<Resultaat 1149 van 2641

>

p1
+
Monsieur et cher Confrère[1]

Depuis quelque temps je cherche en vain autour de moi l'Afbeeldinghe van d'eerste eeuwe der Society Jesu. J'en ai cependant un besoin urgent pour mon travail sur le culte de St Leger a Socxp2Vous pourriez peut etre dans votre entourage, mettre la main dessus, et dans votre extreme obligeance m'éclairer sur deux points:

1° Signification exacte d'après le contexte de la phrase: de beganghenisse van ... Ste Leodgarius Ste Cornelis etc zeer vervoodert[2]

2° s'agit il de St Corneil de Quaedypre?

Je m'occupe egalementp3du culte de ce dernier.

Je ne puis pas, cher et digne confrère, terminer ma lettre sans vous témoigner de rechef[3] tout mon mécontentement au sujet de votre excessive discretion à la réunion du 6.[4] Votre convert était mis au collège et Mr le Superieur aurait été si heureux de faire votre connaissance.

Encore une fois nousp4espérons que ce sera partie remise

En attendant cher et digne Monsieur recevez avec mes remerciments anticipés mes salutations empressées et cordiales in Christo.
R Flahault

PS. J'envoie aujourdhui meme aux nouveaux élus du 6 mai leur diplôme Les lectures et rapports faits aux seances seront desormais réglementés

Noten

[1] Brief geschreven op papier met reliëfstempel: afbeelding van Maria binnen een cirkel met bijhorende tekst: Notre Dame des Dunes Dunkerque.
[2] De volledige zin waar hij naar verwijst, luidt: ”Die van Berghen hebben uyt hun Ambacht de toouerije (die daer vry wat diep ghewortelt was) uytgheroeyt, ende de beganghenisse van S. Vincentius te Rexpoede, ende van S. Leodegarius te Socx, seer vervoordert.”
[3] ’De rechef’: opnieuw, nogmaals.
[4] Dit gaat over een bijeenkomst van het Comité flamand de France, waarvan Guido Gezelle lid was.

Register

Correspondenten - personen

NaamFlahault, René-François
Datums° Bailleul, 12/08/1838 - ✝ Duinkerke, 03/03/1905
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; directeur; auteur
VerblijfplaatsFrankrijk (Frans-Vlaanderen)
BioRené Flahault werd op 12 augustus 1838 geboren te Bailleul in een familie van handelaars. In 1864 werd hij tot priester gewijd. Hij werd leraar en later directeur van het Collège Notre Dames des Dunes te Dunkerque. Als vicepresident van het 'Comité Flamand de France' had hij rond 1845 een verzameling van 400 tekeningen van verdwenen Vlaamse kerken. In de annalen van dit genootschap publiceerde hij regelmatig over volksdevotie. Verder was hij lid van de 'Commission Historique du Nord' alsook vicepresident van de 'Société d’études de la province de Cambrai'. Hij stierf te Duinkerke op 3 maart 1905.
Relatie tot Gezellecorrespondent; Comité Flamand de France
BronnenChristine Decoo, De brieven van elf vooraanstaande Frans-Vlamingen aan Guido Gezelle (1884-1899). Gent: RUG. Faculteit Letteren en Wijsbegeerte. Vakgroep Germaanse filologie, 1981
NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker; Gonsalvo Megliori
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Briefschrijver

NaamFlahault, René-François
Datums° Bailleul, 12/08/1838 - ✝ Duinkerke, 03/03/1905
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; directeur; auteur
VerblijfplaatsFrankrijk (Frans-Vlaanderen)
BioRené Flahault werd op 12 augustus 1838 geboren te Bailleul in een familie van handelaars. In 1864 werd hij tot priester gewijd. Hij werd leraar en later directeur van het Collège Notre Dames des Dunes te Dunkerque. Als vicepresident van het 'Comité Flamand de France' had hij rond 1845 een verzameling van 400 tekeningen van verdwenen Vlaamse kerken. In de annalen van dit genootschap publiceerde hij regelmatig over volksdevotie. Verder was hij lid van de 'Commission Historique du Nord' alsook vicepresident van de 'Société d’études de la province de Cambrai'. Hij stierf te Duinkerke op 3 maart 1905.
Relatie tot Gezellecorrespondent; Comité Flamand de France
BronnenChristine Decoo, De brieven van elf vooraanstaande Frans-Vlamingen aan Guido Gezelle (1884-1899). Gent: RUG. Faculteit Letteren en Wijsbegeerte. Vakgroep Germaanse filologie, 1981

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker; Gonsalvo Megliori
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamDuinkerke

