<Resultaat 553 van 2074

>

p1+ Geloofd zij Jezus Christus

Loquela schrijver,

Christelicken Huyshouder met eene spongie der quader seden door P. Joannes David, Priester der Societeyt Jesu. Handwerpen 1607.”

Blz. 78: Vrag. Mach men wel blasphemeren, ydelick sweeren ende bannen?

And. Neen ‘t oock: want dat is al teghen het tweede ghebodt.

“Vrag. En mach men niet sweeren al gheckende, ende seggen, By gans vleesch, by gans kracht, en diergelycke?”

And. Neen ’t: want dat beteeckent oock met eenen, dat er in ‘t ghebodt byghevoeght is, Noch in spot. Want, al en is ’t niet oprechtelick ghesworen, nochtans het luydt qualick; het ontstichtp2andere diet niet wel en verstaen, en het maeckt den weg om oock lichtelick in ernst te sweeren.[1]

Hooger genaemde David, gelijk gij weet, heeft pastor van S.-Maartens geweest, eer hij Jesuiet wierd.

S.-Kruis, 24 Feb. 82.
F. Verstraete pastor sanctae crucis

Noten

[1] Brief gepubliceerd in: Tegenkomsten Brieven etc. In: Loquela: 2 (Lente 1882) 11, p.88.
men

Register

Correspondenten

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamVerstraete, Felix
Datums° Egem, 23/01/1819 - ✝ Brugge, 16/12/1893
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; pastoor
BioFelix Verstraete was de zoon van landbouwer Joannes Verstraete en Maria Claeys. Hij werd tot priester gewijd te Brugge op 24/12/1843 en werd hetzelfde jaar leraar aan het college van Tielt. Hij was achtereenvolgens onderpastoor te Oedelgem (1846), Sint-Jacobs te Brugge (1851), pastoor te Blankenberge (1863) en te Sint-Kruis-Brugge (06/03/1867).
Links[odis]
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III

Briefschrijver

NaamVerstraete, Felix
Datums° Egem, 23/01/1819 - ✝ Brugge, 16/12/1893
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; pastoor
BioFelix Verstraete was de zoon van landbouwer Joannes Verstraete en Maria Claeys. Hij werd tot priester gewijd te Brugge op 24/12/1843 en werd hetzelfde jaar leraar aan het college van Tielt. Hij was achtereenvolgens onderpastoor te Oedelgem (1846), Sint-Jacobs te Brugge (1851), pastoor te Blankenberge (1863) en te Sint-Kruis-Brugge (06/03/1867).
Links[odis]
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamSint-Kruis
GemeenteBrugge

Naam - persoon

NaamVerstraete, Felix
Datums° Egem, 23/01/1819 - ✝ Brugge, 16/12/1893
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; pastoor
BioFelix Verstraete was de zoon van landbouwer Joannes Verstraete en Maria Claeys. Hij werd tot priester gewijd te Brugge op 24/12/1843 en werd hetzelfde jaar leraar aan het college van Tielt. Hij was achtereenvolgens onderpastoor te Oedelgem (1846), Sint-Jacobs te Brugge (1851), pastoor te Blankenberge (1863) en te Sint-Kruis-Brugge (06/03/1867).
Links[odis]
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III
NaamDavid, Jan
Datums° Kortrijk, 1545 - ✝ Antwerpen, 1613
GeslachtMannelijk
Beroeppastoor; pater; auteur
BioJan David werd geboren in 1545 te Kortrijk. Hij studeerde theologie aan de universiteit van Leuven, waar hij les kreeg van professor Cornelius Janssen. Na zijn studies werd hij samen met zijn studiegenoot Pieter Simons, secretaris van zijn gewezen professor Janssen, de eerste bisschop van Gent. Op 16 juni 1576 volgde hij Jacob t’Santele op als pastoor van Kortrijk. Toen in 1578 de geuzen – tegenstanders van de Spaanse koning Filips II tijdens de Tachtigjarige oorlog – Kortrijk innamen, vluchtte David naar Douai. Hij keerde pas terug in 1580, na de Inname van Kortrijk door de Malcontenten, de medestanders van de koning. David nam zijn taak als pastoor terug op, met Pieter Simons als vicepastoor. Een jaar later keerde hij echter terug naar Douai om toe te treden tot de Jezuïeten. In 1583 stichtte hij een Jezuïetencollege te Kortrijk. Jan David was daarnaast ook schrijver van polemische en apologetische werken, waaronder “Kettersche Spinnecoppe” en “Biëncorf”. Jan David overleed in 1613 te Antwerpen.
Links[dbnl]

Naam - plaats

NaamSint-Kruis
GemeenteBrugge

Titel - werk van Guido Gezelle

TitelLoquela
Links[gezelle.be]

Titel - ander werk

TitelChristelicken huys-houder met eene spongie der quader seden
AuteurDavid, Johannes
Datum1607
PlaatsHandtwerpen
UitgeverTrognaesius

Indextermen

Briefontvanger

Gezelle, Guido

Briefschrijver

Verstraete, Felix

Correspondenten

Gezelle, Guido
Verstraete, Felix

Naam - persoon

Verstraete, Felix
David, Jan

Naam - plaats

Sint-Kruis

Plaats van verzending

Sint-Kruis

Titel - ander werk

Christelicken huys-houder met eene spongie der quader seden

Titel - werk van Guido Gezelle

Loquela

Titel24/02/1882, Sint-Kruis (Brugge), Felix Verstraete aan [Guido Gezelle]
EditeurKarel Platteau; Universiteit Antwerpen
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2023
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
VerzenderVerstraete, Felix
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatum24/02/1882
VerzendingsplaatsSint-Kruis (Brugge)
AnnotatieAdressaat gereconstrueerd op basis van contextuele gegevens.
Gepubliceerd inTegenkomsten Brieven etc. - uit : Loquela. Jrg.2 (1882) nr.11, p.88
Fysieke bijzonderheden
Drager enkel vel, 209x135
wit
papiersoort: 2 zijden beschreven, inkt
Staat volledig
Toevoegingen op zijde 2 rechts in het midden: taalkundige notities: men (inkt, verticaal, hand G.G.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief8458
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|14907
Inhoud
IncipitChristelicken Huyshouder
Tekstsoortbrief
TalenNederlands
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.