<Resultaat 2074 van 2306

>

p1

nagi jak slóp[1]

nackend wie ein Pfahl.[2]

staje, parzy, gapie jakby z nieba spad.[3]

Er steth,[4] schaùt, gaft[5] als wenn er vom Himmel gefallen war

nagi jak pasternak[6]

nackend wie eine Pasternacke (eine Rübe)[7]

Ihr Kind Katharina

Ich will Ihnen noch mehr aùfzählen wenn Sie noch welche wünschen[8]

p2

Noten

[1] Vertaling Anita Mizera (Pools): naakt als een paal.
[2] Vertaling Johan Van Eenoo (Duits): naakt als een paal, Nl.: spiernaakt, poedelnaakt, moedernaakt.
[3] Vertaling Anita Mizera (Pools): hij stopt, kijkt, staart alsof hij uit de hemel was gevallen.
[4] Foutief voor ‘steht’.
[5] Gaffen = gapen, met open mond kijken.
[6] Vertaling Anita Mizera (Pools): naakt als een pastinaak.
[7] Vertaling Johan Van Eenoo (Duits): naakt als een pastinaak (een raap). Raap wordt hier niet gegeven als synoniem voor pastinaak – het zijn twee verschillende planten - maar als extra vergelijkingsmogelijkheid.
[8] Vertaling Johan Van Eenoo (Duits): Ik wil u er nog meer opsommen als u er daar nog van wenst.
pagadoor In de context waarin ’pagadoor’ in het boek van Elias van S. Teresa (1632) werd gebruikt - waar het gaat over Ferdinandus Ximenes de Arragonia pagadoor van zijne Catholijcke Majesteyt - betekent dit 'betaalmeester bij het Spaanse leger’. (WNT) 289 Elias 1632 In de context waarin ’pagadoor’ in het boek van Elias van S. Teresa (1632) werd gebruikt - waar het gaat over Ferdinandus Ximenes de Arragonia pagadoor van zijne Catholijcke Majesteyt - betekent dit 'betaalmeester bij het Spaanse leger’. (WNT)

Register

Correspondenten

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamMùlch, Katharina
GeslachtVrouwelijk
VerblijfplaatsDuitsland, Polen ???
BioKatharina Mùlch was een vrouw met vermoedelijk Poolse roots die rond 1882 in Kortrijk verbleef. Verdere informatie werd niet gevonden.
Relatie tot Gezellecorrespondent

Briefschrijver

NaamMùlch, Katharina
GeslachtVrouwelijk
VerblijfplaatsDuitsland, Polen ???
BioKatharina Mùlch was een vrouw met vermoedelijk Poolse roots die rond 1882 in Kortrijk verbleef. Verdere informatie werd niet gevonden.
Relatie tot Gezellecorrespondent

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamKortrijk
GemeenteKortrijk

Naam - persoon

NaamMùlch, Katharina
GeslachtVrouwelijk
VerblijfplaatsDuitsland, Polen ???
BioKatharina Mùlch was een vrouw met vermoedelijk Poolse roots die rond 1882 in Kortrijk verbleef. Verdere informatie werd niet gevonden.
Relatie tot Gezellecorrespondent

Titel - ander werk

TitelHet Leven Van de Eerweerdighe Moeder Anna de S. Bartholomaeo Ongheschoeyde carmelitersse. Het welck sy selver….heeft beschreven, ende uyt het Spaensch in ’t Nederlandtsch is overgheset
AuteurElias Van S. Teresa (=J.B. Wils)
Datum1632
PlaatsAntwerpen
UitgeverHendrick Aertssens

Titels.d., [Kortrijk ?], Katharina [Mùlch] aan [Guido Gezelle]
EditeurJohan Van Eenoo
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2024
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
Verzender[Mùlch, Katharina]
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatums.d.
VerzendingsplaatsKortrijk (Kortrijk)
AnnotatieAdresaant gereconstrueerd op basis van het handschrift; adressaat en plaats gereconstrueerd op basis van contextuele gegevens en plaats onzeker.
Fysieke bijzonderheden
Drager enkel vel, 103x133
wit, vierkant geruit
papiersoort: 2 zijden beschreven, inkt
Staat fragment: bovenkant van vel ontbreekt
Toevoegingen op zijde 2 rechts: taalkundige notities: pagadoor 289 Elias 1632 (inkt, verticaal, hand G.G.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief3587, pagadoor
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|16355
Inhoud
Incipitnagi jak slóp
Tekstsoortbrief
TalenDuits; Pools
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.