<Resultaat 429 van 2308

>

p1
Beminden Broeder.

Uwen laetsten brief steekt my wel fyn in nisten.[1] Camille en wilt van seppen niet weten om peter te zyn, als hy naer Roubaix kwam hy heeft daer ieverst in de kerke wat groot gedaen en wel duizend keeren opgehaeld dat dit hem 40 frs gekost hadde, enz... als onzen Georges Dood was zeide hy dat hy blyde was om dat dit last van zynen nekke viel,[2] en ik kan Camille daer in niet zetten: zyne Broeders [3] wil ik voor my ook niet die gierige knazers,[4] die op hunne sleppe[5] niet durven zitten van vrekheid mogen hier ook niet komen, en Romain zou van eigen somtyds niet t’huis zyn of laeten voor den onkost, en ook als er hier geene van ul tween Peter is zullen zy het van eigen aerdig vinden, Vader zaliger heeft u wel liseke afgestaen,[6] maer dat maekt toch dat gy den oudsten Broeder niet zou mogen weigeren te komen, of gy verderp2niet aen en rekende, anders wete ik geene middel, en ik heb niemand anders in d’ooge, indien ik moet schryven naer mitje laet het weten, zy zal weinig onkost hebben, en agter dat het eene brave Meter is, voor den intrest moet zy het niet laeten er zal weinig onkost zyn.

Stefanie hebbe ik zien komen langts de route van verre donderdag laets, ik heb den tyd gehad om Moeder en florence te verwittigen, en hun fatsoenlik Stefanie te ontvangen, ik heb met haer rond geweest en haer vrydag morgen tot Kortryk geleid om naer Meenen te vertrekken, zy heeft hier botten en ondergoed laeten liggen en weten niet waer zy gevaren is, Moeder is zeer content van het geen gy gezonden hebt, maer is ongerust over hur zeggen dat gy were ziek zyt, ik denke wel dat het misschien zoo erg niet gaet, de groote warmte doet my ook veel kwaed,

Met de tanten[7] gaet alles ten uittersten in vriendschap florence heef een schoon nieuw kleed gehad van tante,p3Liseke gaet naer schoole gaen met de vacance, Moeder klaegt en sukkelt en somtyds wat raere, maer zy is uitnemende gezond,

Moeder florence en Camille hebben elk zyn geld ontvangen, florence heeft vyf frs ter hand gesteld aen stefanie van de gazette van de Pastor van Sinte.[8]

Camille belast my u te vraegen van zoo veel mogelik ons te helpen om zyne machine te betalen als dit eens effen is zyn wy met iedereen klaer, en moet u dan op eenige maenden niet generen, maer zyne machine die nog niet voldaen is doet hem dag en nacht zagen en knysen, ik moet ook het zelfde schryven aen Seppen, en hy gaet hem nog eens dul maken op my. en zeggen dat ik allen lastig ben en dat camille altyd content is, omdat hy nooit aen niemand zelf zyne redens zegt.p4Nu Beminden Broeder schryft my nog eens antwoorde en zegt dat gy gaet komen, of ik zitte in nisten met geheel dat Peterschap

De gazette komt altyd voort, en indien den onkost daervan op u of op ons moet vallen, wy zullen moeten die gazette opzeggen want tante en Mère Lateur leest die gazette en geven al te samen geen centime, Moeder leest niets dan den Borgerliken staet.

Nu in afwachtinge groeten u alle van herten en de pastor heeft ons reeds komen bezoeken als moeder hem zag komen heeft zy eenen sprong gegeven en weg gevlugt dat wy alle beefden van verschot, en naderhand by gekomen en geklopt,

Nu ik bevele my in uwe gebeden en blyve nog in afwachtinge
Uwe Zuster
Louise

Veel complementen van geheel de familie

Noten

[1] In haar vorige brief aan hem had ze gevraagd of hij peter zou willen zijn van het kindje dat op komst was. Blijkbaar heeft hij daar negatief op geantwoord.
[2] Joseph Gezelle was peter geweest van hun eerste zoontje Georges.
[3] Charles en Victor Lateur.
[4] Vrekken. Onder het lemma 'knarzen' staat bij De Bo: Buitengemeen spaarzaam zijn, gierig zijn”. (L.L. De Bo, Westvlaamsch idioticon. Brugge: Gailliard, 1873, p.540)
[5] Slip van een hemd of kleed.
[6] Pieter-Jan Gezelle was de peter geweest van Elisa Lateur.
[7] De zussen van Pieter-Jan Gezelle: Maria-Constantia en Maria-Josepha, wonend in Heule.
[8] Sente was een volkse benaming voor het gehucht Sint-Katharina op grens van Heule met Kuurne en Lendelede, waar zich sinds de middeleeuwen een wijkkapel ‘Sint Cateryne’ bevond, in 1870 erkend als parochie. Als eerste pastoor werd Adolf De Bien (1828-1904) benoemd (15/03/1870). Vanaf 1871 verzorgden de Zusters van Liefde van Heule er onderwijs. In 1879 werd er een neo-romaanse kerk gebouwd.

