<Resultaat 1129 van 2641

>

p1
+
Monsieur et cher Confrère[1]

Vous recevrez en même temps que cette missive ma mauvaise prose[2] sur le culte de ste Dorothée à Eecke.[3] J'ai eu l'honneur de vous dire qu'en y demande des Litanies françaises de la Vierge de Cesarée.[4]

Possédant le génie de notre langue maternelle, vous

p2pouvez mieux que personne, cher et digne Monsieur, traduire le texte flamand du Schat-Kiste.

Présenté par une autorité comme la votre, Monseigneur de Bruges, approuverait sans nul doute la traduction faite par vous.

En vous adressant pour ce travail mes remerciments anticipés laissez moi, Monsieur, vous rappeler la date du 6 Mai.[5]

Votre très humble serviteur et devoué confrère en Christo
R Flahault
Directeur au college ND des Dunes
p3

PS. Au moment ou je ferme ma lettre le brave curé de Ledringhem me demande une traduction française avec approbation des Litanies de ste Apolline.

Pour aller comme pour les autres, j'ose compter, Monsieur et cher confrère sur votre obligeance.

Veuillez me retourner le texte ci-inclus: c’est le seul exemplaire qui existe pour le moment. Le Schat Kiste n'en parle pas

p4

Noten

[1] Brief geschreven op papier met reliëfstempel: afbeelding van Maria binnen een cirkel met bijhorende tekst: Notre Dame des Dunes Dunkerque.
[2] Ook: R. Flahault, Notes et documents relatifs au culte de Sainte Dorothée à Eecke. In: Annales du Comité Flamand de France: 16 (1887), p.193-214.
[3] In de parochiekerk van Eke wordt de heilige Dorothea aangeroepen tegen ‘huiduitslag, puisten, de roze, distel en hoofdpijn’. Ze is patrones van hoveniers en vruchtbaarheid, verwijzend naar de appels en rozen die een wonderbaar kindje haar bracht vlak voor haar marteldood in de derde eeuw. De noveen, van 6 tot 14 februari, trekt veel gelovigen. De pastoor wijdt zeep en suiker als hulpmiddelen tegen kwalen. Er zijn gezangen en er wordt op de kerkdeur een zeldzame plakbrief uit 1753 opgehangen, gedrukt in Duinkerke. (Maurits van Coppenolle, Volkse devoties in Zuidvlaanderen. In: Westvlaanderen. 4 (1955), p.171).
[4] De heilige Dorothea van Cappadocië zou naar Caesarea gevlucht zijn. De pastoor in Eecke was Amand Constant Gryson.
fondementeerszatezetachterstesolement z. Zie. fondement(eers) Zie.
[5] Dit gaat over een bijeenkomst van het Comité flamand de France, waarvan Guido Gezelle lid was.
poden eerszatezettransvaserverlatenverstekenverspichtenvervatenvergieten

Register

Correspondenten - personen

NaamFlahault, René-François
Datums° Bailleul, 12/08/1838 - ✝ Duinkerke, 03/03/1905
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; directeur; auteur
VerblijfplaatsFrankrijk (Frans-Vlaanderen)
BioRené Flahault werd op 12 augustus 1838 geboren te Bailleul in een familie van handelaars. In 1864 werd hij tot priester gewijd. Hij werd leraar en later directeur van het Collège Notre Dames des Dunes te Dunkerque. Als vicepresident van het 'Comité Flamand de France' had hij rond 1845 een verzameling van 400 tekeningen van verdwenen Vlaamse kerken. In de annalen van dit genootschap publiceerde hij regelmatig over volksdevotie. Verder was hij lid van de 'Commission Historique du Nord' alsook vicepresident van de 'Société d’études de la province de Cambrai'. Hij stierf te Duinkerke op 3 maart 1905.
Relatie tot Gezellecorrespondent; Comité Flamand de France
BronnenChristine Decoo, De brieven van elf vooraanstaande Frans-Vlamingen aan Guido Gezelle (1884-1899). Gent: RUG. Faculteit Letteren en Wijsbegeerte. Vakgroep Germaanse filologie, 1981
NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker; Gonsalvo Megliori
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Briefschrijver