Naam - persoon

Naamonbekend
NaamFlahault, René-François
Datums° Bailleul, 12/08/1838 - ✝ Duinkerke, 03/03/1905
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; directeur; auteur
VerblijfplaatsFrankrijk (Frans-Vlaanderen)
BioRené Flahault werd op 12 augustus 1838 geboren te Bailleul in een familie van handelaars. In 1864 werd hij tot priester gewijd. Hij werd leraar en later directeur van het Collège Notre Dames des Dunes te Dunkerque. Als vicepresident van het 'Comité Flamand de France' had hij rond 1845 een verzameling van 400 tekeningen van verdwenen Vlaamse kerken. In de annalen van dit genootschap publiceerde hij regelmatig over volksdevotie. Verder was hij lid van de 'Commission Historique du Nord' alsook vicepresident van de 'Société d’études de la province de Cambrai'. Hij stierf te Duinkerke op 3 maart 1905.
Relatie tot Gezellecorrespondent; Comité Flamand de France
BronnenChristine Decoo, De brieven van elf vooraanstaande Frans-Vlamingen aan Guido Gezelle (1884-1899). Gent: RUG. Faculteit Letteren en Wijsbegeerte. Vakgroep Germaanse filologie, 1981
NaamDurant, Appolinaire Bernardin Henri
Datums° Flêtre, 19/12/1832 - ✝ Duinkerke, 07/02/1900
GeslachtMannelijk
Beroepleraar; superior
VerblijfplaatsFrankrijk
BioAppolinaire Bernardin Henri Durant werd geboren in Flêtre op 19 december 1832 als zoon van Pierre Jacques Durant, officier de santé (geneesheer) en Reine Victoire Lernout. Durant volgde zijn opleiding aan het college van Hazebroek, waar hij zich onderscheidde als een briljante leerling. In 1852 begon hij zijn loopbaan als leraar aan het college Notre Dame des Dunes in Duinkerke. In 1855 ging hij naar het seminarie, waarna hij in 1858 terugkeerde naar Notre Dame des Dunes als leraar. In 1859 werd hij er superior, aanvankelijk gecombineerd met een leraarschap in de rethorica. Durant lid van het Comité Flamand de France. Hij werd in 1875 onderscheiden als officier d'Académie en in 1884 benoemd tot chanoine honoraire de Cambrai. Hij overleed op 7 februari 1900 in Duinkerke, waar zijn neogotisch graf bewaard is gebleven.
Relatie tot Gezellecomité Flamand de France
BronnenUnion Faulconnier. Société historique de Dunkerque et de la Flandre Maritime fondée le 3 avril 1895. Bulletin: V (1902), p.468, voetnoot; Geneanet

Naam - plaats

NaamDuinkerke
NaamKwaadieper (Quaëdypre)

Naam - instituut/vereniging

NaamComité Flamand de France
BeschrijvingHet Comité Flamand de France werd opgericht op 10 april 1853 door de jurist Edmond de Coussemaker, eerste voorzitter, en vijf andere leden van de 'Société dunkerquoise pour l'encouragement des sciences, des lettres et des arts'. Het is een academische vereniging met als doel de studie en de verspreiding van de Vlaamse cultuur in Frans-Vlaanderen. De vereniging is nog altijd actief. Zij geeft een jaarboek, Annales du Comité Flamand de France, voor het brede publiek uit, en een Bulletin du Comité Flamand de France voor de leden. Het Comité is gevestigd in Hazebrouck. Het kende een grote bloei, en kreeg ook buitenlandse aandacht van figuren zoals Jakob Grimm, Hendrik Conscience, Prudens Vanduyse, enz. Ook Guido Gezelle werd lid in 1884 en erelid in 1891. Hoewel het Comité het Vlaamse culturele erfgoed bestudeert en verzamelt kent het geen afkeer tegenover de Franse Republiek en hield het zich anderzijds afzijdig van het Vlaamse nationalisme.
Datering10/04/1853-
NaamCollège Notre Dame des Dunes, Duinkerke
BeschrijvingDe Collège Notre Dame des Dunes werd in 1850 opgericht door l'abbé Dehaene aan de place du Marché au blé (die vanaf 1894 ‘Place Jeanne d'Arc’ heet) in Duinkerke. In 1869 werd een lagere school toegevoegd. Tijdens WOII werd de school grotendeels vernield en verhuisde ze naar een gebouw van de Petites Soeurs des Pauvres te Rosendaël. Op 16 juni 1952 zegende kanunnik Lestienne het terrein waar de nieuwe gebouwen werden opgetrokken. Kort daarna en in de 21e eeuw kwam de school tot grote bloei en kende ze verdere uitbreidingen.
Datering1850-heden

Titel - ander werk

TitelNotes & documents relatifs au culte de Saint Léger évêque et martyr vénéré à Socx
AuteurFlahault, René-François
Datum1886
PlaatsDunkerque
UitgeverMichel
TitelAf-beeldinghe van d'eerste eeuwe der societeyt Jesu
AuteurBollandus, Joannes; Henschenius, Godefridus; Hosschius Sidronius; Natalis, Michiel; Poirters, Adrianus
Datum1640
PlaatsAntwerpen
UitgeverPlantin

Titel19/05/1886, Duinkerke, René-François Flahault aan [Guido Gezelle]
EditeurGuido Spyns; Universiteit Antwerpen
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2025
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenGuido Spyns; Universiteit Antwerpen, Flahault René-François aan Gezelle Guido, Duinkerke , 19/05/1886 . In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. 2025 Available from World Wide Web: link .
VerzenderFlahault, René-François
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatum19/05/1886
VerzendingsplaatsDuinkerke
AnnotatieAdressaat gereconstrueerd op basis van toegevoegde notitie.
Gepubliceerd inDe brieven van elf vooraanstaande Frans-Vlamingen aan Guido Gezelle (1884-1899) / door Christine Decoo. - Gent : onuitgegeven licentiaatsverhandeling, 1984, dl.1, p.187
Fysieke bijzonderheden
Drager dubbel vel, 208x131
wit, vierkant geruit
papiersoort: 4 zijden beschreven, inkt
Staat volledig
Vormelijke bijzonderheden papier met reliëfstempel: afbeelding van Maria binnen een cirkel met bijhorende tekst: Notre Dame des Dunes Dunkerque
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief5634
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|11931
Inhoud
IncipitDepuis quelque temps je
Tekstsoortbrief
TalenFrans
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.