn, 1899 - ✝ 1974)

Duits schrijver.

Von Hoerner, Herbert (° Ihlen, 1884-05-09 - ✝ Bautzen, 1946-09-26)

Lets schrijver en beeldend kunstenaar. Zijn literair werk bestond voornamelijk uit streek- en boerenromans. Tijdens de Tweede Wereldoorlog vocht hij voor het Duitse leger in Stalingrad.

Title - works by Streuvels

Streuvels, Stijn, De maanden (1941). [bundel]
[Eerste druk], Kortrijk, Zonnewende, [1941], 193 + [VII] p., 20,8 x 16,5 cm.
Inhoud:
Extra info:
Met penteekeningen van Elisabeth Ivanovsky.
Streuvels, Stijn, De maanden (1941).
Druk
  • [Eerste druk], Kortrijk, Zonnewende, [1941], 193 + [VII] p., 20,8 x 16,5 cm.
    Inhoud:
  • [Eerste druk], verschenen als Een gang door het jaar, Amsterdam, L.J. Veen's Uitgevers Mij N.V., [1941], 193 + [V] p., 20,8 x 17 cm.
    Inhoud:
  • Tweede druk, Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1942], 232 + [IV] p., 20,8 x 15,2 cm. De Lijsternestreeks, nr. XXV.
  • [Derde druk], in: Stijn Streuvels' Volledige werken. Deel VI., [1953], p. 293-435.
    In De Standaard zijn van 1935 t/m 1939 enkele bijdragen verschenen waarvan die met een * werden omgewerkt tot De Maanden:
    • Het dagblad te lande, nummers van 2 en 14 februari.
    • Lente te lande*, nummer van 1 april 1935.
    • Zomer te lande*, nummer van 1 juli 1935.
    • Crisis op den buiten, nummers van 22 oktober en 15 november 1935.
    • Het winterspook*, nummer van 16 februari 1936.
    • Het doode land*, nummer van 23 maart 1936.
    • De paaschzonne*, nummer van 12-13 april 1936.
    • Winteravonden, nummers van 7 en 14 oktober 1936 (zie: Heule).
    • De mode op den buiten, nummers van 20 en 27 december 1936.
    • Meisjes-mode en mode-meisjes op en buiten, nummer van 15 januari 1937.
    • Mode en zedelijkheid, nummer van 2 april 1937.
    • De lente*, nummer van 21 mei 1938.
    • Juni*, nummer van 14 juni 1938.
    • In het kwade en koude seizoen. De boomen slapen*, nummer van 21 december 1938.
  • [Vierde druk], in: Volledig werk. Deel IV. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1973], p. 353-485.
Streuvels, Stijn, Heule (1942). [bio]
Streuvels, Stijn, Heule (1942).
Voorpublicatie
  • Winteravonden - Dietsche Warande en Belfort, XXXV, 1935, p. 241-253.
  • Winteravonden - De Standaard, nummers van 7 en 14 oktober 1936.
  • De Heulebeke - Dietsche Warande en Belfort, XXXV, 1941, p. 486-496.
  • De Heulebeke (fragment) - Het Vlaamsche Land, nr. 9/10 november 1941.
Druk
  • [Eerste druk], Kortrijk, N.V. Zonnewende, 1942, 394 + [VI] p., 20,9 x 13,5 cm.
  • [Eerste druk], Amsterdam, L.J. Veen's Uitgevers Mij N.V., 1942, 394 + [VI] p., 20,9 x 13,5 cm.
  • [Tweede druk], in: Volledig werk. Deel IV. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1973], p. 723-997.
Streuvels, Stijn, Ingoyghem II, 1914-1940 (1957). [bio]
Streuvels, Stijn, Ingoyghem II, 1914-1940 (1957).
Voorpublicatie
  • [Academische toespraak bij de benoeming tot Doctor honoris causa aan de Universiteit te Leuven], verschenen in het extra nummer van Ons Leven, 17 november 1937.
