Jan Bols,
Koninklijke Vlaamsche Akademie,
In een oud Nieuwjaarsliedje[1] van Werchter hoor ik
in de 5e stroof: “Wij zullen nog eens rammelen En trekken al met de bel….
en in 6e stroof: “De klink en wilt niet sammelen Daar steekt een spieke voor….
Kunt gij mij, a.u.b., dat woord sammelen (met s) niet uitleggen? In de woordenboeken vind ik het niet in de beteekenis die het in ‘t lied heeft, te weten rammelen. Mij dunkt dat ik toch een verschil van beteekenis gevoel en hoor tusschen rammelen (dat mij een droger gerucht schijnt) en sammelen (dat men beter zou zeggen, so dunket mi, b.v. van p2metalen voorwerpen, als rammelende sleutels aan éénen ring, rammelende ketingen, van de bellekens ééner misbel of singel, lijk men die bij ons noemt).
Dank op voorhand!
En nog eens hertelijk dank voor dien belangrijken boek aan onze kerkarchieven geschonken!
Ik zend u eene print[2] van O.L.Vr. van Alsemberg.