Register

Correspondenten

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]
NaamGezelle, Louise; Maria Catharina Ludovica
Datums° Brugge, 22/01/1834 - ✝ Steenbrugge, 12/02/1909
GeslachtVrouwelijk
Beroeplesgeefster; naaister
VerblijfplaatsFrankrijk
BioMaria Catharina Ludovica Gislena Gezelle, de oudste zus van Guido Gezelle ging door het leven onder haar derde naam Louise. In 1857 wilde ze toetreden tot de Congregatie van de Zusters van de H. Vincentius a Paulo te Lendelede. In juli 1858 gaf ze les in Ingelmunster. In oktober 1858 keerde ze terug naar huis en ging later bij haar tantes in Heule wonen. Uiteindelijk vond ze werk als naaister in Menen en in Roubaix, waar ze de zeven jaar jongere Camille Lateur (1841-1897) leerde kennen. Op 5 juni 1865 trouwden ze, en in dezelfde maand van haar huwelijk, op 30 juni, werd een dochtertje geboren, Marie-Louise, dat in juli al overleed. Op 21 mei 1866 werd Marie-Elise (‘Liseke’), ook Amandine genoemd, geboren. Een zoontje, Georges Camille, overleed anderhalf jaar na de geboorte (05/01/1869-23/06/1870). Ze woonden in de Rue des Récollets, later in de Rue du Fort, en nadien ook even in Tourcoing. Maar met het uitbreken van de Frans-Duitse oorlog (19 juli 1870) keerden ze in de winter van 1870-1871 terug naar België. Ze werden in Heule opgevangen in het gezin van Marie-Constance Gezelle, zus van Pier-Jan Gezelle en weduwe van Charles Dedeurwaerder, in de Krakeelhoek, volkse benaming voor de Peperstraat. In januari 1871 hadden ze al een nieuwe woonst aan de Leiaerde. Louise en Camille kregen nog drie kinderen waaronder Frank Lateur, die later als Stijn Streuvels een bekend auteur werd.
Links[wikipedia]
Relatie tot Gezellefamilie: zus van Guido Gezelle; correspondent
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III; http://www.gezelle.be; J. Roelstraete, De voorouders van Stijn Streuvels. Handzame: Familia et Patria, 1971, p.2

Briefschrijver

NaamGezelle, Louise; Maria Catharina Ludovica
Datums° Brugge, 22/01/1834 - ✝ Steenbrugge, 12/02/1909
GeslachtVrouwelijk
Beroeplesgeefster; naaister
VerblijfplaatsFrankrijk
BioMaria Catharina Ludovica Gislena Gezelle, de oudste zus van Guido Gezelle ging door het leven onder haar derde naam Louise. In 1857 wilde ze toetreden tot de Congregatie van de Zusters van de H. Vincentius a Paulo te Lendelede. In juli 1858 gaf ze les in Ingelmunster. In oktober 1858 keerde ze terug naar huis en ging later bij haar tantes in Heule wonen. Uiteindelijk vond ze werk als naaister in Menen en in Roubaix, waar ze de zeven jaar jongere Camille Lateur (1841-1897) leerde kennen. Op 5 juni 1865 trouwden ze, en in dezelfde maand van haar huwelijk, op 30 juni, werd een dochtertje geboren, Marie-Louise, dat in juli al overleed. Op 21 mei 1866 werd Marie-Elise (‘Liseke’), ook Amandine genoemd, geboren. Een zoontje, Georges Camille, overleed anderhalf jaar na de geboorte (05/01/1869-23/06/1870). Ze woonden in de Rue des Récollets, later in de Rue du Fort, en nadien ook even in Tourcoing. Maar met het uitbreken van de Frans-Duitse oorlog (19 juli 1870) keerden ze in de winter van 1870-1871 terug naar België. Ze werden in Heule opgevangen in het gezin van Marie-Constance Gezelle, zus van Pier-Jan Gezelle en weduwe van Charles Dedeurwaerder, in de Krakeelhoek, volkse benaming voor de Peperstraat. In januari 1871 hadden ze al een nieuwe woonst aan de Leiaerde. Louise en Camille kregen nog drie kinderen waaronder Frank Lateur, die later als Stijn Streuvels een bekend auteur werd.
Links[wikipedia]
Relatie tot Gezellefamilie: zus van Guido Gezelle; correspondent
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III; http://www.gezelle.be; J. Roelstraete, De voorouders van Stijn Streuvels. Handzame: Familia et Patria, 1971, p.2

