<Resultaat 2190 van 2194

>

p1

Mevr. Eeman-De Seille. Oost-Ghistelhof, N°1, Bruges[1] (inkt, hand Guido Gezelle)

p2
Mon Très Cher Père

Si cela vous fait plaisir de venir voir le cortège[2] Dimanche prochain et rester quelques jours avec nous, celà nous fera plaisir jai un lit pour vous loger et une maison pour vous y montrer le cortège inutile de vous dire qu’on vous attendra avant midi pour prendre familièrement la soupe avec nous Bénissez nous s’il vous plaît

en toute hâte.

un mot de réponse S.V.P.

Noten

[1] Ernestine Deseille leerde Gezelle kennen als parochiaan op de Sint-Walburgaparochie waar hij onderpastoor was. Kort na Gezelles vertrek verhuisde ze terug naar het familiedomein in Hansbeke op 17/01/1873. Twee decennia later kwam ze met haar kinderen terug in Brugge wonen op 14/10/1892. Ze ging inwonen in Leeuwstraat 9 (oud nummer D6/36²) bij een zoutzieder Adolphe Timmery en zijn gezin. Toen de weduwe Walburghe Van Maldeghem – Vanderplancke op 27/09/1892 in haar woning Oost-Gistelhof 1 stierf kon Ernestine Deseille dit huis aankopen van de erfgenamen in 1893 en ze verhuisde naar daar op 26/01/1894 om daar te blijven wonen tot haar dood op 24/02/1907.
[2] De brief dateert van na 1894. Het moet dus gaan om de stoet ter eere van den gelukzalige Idesbaldus van der Gracht. Die ging uit op maandag 13 juli en zondag 19 juli 1896. Gezelle schreef er een lied voor.

Register

Correspondenten

NaamDe Seille, Ernestine
Datums° Aalter, 21/03/1833 - ✝ Brugge, 25/02/1907
GeslachtVrouwelijk
Beroeprentenierster
BioErnestine De Seille was afkomstig van een vermogende adellijke familie uit Oost-Vlaanderen. Haar vader was burgemeester van Hansbeke en Aalter tussen 1825 en 1830. Haar oudere broer Charles was burgemeester van Merendree en haar jongere broer Timon notaris in Hansbeke. Op 30 juli 1858 trouwde ze met haar neef Charles Eeman die luitenant van het eerste garnizoen van de kurassiers te Brugge was. Met hem kreeg ze drie kinderen Marie (1858), Ernest (1859) en Valentine (1860). Op 11 juli 1862 werd ze weduwe omdat haar man na een slepende ziekte overleed. Zelf was ze negenentwintig. Het gezin woonde vanaf 1862 in de Ridderstraat. Als inkomsten had ze behalve het pensioen van haar echtgenoot ook de opbrengst van haar familiale eigendommen. Kort na het vetrek van Gezelle uit Brugge verhuisde ze terug naar Hansbeke op 17/01/1873. Twee decennia later kwam ze met haar kinderen terug in Brugge kwam wonen op 14/10/1892. Ze ging inwonen in Leeuwstraat 9 (oud nummer D6/36²). In 1893 kon Ernestine Deseille het huis gelegen Oost-Gistelhof 1 aankopen. Ze verhuisde naar daar op 26/01/1894 om daar te blijven wonen tot haar dood op 24/02/1907. Nadat Gezelle in 1865 overgeplaatst werd naar de Sint-Walburgaparochie kwam hij als onderpastoor in nauw contact met de familie. Hij droeg voor haar en haar familie heel wat missen op. Zij investeerde zijn geld in obligaties en verleende krediet om Brugse handelaars te betalen. Waarschijnlijk was het ook zij die Gezelle in juli 1872 op zijn ziekbed bezocht om zijn financiële situatie uit te leggen.
Relatie tot Gezellecorrespondent
NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Briefschrijver

