<Resultaat 2030 van 2531

>

Herrn
D[okto]r Stijn Streuvels
Ingoyghem/Belgien
Het Lijsternest

Hochverehrter lieber Herr D[okto]r Streuvels![1]
Sie haben seit dem 15. Januar nichts mehr von mir gehört[2] und ich habe Ihnen gegenüber ein äusserst schlechtes Gewissen. Aber die letzten Monate waren überaus arbeitsreich und nicht ganz einfach, da die Geschäfte im gesamten Buchhandel seit Weihnachten sehr schlecht gehen. So kostet es denn manche Überlegung, denn man muss ausserordentlich vorsichtig disponieren.
Ich freue mich nun, Ihnen gleichzeitig unseren neuen Prospekt senden zu können, der soeben fetig geworden ist.[3] Sie finden darin Ihre sämtlichen bei uns erschienenen Werke mit Ihrem Bild verbunden angezeigt und noch manches andere, was Ihnen zum Teil bekannt sein wird.
Ausserdem kann ich zu meiner Freude melden, dass nun endlich der Lizenzvertrag über "Des Lebens Blütezeit" mit dem Wiener Volksbuchverlag unterzeichnet ist.[4] Wir haben lange genug darauf warten müssen, können nun aber an die Herstellung gehen. Wir werden diese nicht übereilen, sondern möglichst sorgfältig betreiben. Das hat einen doppelten Vorteil: Wir kommen mit dem Buch dann nicht in der jetzigen ungünstigen Zeit heraus und die Qualität des Papiers und der Leinwand wird zunehmend besser.
Bei uns ist Gott sei Dank alles wohl. Meine Tochter[5] hat sich verlobt und wird voraussichtlich im Sommer heiraten; unsere Schwiegertochter hat ihr erstes Töchterchen bekommen, sodass wir nun Grosseltern geworden sind.
Ich hoffe, lieber Herr D[okto]r Streuvels, dass auch Sie sich jetzt des Frühlings erfreuen können und dass Ihre ganze Familie sich wohl befindet.
[2]
Bitte nehmen Sie unsere herzlichsten Grüsse und Wünsche, auch für die Ihrigen,
stets in alter Verehrung
Ihr
(handtekening Adolf Spemann)