Briefontvanger

NaamGezelle, Guido; Loquela; Spoker
Datums° Brugge, 01/05/1830 - ✝ Brugge, 27/11/1899
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; leraar; onderpastoor; dichter; taalgeleerde; vertaler; publicist
BioGuido Gezelle werd geboren in Brugge. Na zijn collegejaren en priesterstudies (priesterwijding te Brugge op 10/06/1854), werd hij in 1854 leraar aan het kleinseminarie te Roeselare. Gezelle gaf er onder meer talen, begeleidde de vrij uitgebreide kolonie buitenlandse leerlingen, vooral Engelsen, en kreeg tijdens twee schooljaren (1857-1859) een opdracht als leraar in de poësis. In 1865 werd Gezelle onderpastoor van de St.-Walburgaparochie te Brugge. Naast zijn druk pastoraal werk was hij bijzonder actief in het katholieke ultramontaanse persoffensief tegen de secularisering van het openbare leven in België en als vulgarisator in het culturele weekblad Rond den Heerd. In 1872 werd Gezelle overgeplaatst naar de O.-L.-Vrouwparochie te Kortrijk. Gedragen door een sympathiserende vriendenkring werd hij er de gelegenheidsdichter bij uitstek. Gaandeweg keerde hij er ook terug naar zijn oorspronkelijke postromantische en religieus geïnspireerde interesse voor de volkstaal en de poëzie. De taalkundige studie resulteerde vooral in een lexicografische verzameling van niet opgetekende woorden uit de volkstaal (Gezelles ‘Woordentas’ en het tijdschrift Loquela, vanaf 1881), waarmee ook hij het Zuid-Nederlands verdedigde binnen de ontwikkeling van de gestandaardiseerde Nederlandse cultuurtaal. Die filologische bedrijvigheid leidde bij Gezelle uiteindelijk ook tot een vernieuwde aandacht voor zijn eigen creatief werk, zowel vertaling (Longfellows Hiawatha) als oorspronkelijke poëzie. In 1889 werd hij directeur van een kleine Franse zustergemeenschap die zich in Kortrijk vestigde. Hij was een tijdje ambteloos. Dit liet hem toe zich op zijn schrijf- en studiewerk te concentreren. Het resultaat was o. m. de publicatie van twee poëziebundels, Tijdkrans (1893) en Rijmsnoer (1897), die, vooral in het laatste geval, qua vormgeving en originaliteit superieur van gehalte zijn. Om die authentieke en originele lyriek werd hij door H. Verriest, P. de Mont en vooral door Van Nu en Straks als een voorloper van de moderne Nederlandse poëzie beschouwd. Ook later eerden Nederlandse dichters, zoals Paul van Ostaijen en recenter, Christine D’haen, Gezelle als de meest creatieve en vernieuwende Nederlandse dichter in Vlaanderen. In 1899 werd Gezelle naar Brugge teruggeroepen om zich te wijden aan de vertaling van een theologisch werk van zijn bisschop (Waffelaerts Meditationes Theologicae). Hij verbleef nu in het Engels Klooster van Kanonikessen, waar hij echter vrij vlug en onverwachts stierf op 27 november 1899. Hij liet nog een verzameling uitzonderlijke gedichten na die in 1901 postuum als zijn Laatste Verzen werden gepubliceerd.
Links[odis], [wikipedia], [dbnl]

