<Resultaat 746 van 2349

>

p1
Eerweerde Heer,

Wy[1] Confraters van de berechting, Zilveren Portie, zyn vandaag als in familie vergaârd “om volgens een oud Katoliek en Vlaamsch gebruik” de jubilé[2] te vieren, van twee onzer leden[3] waarvoor gy zoo goed geweest zyt, den eeredicht te maken.

Die dicht heeft aan ons herte gesproken, en ons den moed ingegeven om ombeschroomd vereend te blyven tot het vereeren van Christus in zyn Aanbiddelyk Sacrament terwyl uw bevallig tafelliedje ons hertelyk doet lachen, en veel

p2

Noten

[1] Dit lijkt een tekst geschreven door Victor Coornaert om voorgelezen te worden op de viering.
[2] Het gaat over het 25-jarig jubileum van het lidmaatschap van twee leden, Louis Beernaert en Hendrik De Jonghe van het Broederschap van de berechting van de zilveren portie van Sint-Salvator, op 9 juli 1883. Guido Gezelle schreef twee gedichten, een lofdicht en een gezang. Zie ook aanvraagbrief van Victor Coornaert aan Guido Gezelle van xx/06/1883.
[3] Louis Beernaert, deken van het genootschap, en Hendrik De Jonghe, penningmeester.
bolletje z. Zie. haken Zie.be/loopOverleze ee groot beloopK.

Register

Correspondenten

NaamCoornaert, Victor Julien
Datums° Kortrijk, 10/06/1855 - ✝ Dottignies, 14/10/1913
GeslachtMannelijk
Beroepleraar; onderpastoor; pastoor; auteur
BioVictor Julien Coornaert werd op 10 juni 1855 geboren te Kortrijk, als zoon van Jean Joseph Coornaert en Virginie Amélie Van Coillie, beiden handelaars in textiel. Victor behaalde de graad van licentiaat in het kerkelijk recht aan de KUL, werd op 20 december 1879 priester gewijd te Brugge, en in 1882 benoemd tot onderpastoor van de Sint-Salvatorparochie te Brugge. In 1884 werd hij aangesteld als professor dogmatiek, pedagogie en kerkzang van het Grootseminarie te Brugge. Vanaf 1897 was hij pastoor van de Sint-Niklaas en Sint-Katharinaparochie te Pervijze, en vanaf 1900 van de Saint-Légerparochie in Dottignies, waar hij de grote bezieler was van de bouw van de imposante Saint-Légerkerk in neogotische stijl. In de herfst van 1913 overleed hij. Hij was de auteur van ‘Traité théorique et pratique de plain-chant sacré’ (1890), een praktisch handboek ter vervolmaking van de gregoriaanse zang van de seminaristen, en van ‘Concordantiae librorum Veteris et Novi testamenti’ (1909), een alfabetisch register in het Latijn voor predikanten, bijbelgeleerden en studenten. In 1896-1897 voltooide Coornaert samen met een aantal Vlaamsgezinde Bijbelkenners de zogenoemde ‘Vlaamse Professorenbijbel’, een initiatief van de voortijdig overleden Jan Theodoor Beelen (1807-1884), professor Heilige Schrift en Oriëntalistiek aan de KUL. Zijn boeken werden uitgegeven door Karel Beyaert (1848-1922) in Brugge.
Links[odis]
Relatie tot Gezellecorrespondent; zanter (WDT); adressenlijst Cordelia Van De Wiele
Bronnen https://www.dbnl.org/tekst/_bie001194701_01/_bie001194701_01_0030.php; https://www.tenmandere.be/kranten/Het%20Iseghemsche%20Volk/1913/1913-10-19.pdf; https://www.mouscron.be/fr/ma-ville/administration/inventaire-du-patrimoine-culturel-immobilier/pdf/inventairepatrimoinemouscron.pdf; http://www.pervijze.be/pastoors/past27.html; https://nl.wikipedia.org/wiki/Professorenbijbel;
NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Briefschrijver

