FRANK·LATEUR
20 Juni '45
Waarde heer Lannoo,
Het is best dat geen datum van aankomst der luxe-uitgaven wordt vooropgesteld — we zullen maar verder afwachten, op bericht... dat ze aangekomen zijn.[1]
- Uit uw brief van 11 Juni[2] meen ik te verstaan dat de teekenaar V[an] Liefde, naar Tiegem of naar hier zou komen om documenten voor het omslag der kroniek?[3] De molen te Tiegem is inderdaad verdwenen, doch ik bezit een goede, gekleurde foto er van, doch 't geen waar ik de teekenaar zou willen op wijzen: dat hij vooral den molenwal (de verhevenheid) zou doen uitkomen, en met een paar lijnen de lager gelegen streek, omdat van dààr boven, met 't uitzicht over de streek, de gesprekken met den filosoof hebben plaats gehad.[4] Zie ik nu dien illustrator? of zult Gij hem inlichten?[5]
- Hierbij nog een paar "feiten" die bij den tekst moesten ingeschoven worden — waar 't past in de chronologische orde der data: februari '45 en April '44[.]
- Met de vergissing der afrekening verklaar ik mij akkoord — het verschil wordt bij de volgende uitbetaling vereffend.[6]
- Ik ontving, samen met de originele foto, de afdruk voor het omslag van Prutske[7] — Het ziet er goed uit. Heden gingen de laatste proeven terug naar den drukker.
Met vr[iendelijken groet]
(paraaf Stijn Streuvels)
Annotations
[1]
Reeds sedert 6 maart 1945 kondigde Lannoo de aankomst van deze exemplaren van De vlaschaard aan, die bij de binder Van Dieren te Antwerpen waren.
[2]
Cf. brief van Joris Lannoo aan Stijn Streuvels van 11 juni 1945.
[4]
Torie Mulders, filosoof-molenaar en boezemvriend van Streuvels, woonde op de Tiegemberg. Streuvels was een geweldig wandelaar en de Tiegemberg was dan ook een uitgelezen wandeldoel. In zijn memoires beschreef Streuvels de wandelroute: Het was inderdaad een verrukkelijk tafereel — de blik scheert over de einder van Oost naar West, afgelijnd aan de kim met de Scheldevallei, de moerassen, de bontgeschakeerde uitgestrektheid der vruchtvelden, waar de lachende dorpen in verspreid liggen onder de hoge hemelkoepel — de wereld te zien openliggen. H. Speliers, Dag Streuvels, p. 490
[5]
Cf. antwoord van Joris Lannoo op 9 juli 1945.
[7]
Het gaat hier om de foto van Prutske (d.i. Dina Lateur), die in de vierde druk van het gelijknamige boek werd opgenomen. Cf. brief van Maurits De Meyer aan Stijn Streuvels van 8 juni 1945.