Plaats van verzending

NaamHeule
GemeenteKortrijk

Naam - persoon

NaamDe Bien, Adolphus Desiderius Jacobus Franciscus Josep; De Bien, Adolf
Datums° Kortrijk, 08/05/1828 - ✝ Wervik, 05/06/1904
GeslachtMannelijk
Beroepleraar; onderpastoor; pastoor; directeur
BioAdolphus Desiderius Jacobus Franciscus Joseph De Bien werd op 8 mei 1828 te Kortrijk geboren als zoon van advocaat Franciscus De Bien (1779-1841) en Maria Theresia Vanden Berghe (1779-1888). Hij ontving op 5 juni 1852 zijn priesterwijding, en even later werd hij leraar aan het Kleinseminarie te Roeselare. Hij werd onderpastoor in achtereenvolgens Ingooigem (Sint-Antoniuskerk, 1853), Poperinge (Sint-Janskerk, 1857) en Brugge (Sint-Gilliskerk, 1862). In 1870 werd hij pastoor van de Sint-Catharinakerk te Kuurne, en in 1881 van de Sint-Columbakerk te Deerlijk. Hij beëindigde zijn carrière als directeur van de grauwzusters te Wervik vanaf 1901, en overleed op 5 juni 1904. Zijn uitvaart vond plaats op 9 juni 1904 in de Sint-Medaarskerk van Wervik, en hij werd bijgezet op het Magdalenakerkhof te Kortrijk.
Links[odis]
Relatie tot Gezellecorrespondentie
Bronnen https://nl.geneanet.org/
NaamDe Vriese, Monica
Datums° Wingene, 31/03/1804 - ✝ Heule, 30/04/1875
GeslachtVrouwelijk
BioGuido Gezelles moeder was een boerendochter, die opgroeide op een kleine boerderij, het 'Walleke' te Wingene. Via haar zus Clara, die als religieuze werkte in het Gentse Bijlokehospitaal, leerde Monica De Vriese Pieter-Jan Gezelle kennen, die er werkzaam was als tuinman. Ze trouwden op 2 juni 1829 en woonden in de Rolweg te Brugge. Als huwelijkscadeau kreeg ze zestien cent mee en de stam van een kriekenboom om er meubels uit te zagen. Guido Gezelle werd elf maanden na hun huwelijk geboren op 01/05/1830. Voor de bevalling had ze haar testament opgemaakt, dat zich nu nog in het Gezellearchief bevindt. Na Guido kregen Monica en Pieter-Jan nog zeven kinderen waarvan er slechts vier in leven bleven. Ze verhuisde in januari 1849 naar de overkant van de de Rolweg (nr. 43). In 1871 verhuisde ze samen met haar tachtigjarige, zieke man naar Heule en nam er haar intrek bij hun dochter Louise. Ze stierf er op 30 april 1875.
Relatie tot Gezellefamilie: moeder van Guido Gezelle
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III
NaamGezelle, Florence; Florentina Constantia; (E.Z.) Maria-Columba
Datums° Brugge, 29/09/1847 - ✝ Heule, 19/03/1917
GeslachtVrouwelijk
Beroepkloosterzuster; lerares
BioFlorence Gezelle, dochter van Pieter-Jan Gezelle, hovenier, en Monica Devriese, was de jongste zus van Guido Gezelle. Ze woonde bij haar broer in toen hij onderpastoor was van St.-Walburga te Brugge (1865-1872). In Brugge zette ze zich ook in voor de Noordpoolmissie als lid van het ‘Comité des Dames Zélatrices de l’oeuvre des Missions du Pôle Nord’. Door conflicten met Gezelles meid Stéphanie Hendryckx verliet ze zijn woning en ging ze voor haar ouders zorgen in Heule, die in april 1871 bij hun dochter Louise waren ingetrokken. Uit de correspondentie met haar broer Guido blijkt dat Florence in september 1871 ook in hotel Aux Armes de France te Kortrijk werkte. In 1872 ging ze voor korte tijd werken bij de familie Smith in Brugge. Op 15/10/1873 trad ze in het klooster van de Zusters van Liefde van Maria te Heule en werd er geprofest op 25/08/1875. Ze nam de naam aan van Zuster Colombe en gaf les in de kostschool voor meisjes te Heule. Ze vervulde ook taken in diverse bijhuizen van het hoofdklooster, zoals Kortrijk, Zarren, Klemskerke, Esen en Passendale. Later kwam ze weer naar Heule terug.
Links[wikipedia]
Relatie tot Gezellefamilie: zus van Guido Gezelle; zanter (WDT), correspondent
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III
NaamGezelle, Jozef Aloysius Hyacinthus
Datums° Brugge, 12/02/1840 - ✝ Stene, 18/06/1903
GeslachtMannelijk
Beroeppriester; kloosterdirecteur; onderpastoor; pastoor
BioJozef, de jongste broer van Guido Gezelle, studeerde aanvankelijk te Brugge en later te Roeselare en te Turnhout. In Leuven volgde hij een opleiding aan het Amerikaans Seminarie. Net zoals zijn broer wilde Jozef immers naar Engeland trekken om er het katholieke geloof te verkondigen. In 1863 reisden de broers tevergeefs naar Engeland om daar een geschikt seminarie te vinden. In 1863-1864 was Jozef ingeschreven in het Engels Seminarie te Brugge. Op 22 december 1866 werd hij tot priester gewijd en na een kort intermezzo als onderpastoor in Passendale werd hij in augustus 1867 directeur van Saint-George’s Retreat, een klooster en een instelling voor geesteszieken in Burgess Hill te Southwark. Faict riep hem echter eind december terug. Hij werd vervolgens onderpastoor in Lendelede (1868-1878), Klerken (1878-1887) en Zillebeke (1887-1898). Mede dankzij zijn broer kon hij ten slotte pastoor worden in Stene bij Oostende (hij werd er op 21 september 1898 benoemd), waar hij uiteindelijk overleed op 18 juni 1903.
Links[odis], [dbnl]
Relatie tot Gezellezanter (WDT); familie: broer van Guido Gezelle; correspondent
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III
NaamGezelle, Louise; Maria Catharina Ludovica
Datums° Brugge, 22/01/1834 - ✝ Steenbrugge, 12/02/1909
GeslachtVrouwelijk
Beroeplesgeefster; naaister
VerblijfplaatsFrankrijk
