Noord en Zuid,
Taalkundig Tijdschrift
voor
de beide Nederlanden.
De Bibliotheek,
Tijdschrift
voor
Letterkunde.
Onze Volkstaal,
Tijdschrift
gewijd aan de studie der
Nederlandsche Tongvallen.
Redactie.
H.H. Medewerkers gelieven het papier slechts aan eene zijde te beschrijven.
Vragen, zonder opgave van naam en woonplaats der inzenders ingezonden, blijven buiten behandeling. Zoo men dit wenscht, worden de namen niet bekend gemaakt.
Handschriften, boeken en ruilexemplaren te zenden aan het adres van den redacteur. Gewone schoolleesboekjes worden niet aangekondigd.
Langzamerhand begin ik weder den arbeid in te halen verzuim door machteloosheid na den zwaren en onherstelbaren slag die mij trof door den dood van mijn eenig kind, een 31/2 jarig dochter 14 jaar nà ons huwelijk geboren. Langzamerhand zal alles wel weer op orde komen. Zoo heb ik ook nieuwe krachten voor N.Z. geworven en kan voortaan geregeld Loquela bespreken, dat U met volhardenden ijver tot een museum maakt van oudheid en letteren. Mijn tijdschrift Volkstaal gaat slecht[1] De belangstelling[2] is niet zoo groot, dat de onkosten gedekt worden en ik vrees, dat we een volgend zullen ophouden[3] als er geen massa inteekenaars bijkomen. Gister kwam mij uw briefkaart of beter gezegd kaartbrief in handen en ik meende, u eens een levensteeken te moeten geven. Zou Loquela 1 en 2 nog compleet gebonden te krijgen zijn? De nrs. zijn bij mij niet compleet. Ook 3 vrees ik, dat bij de drukte hier in huis defect zal geworden zijn. De studie van Vercoullie over 't Westvlaamsch is overal goed ontvangen en ik verheug mij daarover bijzonder. p2Van harte wensch ik, dat echter ook de studie der taal in haar geheelen omvang, of beter nog, de studie der Spraakkunst wat vorderingen make en ik stel mij wel voor in N.Z. daarop met nadruk te wijzen, tegenover de dwaze liefhebberij voor onzinnige ontledingen en onverdedigbare woordafleidingen. Houd me ten goede, zoo ik in 't laatste opzicht nu en dan niet van de meening van Loquela ben. De woordafleiding is even zeker als de wiskunde.
En hiermede, Zeer Eerwaarde Heer, meen ik dezen te moeten besluiten.