Met het Messeboekske[1] ben ik eindelijk zoo ver, dat Veen nu de exploitatie voor Holland aanvaard heeft. Een groote moeilijkheid is in dezen tijd natuurlijk den afstand tusschen den Hollandschen en den mogelijken Belgischen prijs en ik heb het dan zoo moeten regelen dat Veen 200 exemplaren van de 240 voor zijn rekening nam (natuurlijk tegen een miniemen prijs: 0,50 fl[orijn] per exemplaar) en dat ik er dus voor België nog maar 40 over heb, die ik in fraanks berekend iets minder dan 2,50 f[rank] zal hebben te verkoopen. Blijven dan nog 10 exemplaren op Japansch, waarvan ik nog niet weet of Veen mij een aantal zal afnemen. Tegen September zal ik u vragen mij een lijstje van mogelijke inteekenaars te bezorgen, tenzij u het beter vondt dat ik u de prospectussen terhand stelde. Wij kunnen dan den definitieven inteekenprijs voor Vlaanderen bepalen.[2]