<Resultaat 190 van 2531

>

"DE SIKKEL", Karel Oomsstraat, 51

Waarde Heer Styn Streuvels,
Het spijt me zeer dat de tekening in slechte staat is toegekomen.[1] De oorspronkelike verpakking is bij de clicheur achtergebleven en ik heb te weinig wantrouwen gehad in de post. Ik maak een oprecht mea culpa. Ik zal me met een gewone kleine reproduktie tevreden stellen. Heden avond krijg ik de laatste sluitstukken van de tekenaar;[2] die gaan dan morgen naar de clicheur, van daar recht naar de drukker die me nog een allerlaatste volledige proef bezorgt mét deze sluitstukken op hun plaats.— Proef Courtmans werd u volgens mijn aantekeningen gezonden;[3] het geval is zeker niet tragies op te nemen... alleen heeft de heer Opdebeek reeds laten weten, dat hij zijn kontrakt voor advertentie na verloop niet wenst te vernieuwen![4] In ieder geval schrijf ik hem nog eens om die ontbrekende nummers.[5]Mij dunkt dat ik destijds ook eens over zeker J[aak Boonen], die zich wat met letterkunde heeft beziggehouden, heb horen spreken in minder gunstige zin als over een avontuurlik en onbetrouwbaar iemand, dat is echter niet meer dan een tamelik vage herinnering.[6] Ik meen te weten dat Emm[anuel] de Bom hem beter kent.
B[ibliotheekgids] over Snieders zend ik heden,[7] evenals de twee bestelde boeken[8] waarvoor mijn beste dank.
Met beste groeten Hoogachtend
(handtekening Eugène De Bock)
ANTWERPEN 09.IV.1924
De Heer Styn Streuvels,
"Lijsternest"
INGOYGHEM
 

Annotations

[1] Cf. Streuvels' klacht hierover in zijn brief aan De Bock van 6 april 1924.
[2] Dit zijn de versieringen onder aan elk hoofdstuk van Lenteleven van de hand van Leo Marfurt.
[3] Cf. brief van Streuvels aan De Bock van 6 april 1924: Streuvels meende van dit artikel geen proef ontvangen te hebben.
[4] In zijn Courtmans-bijdrage voor de Bibliotheekgids (februari 1924) had Streuvels zich weinig lovend uitgelaten over de Opdebeek-uitgaven en de Vlaamse uitgeverspraktijk in het algemeen. Cf. brief van De Bock aan Streuvels van 4 januari 1924.
Voor de geplande serie Clio-Bibliotheek was Streuvels nog een artikel aan het voorbereiden.
[5] Dit zijn de in de Bibliotheekgids aangekondigde nummers 1-2; 16-17 uit de reeks Vrouwe Courtmans' Volledige Werken (Opdebeek, 1923): cf. Streuvels' vraag in zijn brief aan De Bock van 6 april 1924.
[6] Cf. Streuvels' vraag in zijn brief aan De Bock van 6 april 1924.
[7] Cf. Streuvels' vraag in zijn brief aan De Bock van 6 april 1924.
[8] Eén van deze boeken was Hendrik Conscience en de opkomst van de Vlaamsche romantiek van Eugène De Bock.

Register

Naam - persoon

Boonen, Jaak (° Oppiter, 1875-09-10 - ✝ Schoten, 1944-05-18)

Letterkundige.

Boonen studeerde te Leuven, waar hij bevriend geraakte met August Borms, Lodewijk Dosfel en Langendonck. Hij was er redacteur van Ons Leven en richtte de Limburgse studentenvereniging 'De Heidebloem' op. Doctoreerde en was lange tijd werkzaam in de Koninklijke Bibliotheek. Daarna doceerde hij aan de universiteiten van Heidelberg en Frankfurt, waar hij verschillende werken publiceerde (Die Entwicklung der niederländischen Sprache, Rubens und Vondel, Guido Gezelle und Rembrandt). Tijdens WO I doceerde hij ook aan de Utrechtse Universiteit. Stelde een aantal bloemlezingen samen (o.a. met gedichten van Van Langendonck) maar was vooral bekend als schrijver van volksboeken en boerenromans (Geldjan, Amusante Typen. Schetsen uit het Vlaamsche Volksleven). Hierbij sloot ook zijn vertalingswerk aan, o.a. van het werk van René Bazin. Als journalist was hij tenslotte verbonden aan buitenlandse bladen als de Kölnische Zeitung en de Nieuwe Rotterdamsche Courant. Hij werkte ook mee aan De Schelde en Volk en Staat.

Courtmans-Berchmans, Johanna D. (° Oudegem, 1811-09-06 - ✝ Maldegem, 1890-09-22)

Schrijfster.

