…
Chère Madame Vercruysse Catulle.[1]
Je vous prie Monsieur d'agreer l’assurance de ma consideration distinguée
Vercruysse - Descamps.
Courtrai le 30 Mai 1888.
< | Resultaat 1262 van 2328 | > |
---|
Naam | Descamps, Marie Antoinette Charlotte Adolphine; Adolphine |
---|---|
Datums | ° Harelbeke, 23/11/1854 - ✝ Kortrijk, 10/03/1932 |
Geslacht | Vrouwelijk |
Bio | Marie Antoinette Descamps trouwde op 1 juni 1881 met Paul Adolphe Vercruysse (Kortrijk, 5 oktober 1849 - Kortrijk, 30 augustus 1927), die de eigenaar was van een openlucht blekerij langs de Ruitersweg in Kortrijk. Het echtpaar had zes kinderen onder wie Antoinette Valerie Vercruysse (°Kortrijk, 1885) voor wie Gezelle in 1897 een eerste communieversje schreef. Marie Anoinette overleed te Kortrijk op 10 maart 1932. |
Relatie tot Gezelle | adressenlijst Kortrijk; correspondent |
Naam | Gezelle, Guido; Loquela; Spoker |
---|---|
Datums | ° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899 |
Geslacht | Mannelijk |
Beroep | priester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist |
Bio | Guido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd. |
Links | [odis], [wikipedia], [dbnl] |
Naam | Descamps, Marie Antoinette Charlotte Adolphine; Adolphine |
---|---|
Datums | ° Harelbeke, 23/11/1854 - ✝ Kortrijk, 10/03/1932 |
Geslacht | Vrouwelijk |
Bio | Marie Antoinette Descamps trouwde op 1 juni 1881 met Paul Adolphe Vercruysse (Kortrijk, 5 oktober 1849 - Kortrijk, 30 augustus 1927), die de eigenaar was van een openlucht blekerij langs de Ruitersweg in Kortrijk. Het echtpaar had zes kinderen onder wie Antoinette Valerie Vercruysse (°Kortrijk, 1885) voor wie Gezelle in 1897 een eerste communieversje schreef. Marie Anoinette overleed te Kortrijk op 10 maart 1932. |
Relatie tot Gezelle | adressenlijst Kortrijk; correspondent |
Naam | Gezelle, Guido; Loquela; Spoker |
---|---|
Datums | ° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899 |
Geslacht | Mannelijk |
Beroep | priester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist |
Bio | Guido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd. |
Links | [odis], [wikipedia], [dbnl] |
Naam | Descamps, Marie Antoinette Charlotte Adolphine; Adolphine |
---|---|
Datums | ° Harelbeke, 23/11/1854 - ✝ Kortrijk, 10/03/1932 |
Geslacht | Vrouwelijk |
Bio | Marie Antoinette Descamps trouwde op 1 juni 1881 met Paul Adolphe Vercruysse (Kortrijk, 5 oktober 1849 - Kortrijk, 30 augustus 1927), die de eigenaar was van een openlucht blekerij langs de Ruitersweg in Kortrijk. Het echtpaar had zes kinderen onder wie Antoinette Valerie Vercruysse (°Kortrijk, 1885) voor wie Gezelle in 1897 een eerste communieversje schreef. Marie Anoinette overleed te Kortrijk op 10 maart 1932. |
Relatie tot Gezelle | adressenlijst Kortrijk; correspondent |
Naam | Catulle, Clémence Constance Thérèse Marie |
---|---|
Datums | ° Kortrijk, 19/12/1815 - ✝ Kortrijk, 22/04/1888 |
Geslacht | Vrouwelijk |
Bio | Clémence Constance Thérèse Marie Catulle werd geboren te Kortrijk in 1815 als dochter van Franciscus Josephus Catulle en Theresia Josepha Planckaert. Ze trouwde op 19/06/1836 met Aloïse (ook geregistreerd als Ludovicus) Vercruysse (08/10/1814-22/04/1885), ijzerhandelaar en lid van de kerkfabriek van Sint-Maartenskerk. Samen kregen ze vier kinderen: Alphonse Vercruysse (° Kortrijk, 26.8.1841), Louise Thérèse Marie Vercruysse (trouwde op 19/06/1867 met Félix Prosper Comer); Paul Vercruysse (°Kortrijk, 05/10/1849; trouwde op 01/06/1881 met Marie A. C. Adolphine Descamps) en Marie Josephine Vercruysse (trouwde in november 1881 met Louis Charles Joseph Volbrecht en verhuisde naar Warneton). Het gezin Vercruysse-Catulle woonde in de Doornikstraat 16 te Kortrijk. Bij haar overlijden werd Clémence geregistreerd als grondeigenaar. Ze stond bekend als een mecenas van diverse goede werken. Ze overleed op 22 april 1888 in Kortrijk. |