Het Bloemkranseken draagt wel zyn sluitbandeken, maar ‘t woordeken van bestemming en staat er nog niet op geschreven. Om deze leemte te vervullen heb ik er een opdracht op gesteld. Indien het u niet te veel ten laste viele ik zou u eerbiediglyk vragen er ook eenen oogslag op te geven.
‘K en kenne de name der strate niet, waar Uwe Eerweerdigheid woont; ‘k verhope nogtans dat myne twee voorgaande zendschriften u toegekomen zyn. ‘t Bestemmings woord heb ik klaar uitgedrukt op de volgende wyze: Myn Eerw Heer Guido Gezelle, Onderpastor van O.L.Vrouwe Kerke Kortryk.
G’ hebt gelyk, Eerw Heer, van niet te schryven, als het niet noodig en is. Schryve
p2ik u het voorgaande, ‘t is alleenelyk uit hoofde van verwittiging, opdat er niets en valle in de verworpelings mande.