Den 21.9.1936
Herrn Stijn Streuvels, IngoyghemHochverehrter Herr Streuvels!
Ich freue mich sehr, Ihnen mitteilen zu können, daß tatsächlich Ihr Brief vom 29. August mit der Mitteilung über die regelmäßigen Überweisungen aus München und Leipzig[1] das gewünschte Ergebnis gehabt hat: die hiesige Stuttgarter Devisenstelle folgt nun dem Beispiel dieser anderen Städte und hat uns die Überweisung der neuen Beträge an Sie direkt gestattet! Wir haben also am 18. September die Deutsche Bank und Diskontogesellschaft Stuttgart beauftragt, den Betrag von R[eichsmark] 860.96 an Sie auszubezahlen, und hoffen, daß Sie in diesen Tagen in den richtigen Besitz des Geldes kommen:
Die Abrechnung gestaltet sich folgendermaßen:
Wir schuldeten Ihnen laut Abrechnung vom 30. Juni 1936: R[eichsmark] 512.18[2]
Dann Honorar für den Abdruck von "Männer am feurigen Ofen" in der "Frankfurter Zeitung": R[eichsmark] 150.--[3]
Schließlich Pauschalhonorar für die Buchausgabe der "Männer am feurigen Ofen": R[eichsmark] 400.--[4]
Zusammen also: R[eichsmark] 1062.18
Wir schuldeten Ihnen laut Abrechnung vom 30. Juni 1936: R[eichsmark] 512.18[2]
Dann Honorar für den Abdruck von "Männer am feurigen Ofen" in der "Frankfurter Zeitung": R[eichsmark] 150.--[3]
Schließlich Pauschalhonorar für die Buchausgabe der "Männer am feurigen Ofen": R[eichsmark] 400.--[4]
Zusammen also: R[eichsmark] 1062.18
Hiervon müssen wir 10 % als Einkommensteuer an das hiesige Finanzamt abführen, so daß Ihnen R[eichsmark] 955.96 zustehen.
[2]
Hiervon sind überwiesen:
Am 28. August 1936 auf das Konto Frank Lateur bei der De[utsche ]D[ev]i[sen ]Bank in Krefeld: R[eichsmark] 75.-
Am 18. September 1936 durch die De[utsche ]D[ev]i[sen ]Bank an Sie: R[eichsmark] 860.96
R[eichsmark] 935.96[5]
Am 28. August 1936 auf das Konto Frank Lateur bei der De[utsche ]D[ev]i[sen ]Bank in Krefeld: R[eichsmark] 75.-
Am 18. September 1936 durch die De[utsche ]D[ev]i[sen ]Bank an Sie: R[eichsmark] 860.96
R[eichsmark] 935.96[5]
Wir schulden Ihnen somit noch R[eichsmark] 20.- und werden diese bei nächster sich bietender Gelegenheit ebenfalls zur Auszahlung bringen.
Mit verehrungsvollen Grüßen
Ihr
(handtekening Adolf Spemann)
(handtekening Adolf Spemann)
Annotations
[1]
Cf. brief van Stijn Streuvels aan Adolf Spemann d.d. 29 augustus 1936.
[2]
Bij zijn brief aan Streuvels van 11 juli 1936 stak Adolf Spemann de 'honorarium-afrekening' voor de periode 1 april - 30 juni 1936. Streuvels had recht op 42,80 RM honorarium voor Prütske, 369,38 RM honorarium voor Liebesspiel in Flandern en 100 RM (1/3 van 300 RM) voor de publicatie van Knecht Jan in het katholieke dagblad Tremonia.
[3]
Volgens het contract voor de Duitse vertaling van Het leven en de dood in den ast moest de opbrengst van publicaties in kranten en tijdschriften tussen Engelhorn Verlag en Streuvels verdeeld worden (art. 7).
[4]
Het contract voor de Duitse vertaling van Het leven en de dood in den ast, d.d. 27 januari 1936, vermeldt inderdaad een honorarium van 400 RM ein für allemal en zahlbar auf das Konto Frank Lateur bei der Dedi-Bank in Krefeld bei Ausgabe des Buches und sofort nach Eintreffen der Erlaubnis der Devisenstelle.
[5]
Bij deze brief wordt een cheque bewaard, d.d. 24 september 1936, waarmee de Deutsche Bank und Disconto-Gesellschaft, Filiale Stuttgart een bedrag van '2,044.54 Belgas' overmaakt aan Streuvels. Nazi-Duitsland blokkeerde alle gelden. Daarom had Streuvels in Krefeld, net over de grens, een bankrekening geopend en kreeg hij nog heel wat praktische (financiële) adviezen van Hans Nimtz. H. Speliers, Als een oude Germaanse eik