NaamFlahault, René-François
Datums° Bailleul, 12/08/1838 - ✝ Duinkerke, 03/03/1905
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; directeur; auteur
VerblijfplaatsFrankrijk (Frans-Vlaanderen)
BioRené Flahault werd op 12 augustus 1838 geboren te Bailleul in een familie van handelaars. In 1864 werd hij tot priester gewijd. Hij werd leraar en later directeur van het Collège Notre Dames des Dunes te Dunkerque. Als vicepresident van het 'Comité Flamand de France' had hij rond 1845 een verzameling van 400 tekeningen van verdwenen Vlaamse kerken. In de annalen van dit genootschap publiceerde hij regelmatig over volksdevotie. Verder was hij lid van de 'Commission Historique du Nord' alsook vicepresident van de 'Société d’études de la province de Cambrai'. Hij stierf te Duinkerke op 3 maart 1905.
Relatie tot Gezellecorrespondent; Comité Flamand de France
BronnenChristine Decoo, De brieven van elf vooraanstaande Frans-Vlamingen aan Guido Gezelle (1884-1899). Gent: RUG. Faculteit Letteren en Wijsbegeerte. Vakgroep Germaanse filologie, 1981

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker; Gonsalvo Megliori
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamDuinkerke

Naam - persoon

NaamFaict, Joannes Josephus
Datums° Leffînge, 22/05/1813 - ✝ Brugge, 04/01/1894
GeslachtMannelijk
Beroeppriester, professor, superior, erekanunnik, vicaris-generaal, coadjutor, bisschop
BioIn 1834 was J.J. Faict, zoon van Henri Faict, brouwer, en Marie Hellinck, laureaat van de retorica aan het kleinseminarie te Roeselare. Hij werd doctor in de theologie, wijsbegeerte en letteren. Op 09 juni 1838 werd hij te Brugge door Mgr. Boussen tot priester gewijd. Hij werd professor kerkgeschiedenis en wetenschappen (12/01/1839) en professor theologie (oktober 1840) aan het grootseminarie in Brugge. Vanaf augustus 1849 tot oktober 1856 was hij superior van het kleinseminarie te Roeselare. Hij werd erekanunnik (29/12/1853) en vicaris-generaal van Mgr. Malou op 18/10/1856. In september 1862 werd hij huisprelaat van paus Pius IX en op 25/02/1864 coadjutor van Mgr. Malou. Hij was bisschop van Brugge van 18/10/1864 tot aan zijn dood in 1894.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
Relatie tot Gezelleoverste; correspondent
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III
NaamFlahault, René-François
Datums° Bailleul, 12/08/1838 - ✝ Duinkerke, 03/03/1905
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; directeur; auteur
VerblijfplaatsFrankrijk (Frans-Vlaanderen)
BioRené Flahault werd op 12 augustus 1838 geboren te Bailleul in een familie van handelaars. In 1864 werd hij tot priester gewijd. Hij werd leraar en later directeur van het Collège Notre Dames des Dunes te Dunkerque. Als vicepresident van het 'Comité Flamand de France' had hij rond 1845 een verzameling van 400 tekeningen van verdwenen Vlaamse kerken. In de annalen van dit genootschap publiceerde hij regelmatig over volksdevotie. Verder was hij lid van de 'Commission Historique du Nord' alsook vicepresident van de 'Société d’études de la province de Cambrai'. Hij stierf te Duinkerke op 3 maart 1905.
Relatie tot Gezellecorrespondent; Comité Flamand de France
BronnenChristine Decoo, De brieven van elf vooraanstaande Frans-Vlamingen aan Guido Gezelle (1884-1899). Gent: RUG. Faculteit Letteren en Wijsbegeerte. Vakgroep Germaanse filologie, 1981
NaamCorion, Charles Louis Joseph
