Brugge 20 Mey 1879
Beminde Broeder
Philomena De Smet en ik Romanus Gezelle hebben de eer u officieel te inviteren naer de plechtighyd van de eerste Communie van onzen oudsten zoon Joseph welk
…
p2< | Resultaat 545 van 2308 | > |
---|
Philomena De Smet en ik Romanus Gezelle hebben de eer u officieel te inviteren naer de plechtighyd van de eerste Communie van onzen oudsten zoon Joseph welk
…
p2Naam | De Smet, Philomena; Mina |
---|---|
Datums | ° Sint-Lievens-Houtem, 22/02/1840 - ✝ Brugge, 08/10/1912 |
Geslacht | Vrouwelijk |
Beroep | huisvrouw; hulp in de wapenwinkel |
Bio | Philomena De Smet werd op 22 februari 1840 te Sint-Lievens-Houtem geboren als dochter van Charles De Smet en Dominica De Taeye. In 1865 trouwde ze met Romaan Gezelle (1832-1899), waarmee acht kinderen kreeg. Het portret dat Streuvels van haar schetste, is zeer warm. Zo schreef hij: "In die gedrukte atmosfeer was tante Mina het enig luchthartig, onbevangen geluid, - altijd opgewekt en levenslustig, scheen zij niets te vermoeden van dat gedrukte - de enige in de huiskring die het waagde soms luidop te zingen! Van haar hield ik het meest." Of nog: "Tante Mina gaf er de toon aan van opgewekte levenslust. Haar stem klonk helder als een lach en zij was soms al van 's morgens vroeg aan 't zingen." Ook omschreef hij haar fysiek als volgt: "In huis droeg zij een kanten muts met de binders loshangend op haar rug. 's Zondags gekleed als een grote dame, met diamanten oorbellen en een gouden ketting. Zij was rijzig van gestalte, statig in haar bewegingen, kalm, bedaard en zacht van karakter. Haar stem klonk opgewekt, de vriendelijkheid lag op haar wezen en zij kon hartelijk lachen; glimlachen deed ze altijd. In het milieu waarin zij leefde had zij een kinderlijke eenvoud bewaard; zij deed nooit mee aan gesprekken die boven haar begrip lagen, of waar het ging over kunst of geleerdheid." |
Relatie tot Gezelle | familie: schoonzus; correspondent |
Bronnen | https://gw.geneanet.org/zwyll?lang=nl&iz=171&p=philomena&n=de+smet; S. Streuvels, Kroniek van de familie Gezelle; Avelgem, VW, p. 1148, 1529, 1552; Johan Roelstrate, De voorouders van Stijn Streuvels. Handzame: Familia et Patria, 1971. |
Naam | Gezelle, Guido; Loquela; Spoker |
---|---|
Datums | ° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899 |
Geslacht | Mannelijk |
Beroep | priester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist |
Bio | Guido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd. |
Links | [odis], [wikipedia], [dbnl] |
Naam | Gezelle, Romaan |
---|---|
Datums | ° Brugge, 13/01/1832 - ✝ Brugge, 01/01/1899 |
Geslacht | Mannelijk |
Beroep | vuurwerkmaker |
Bio | Romaan ging samen met zijn broer Guido naar het Duinencollege in Brugge. Toen Guido Gezelle in 1846 naar het kleinseminarie te Roeselare ging, bleef hij thuis om te helpen. In 1862 woonde hij in het Brugse Genthof en werd er 'vuurwerkaansteker' bij een afbraakbedrijf. Tijdens dit jaar raakte hij zwaar gewond bij slopingswerken aan de Brugse Katelijnepoort. Een van zijn benen dreigde geamputeerd te worden tijdens zijn verzorging in het St.-Janshospitaal. Romaan bleef kreupel, maar werd na zijn herstel vuurwerkmaker. Hij zette ook vogels en andere kleine dieren op. Op 4 mei 1865 trouwde hij met Philomena De Smet en verhuisde in augustus van dit jaar naar de Sint-Jorisstraat 34. Op 1 januari 1899 overleed Romaan. Guido Gezelle, die toen nog te Kortrijk verbleef, werd door zijn neef Caesar op de hoogte gebracht via een telegram met het bericht “vader overleden”. Nog op dezelfde dag schreef Gezelle voor zijn overleden broer een gelijknamig gedicht. Het Gezellearchief bewaart zowel het telegram als een gedrukte versie van het gedicht. Het overlijden van zijn broer betekende voor Gezelle een zware slag en zo dichtte hij nog 'Requiescat in pace!' en 'Uit de diepten'. |
Relatie tot Gezelle | familie: broer van Guido Gezelle; correspondent; gelegenheidsgedicht |
Bronnen | http://www.gezelle.be |