NaamCoornaert, Victor Julien
Datums° Kortrijk, 10/06/1855 - ✝ Dottignies, 14/10/1913
GeslachtMannelijk
Beroepleraar; onderpastoor; pastoor; auteur
BioVictor Julien Coornaert werd op 10 juni 1855 geboren te Kortrijk, als zoon van Jean Joseph Coornaert en Virginie Amélie Van Coillie, beiden handelaars in textiel. Victor behaalde de graad van licentiaat in het kerkelijk recht aan de KUL, werd op 20 december 1879 priester gewijd te Brugge, en in 1882 benoemd tot onderpastoor van de Sint-Salvatorparochie te Brugge. In 1884 werd hij aangesteld als professor dogmatiek, pedagogie en kerkzang van het Grootseminarie te Brugge. Vanaf 1897 was hij pastoor van de Sint-Niklaas en Sint-Katharinaparochie te Pervijze, en vanaf 1900 van de Saint-Légerparochie in Dottignies, waar hij de grote bezieler was van de bouw van de imposante Saint-Légerkerk in neogotische stijl. In de herfst van 1913 overleed hij. Hij was de auteur van ‘Traité théorique et pratique de plain-chant sacré’ (1890), een praktisch handboek ter vervolmaking van de gregoriaanse zang van de seminaristen, en van ‘Concordantiae librorum Veteris et Novi testamenti’ (1909), een alfabetisch register in het Latijn voor predikanten, bijbelgeleerden en studenten. In 1896-1897 voltooide Coornaert samen met een aantal Vlaamsgezinde Bijbelkenners de zogenoemde ‘Vlaamse Professorenbijbel’, een initiatief van de voortijdig overleden Jan Theodoor Beelen (1807-1884), professor Heilige Schrift en Oriëntalistiek aan de KUL. Zijn boeken werden uitgegeven door Karel Beyaert (1848-1922) in Brugge.
Links[odis]
Relatie tot Gezellecorrespondent; zanter (WDT); adressenlijst Cordelia Van De Wiele
Bronnen https://www.dbnl.org/tekst/_bie001194701_01/_bie001194701_01_0030.php; https://www.tenmandere.be/kranten/Het%20Iseghemsche%20Volk/1913/1913-10-19.pdf; https://www.mouscron.be/fr/ma-ville/administration/inventaire-du-patrimoine-culturel-immobilier/pdf/inventairepatrimoinemouscron.pdf; http://www.pervijze.be/pastoors/past27.html; https://nl.wikipedia.org/wiki/Professorenbijbel;

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamBrugge
GemeenteBrugge

Naam - persoon

NaamBeernaert, Louis Antoine; Beernaert, Lodewijk; Bernaert, Louis
Datums° Brugge, 29/11/1821 - ✝ Brugge, 07/06/1896
GeslachtMannelijk
Beroepmeester-stoelmaker; fabrikant
BioLouis Antoine Beernaert, ook vaak Bernaert genoemd, werd geboren op 29 november 1821 in Brugge als zoon van Jacobus Beernaert en Theresia Mechelaere. Hij trouwde op 7 april 1852 in Brugge met Nathalia Vandeputte, die echter kort daarna, op 13 april 1853, in Brugge overleed. Op 4 juli 1860 hertrouwde hij in Brugge met Isabelle Simonart, geboren op 5 juni 1836 in Brugge en overleden op 22 juni 1896. Isabelle was de dochter van Lucas Simonart, ontvanger van het stadsoctrooi. Het echtpaar kreeg een groot gezin. Louis Beernaert was, net als zijn vader, meester-stoelmaker. In het bevolkingsregister staat hij vermeld als "fabricant de chaises," gevestigd aan de Noordzandstraat 3 in Brugge. Louis Beernaert was lid van het Broederschap van de berechting van de zilveren portie van Sint-Salvator te Brugge en werd op 9 juli 1883 gehuldigd voor zijn 25-jarig lidmaatschap. Ter ere van dit jubileum schreef Guido Gezelle twee gedichten: een lofdicht en een gezang. Louis Beernaert overleed op 7 juni 1896 in Brugge.
Relatie tot Gezellegelegenheidsgedicht
BronnenGeneanet; Archiefbankbrugge; Rijksarchief
NaamCoornaert, Victor Julien
Datums° Kortrijk, 10/06/1855 - ✝ Dottignies, 14/10/1913
GeslachtMannelijk
Beroepleraar; onderpastoor; pastoor; auteur
BioVictor Julien Coornaert werd op 10 juni 1855 geboren te Kortrijk, als zoon van Jean Joseph Coornaert en Virginie Amélie Van Coillie, beiden handelaars in textiel. Victor behaalde de graad van licentiaat in het kerkelijk recht aan de KUL, werd op 20 december 1879 priester gewijd te Brugge, en in 1882 benoemd tot onderpastoor van de Sint-Salvatorparochie te Brugge. In 1884 werd hij aangesteld als professor dogmatiek, pedagogie en kerkzang van het Grootseminarie te Brugge. Vanaf 1897 was hij pastoor van de Sint-Niklaas en Sint-Katharinaparochie te Pervijze, en vanaf 1900 van de Saint-Légerparochie in Dottignies, waar hij de grote bezieler was van de bouw van de imposante Saint-Légerkerk in neogotische stijl. In de herfst van 1913 overleed hij. Hij was de auteur van ‘Traité théorique et pratique de plain-chant sacré’ (1890), een praktisch handboek ter vervolmaking van de gregoriaanse zang van de seminaristen, en van ‘Concordantiae librorum Veteris et Novi testamenti’ (1909), een alfabetisch register in het Latijn voor predikanten, bijbelgeleerden en studenten. In 1896-1897 voltooide Coornaert samen met een aantal Vlaamsgezinde Bijbelkenners de zogenoemde ‘Vlaamse Professorenbijbel’, een initiatief van de voortijdig overleden Jan Theodoor Beelen (1807-1884), professor Heilige Schrift en Oriëntalistiek aan de KUL. Zijn boeken werden uitgegeven door Karel Beyaert (1848-1922) in Brugge.
Links[odis]
Relatie tot Gezellecorrespondent; zanter (WDT); adressenlijst Cordelia Van De Wiele
Bronnen https://www.dbnl.org/tekst/_bie001194701_01/_bie001194701_01_0030.php; https://www.tenmandere.be/kranten/Het%20Iseghemsche%20Volk/1913/1913-10-19.pdf; https://www.mouscron.be/fr/ma-ville/administration/inventaire-du-patrimoine-culturel-immobilier/pdf/inventairepatrimoinemouscron.pdf; http://www.pervijze.be/pastoors/past27.html; https://nl.wikipedia.org/wiki/Professorenbijbel;
NaamDe Jonghe, Henricus Josephus
Datums° Brugge, 05/03/1826 - ✝ Brugge, 23/01/1908
GeslachtMannelijk
Beroephandelaar; fabrikant
BioHenricus Josephus De Jonghe werd geboren op 5 maart 1826 in Brugge als zoon van handelaar en fabrikant Bernard De Jonghe en Anna Barbara Laleu. Hij was fabrikant en eigenaar, gevestigd in de Noordzandstraat in Brugge. Op 3 februari 1852 trouwde hij in Brugge met Sophia Catharina Herman (Rijsel, 16/03/1826 - Brugge, 01/07/1881). Sophia was de dochter van Josephus Herman en Maria Christina Volckaert en werkte als kantkoopvrouw. Na haar overlijden hertrouwde Henricus met Marie Blommaert, die in Gent overleed. Henricus De Jonghe was lid van het Broederschap van de Berechting van de Zilveren Portie van Sint-Salvator te Brugge en werd op 9 juli 1883 gehuldigd voor zijn 25-jarig lidmaatschap. Ter gelegenheid hiervan schreef Guido Gezelle twee gedichten: een lofdicht en een gezang. Henricus De Jonghe overleed op 23 januari 1908 in Brugge.
Relatie tot Gezellegelegenheidsgedicht
BronnenGeneanet; Archiefbankbrugge; Rijksarchief