BioMaria Catharina Ludovica Gislena Gezelle, de oudste zus van Guido Gezelle ging door het leven onder haar derde naam Louise. In 1857 wilde ze toetreden tot de Congregatie van de Zusters van de H. Vincentius a Paulo te Lendelede. In juli 1858 gaf ze les in Ingelmunster. In oktober 1858 keerde ze terug naar huis en ging later bij haar tantes in Heule wonen. Uiteindelijk vond ze werk als naaister in Menen en in Roubaix, waar ze de zeven jaar jongere Camille Lateur (1841-1897) leerde kennen. Op 5 juni 1865 trouwden ze, en in dezelfde maand van haar huwelijk, op 30 juni, werd een dochtertje geboren, Marie-Louise, dat in juli al overleed. Op 21 mei 1866 werd Marie-Elise (‘Liseke’), ook Amandine genoemd, geboren. Een zoontje, Georges Camille, overleed anderhalf jaar na de geboorte (05/01/1869-23/06/1870). Ze woonden in de Rue des Récollets, later in de Rue du Fort, en nadien ook even in Tourcoing. Maar met het uitbreken van de Frans-Duitse oorlog (19 juli 1870) keerden ze in de winter van 1870-1871 terug naar België. Ze werden in Heule opgevangen in het gezin van Marie-Constance Gezelle, zus van Pier-Jan Gezelle en weduwe van Charles Dedeurwaerder, in de Krakeelhoek, volkse benaming voor de Peperstraat. In januari 1871 hadden ze al een nieuwe woonst aan de Leiaerde. Louise en Camille kregen nog drie kinderen waaronder Frank Lateur, die later als Stijn Streuvels een bekend auteur werd.
Links[wikipedia]
Relatie tot Gezellefamilie: zus van Guido Gezelle; correspondent
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III; http://www.gezelle.be; J. Roelstraete, De voorouders van Stijn Streuvels. Handzame: Familia et Patria, 1971, p.2
NaamGezelle, Maria Constantia; Stanse; Gezelle Marie Constantia
Datums° Heule, 16/08/1801 - ✝ Heule, 30/01/1884
GeslachtVrouwelijk
Beroeplerares
BioMaria Constance Gezelle was de jongste zus van Pieter-Jan Gezelle en dus een tante van Guido. Ze huwde op 28 mei 1823 met Charles Louis De Deurwaerder (Sint-Eloois-Winkel, 27/12/1798-Heule, 15/09/1857), kostschoolhouder, onderwijzer en later gemeenteontvanger. Maria Constance Gezelle was onderwijzeres in de kostschool van haar man. Zijn kostschool was gevestigd in de Krakeelhoek te Heule. Deze kostschool is overgenomen door de Zusters van Liefde waartoe Florence Gezelle (Florentina Constantia Gezelle) toetrad op 15/10/1873 en waar ze als Zuster Colomba begon les te geven.
Relatie tot Gezellecorrespondent; familie: tante van Guido Gezellle
Bronnen https://gw.geneanet.org/mivan?lang=en&pz=pierre&nz=vandekerckhove&ocz=0&p=maria+constantia&n=gheselle; Rijksarchief: https://search.arch.be/nl/zoeken-naar-personen/zoekresultaat/weergave/akte/id/ROESELARESUCC1_00070574/q/zoekwijze/s?text=gezelle%20constan*&M=0&V=0&O=0&persoon_0_periode_geen=0&plaatsnaam=heule&sort=akte_datum&direction=asc&tmpl=component
NaamGezelle, Pieter-Jan
Datums° Heule, 29/09/1791 - ✝ Heule, 27/05/1871
GeslachtMannelijk
Beroephovenier
BioDe vader van Guido Gezelle was afkomstig van Heule en werkte aanvankelijk als tuinman in het kleinseminarie te Roeselare. Na de sluiting ervan door het Nederlandse bewind was hij werkzaam in de Bijloke te Gent. Op zevenendertigjarige leeftijd ging hij wonen in de Rolweg te Brugge waar hij hovenier werd van de familie Th. Van de Walle-Van Zuylen. Op 2 juni 1829 trouwde hij met Monica De Vriese. Om bij te verdienen was hij ook tuinman in het Brugse grootseminarie van Brugge, had hij een eigen boomkwekerij en werd hij ook opzichter bij een bebossingexperiment langs de kust. Na de dood van Theodoor Van de Walle in 1848 stelde de barones een andere tuinman aan. Zo verhuisde Pieter-Jan op 24 januari 1849 naar de overkant van de Rolweg. In 1871 verbleef hij met zijn vrouw bij zijn dochter Louise in Heule waar hij in mei overleed
Relatie tot Gezellefamilie: vader van Guido Gezelle; correspondent
BronnenB. De Leeuw, P. De Wilde, K. Verbeke, e.a., De briefwisseling van Guido Gezelle met de Engelsen. 1854-1899. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1991, dl.III; http://www.gezelle.be
NaamHendryckx, Stéphanie
Datums° Brugge, 15/09/1839 - ✝ Loppem, 03/07/1898
GeslachtVrouwelijk
Beroepkantwerkster; dienstmeid
BioStéphanie Hendryckx werd geboren te Brugge op 15 september 1839 als dochter van Joannes Hendryckx en Eugenia vander Straete. Ze woonde bij haar ouders in de Rodestraat 12 te Brugge. Ze was kantwerkster, maar had veel oogproblemen. Ze ging aan de slag als dienstmeid bij Guido Gezelle en veroorzaakte er veel problemen door geroddel en diefstal. Zelfs Gezelles post was er onveilig. Gezelles zus Louise zal Stéphanie in augustus 1872 buiten smijten. Door haar reputatie kan ze daarna nog moeilijk werk vinden als dienstmeid. Zo staat Stéphanie in het bevolkingsregister opnieuw geregistreerd als kantwerkster. Ze verhuisde verschillende malen binnen Brugge om op 5 maart 1898 naar Loppem te verhuizen. Ze bleef ongehuwd.
Relatie tot Gezelledienstmeid Gezelle; correspondent
Bronnen https://www.archiefbankbrugge.be/ ; bevolkingsregister Rodestraat 12; Rijksarchief
NaamLateur, Marie Elise Amandine; Elisa Lateur; Amandine
Datums° Roubaix, 21/05/1866 - ✝ Machelen, 14/10/1950
GeslachtVrouwelijk
Beroepbakker
VerblijfplaatsFrankrijk