Naam | De Smet, Philomena; Mina |
---|---|
Datums | ° Sint-Lievens-Houtem, 22/02/1840 - ✝ Brugge, 08/10/1912 |
Geslacht | Vrouwelijk |
Beroep | huisvrouw; hulp in de wapenwinkel |
Bio | Philomena De Smet werd op 22 februari 1840 te Sint-Lievens-Houtem geboren als dochter van Charles De Smet en Dominica De Taeye. In 1865 trouwde ze met Romaan Gezelle (1832-1899), waarmee acht kinderen kreeg. Het portret dat Streuvels van haar schetste, is zeer warm. Zo schreef hij: "In die gedrukte atmosfeer was tante Mina het enig luchthartig, onbevangen geluid, - altijd opgewekt en levenslustig, scheen zij niets te vermoeden van dat gedrukte - de enige in de huiskring die het waagde soms luidop te zingen! Van haar hield ik het meest." Of nog: "Tante Mina gaf er de toon aan van opgewekte levenslust. Haar stem klonk helder als een lach en zij was soms al van 's morgens vroeg aan 't zingen." Ook omschreef hij haar fysiek als volgt: "In huis droeg zij een kanten muts met de binders loshangend op haar rug. 's Zondags gekleed als een grote dame, met diamanten oorbellen en een gouden ketting. Zij was rijzig van gestalte, statig in haar bewegingen, kalm, bedaard en zacht van karakter. Haar stem klonk opgewekt, de vriendelijkheid lag op haar wezen en zij kon hartelijk lachen; glimlachen deed ze altijd. In het milieu waarin zij leefde had zij een kinderlijke eenvoud bewaard; zij deed nooit mee aan gesprekken die boven haar begrip lagen, of waar het ging over kunst of geleerdheid." |
Relatie tot Gezelle | familie: schoonzus; correspondent |
Bronnen | https://gw.geneanet.org/zwyll?lang=nl&iz=171&p=philomena&n=de+smet; S. Streuvels, Kroniek van de familie Gezelle; Avelgem, VW, p. 1148, 1529, 1552; Johan Roelstrate, De voorouders van Stijn Streuvels. Handzame: Familia et Patria, 1971. |
Naam | Gezelle, Romaan |
---|---|
Datums | ° Brugge, 13/01/1832 - ✝ Brugge, 01/01/1899 |
Geslacht | Mannelijk |
Beroep | vuurwerkmaker |
Bio | Romaan ging samen met zijn broer Guido naar het Duinencollege in Brugge. Toen Guido Gezelle in 1846 naar het kleinseminarie te Roeselare ging, bleef hij thuis om te helpen. In 1862 woonde hij in het Brugse Genthof en werd er 'vuurwerkaansteker' bij een afbraakbedrijf. Tijdens dit jaar raakte hij zwaar gewond bij slopingswerken aan de Brugse Katelijnepoort. Een van zijn benen dreigde geamputeerd te worden tijdens zijn verzorging in het St.-Janshospitaal. Romaan bleef kreupel, maar werd na zijn herstel vuurwerkmaker. Hij zette ook vogels en andere kleine dieren op. Op 4 mei 1865 trouwde hij met Philomena De Smet en verhuisde in augustus van dit jaar naar de Sint-Jorisstraat 34. Op 1 januari 1899 overleed Romaan. Guido Gezelle, die toen nog te Kortrijk verbleef, werd door zijn neef Caesar op de hoogte gebracht via een telegram met het bericht “vader overleden”. Nog op dezelfde dag schreef Gezelle voor zijn overleden broer een gelijknamig gedicht. Het Gezellearchief bewaart zowel het telegram als een gedrukte versie van het gedicht. Het overlijden van zijn broer betekende voor Gezelle een zware slag en zo dichtte hij nog 'Requiescat in pace!' en 'Uit de diepten'. |
Relatie tot Gezelle | familie: broer van Guido Gezelle; correspondent; gelegenheidsgedicht |
Bronnen | http://www.gezelle.be |
Naam | Gezelle, Guido; Loquela; Spoker |
---|---|
Datums | ° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899 |
Geslacht | Mannelijk |
Beroep | priester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist |
Bio | Guido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd. |
Links | [odis], [wikipedia], [dbnl] |
Naam | De Smet, Philomena; Mina |
---|---|
Datums | ° Sint-Lievens-Houtem, 22/02/1840 - ✝ Brugge, 08/10/1912 |
Geslacht | Vrouwelijk |
Beroep | huisvrouw; hulp in de wapenwinkel |