  • [Academische toespraak bij de benoeming tot Doctor honoris causa aan de Universiteit te Leuven], Nieuw Vlaanderen, III, 1937, nr. 49 (= 4 december), onder de titel: Wat ik in mijn werk heb uitgebeeld.
  • [Pastorale] - Dietsche Warande en Belfort, LIII, 1953, p. 14-18 (januari), gedat. November 1952.
  • [De gevarenis van Djooske Dekkers] - Dietsche Warande en Belfort, LVII, 1957, p. 65-68 (januari).
Druk
  • [Eerste druk], [Brugge], Desclée De Brouwer, [1957], 206 + [II] p., 20 x 13,3 cm.
  • [Tweede druk], in: Volledig werk. Deel IV. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1973], p. 1333-1503.
Streuvels, Stijn, De maanden (1941). [bundel]
Streuvels, Stijn, De maanden (1941).
Druk
  • [Eerste druk], Kortrijk, Zonnewende, [1941], 193 + [VII] p., 20,8 x 16,5 cm.
    Inhoud:
  • [Eerste druk], verschenen als Een gang door het jaar, Amsterdam, L.J. Veen's Uitgevers Mij N.V., [1941], 193 + [V] p., 20,8 x 17 cm.
    Inhoud:
  • Tweede druk, Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1942], 232 + [IV] p., 20,8 x 15,2 cm. De Lijsternestreeks, nr. XXV.
  • [Derde druk], in: Stijn Streuvels' Volledige werken. Deel VI., [1953], p. 293-435.
    In De Standaard zijn van 1935 t/m 1939 enkele bijdragen verschenen waarvan die met een * werden omgewerkt tot De Maanden:
    • Het dagblad te lande, nummers van 2 en 14 februari.
    • Lente te lande*, nummer van 1 april 1935.
    • Zomer te lande*, nummer van 1 juli 1935.
    • Crisis op den buiten, nummers van 22 oktober en 15 november 1935.
    • Het winterspook*, nummer van 16 februari 1936.
    • Het doode land*, nummer van 23 maart 1936.
    • De paaschzonne*, nummer van 12-13 april 1936.
    • Winteravonden, nummers van 7 en 14 oktober 1936 (zie: Heule).
    • De mode op den buiten, nummers van 20 en 27 december 1936.
    • Meisjes-mode en mode-meisjes op en buiten, nummer van 15 januari 1937.
    • Mode en zedelijkheid, nummer van 2 april 1937.
    • De lente*, nummer van 21 mei 1938.
    • Juni*, nummer van 14 juni 1938.
    • In het kwade en koude seizoen. De boomen slapen*, nummer van 21 december 1938.
  • [Vierde druk], in: Volledig werk. Deel IV. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1973], p. 353-485.
Streuvels, Stijn, De maanden (1941).
Bundel
  • Streuvels, Stijn, Die zwölf Monde (1945). Translated by: Ackermann, Werner.
Streuvels, Stijn, Die zwölf Monde (1945). Translated by: Ackermann, Werner. [bundel]
Alleinberechtigte Übertragung aus dem Flämischen von Werner Ackermann. 1. - 5. Tausend, Stuttgart, Engelhornverlag, Adolf Spemann, 1945, 146 + [II] p., 19,6 x 12,3 cm. Die zwölf Kopfleisten worden von N. Degouy für die deutsche Ausgabe gezeichnet. Einband von Ilse Schüle.
Translated from: Streuvels, Stijn, De maanden (1941).
Streuvels, Stijn, Die zwölf Monde (1945). Translated by: Ackermann, Werner.
Druk
  • Alleinberechtigte Übertragung aus dem Flämischen von Werner Ackermann. 1. - 5. Tausend, Stuttgart, Engelhornverlag, Adolf Spemann, 1945, 146 + [II] p., 19,6 x 12,3 cm. Die zwölf Kopfleisten worden von N. Degouy für die deutsche Ausgabe gezeichnet. Einband von Ilse Schüle.