BioMarie Elise Lateur werd geboren als dochter van Camille Lateur en Louise Gezelle, een jongere zus van Guido Gezelle. Marie Elise was een van de oudere zussen van Stijn Streuvels (pseudoniem van Frank Lateur). Na het overlijden van haar tante Amandine Lateur (1881), nam ze de zorg voor de bakkerijwinkel en het huishouden van haar twee ooms in Avelgem over. Vanaf dat ogenblik wordt ook zij naar analogie met haar tante-voorgangster 'Amandine' genoemd. Uiteindelijk, omstreeks 1887, verhuisden ook haar ouders, broers en zus naar de bakkerij en nam zij samen met haar moeder de bakkerswinkel op zich. Wanneer Streuvels de bakkerijstiel opzegde (1905) en uitsluitend schrijver werd, verhuisde ze met haar moeder naar Brugge om in het ouderlijke huis van de familie Gezelle-De Vriese te gaan wonen.
Links[dbnl]
Relatie tot Gezellefamiliedlid, correspondent
NaamLateur, Camille
Datums° Avelgem, 21/04/1841 - ✝ Avelgem, 21/07/1897
GeslachtMannelijk
Beroepkleermaker
VerblijfplaatsFrankrijk
BioCamille Lateur was een bakkerszoon uit Avelgem, maar was 'coupeur' in Roubaix toen hij Louise Gezelle (1834-1909) leerde kennen. Ze huwden op 5 juni 1865 in Roubaix. Met het uitbreken van de Frans-Duitse oorlog keerde het gezin terug naar België. Hij werd zelfstandig kleermaker in Heule. Het gezin had vier kinderen : Karel, Elisa, Maria en Frank (Stijn Streuvels).
Relatie tot Gezellefamilie van Gezelle (schoonbroer)
Bronnen http://edities.kantl.be/streuvels/ed/DALF.db.se410909?view=pdf
NaamGezelle, Maria Josepha; Gezelle, Maria Josephina
Datums° Heule, 15/05/1790 - ✝ Heule, 28/05/1876
GeslachtVrouwelijk
BioMaria-Josepha was de oudere zus van Pieter-Jan Gezelle, de vader van Gezelle. Ze was dus een tante van Gezelle. Zij bleef ongehuwd en woonde bij het gezin van haar jongere zus Maria-Constantia.
Relatie tot Gezellefamilie: tante van Guido Gezelle; correspondent
NaamLateur, Charles; Sarel
Datums° Avelgem, 03/03/1831 - ✝ Avelgem, 12/04/1894
GeslachtMannelijk
Beroepbakker
BioCharles Lateur werd geboren als zoon van Pierre Lateur en Amelia van Meenen. Hij was een oom van Stijn Streuvels (pseudoniem van Frank Lateur). Na de dood van zijn vader in 1849 nam hij samen met zijn zus Amandine en broer Victor, en later de hulp van hun nicht Maria Elise Lateur, de bakkerij van zijn ouders over.
Links[dbnl]
Relatie tot Gezellefamilielid
NaamLateur, Victor; Fik
Datums° Avelgem, 30/01/1833 - ✝ Avelgem, 21/05/1903
GeslachtMannelijk
Beroepbakker
BioVictor Lateur werd geboren als zoon van Pierre Lateur en Amelia van Meenen. Hij was een oom van Stijn Streuvels (pseudoniem van Frank Lateur). Na de dood van zijn vader in 1849 nam hij samen met zijn zus Amandine en broer Charles, en later de hulp van hun nicht Maria Elise Lateur, de bakkerij van zijn ouders over.
Links[dbnl]
Relatie tot Gezellefamilielid
Naamvan Meenen, Amelia; Vanmeenen, Amelia; mitje; metje
Datums° Avelgem, 14/09/1800 - ✝ Avelgem, 26/12/1874
GeslachtVrouwelijk
Beroepwinkelierster
BioAmelia Van Meenen werd geboren te Avelgem op 14 september 1800 als dochter van chirurgijn/heelmeester Gabriel Van Meenen (Vichte, 20/12/1764 - Avelgem, 16/11/1841) en Caroline Josephine Van den Broucke (1771-1800). Ze trouwde op 12 mei 1830 in Avelgem met Petrus Lateur (Moregem, 31/121802 - Avelgem, 02/12/1849). Het echtpaar kreeg vijf kinderen onder wie Camille Lateur, de jongste, die met Louise Gezelle trouwde en de vader werd van Stijn Streuvels/Frank Lateur. Amelia was de meter van Frank Lateur. Ze baatte in Avelgem de bakkerij van de Lateurs uit tot aan haar dood. Ze overleed in Avelgem op 26 december 1874.
Relatie tot Gezellefamilie
Bronnen https://nl.geneanet.org/
NaamLateur, Camille Henri Joseph; Georges
Datums° Roubaix, 05/01/1869 - ✝ Roubaix, 23/06/1870
GeslachtMannelijk
BioCamille Henri Joseph 'Georges' Lateur werd geboren als zoon van Camille Lateur (1841-1897) en Louise Gezelle (1834-1909). Zijn dooppeter was Joseph Gezelle. De jongen werd nog geen twee jaar oud.
NaamVanhoorenbeke, Maria; Mitje, Mietje
Datums° Brugge, 08/04/1822 - ✝ Brugge, 03/05/1898
GeslachtVrouwelijk
Beroepdienstmeid
BioMarie Vanhoorenbeke was de dochter van een brouwer-koopman uit Eeklo, die zich in Brugge gevestigd had. Ze is geboren te Brugge op 8 april 1822. Het ging om een groot gezin dat op verschillende plaatsen woonde in Brugge en het gaandeweg financieel steeds moeilijker kreeg. Maria stond net als haar zusters ingeschreven als strijkster en kantwerkster. Ze werkte ook als dienstmeid, onder meer bij mevrouw Marie Lucas in de Ridderstraat die in 1870 overleed. Na de dood van haar vader in 1866 was ze gedomicilieerd bij haar moeder in de Kandelaarstraat 4 op de Sint-Walburgaparochie tot 11/01/1876. Ze moet in nauw contact gestaan hebben met de familie Gezelle op Walburga en staat in de briefwisseling bekend als Mitje of Mietje. In 1871 trad ze op als doopmeter van Stijn Streuvels op vraag van Louise Gezelle die een Brugse kennis verkoos boven de eigen familie. In augustus 1872 steunde ze Louise Gezelle bij het ontslaan van Gezelles dienstmeid Stephanie Hendryckx. De daarop volgende maanden hielp ze Guido Gezelle in het huishouden. Na zijn vertrek naar Kortrijk werd ze uitbetaald voor twee en een halve maand loon en het herstellen van zijn kleding. Ze nam ook brandstof en huisraad over die hij niet meenam. Ze stierf in 1898 bij de zusters van liefde in het Sint-Antoniusgesticht (Minnewaterkliniek).