Datums° Hondschoote, 09/04/1841 - ✝ Hondschoote, 27/09/1909
GeslachtMannelijk
Beroeponderpastoor; pastoor
BioCharles Corion werd op 9 april 1841 geboren te Hondschoote als zoon van Joseph Corion en Emilie Annycke. In 1869 ontving hij zijn priesterwijding en werd hij achtereenvolgens onderpastoor te Hondegem en Roncq. Vanaf 1876 was hij pastoor te Belle, Westkappel (1879), Ledringem (1883) en Blaringem (1894) tot aan zijn dood in 1909.
Links[odis]
NaamApollonia van Alexandrië
Datums✝ 249
GeslachtVrouwelijk
Beroepheilige
VerblijfplaatsEgypte
BioHeilige Apollonia was een christelijke martelares uit de 3e eeuw, bekend als patroonheilige van tandpijn en tandartsen. Tijdens de christenvervolgingen onder keizer Decius werd zij gemarteld, haar tanden werden uitgetrokken en ze werd gedwongen haar geloof te verloochenen, wat ze weigerde. Ze zou verbrand worden, maar, ze sprong uit het vuur toen haar bewakers niet opletten. Haar feestdag valt op 9 februari.
Links[wikipedia]
NaamDorothea van Cappadocië
GeslachtVrouwelijk
Beroepheilige
BioDorothea van Cappadocië was een rooms-katholieke heilige die in 303 naar Caesarea vluchtte om te ontsnappen aan de vervolgingen onder keizer Diocletianus. De gouverneur van de stad bood haar huwelijk aan, maar zij weigerde omdat ze haar geloof niet wilde opgeven, waarna ze ter dood werd veroordeeld. Volgens de Legenda Aurea sprak ze tijdens haar tocht naar de executie de naam van Jezus uit als haar bruidegom. Een advocaat, Theophilus, spotte hiermee en vroeg bloemen en appels uit de tuin van haar 'bruidegom'. Na haar dood bracht een jongen de gevraagde bloemen en fruit, hoewel het winter was, waarna Theophilus zich bekeerde en ook werd onthoofd. Haar feestdag is 6 februari. Dorothea wordt vaak afgebeeld met een mandje en een zwaard, en ze is de patroonheilige van vrouwen in barensweeën, bloem- en fruitverkopers, tuinlieden, bruiden, bierbrouwers, stervenden en pasgehuwden. Ze beschermt ook tegen valse beschuldigingen en armoede.
NaamGryson, Amand Constant
Datums° Hazebrouck, 19/07/1837 - ✝ Brouckerque, 03/08/1923
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; onderpastoor; pastoor
VerblijfplaatsFrankrijk
BioAmand Constant Gryson werd geboren op 19 juli 1837 in Hazebrouck als zoon van Louis Gryson en Caroline Loonis. Na zijn priesterwijding begon hij zijn geestelijke loopbaan als onderpastoor in Brouckerque en Wormhout. Van 1873 tot 1883 diende hij als onderpastoor van de parochie Saint-Omer in Ledringhem. Op 20 september 1883 werd hij benoemd tot pastoor van de parochie Saint-Vulmar in Eecke, waar hij op 29 september 1883 werd geïnstalleerd. Tijdens zijn pastoraat in Eecke blies hij in januari 1884 de novene ter ere van de heilige Dorothea nieuw leven in, een traditie die tot op heden voortduurt en jaarlijks wordt gehouden van 6 tot 14 februari. Daarnaast liet hij een neogotisch gepolychromeerd houten beeld van de heilige Dorothea vervaardigen, dat op 6 februari 1884 werd ingewijd en nog steeds in de kerk van Saint-Vulmar te Eecke staat. In 1890 werd Gryson benoemd tot pastoor van de parochie Saint-Pierre et Saint-Paul in Méteren, waar hij zijn pastorale werk voortzette. Hij overleed op 3 augustus 1923 in Brouckerque, waar hij de titel van "vice doyen honoraire" droeg.
Links[odis]
BronnenGeneanet; R. Flahault, Notes et documents relatifs au culte de Sainte Dorothée. In: Annales du Comité Flamand de France: 16 (1887), p.193-214.

