Brugge, 19-4-'38
Den Heer Frank LateurINGOOIGEM
Geachte Heer Lateur,
Hedenmorgen probeerden wij tevergeefs U per telefoon te bereiken. Wij wilden U n[ame]l[ijk] meedeelen, dat wij thans twee proeven van illustratie voor "Paradijssprookjes" hebben, die wij U graag wilden voorleggen. Tevens hadden wij graag afgesproken over het formaat et[ ]c[etera] et[ ]c[etera] betreffende deze uitgave.
We zouden dus al naar gelang het voor U best uitkomt, eens naar Ingooygem kunnen komen ofwel U in Brugge kunnen ontmoeten.
De Paaschvacantie brengt U misschien wel in Brugge, of anders zal ze ons wel in Ingooigem brengen, waar wij dan misschien nog kans krijgen ook Paula en haar spruiten te begroeten.
Wij laten het echter heelemaal aan U over te beslissen wat voor U het best uit komt,[1] en bieden U en Mevrouw Lateur onze hartelijke groeten,
(handtekening Martha van de Walle)
Annotations
[1]
Cf. retourbrief van Stijn Streuvels aan Wiek Op van 20 april 1938.
