<Resultaat 251 van 2598

>

p1
Reverend and dear Father in Christ

I have asked Papa about the book and he has left it with the Rector some time ago - he is sorry that you have been deprived of it for so long -

I am reading the book you lent me; I like it very much. do you remember that phrase quite at the beginning “We are for the most part unhappy, because the world is an unkind world”.[1] Oh how true that is. I thinkp2or at least I hope that later in life you get more or less indifferent to that excessive unkindness of the world; but when you are young and not accustomed to it it cuts you to the heart.

You are very kind to inquire about my dear brother - he is getting on very well in his career but alas! he is not as good as I should wish him to be; but I fondly hope that our dear Lord will hearp3our poor prayers and bring him back to the right road - Not that he is a bad boy, far from it but I should like to see him a good pious man; he is now 25[2] he is engaged to a very good nice little girl she is only just sixteen and is going to school to Paris for two years then they will be married immediately afterwards[3] all this is a secret as yet so don’t tell any one – Pray for him please.

Mrs Weale told me of the nice distractionp4you had the other day during Mass - I should not be sorry if you had often distractions of that kind. I shall pray for you

Believe me to be
Ever sincerely yours
Margaret

P.S. I forgot to ask Mrs Weale about the typhus. You were indeed looking ill last Thursday. I hope you are all right now.

Noten

[1] Deze zin staat op pagina 18 in dit boek.
[2] Alphonse was eigenlijk al 26 op dat moment.
[3] Elvire Van Kiel was eigenlijk nog maar 15 op dat moment, en zou in 1868 met Alphonse trouwen.

Register

Correspondenten - personen

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker; Gonsalvo Megliori
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamSteinmetz, Margaret Marie Pauline
Datums° Brugge, 03/07/1841 - ✝ Dublin, 02/02/1924
GeslachtVrouwelijk
BioMargaret (Marguerite) Pauline Marie Steinmetz werd op 3 juli 1841 in Brugge geboren als dochter van John Steinmetz (1795-1883) en Marie-Sophie Van der Ghote (1814-1898). Net als haar zussen (die allemaal kloosterlinge werden) kreeg ze Latijn en Grieks van een privéleraar. Hun vader gaf hen lessen culturele vorming (inclusief tekenles), Engels en Frans. Samen met haar moeder en zussen borduurde zij religieuze gewaden voor de Karmelietenkerk. In 1875 reisde vader John naar Schotland, waar Margaret verbleef bij haar toekomstige schoonfamilie: de familie Smith-Sligo. Op 1 februari 1876 huwde Margaret met James Paul Smith (°1820, Edinburgh) in Oostende. Het echtpaar kreeg vijf kinderen: Alistair Francis Smith-Steinmetz (1877-1953), Gerard Archibald John Smith-Steinmetz (1878-1936), Pauline M.F.C. Smith-Steinmetz (°1880), Alfred B.J. Smith-Steinmetz (1881-1942), Philomena Joan (in sommige bronnen: Philipina John) Smith-Steinmetz (1884-1959). In 1881 stond het gezin ingeschreven in Saline, Fife, Schotland, in 1891 in Edinburgh St. Mary, Midlothian, Schotland. In 1911 stond Margaret als weduwe geregistreerd in Tipperary, Ierland, samen met haar dochter Philomena. Ze overleed in Dublin op 2 februari 1924.
Relatie tot Gezellecorrespondent
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III; Tablettes des Flandres, V (1953), p. 22 (voetnoot); https://www.ancestry.co.uk/;