NaamDe Seille, Ernestine
Datums° Aalter, 21/03/1833 - ✝ Brugge, 25/02/1907
GeslachtVrouwelijk
Beroeprentenierster
BioErnestine De Seille was afkomstig van een vermogende adellijke familie uit Oost-Vlaanderen. Haar vader was burgemeester van Hansbeke en Aalter tussen 1825 en 1830. Haar oudere broer Charles was burgemeester van Merendree en haar jongere broer Timon notaris in Hansbeke. Op 30 juli 1858 trouwde ze met haar neef Charles Eeman die luitenant van het eerste garnizoen van de kurassiers te Brugge was. Met hem kreeg ze drie kinderen Marie (1858), Ernest (1859) en Valentine (1860). Op 11 juli 1862 werd ze weduwe omdat haar man na een slepende ziekte overleed. Zelf was ze negenentwintig. Het gezin woonde vanaf 1862 in de Ridderstraat. Als inkomsten had ze behalve het pensioen van haar echtgenoot ook de opbrengst van haar familiale eigendommen. Kort na het vetrek van Gezelle uit Brugge verhuisde ze terug naar Hansbeke op 17/01/1873. Twee decennia later kwam ze met haar kinderen terug in Brugge kwam wonen op 14/10/1892. Ze ging inwonen in Leeuwstraat 9 (oud nummer D6/36²). In 1893 kon Ernestine Deseille het huis gelegen Oost-Gistelhof 1 aankopen. Ze verhuisde naar daar op 26/01/1894 om daar te blijven wonen tot haar dood op 24/02/1907. Nadat Gezelle in 1865 overgeplaatst werd naar de Sint-Walburgaparochie kwam hij als onderpastoor in nauw contact met de familie. Hij droeg voor haar en haar familie heel wat missen op. Zij investeerde zijn geld in obligaties en verleende krediet om Brugse handelaars te betalen. Waarschijnlijk was het ook zij die Gezelle in juli 1872 op zijn ziekbed bezocht om zijn financiële situatie uit te leggen.
Relatie tot Gezellecorrespondent

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamBrugge
GemeenteBrugge

Naam - persoon

Naamvan der Gracht, Idesbald; Idesbald Van der Gracht stamde uit de kleine landadel. Hij werd na de dood van zijn vrouw, in 1150 monnik en in 1155 de derde abt te Ter Duinen. In 1624 bleek zijn lichaam nog gaaf bij de opening van zjin kist. In 1627 werd het overgebracht naar Brugge. Sinds 1834 rust het in de Potterie-abdij. Idesbald werd zalig verklaard in 1894.
Datums° Veurne?, ca.1090 - ✝ Koksijde, 1167
GeslachtMannelijk
Beroepabt
BioVan der Gracht stamde uit de kleine landadel. Na de dood van zijn vrouw werd hij in 1150 monnik en in 1155 de derde abt van de cistercienzerabdij Onze-Lieve-Vrouw Ter Duinen in Koksijde, waar hij in 1167 overleed. Bij de opening van zijn kist in 1624 bleek zijn lichaam nog gaaf. In 1627 werd het overgebracht naar Brugge. Sinds 1834 rust het in de Potterie-abdij. Idesbald werd zalig verklaard in 1894.
Links[wikipedia]

Indextermen

Briefontvanger

Gezelle, Guido

Briefschrijver

De Seille, Ernestine

Correspondenten

De Seille, Ernestine
Gezelle, Guido

Naam - persoon

van der Gracht, Idesbald

Plaats van verzending

Brugge

Titel[12/07/1896 t.p.q. - 19/07/1896 t.a.q.], Brugge, Ernestine De Seille (= mevrouw Ernestine Eeman) aan [Guido Gezelle]
EditeurKoen Calis
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2024
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
VerzenderDe Seille, Ernestine
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatum[12/07/1896 t.p.q. - 19/07/1896 t.a.q.]
VerzendingsplaatsBrugge (Brugge)
AnnotatieNaamkaartje werd bewaard voor adres; t.p.q. en t.a.q. gereconstrueerd op basis van het adres en de brieftekst: Ernestine kwam terug in Brugge wonen op 14/10/1892, eerst in de Leeuwstraat 9 en later vanaf 26/01/1894 in het Oost-Gistelhof.: de brief is geschreven na 1894 en de eerstvolgende stoet is die ter ere van de H. Idesbaldus van der Gracht op maandag 13/07/1896; adressaat gereconstrueerd op basis van de inhoud; oud nr. G. Gen. II, 10.
Fysieke bijzonderheden
Drager 57x98
wit
papiersoort: verso horizontaal beschreven, inkt
Staat volledig
Vormelijke bijzonderheden op recto: naam in het midden: Madame Eeman-De Seille.
adres in rechter benedenhoek: Rue Est de Ghistelles, N°1, Bruges.
Toevoegingen aanpassingen aan naamkaartje: <Madame>>Mevr. Eeman-De Seille.< Rue Est de Ghistelles>> Oost-Ghistelhof>, N°1, Bruges. (inkt, hand Guido Gezelle)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID GezellearchiefAanw. 72
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|24892
Geschiedenis 2013: Schenking van het Guido Gezellegenootschap
Inhoud
IncipitSi cela vous fait plaisir de venir voir le
Samenvatting uitnodiging om naar stoet ter ere van de Heilige Idesbaldus van der Gracht komen kijken en enkele dagen te komen logeren
Tekstsoortnaamkaart
TalenFrans
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.