Naam - plaats

NaamKortrijk
GemeenteKortrijk
NaamMenen
GemeenteMenen
NaamRoubaix

Naam - instituut/vereniging

NaamKlooster van de Zusters van Liefde te Heule
BeschrijvingDe congregatie ontstond op initiatief van Agatha Lagae (1799-1864), oudste dochter van notaris-burgemeester Franciscus-Constantinus Lagae van Heule en broer van o.a. dokter Romain en priester Aimé Lagae, die een rol speelden in de geschiedenis van de familie Gezelle. Het klooster is in oorsprong een voortzetting van de armenschool voor weeskinderen die sinds 1809 te Heule bestond, annex zondagsschool. In 1833 besloten Agatha Lagae en een vijftal vrome vrouwen zich in een ‘klooster’ te verenigen en op 7 januari 1834 startten ze hun activiteiten in de bestaande armenschool, uitgebreid met en spin- en naaischool voor meisjes en jongens, een weeshuis voor meisjes en een meisjesburgerschool (in de Mellestraat), de grondslag van het latere Pensionaat. Vier vrouwen legden hun eerste religieuze geloften af op 2 juli 1838. Hiermee werd de officiële stichting van het klooster een feit. Het initiatief nam uitbreiding met een ouderlingenhuis (1845), een kostschool (1870) en een internaat (1871). Vanaf het midden van de negentiende eeuw kende de inmiddels diocesane congregatie een indrukwekkende expansie, met uiteindelijk veertig bijhuizen in vnl. West-Vlaanderen. Het eerste bijhuis werd in 1853 in Otegem opgericht. Andere, zoals Esen (1864), Passendale, (1865) en Kortrijk, Rekollettenstraat (1871), komen in de correspondentie van Guido Gezelle aan bod. De activiteiten van de zusters van Liefde van Heule concentreerden zich op het onderwijsapostolaat, gehandicapten-, bejaarden- en ziekenzorg. In de eerste helft van de twintigste eeuw engageerden de zusters zich ook in missioneringswerk. Agatha Lagae (Moeder Agatha) bleef overste tot haar overlijden in 1864. Ze werd opgevolgd door Zuster Augustine (Virginie Nyffels). In de jaren 1877-1878 was Hugo Verriest een korte tijd priester-directeur van het klooster. Op 15 oktober 1873 trad Florence Gezelle binnen in het klooster van Heule. Ze nam de naam Zuster Colombe aan.
Datering1838-heden
Links[odis]