Briefschrijver

NaamSteinmetz, Margaret Marie Pauline
Datums° Brugge, 03/07/1841 - ✝ Dublin, 02/02/1924
GeslachtVrouwelijk
BioMargaret (Marguerite) Pauline Marie Steinmetz werd op 3 juli 1841 in Brugge geboren als dochter van John Steinmetz (1795-1883) en Marie-Sophie Van der Ghote (1814-1898). Net als haar zussen (die allemaal kloosterlinge werden) kreeg ze Latijn en Grieks van een privéleraar. Hun vader gaf hen lessen culturele vorming (inclusief tekenles), Engels en Frans. Samen met haar moeder en zussen borduurde zij religieuze gewaden voor de Karmelietenkerk. In 1875 reisde vader John naar Schotland, waar Margaret verbleef bij haar toekomstige schoonfamilie: de familie Smith-Sligo. Op 1 februari 1876 huwde Margaret met James Paul Smith (°1820, Edinburgh) in Oostende. Het echtpaar kreeg vijf kinderen: Alistair Francis Smith-Steinmetz (1877-1953), Gerard Archibald John Smith-Steinmetz (1878-1936), Pauline M.F.C. Smith-Steinmetz (°1880), Alfred B.J. Smith-Steinmetz (1881-1942), Philomena Joan (in sommige bronnen: Philipina John) Smith-Steinmetz (1884-1959). In 1881 stond het gezin ingeschreven in Saline, Fife, Schotland, in 1891 in Edinburgh St. Mary, Midlothian, Schotland. In 1911 stond Margaret als weduwe geregistreerd in Tipperary, Ierland, samen met haar dochter Philomena. Ze overleed in Dublin op 2 februari 1924.
Relatie tot Gezellecorrespondent
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III; Tablettes des Flandres, V (1953), p. 22 (voetnoot); https://www.ancestry.co.uk/;

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker; Gonsalvo Megliori
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamBrugge
GemeenteBrugge