Johanna Berchmans was gehuwd met J.B. Courtmans, leraar en auteur van schoolboeken. Na zijn dood in 1856 richtte zij in Maldegem een kostschool op, die zij ondanks felle katholieke tegenwerking in stand wist te houden. Aanvankelijk schreef zij gedichten, toneelstukken en schetsen. Maar de strijd tegen haar omgeving bracht haar er toe om vanaf 1860 een hele reeks tendensverhalen en romans te schrijven. Haar romans en novellen waren geïnspireerd door het plattelandsleven (hoofdzakelijk in het Meetjesland), de verfransing en de schoolstrijd. Ze schreef over de sociale crisis en de mensonterende levensomstandigheden van de landbouwers en landarbeiders. De sociale inslag en de kritiek op de tijdsomstandigheden geven haar werk documentaire waarde. In haar roman Bertha Baldwin greep ze terug naar het roemrijke Vlaamse Verleden en wou ze Consciences Leeuw van Vlaanderen een vrouwelijke tegenhanger geven. Het Geschenk van den Jager, over de tegenstelling tussen het plattelands- en fabrieksleven, werd in 1865 met de vijfjaarlijkse staatsprijs voor Nederlandse letterkunde bekroond.

De Bom, Emmanuel (° Antwerpen, 1868-11-09 - ✝ Kalmthout, 1953-04-14)

Letterkundige, bibliothecaris, journalist.

Was hoofdbibliothecaris van de Antwerpse stadsbibliotheek (1911-1919; 1926-1933), die hij reorganiseerde. Hij was ook bedrijvig in de journalistiek, vanaf 1904 als correspondent van de Nieuwe Rotterdamsche Courant en als redacteur (1920-1926) van de Volksgazet. Hij was medeoprichter van Van Nu en Straks, Vlaanderen en het Tijdschrift voor Boek- en Bibliotheekwezen. Als een van de eersten in Vlaanderen vroeg hij aandacht voor het toneel van Ibsen en voor de opvattingen van William Morris betreffende boekverzorging. Zijn kleine roman Wrakken (1898), een document van de fin-de-siècle en neerslag van een persoonlijke crisis, is een van de eerste Vlaamse psychologische stadsromans. Daarna schreef hij nog gemoedelijke en stemmingsvolle schetsen en verhalen en talrijke vlotte kronieken. Met Streuvels was hij intiem bevriend en voerde hij een uitgebreide briefwisseling.

Snieders, Jan Renier (° Bladel, N-Brabant, 1812-11-21 - ✝ Turnhout, 1888-04-09)

Geneesheer en letterkundige.

Broer van August Snieders, promoveerde (1838) in de medicijnen te Leuven en vestigde zich als arts te Turnhout. Hij schreef Kempische dorpsromans en novellen in de conservatieve trant van Conscience, doch minder idealiserend, nuchterder en bezadigder. Zijn beste werken dateren uit zijn eerste periode (De meesterknecht, 1855; De lelie van het gehucht, 1860; De Gouden Willem, 1866). De daarin reeds aanwezige moraliserende tendens overwoekert de verhalen die hij na 1870 in de jaren van de Schoolstrijd schreef. Hij was eredoctor van de Katholieke Universiteit Leuven (1887).

Streuvels, Stijn (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)

Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.

Naam - uitgever

Opdebeek, Lode (° Brussel, 1869-06-19 - ✝ Antwerpen, 1930-05-04)

Uitgever, auteur en journalist.

Lid van het genootschap De Distel. Lode Opdebeek stichtte in 1887 het tijdschrift De Vlaamsche Wacht. Begin 1895 werd hij redacteur van het Vlaams-Brusselse weekblad Vlaamsch en Vrij, waar Streuvels zijn eerste prozaschetsen publiceerde. Het jaar daarvoor had hij, samen met zijn oom J. Vergaert de Nationale Drukkerij opgericht te Brussel, die omstreeks 1900 onder eigen naam werd voortgezet. Tijdens de Eerste Wereldoorlog vestigde Opdebeek zich met zijn gezin te Laren (Noord-Holland), waar hij medewerker werd van De Vlaamsche Stem. Na de oorlog werd de uitgeversactiviteit te Antwerpen voortgezet. De uitgeverij werd bekend om haar volksromans en jeugd- en schoolboeken. Zowel onder zijn eigen naam als onder diverse pseudoniemen (L. Van Laeken, R. Van Fienen, G. Raal, B. Koenen, K. Bouter) schreef Opdebeek diverse journalistieke artikelen, populaire biografieën, vaderlands-historische romans, sprookjes en vertellingen. Hij werd opgevolgd door zijn zoon Gabriël (1895-1979).

Titel - werken van Streuvels

Streuvels, Stijn, Lenteleven (1899). [bundel]
Achtste druk, Jubileum-Uitgave, Antwerpen: De Sikkel; Amsterdam: L.J. Veen; Santpoort: C.A. Mees, 1924, 258 + [VI] p., 23,3 x 18,5 cm.
Extra info:
Met een portret van Stijn Streuvels door Jules Fonteyne (Maart 1924) en dat door Julius De Praetere (1902). Met een inleiding, Vijf en twintig jaar..., waarvan de eerste bladzijde in facsimile, door Stijn Streuvels. Gedateerd: Ingoyghem den 21 Maart 1924. Colofon: 'Van dit boek werden gedrukt vijftien exemplaren op Keizerlijk Japansch papier, genummerd van I tot XV; twintig exemplaren op Hollandsch Van Gelder, genummerd van XVI tot XXXV en drie honderd vijf en zestig op Alfa, genummerd van 36 tot 400.'
Streuvels, Stijn, Lenteleven (1899).
Druk