<Resultaat 896 van 2074

>

p1
Eerweerde Heer,

Uwe brief en aanvraag, zoo vereerend voor mij, kwam mij gisteren toe. ‘K zou u geern, nu en altijd dienst bewijzen, en nochtans ‘k en durve uw voorstel niet aanveerden. Het is ’t jaar van concours en exaam voor de professors en gemeenlijk en vindt de principaal[1] dit jaar niemand om de passie in ’t Collegie te prediken dan moet het hij zelve doen… ergo Ook ’t is nog zoo eeuwig lange van den vasten om reeds verbonden te zijn

Indien gij geenen beteren vindt om die passie aan te gaan en een lid der Taalkamer te vervangen, wij zullen er later van spreken.

Aanveerd, Eerweerde, de uitdrukking mijner gevoelens van achting en genegenheid
A Dehulster
p2

Noten

[1] A. Dehulster was principaal van het college van Kortrijk van 11/06/1886 tot 30/08/1893.
luushorst Mogelijk een palmlelie. Luus lis (?) ; MNW horst: Struikgewas, kreupelhout, bosschage. wilde palme 1 meter hooge schoone dikke hage Lagagaderare z.zie Gailliards Gloss. Mogelijk een palmlelie. Luus lis (?) ; MNW horst: Struikgewas, kreupelhout, bosschage.

Register

Correspondenten

NaamDehulster, Arsène
Datums° Roeselare, 13/02/1847 - ✝ Kortrijk, 01/11/1917
GeslachtMannelijk
Beroepleraar; priester; schooldirecteur; pastoor; deken
BioArsenius Dehulster, zoon van Zacheus Dehulster, handelaar, en Julia Vandemaele, werd leraar aan het Sint-Lodewijkscollege te Brugge (15/09/1870). Op 17/12/1870 ontving hij zijn priesterwijding te Brugge. Vervolgens werd hij leraar aan het college te Kortrijk (12/04/1872). Hij werd benoemd tot principaal van het college te Nieuwpoort op 12/06/1879. Hij was er eveneens secretaris van de lokale afdeling van het Davidsfonds. Hij keerde terug naar Kortrijk waar hij op 11/06/1886 principaal van het college werd. Hij werd pastoor te Wevelgem op 30/08/1893. Voor zijn inhuldiging op 13 september als pastoor te Wevelgem schreef Gezelle 16 rijmende opschriften (Welgekomen, zeer eerweerde,) die de straten en de huizen bij de inhuldiging versierden. De opschriften werden ook gepubliceerd in de Gazette van Kortrijk (21/09/1893) onder de titel Naklanken der Feeste van Wevelghem. Later werd Dehulster pastoor-deken te Poperinge (08/05/1901) en te Kortrijk, Sint-Maartenskerk (19/02/1909), waar hij schielijk in zijn kerk overleed.
Links[odis]
Relatie tot Gezellecorrespondent; gelegenheidsgedicht
NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Briefschrijver

NaamDehulster, Arsène
Datums° Roeselare, 13/02/1847 - ✝ Kortrijk, 01/11/1917
GeslachtMannelijk
Beroepleraar; priester; schooldirecteur; pastoor; deken
BioArsenius Dehulster, zoon van Zacheus Dehulster, handelaar, en Julia Vandemaele, werd leraar aan het Sint-Lodewijkscollege te Brugge (15/09/1870). Op 17/12/1870 ontving hij zijn priesterwijding te Brugge. Vervolgens werd hij leraar aan het college te Kortrijk (12/04/1872). Hij werd benoemd tot principaal van het college te Nieuwpoort op 12/06/1879. Hij was er eveneens secretaris van de lokale afdeling van het Davidsfonds. Hij keerde terug naar Kortrijk waar hij op 11/06/1886 principaal van het college werd. Hij werd pastoor te Wevelgem op 30/08/1893. Voor zijn inhuldiging op 13 september als pastoor te Wevelgem schreef Gezelle 16 rijmende opschriften (Welgekomen, zeer eerweerde,) die de straten en de huizen bij de inhuldiging versierden. De opschriften werden ook gepubliceerd in de Gazette van Kortrijk (21/09/1893) onder de titel Naklanken der Feeste van Wevelghem. Later werd Dehulster pastoor-deken te Poperinge (08/05/1901) en te Kortrijk, Sint-Maartenskerk (19/02/1909), waar hij schielijk in zijn kerk overleed.
Links[odis]
Relatie tot Gezellecorrespondent; gelegenheidsgedicht

