<Resultaat 622 van 2328

>

p1

Zij zijn eenvoudig en dus rechtzinnig: God geve U nog lange jaren al den zegen en het geluk die men op aarde kan hebben en later eene van de treffelijkste plaatsen in den schoonen Hemel.

Ik bied U deze nieuwjaargroet, eerweerde Peter, hopende dat gij daarin de groote liefde zult zien die ik U toedraag.
Uw doopkind,
François
p2

Noten

Kateelke, het bijkans kadeelke uitgespr.uitgesproken = meubelke om een uurwerk in te zetten porte montre Onderstreping van Guido Gezelle in blauw potlood. Vertaling (Frans): horlogehouder, horlogekastje waar van meerder bedied, bijv. om op de schouwe te staan Avelghemeent ’k he ’t gehoord van eent eentwien, entwien die daar by was Avelghem -t Geschreven in zwarte inkt en onderstreping van Guido Gezelle in blauw potlood Onderstreping van Guido Gezelle in blauw potlood. Vertaling (Frans): horlogehouder, horlogekastje eentwien, entwien Geschreven in zwarte inkt en onderstreping van Guido Gezelle in blauw potlood

Register

Correspondenten

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamLateur, Frank
Datums° Heule, 03/10/1871 - ✝ Ingooigem, 15/08/1969
GeslachtMannelijk
Beroepauteur; bakker
BioStijn Streuvels werd in 1871 te Heule geboren als Frank Lateur. Hij was de zoon van Guido Gezelles zuster Louise en Camiel Lateur. Met zijn bakkersopleiding leek hij op weg om de familiale bakkerszaak in Avelgem over te nemen. Zijn vroegste literaire bijdragen verschenen in kleine Vlaamse tijdschriften, zoals 'Biekorf'. Daar werd zijn literair talent opgemerkt door 'Van Nu en Straks'. In Gezelles sterfjaar 1899 verscheen zijn eerste verhalenbundel. Hoewel zijn realistische stijl niet door iedereen gewaardeerd werd, groeide zijn succes. Vanaf 1905 kon hij van zijn pen leven en vestigde hij zich in het Lijsternest in Ingooigem, waar hij tot zijn dood in 1969 zou verblijven. Zijn belangrijkste werken zijn 'De vlaschaard' (1907), 'Het leven en de dood in den ast' (1926) en 'De teleurgang van den Waterhoek' (1927). Streuvels speelde een belangrijke rol in het beheer van Gezelles rechten namens de familie. Zo stimuleerde hij de verspreiding van Gezelles werk via de Nederlandse uitgeverij Veen. Op zijn initiatief verscheen ook een bibliofiele uitgave 'Verzen' (1902) met telkens een origineel handschrift van Gezelle. In 1960 publiceerde hij een Kroniek van de familie Gezelle.
Relatie tot Gezellefamiliedlid, correspondent

Briefschrijver

NaamLateur, Frank
Datums° Heule, 03/10/1871 - ✝ Ingooigem, 15/08/1969
GeslachtMannelijk
Beroepauteur; bakker
BioStijn Streuvels werd in 1871 te Heule geboren als Frank Lateur. Hij was de zoon van Guido Gezelles zuster Louise en Camiel Lateur. Met zijn bakkersopleiding leek hij op weg om de familiale bakkerszaak in Avelgem over te nemen. Zijn vroegste literaire bijdragen verschenen in kleine Vlaamse tijdschriften, zoals 'Biekorf'. Daar werd zijn literair talent opgemerkt door 'Van Nu en Straks'. In Gezelles sterfjaar 1899 verscheen zijn eerste verhalenbundel. Hoewel zijn realistische stijl niet door iedereen gewaardeerd werd, groeide zijn succes. Vanaf 1905 kon hij van zijn pen leven en vestigde hij zich in het Lijsternest in Ingooigem, waar hij tot zijn dood in 1969 zou verblijven. Zijn belangrijkste werken zijn 'De vlaschaard' (1907), 'Het leven en de dood in den ast' (1926) en 'De teleurgang van den Waterhoek' (1927). Streuvels speelde een belangrijke rol in het beheer van Gezelles rechten namens de familie. Zo stimuleerde hij de verspreiding van Gezelles werk via de Nederlandse uitgeverij Veen. Op zijn initiatief verscheen ook een bibliofiele uitgave 'Verzen' (1902) met telkens een origineel handschrift van Gezelle. In 1960 publiceerde hij een Kroniek van de familie Gezelle.
Relatie tot Gezellefamiliedlid, correspondent