Naam - plaats

NaamBrugge
GemeenteBrugge
NaamDuinkerke
NaamEke (Eecke)

Naam - instituut/vereniging

NaamComité Flamand de France
BeschrijvingHet Comité Flamand de France werd opgericht op 10 april 1853 door de jurist Edmond de Coussemaker, eerste voorzitter, en vijf andere leden van de 'Société dunkerquoise pour l'encouragement des sciences, des lettres et des arts'. Het is een academische vereniging met als doel de studie en de verspreiding van de Vlaamse cultuur in Frans-Vlaanderen. De vereniging is nog altijd actief. Zij geeft een jaarboek, Annales du Comité Flamand de France, voor het brede publiek uit, en een Bulletin du Comité Flamand de France voor de leden. Het Comité is gevestigd in Hazebrouck. Het kende een grote bloei, en kreeg ook buitenlandse aandacht van figuren zoals Jakob Grimm, Hendrik Conscience, Prudens Vanduyse, enz. Ook Guido Gezelle werd lid in 1884 en erelid in 1891. Hoewel het Comité het Vlaamse culturele erfgoed bestudeert en verzamelt kent het geen afkeer tegenover de Franse Republiek en hield het zich anderzijds afzijdig van het Vlaamse nationalisme.
Datering10/04/1853-
NaamCollège Notre Dame des Dunes, Duinkerke
BeschrijvingDe Collège Notre Dame des Dunes werd in 1850 opgericht door l'abbé Dehaene aan de place du Marché au blé (die vanaf 1894 ‘Place Jeanne d'Arc’ heet) in Duinkerke. In 1869 werd een lagere school toegevoegd. Tijdens WOII werd de school grotendeels vernield en verhuisde ze naar een gebouw van de Petites Soeurs des Pauvres te Rosendaël. Op 16 juni 1952 zegende kanunnik Lestienne het terrein waar de nieuwe gebouwen werden opgetrokken. Kort daarna en in de 21e eeuw kwam de school tot grote bloei en kende ze verdere uitbreidingen.
Datering1850-heden

Titel - ander werk

TitelSchat-kiste der litanien, getrokken uyt het goddelyk officie, levens der heyligen, en andere geloofweerdige auteurs, zeer kragtig tot het vervoorderen der godtvrugtigheyd en heylig leven
Datum[1764-1790]
PlaatsBrugge
UitgeverCornelis de Moor
TitelNotes et documents relatifs au culte de sainte Dorothée à Eecke
AuteurFlahault, René-François
Datum1886
PlaatsLille
UitgeverLefebvre- Ducrocq

Titel04/03/1886, Duinkerke, René-François Flahault aan [Guido Gezelle]
EditeurGuido Spyns
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2025
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenGuido Spyns, Flahault René-François aan Gezelle Guido, Duinkerke , 04/03/1886 . In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. 2025 Available from World Wide Web: link .
VerzenderFlahault, René-François
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatum04/03/1886
VerzendingsplaatsDuinkerke
AnnotatieAdressaat gereconstrueerd op basis van contextuele gegevens.
Fysieke bijzonderheden
Drager 4 enkele vellen, enkel vel 1: 101x131 ; enkel vel 2: 102x131 ; enkel vel 3: 104x131 ; enkel vel 4: 101x131
wit, vierkant geruit
papiersoort: 6 zijden beschreven, inkt
Staat volledig: brief verknipt tot vier taalkundige fiches en gereconstrueerd
Vormelijke bijzonderheden papier met reliëfstempel: afbeelding van Maria binnen een cirkel met bijhorende tekst: Notre Dame des Dunes Dunkerque
Toevoegingen op zijde 1 links: taalkundige notities: fondement // eers // zate // zet // achterste; op zijde 3 links in de zijrand: taalkundige notities: solement z. fondement // (eers); op blanco zijde 6 rechtsboven in de zijrand: taalkundige notities: poden // eers // zate // zet ; op blanco zijde 8 linksonder: taalkundige notities: transvaser // verlaten // versteken // verspichten // vervaten // vergieten (inkt, verticaal, alles hand G.G.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief3322, F fiche 11 + 3322, S fiche 76 + 8055 + 3322, T fiche 17
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|14435
Inhoud
IncipitVous recevrez en même temps
Tekstsoortbrief
TalenFrans
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.