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamKortrijk
GemeenteKortrijk

Naam - persoon

NaamDehulster, Arsène
Datums° Roeselare, 13/02/1847 - ✝ Kortrijk, 01/11/1917
GeslachtMannelijk
Beroepleraar; priester; schooldirecteur; pastoor; deken
BioArsenius Dehulster, zoon van Zacheus Dehulster, handelaar, en Julia Vandemaele, werd leraar aan het Sint-Lodewijkscollege te Brugge (15/09/1870). Op 17/12/1870 ontving hij zijn priesterwijding te Brugge. Vervolgens werd hij leraar aan het college te Kortrijk (12/04/1872). Hij werd benoemd tot principaal van het college te Nieuwpoort op 12/06/1879. Hij was er eveneens secretaris van de lokale afdeling van het Davidsfonds. Hij keerde terug naar Kortrijk waar hij op 11/06/1886 principaal van het college werd. Hij werd pastoor te Wevelgem op 30/08/1893. Voor zijn inhuldiging op 13 september als pastoor te Wevelgem schreef Gezelle 16 rijmende opschriften (Welgekomen, zeer eerweerde,) die de straten en de huizen bij de inhuldiging versierden. De opschriften werden ook gepubliceerd in de Gazette van Kortrijk (21/09/1893) onder de titel Naklanken der Feeste van Wevelghem. Later werd Dehulster pastoor-deken te Poperinge (08/05/1901) en te Kortrijk, Sint-Maartenskerk (19/02/1909), waar hij schielijk in zijn kerk overleed.
Links[odis]
Relatie tot Gezellecorrespondent; gelegenheidsgedicht
NaamLaga, Edouard
Datums° Lendelede, 27/03/1853 - ✝ Cuesmes, 17/01/1935
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; pastoor
BioEdouard Laga, zoon van Ivo Laga, bakker, en Ida Lambrecht, werd in 1879 leraar aan het college van Poperinge. Op 20 december 1879 ontving hij zijn priesterwijding. Zijn eerste mis droeg hij op in de collegekapel. Hiervoor schreef Gezelle een gelegenheidsgedicht Eerste misse van E.L., gepubliceerd in de bundel Liederen eerdichten et Reliqua. Hij vertrok naar Doornik op 01/08/1882. Hij was er werkzaam als onderpastoor in Saint-Ghislain en pastoor te Bois-de-Boussu (02/1887). Hij voorzag Gezelle geregeld van taalkundig materiaal voor de Woordentas.
Links[odis]
Relatie tot Gezellezanter (WDT); adressenboekje Cordelia Van De Wiele; gelegenheidsgedicht; correspondent

Naam - plaats

NaamKortrijk
GemeenteKortrijk

Naam - instituut/vereniging

NaamDe Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal en Letterkunde
BeschrijvingDit wetenschappelijk genootschap bestudeert en stimuleert de Nederlandse taal- en literatuur. Na een lange voorgeschiedenis werd het opgericht bij Koninklijk Besluit van 8 juli 1886 als Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde. De activiteiten omvatten onder meer maandelijkse bijeenkomsten met wetenschappelijke en letterkundige besprekingen, prijsvragen en publicaties. Guido Gezelle was één van de stichtende leden. Dit was een belangrijke erkenning van zijn werk. Hij was betrokken bij verschillende prijsvragen en schonk ook een deel van zijn boeken aan de academie.
Datering1886-heden
Links[wikipedia]
NaamSint-Amandscollege Kortrijk
BeschrijvingHet Sint-Amandscollege was een katholiek college opgericht in 1833 te Kortrijk. Het komt af en toe ter sprake in de brieven omdat kennissen van Gezelle er les gaven of principaal waren, zoals Arsène Dehulster van 1886 tot 1893.
Datering1833
Links[wikipedia]

Titel - ander werk

TitelGlossaire flamand de l'inventaire des archives de Bruges (section première, première série)
AuteurGilliodts-Van Severen, L.; Gailliard, E.
Datum1879-1882
PlaatsBruges
UitgeverGailliard
GGBGGB 1175

Titel23/09/1886, Kortrijk, Arsène Dehulster aan [Guido Gezelle]
EditeurEls Depuydt
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2023
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
VerzenderDehulster, Arsène
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatum23/09/1886
VerzendingsplaatsKortrijk (Kortrijk)
AnnotatieAdressaat gereconstrueerd op basis van contextuele gegevens.
Fysieke bijzonderheden
Drager 2 enkele vellen, enkel vel 1: 102x134 ; enkel vel 2: 102x133
wit, vierkant geruit
papiersoort: 2 zijden beschreven, inkt
Staat volledig: brief verknipt tot twee taalkundige fiches en gereconstrueerd met licht tekstverlies
Toevoegingen op blanco zijden 2 en 4 rechts in de zijrand: taalkundige notities: luushorst wilde palme 1 meter hooge schoone dikke hage Laga; gaderare z. Gailliards <-Glo [x]s.> (inkt, verticaal, beide hand G.G.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief3322, L fiche 88 + 7932
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|14297
Inhoud
IncipitUwe brief en aanvraag, zoo veree-
Tekstsoortbrief
TalenNederlands
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.