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamHeule
GemeenteKortrijk

Naam - persoon

NaamLateur, Frank
Datums° Heule, 03/10/1871 - ✝ Ingooigem, 15/08/1969
GeslachtMannelijk
Beroepauteur; bakker
BioStijn Streuvels werd in 1871 te Heule geboren als Frank Lateur. Hij was de zoon van Guido Gezelles zuster Louise en Camiel Lateur. Met zijn bakkersopleiding leek hij op weg om de familiale bakkerszaak in Avelgem over te nemen. Zijn vroegste literaire bijdragen verschenen in kleine Vlaamse tijdschriften, zoals 'Biekorf'. Daar werd zijn literair talent opgemerkt door 'Van Nu en Straks'. In Gezelles sterfjaar 1899 verscheen zijn eerste verhalenbundel. Hoewel zijn realistische stijl niet door iedereen gewaardeerd werd, groeide zijn succes. Vanaf 1905 kon hij van zijn pen leven en vestigde hij zich in het Lijsternest in Ingooigem, waar hij tot zijn dood in 1969 zou verblijven. Zijn belangrijkste werken zijn 'De vlaschaard' (1907), 'Het leven en de dood in den ast' (1926) en 'De teleurgang van den Waterhoek' (1927). Streuvels speelde een belangrijke rol in het beheer van Gezelles rechten namens de familie. Zo stimuleerde hij de verspreiding van Gezelles werk via de Nederlandse uitgeverij Veen. Op zijn initiatief verscheen ook een bibliofiele uitgave 'Verzen' (1902) met telkens een origineel handschrift van Gezelle. In 1960 publiceerde hij een Kroniek van de familie Gezelle.
Relatie tot Gezellefamiliedlid, correspondent

Naam - plaats

NaamAvelgem
GemeenteAvelgem
NaamHeule
GemeenteKortrijk

Indextermen

Briefontvanger

Gezelle, Guido

Briefschrijver

Lateur, Frank

Correspondenten

Gezelle, Guido
Lateur, Frank

Naam - persoon

Lateur, Frank

Naam - plaats

Avelgem
Heule

Plaats van verzending

Heule

Titel30/12/[1881], Heule, [Frank Lateur (= Stijn Streuvels)] aan [Guido Gezelle]
EditeurKarel Platteau; Universiteit Antwerpen
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2023
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
Verzender[Lateur, Frank]
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatum30/12/[1881]
VerzendingsplaatsHeule (Kortrijk)
AnnotatieJaartal en adressaat gereconstrueerd op basis van contextuele gegevens ; adressant gereconstrueerd op basis van het handschrift ; Frank Lateur = Stijn Streuvels.
Fysieke bijzonderheden
Drager 2 enkele vellen, enkel vel 1: 132x102 ; enkel vel 2: 132x102
wit
papiersoort: 4 zijden beschreven, inkt
Staat onvolledig: brief verknipt tot vier taalkundige waarvan twee gereconstrueerd met tekstverlies; bovenkant van brief ontbreekt
Vormelijke bijzonderheden nieuwjaarsbrief
Toevoegingen op zijde 2 bovenaan: taalkundige notities: Kateelke, het bijkans kadeelke uitgespr. = meubelke om een uurwerk in te zetten porte montre2 waar van meerder bedied, bijv. om op de schouwe te staan Avelghem (purperen inkt en blauw potlood, hand G.G.); op zijde 4 onderaan: taalkundige notities: eent 'k he 't gehoord van eent die daar by was Avelghem -t (inkt, purperen inkt en blauw potlood, omgekeerd, hand G.G.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID Gezellearchief3586, eent + 3586, kateelken
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|16830
Inhoud
IncipitZij zijn eenvoudig en dus rechtzinnig: God geve U nog
Tekstsoortbrief
TalenNederlands
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.