Naam - plaats

NaamBrugge
GemeenteBrugge
NaamKortrijk
GemeenteKortrijk

Naam - instituut/vereniging

NaamHet broederschap van de berechting van de zilveren portie van Sint-Salvator, Brugge
BeschrijvingHet broederschap van de berechting van de zilveren portie van Sint-Salvators, ook wel broederschap van het Heilig Sacrament van de berechting van de zilveren portie van de parochie Sint-Salvators genoemd, werd gesticht in 1687. De leden vergezelden de priester overdag en 's nachts wanneer hij het sacrament van de berechting ging toedienen aan de stervenden. Nu spreekt men veeleer van het sacrament van de ziekenzalving. Ze deden dat op vrijwillige basis. Wie niet kwam opdagen, moest een boete betalen. De leden droegen waskaarsen of waslichten met zich mee. Zo brachten ze Gods licht tot bij de stervende. De zilveren portie verwijst naar een deel van de Sint-Salvatorsparochie die opgedeeld was in drie porties of wijken: de gouden portie, de zilveren portie en de loden portie. In de gouden portie woonden overwegend rijke parochianen.
Datering1687-heden

Titel - gedicht van Guido Gezelle

TitelLodwijk Beemaert wil ik prijzen
PublicatieVerzameld dichtwerk, deel V, p. 87
TitelWeerom de snaar gezet, en ronkenk afgegeven
PublicatieVerzameld dichtwerk, deel V, p. 84

Titel09/07/1883, Brugge, [Victor Julien Coornaert] aan [Guido Gezelle]
EditeurMiet Hubrechts
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2024
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
Verzender[Coornaert, Victor Julien]
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatum09/07/1883
VerzendingsplaatsBrugge (Brugge)
AnnotatieAdressant gereconstrueerd op basis van het handschrift en contextuele gegevens ; adressaat gereconstrueerd op basis van contextuele gegevens.
Fysieke bijzonderheden
Drager 2 enkele vellen, enkel vel 1: 131x101 ; enkel vel 2: 132x104
wit
papiersoort: 2 zijden beschreven, inkt
Staat onvolledig: brief verknipt tot vier taalkundige fiches waarvan twee gereconstrueerd met tekstverlies; onderkant van vel ontbreekt
Toevoegingen op blanco zijden 2 en 4 in de zijrand: taalkundige notities: bolletje z. haken; be/loop // Overle[?z]e ee groot beloop // K.(inkt, beide hand G.G.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief3322 B, fiche 65 + 3322, B fiche 123
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|15052
Inhoud
IncipitWy, Confraters van de berechting, Zilveren Portie, zijn vandaag
Samenvatting i.v.m. gedichten van Guido Gezelle "Weerom de snaar gezet" en "Lodwijk Beernaert wil ik prijzen" ("Verzameld dichtwerk": dl. V, p.84-88)
Tekstsoortbrief
TalenNederlands
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.