Titel - werk van Guido Gezelle

Titelt Jaer 70: een nieuw gazetje voor christelyke Vlamingen

Titelxx/[08/1871], [Heule], [Louise Gezelle] aan [Guido Gezelle]
EditeurPiet Couttenier
Wetenschappelijke leidingEls Depuydt
Partners Openbare Bibliotheek Brugge (Guido Gezellearchief); Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren); Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Lage Landen (ISLN) (Piet Couttenier, Universiteit Antwerpen); Guido Gezellegenootschap
UitgeverGuido Gezellearchief, KANTL/CTB
Plaats van uitgaveBrugge, Gent
Publicatiedatum2024
Beschikbaarheid Teksten en afbeeldingen beschikbaar onder een Creative Commons Naamsvermelding - Niet Commercieel licentie.
DisclaimerDe editie van de Guido Gezellecorrespondentie is het resultaat van een samenwerkingsproject met vrijwilligers. De databank is in opbouw, aanvullingen en opmerkingen kunnen gemeld worden aan els.depuydt@brugge.be.
Meer informatie over het vrijwilligersproject is te vinden op gezelle.be.
CiterenEen brief kan worden geciteerd als:
[Naam van editeur(s)], [briefschrijver aan briefontvanger, plaats, datum]. In: GezelleBrOn, Wetenschappelijke editie van de correspondentie van Guido Gezelle. [publicatiedatum] Available from World Wide Web: [link].
Verzender[Gezelle, Louise]
Ontvanger[Gezelle, Guido]
Verzendingsdatumxx/[08/1871]
VerzendingsplaatsHeule (Kortrijk)
AnnotatieJaartal, maand, adressant en adressaat gereconstrueerd op basis van de toegevoegde notitie; plaats gereconstrueerd op basis van contextuele gegevens.
Fysieke bijzonderheden
Drager dubbel vel, 209x134
wit
papiersoort: 4 zijden beschreven, inkt
Staat volledig
Vormelijke bijzonderheden rouwpapier
Toevoegingen op zijde 1 links in de bovenrand: Aan G. Gezelle ; idem rechts: (Oogst ? 1871) ; op zijde 4 rechtsonder bijgeschreven onder de signering: (Gezelle) (inkt, alles hand P.A.)
Bewaargegevens
LandBelgië
PlaatsBrugge
BewaarplaatsGuido Gezellearchief
ID GezellearchiefAanw. 428
Bibliotheekrecordhttps://brugge.bibliotheek.be/detail/?itemid=|library/v/obbrugge/gezelle|26689
Geschiedenis 27/02/2018, Antwerpen: Teruggave familiebrieven UA
Inhoud
IncipitUwen laetsen brief steekt my wel fyn in nesten
Tekstsoortbrief
TalenNederlands
De tekst werd diplomatisch getranscribeerd, en aangevuld met een editoriale laag.
De oorspronkelijke tekst werd ongewijzigd getranscribeerd; alleen typografische regeleindes en afbrekingstekens, en niet-betekenisvolle witruimte werden genormaliseerd.
Auteursingrepen in de tekst (toevoegingen, schrappingen), en latere redactie-ingrepen (schrappingen, toevoegingen, taalkundige notities) door de lezer werden overgenomen en expliciet gemarkeerd.
Voor een aantal tekstfenomenen werden naast de oorspronkelijke vorm ook editeursingrepen opgenomen in de transcriptie: oplossingen voor niet-gangbare afkortingen en correcties voor manifeste fouten. Daarnaast bevat de transcriptie editeursingrepen ter verbetering van de leesbaarheid (toevoegingen, reconstructies) of ter motivering van transcriptie-beslissingen (aanduiding van onzekere lezingen, weglating van onleesbare tekst). Alle editeursingrepen worden expliciet gemarkeerd.