Naam - persoon

NaamDessein, Petrus Ludovicus
Datums° Wervik, 13/11/1811 - ✝ Brugge, 11/03/1891
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; professor; rector; president; kanunnik; aartsdiaken
BioPierre Dessein, zoon van Leonard Dessein, landbouwer, en Marie Colpaert, was leraar wijsbegeerte aan het grootseminarie van Brugge op 01/10/1833. Hij werd tot priester gewijd te Brugge op 20/12/1834 en erekanunnik op 20/08/1841. Hij was achtereenvolgens leraar ethica aan het grootseminarie te Brugge (01/10/1849), lid van de bisschoppelijke raad (18/10/1856), de overste van Gezelle als rector van het Engels Seminarie te Brugge van 27/01/1859 tot 17/06/1869, doctor in de godgeleerdheid (1862), titulair kanunnik en president van het grootseminarie van Brugge (17/06/1869-16/11/1884) en huisprelaat van de Paus (januari 1870). Op 21/02/1885 werd hij aartsdiaken van het kapittel van de kathedraal. Gezelle schreef het studentikoze gezelschapslied De Paus, de Paus ach zwijgt ervan voor het doctoraat van Dessein en het gedicht De Paus Triomf gevierd, den boom geprezen, op vraag van de Brugse seminaristen voor de viering van Dessein op woensdag 15/10/1884 t.g.v. zijn 50-jarige professoraat aan het grootseminarie. Hij overleed in zijn woning in de Zilverstraat D 33 te Brugge.
Links[odis]
Relatie tot Gezellecorrespondent; gelegenheidsgedichten
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III
NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker; Gonsalvo Megliori
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamSteinmetz, Alfons
Datums° 06/01/1838 - ✝ 1899
GeslachtMannelijk
Beroepburgelijk ingenieur
BioAlfons Steinmetz werd op 6 januari 1838 te Brugge geboren als zoon van John Steinmetz en zijn tweede vrouw Marie-Sophie Van Der Ghote. Hij ging naar school in het kleinseminarie te Roeselare en was er een jongere vriend en beschermeling van Guido Gezelle die er ook op school zat van 1846 tot 1850. Hij schreef Gezelle enkele brieven. Later werd hij burgelijk ingenieur bij de Belgische spoorwegen. Op 14 mei 1868 huwde hij te Mechelen met Elvire Van Kiel (1848-1925), waarmee hij twee kinderen kreeg: Marie Jeanne Victoire Steinmetz (°13/08/1870) en Frédéric Bernard Marie Steinmetz (°29/07/1871). Hij overleed
Relatie tot Gezellecorrespondent; (jongere) medeleerling van Gezelle kleinseminarie
Bronnen https://www.delcampe.be/nl/verzamelingen/mededelingen/overlijden/family-steinmetz-de-montluc-sceau-noblesse-zegel-armoirie-heraldique-blason-tampon-1860-douai-voir-etat-432580452.html
NaamSteinmetz, Margaret Marie Pauline
Datums° Brugge, 03/07/1841 - ✝ Dublin, 02/02/1924
GeslachtVrouwelijk
BioMargaret (Marguerite) Pauline Marie Steinmetz werd op 3 juli 1841 in Brugge geboren als dochter van John Steinmetz (1795-1883) en Marie-Sophie Van der Ghote (1814-1898). Net als haar zussen (die allemaal kloosterlinge werden) kreeg ze Latijn en Grieks van een privéleraar. Hun vader gaf hen lessen culturele vorming (inclusief tekenles), Engels en Frans. Samen met haar moeder en zussen borduurde zij religieuze gewaden voor de Karmelietenkerk. In 1875 reisde vader John naar Schotland, waar Margaret verbleef bij haar toekomstige schoonfamilie: de familie Smith-Sligo. Op 1 februari 1876 huwde Margaret met James Paul Smith (°1820, Edinburgh) in Oostende. Het echtpaar kreeg vijf kinderen: Alistair Francis Smith-Steinmetz (1877-1953), Gerard Archibald John Smith-Steinmetz (1878-1936), Pauline M.F.C. Smith-Steinmetz (°1880), Alfred B.J. Smith-Steinmetz (1881-1942), Philomena Joan (in sommige bronnen: Philipina John) Smith-Steinmetz (1884-1959). In 1881 stond het gezin ingeschreven in Saline, Fife, Schotland, in 1891 in Edinburgh St. Mary, Midlothian, Schotland. In 1911 stond Margaret als weduwe geregistreerd in Tipperary, Ierland, samen met haar dochter Philomena. Ze overleed in Dublin op 2 februari 1924.
Relatie tot Gezellecorrespondent
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III; Tablettes des Flandres, V (1953), p. 22 (voetnoot); https://www.ancestry.co.uk/;
NaamWalton, Helena Amelia; Weale, Helena
Datums° Londen, 1838 - ✝ 1921
GeslachtVrouwelijk
VerblijfplaatsEngeland
BioHelena Walton werd geboren in 1838 in Bishop’s Gate te Londen als dochter van kleermaker Cornelius Walton en Honora Cronin (1813-1860), beiden geboren in Ierland. Cornelius Walton en Honora Cronin waren in maart 1837 gehuwd in St. Botolph’s, Aldgate te Londen. Er kwamen nog vier kinderen: Cornelius Walton jr (1836-1873), Mary Anne Walton (1839-1904), William Walton (1842-1912) en Hannah Walton (°1849). Helena huwde zelf op 30 augustus 1854 met W.H. James Weale in St. John's te Islington. In 1854 kwamen ze naar Brugge waar ze zich in 1857 definitief vestigde. In die periode had ze Guido Gezelle als haar biechtvader. Ze schreef hem brieven, waaruit een opmerkelijke mate van intimiteit blijkt. Het gezin kreeg 11 kinderen. In de jaren '70 keerde ze met haar gezin naar Engeland terug.
Relatie tot Gezellecorrespondent
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III
NaamSteinmetz, John
Datums° Londen, 12/12/1795 - ✝ Brugge, 27/10/1883
GeslachtMannelijk
Beroeprentenier
VerblijfplaatsEngeland
BioJohn Steinmetz werd op 12 december 1795 geboren in Londen. Hij kreeg een opleiding aan de universiteit van Cambridge en werkte vijf jaar als advocaat in Londen. Na het overlijden van zijn vader kon hij rentenieren en zich wijden aan zijn interesse voor kunst(geschiedenis) en -filosofie. In 1815 huwde hij met Margaret Mount, en vier jaar later verhuisden zij naar Brugge. Beiden bekeerden zich in 1832 tot het katholicisme. Hij was een gelovig man maar wanneer hij na het overlijden van Margaret novice werd bij de Brugse karmelieten, bleek hij niet geschikt voor het religieuze leven. In 1836 trouwde hij met Marie-Sophie Van der Ghote (1814-1898). Ze kregen elf kinderen. Drie zonen huwden, net als dochter Margaret. Vijf andere dochters traden in het klooster, twee stierven jong. In Brugge was Steinmetz o.a. bevriend met stadsbibliothecaris Laude, stadsarchivaris Van Praet, historicus Delepierre, Léon de Foere en Charles Carton. James Weale was zijn buurman. Vanaf jonge leeftijd bouwde hij een prentencollectie uit, die een overzicht moest bieden van de verschillende Europese scholen. Delepierre vermeldde deze als bezienswaardigheid in zijn 'Guide dans Bruges'. In 1863-1864 droeg hij de prenten samen met zijn boekencollectie over aan de stad Brugge. Hij stierf er uiteindelijk op hoge leeftijd op 27 oktober 1883.
Links[wikipedia]
Bronnenart. V. Vermeersch in Nat. Biogr. Woordenboek; W. Le Loup, John Steinmetz, Brugs prentenverzamelaar (zie wikipedia); F. Steinmetz in Tablettes des Flandres, V, 1953 (zie art. C. D'haen); https://www.ancestry.co.uk/;
NaamVan Kiel, Elvire Caroline Jeanne Marie
Datums° Mechelen, 09/12/1848 - ✝ Mechelen, 26/03/1925
GeslachtVrouwelijk
BioElvire Van Kiel werd op 9 december 1848 geboren te Mechelen. Haar vader, Bernard-Augustin Josse Van Kiel was bediende bij de spoorwegen ten tijde van haar geboorte, en stond later, volgens Elvires huwelijksakte van 1868, vermeld als 'négociant'. Haar moeder was Victoire Constance Jacqueline Vermeylen, 'rentière' in de huwelijksakte van 1848. Nadat Elvire in Parijs op school had gezeten, huwde ze op 14 mei 1868 met Alphonse Steinmetz (1838-1899) in Mechelen,. Samen hadden ze twee kinderen: Marie Jeanne Victoire Steinmetz (°13/08/1870) en Frédéric Bernard Marie Steinmetz (°29/07/1871). In de bevolkingsregisters van Mechelen 1890-1899 staat Elvire vermeld als 'pensionnée de l'etat /sans [profession]'. Het was ook daar dat ze stierf op 26 maart 1925.
Bronnen https://www.genealogischebronnenrivierenland.be/Databank; C. D'Haen, Wie is Margaret, in: Gezellekroniek, 8, p. 221