Bio | Philomena De Smet werd op 22 februari 1840 te Sint-Lievens-Houtem geboren als dochter van Charles De Smet en Dominica De Taeye. In 1865 trouwde ze met Romaan Gezelle (1832-1899), waarmee acht kinderen kreeg. Het portret dat Streuvels van haar schetste, is zeer warm. Zo schreef hij: "In die gedrukte atmosfeer was tante Mina het enig luchthartig, onbevangen geluid, - altijd opgewekt en levenslustig, scheen zij niets te vermoeden van dat gedrukte - de enige in de huiskring die het waagde soms luidop te zingen! Van haar hield ik het meest." Of nog: "Tante Mina gaf er de toon aan van opgewekte levenslust. Haar stem klonk helder als een lach en zij was soms al van 's morgens vroeg aan 't zingen." Ook omschreef hij haar fysiek als volgt: "In huis droeg zij een kanten muts met de binders loshangend op haar rug. 's Zondags gekleed als een grote dame, met diamanten oorbellen en een gouden ketting. Zij was rijzig van gestalte, statig in haar bewegingen, kalm, bedaard en zacht van karakter. Haar stem klonk opgewekt, de vriendelijkheid lag op haar wezen en zij kon hartelijk lachen; glimlachen deed ze altijd. In het milieu waarin zij leefde had zij een kinderlijke eenvoud bewaard; zij deed nooit mee aan gesprekken die boven haar begrip lagen, of waar het ging over kunst of geleerdheid." |
Relatie tot Gezelle | familie: schoonzus; correspondent |
Bronnen | https://gw.geneanet.org/zwyll?lang=nl&iz=171&p=philomena&n=de+smet; S. Streuvels, Kroniek van de familie Gezelle; Avelgem, VW, p. 1148, 1529, 1552; Johan Roelstrate, De voorouders van Stijn Streuvels. Handzame: Familia et Patria, 1971. |
Naam | Gezelle, Jozef Cyrille Lieven; Sef |
---|---|
Datums | ° Brugge, 21/12/1867 - ✝ Moen, 11/07/1938 |
Geslacht | Mannelijk |
Beroep | bloemenkweker; vuurwerkmaker; taxidermist; kunstschilder |
Bio | Jozef Gezelle was een zoon van Romaan Gezelle en Philomena De Smet. Aanvankelijk werkte hij als bloemenkweker en als vuurwerkmaker, net zoals zijn vader. Maar zijn droom was om kunstschilder te worden. Al van in zijn jeugd tekende en schilderde hij, en hierin had hij zich als autodidact bekwaamd. Na zijn huwelijk met Alicia Vuylsteke in 1912 realiseerde hij zijn droom: terwijl zijn echtgenote haar winkel in Moen uitbaatte, ging hij voltijds als kunstschilder aan de slag. Hij behoorde tot de Brugse School en maakte onder meer stadsgezichten, landschappen, portretten en voorstellingen van bloemen en dieren. |
Links | [wikipedia] |
Relatie tot Gezelle | correspondent; familie: neef |
Bronnen | https://gw.geneanet.org/bgllrrrrsvz?n=gezelle&oc=&p=jozef+cyrille+lieven; Stijn Streuvels, Kroniek van de familie Gezelle, 1960; Johan van Iseghem, Stijn Streuvels en de Kroniek van de familie Gezelle |
Naam | Gezelle, Romaan |
---|---|
Datums | ° Brugge, 13/01/1832 - ✝ Brugge, 01/01/1899 |
Geslacht | Mannelijk |
Beroep | vuurwerkmaker |
Bio | Romaan ging samen met zijn broer Guido naar het Duinencollege in Brugge. Toen Guido Gezelle in 1846 naar het kleinseminarie te Roeselare ging, bleef hij thuis om te helpen. In 1862 woonde hij in het Brugse Genthof en werd er 'vuurwerkaansteker' bij een afbraakbedrijf. Tijdens dit jaar raakte hij zwaar gewond bij slopingswerken aan de Brugse Katelijnepoort. Een van zijn benen dreigde geamputeerd te worden tijdens zijn verzorging in het St.-Janshospitaal. Romaan bleef kreupel, maar werd na zijn herstel vuurwerkmaker. Hij zette ook vogels en andere kleine dieren op. Op 4 mei 1865 trouwde hij met Philomena De Smet en verhuisde in augustus van dit jaar naar de Sint-Jorisstraat 34. Op 1 januari 1899 overleed Romaan. Guido Gezelle, die toen nog te Kortrijk verbleef, werd door zijn neef Caesar op de hoogte gebracht via een telegram met het bericht “vader overleden”. Nog op dezelfde dag schreef Gezelle voor zijn overleden broer een gelijknamig gedicht. Het Gezellearchief bewaart zowel het telegram als een gedrukte versie van het gedicht. Het overlijden van zijn broer betekende voor Gezelle een zware slag en zo dichtte hij nog 'Requiescat in pace!' en 'Uit de diepten'. |
Relatie tot Gezelle | familie: broer van Guido Gezelle; correspondent; gelegenheidsgedicht |
Bronnen | http://www.gezelle.be |