Naam - plaats

NaamParijs

Titel - ander werk

TitelSpiritual Conferences
AuteurFaber, Frederick William
Datum1859
PlaatsLonden
UitgeverThomas Richardson and son

Titelxx/[05/1864], [Brugge], [Margaret Steinmetz] aan [Guido Gezelle]
EditeurInge Geysen; Universiteit Antwerpen
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2024
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenInge Geysen; Universiteit Antwerpen, Steinmetz Margaret Marie Pauline aan Gezelle Guido, Brugge (Brugge), xx/[05/1864] . In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. 2024 Available from World Wide Web: link .
Verzender[Steinmetz, Margaret Marie Pauline]
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatumxx/[05/1864]
VerzendingsplaatsBrugge (Brugge)
AnnotatieJaartal, maand en adressant gereconstrueerd op basis van contextuele gegevens ; adressaat en plaats gereconstrueerd op basis van toegevoegde notities.
Gepubliceerd inDe briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen 1854-1899 / door B. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, (o.l.v.) A. Deprez. - Gent : Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.II, p.23
Fysieke bijzonderheden
Drager dubbel vel, 114x91
wit
papiersoort: 4 zijden beschreven, inkt
Staat volledig
Toevoegingen op zijde 1 links in de bovenrand: Aan G. Gezelle (inkt, hand P.A.); idem linksboven: friend's letter from // the sister of one of // the students at the // English Seminary (rode inkt, schuin); idem linksboven: Bruges (potlood, schuin)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief7365
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|13718
Inhoud
IncipitI have asked
Tekstsoortbrief
TalenEngels
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.