Annotations

[1] Streuvels werd doctor honoris causa aan de universiteiten van Leuven, Münster en Pretoria.
[3] Geen verdere informatie.
[4] Eind 1936 kwam Spemann voor het eerst in contact met Levensbloesem waaraan Streuvels al sinds 1934 bezig was en dat in 1937 door de Amsterdamse uitgeverij L.J. Veen werd gepubliceerd. Op 18 december 1936 bedankte Spemann Streuvels voor het toezenden van enkele fragmenten uit Levensbloesem en drukte tegelijk zijn hoop uit genoeg kennis van het 'Vlaams' te bezitten om Streuvels' tekst te begrijpen. Anna Valeton verklaarde zich bereid de vertaling te verzorgen en zou, zo kondigde Spemann op 23 december 1937 aan, Streuvels nog een bezoek brengen om enkele vertaalmoeilijkheden en mogelijke inkortingen te bespreken. Bij diezelfde brief, waaruit het voornemen blijkt om de tekst in te korten, stak Spemann nog een contract, waarmee Streuvels het alleenrecht afstond aan de Stuttgarter uitgeverij om Levensbloesem in het Duits te vertalen.
Spemann, die uiteindelijk moest toegeven dat hij er niet in geslaagd was het werk in het Nederlands te lezen, maar enkel de Duitse vertaling van Valeton, feliciteerde Streuvels op 7 december 1938 en prees Levensbloesem als een belangrijk werk dat zeer geschikt was voor een Duitse vertaling. Wel vond hij Valetons vertaling zelf vaak wat onbeholpen en weinig aangenaam om te lezen en hij stelde Streuvels voor het manuscript volledig te herwerken. Voor de volledige bewerking van de Duitse vertaling moest een door Streuvels ingekort Vlaams exemplaar dienst doen.
Drie weken later, op 29 december 1938, liet Streuvels weten dat hij van mening was dat het boek kon en moest omgewerkt worden, maar, merkte hij terecht op dat dit enige tijd zou vergen. Het door Streuvels herwerkte en fel ingekorte originele exemplaar van de eerste Nederlandstalige druk uit 1937 zou Spemann in maart 1939 in handen krijgen. Eén opmerking moest de uitgever dan nog van het hart, zoals we in zijn brief van 3 januari 1939 kunnen lezen. De lezer zou namelijk naar zijn mening in het begin moeilijkheden ondervinden om den Gang der Erzählung te begrijpen en hij stelt voor door één of twee zinnen de lezer in te lichten. Het antwoord op de vraag of Streuvels zijn tekst in die zin herwerkte, is niet terug te vinden in de brieven. Spemanns opmerking was zelfs het laatste wat in die periode over de uitgave van de Duitse vertaling van Levensbloesem op papier werd gezet.
Wat volgde - en daarvan vonden we wel sporen terug in de correspondentie - was een persoonlijk onderhoud tussen Streuvels en Spemann, waarin de publicatie van de Duitse vertaling van Levensbloesem door laatstgenoemde van de hand werd gewezen omdat Charakter der Personen im Verlauf der Handlung, nicht stimmten mit der Politischen Tendenz der Deutschen Zensur, d.i. de Blut-und-Boden-literatuur (cf. Streuvels' verwijzing naar dit onderhoud in zijn brief aan van Hans Müller van 15 december 1946).
De vertaling van Anna Valeton zou aan de kant worden geschoven en negen jaar later door haar advocaat opgeëist worden. Pas zes jaar na het persoonlijke onderhoud waarin Valetons vertaling door Spemann van de hand werd gewezen, rook Streuvels zijn kans om Levensbloesem toch nog aan het Duitstalige taalgebied aan te bieden. Op 4 december 1945 had Heinz Kövari, vertaler en bemiddelaar van de Weense uitgeverij Wiener Volksbuchverlag, zich achter zijn typmachine gezet om Streuvels het voorstel over te maken voor de Duitse vertaling van één van Streuvels' werken, waarvan de rechten nog vrij waren. Streuvels zag er geen graten in de uitgave van de Duitse vertaling van Levensbloesem aan Wiener Volksbuchverlag over te laten. Hij zou immers tot 28 januari 1946, de dag waarop voor het eerst sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog opnieuw een brief vanuit Stuttgart naar Ingooigem vertrok, geen nieuws van zijn uitgevers uit Duitsland ontvangen en hij zou tot dan ook niet weten of er nog één in leven was en al evenmin of er aan verder uitgeven of exploiteren van zijn Duitse vertalingen kon of zou voortgedaan worden. Uit beleefdheid bracht Streuvels Engelhorn Verlag, die in 1937 immers het alleenrecht op de Duitse vertaling van Levensbloesem had verworven, op de hoogte van de geplande uitgave. Op 6 april 1947, antwoordde Adolf Spemann gunstig op Streuvels' voorstel. Streuvels drong er vervolgens bij Wiener Volksbuchverlag op aan dat Engelhorn het werk in Duitsland mocht exploiteren en de onderhandelingen tussen beide uitgeverijen voor de 'Lizenz'-overname in Duitsland kwamen geleidelijk op gang. Op 9 september 1947 werden definitieve afspraken gemaakt wat uitmondde in de ondertekening van een onderlinge overeenkomst.
Op 13 maart 1948 liet Spemann weten dat Anna Valeton opnieuw op het toneel was verschenen. Zij had haar advocaat een bitsige brief laten schrijven, waarin ze de wens uitdrukte haar eigen vertaling van Levensbloesem te zien verschijnen. Dit was volgens Spemann een verlangen dat men maar moeilijk naast zich neer kon leggen, omdat de vertaler toch enige morele rechten kon laten gelden. Hij stelde voor om de gulden middenweg kiezen door in Duitsland de vertaling van Valeton, in Oostenrijk die van Kövari te laten verschijnen. In zijn brief van 30 maart 1948 vond Streuvels de hele situatie zo verward dat hij besloot alles op zijn beloop te laten.
Van de Kövari-vertaling van Levensbloesem, getiteld Des Lebens Blütezeit, is in 1949 bij Wiener Volksbuchverlag een keurige uitgave verschenen, gedrukt op een degelijke papierkwaliteit, en typografisch uitstekend verzorgd, met een evenwichtige lay-out. Het boek bevat geen verluchtingen en wordt enkel versierd met een eenvoudige, maar volgens Kövari 'prachtige prent' van de hand van Bruno Schwatzek: Seevie, de Binder, met zijn lange, haveloze jas, zijn oude hoed en schoenen, een beetje te korte broek, met zijn schalmei en zijn ransel op de rug. Eén jaar later zou Engelhorn Verlag met een titeluitgave van de vertaling van Kövari, weliswaar voorzien van een nieuwe bandtekening van Hela Seewald, de Duitse markt bevoorraden. Valeton eiste haar eigen vertaling op en dat is vermoedelijk ook één van de redenen waarom dit manuscript nergens nog te bespeuren is.
[5] Ilse Spemann

Register

Naam - persoon

Streuvels, Stijn (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)

Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.

Naam - uitgever

Wiener Volksbuchverlag

Titel - werken van Streuvels

Streuvels, Stijn, Des Lebens Blütezeit, Roman (1949). Vertaald door: Kövari, Heinz P.. [roman]
Vom Dichter autorisierte Übertragung aus dem Flämischen von Heinz P. Kövari. 1. - 5. Tausend, Stuttgart, Engelhornverlag Adolf Spemann, 1950, 303 + [I] p., 20,3 x 13,3 cm. Einband und Umschlag von Hela Seewald.
Vertaling van: Streuvels, Stijn, Levensbloesem (1937).
Streuvels, Stijn, Des Lebens Blütezeit, Roman (1949). Vertaald door: Kövari, Heinz P..
Druk
  • Aus dem Flämischen übertragen von Heinz P. Kövari, Wien, Wiener Volksbuchverlag, 1949, 290 + [II] p., 21,1 x 13,5 cm. Ausstattung: Bruno Schwatzek.
  • Vom Dichter autorisierte Übertragung aus dem Flämischen von Heinz P. Kövari. 1. - 5. Tausend, Stuttgart, Engelhornverlag Adolf Spemann, 1950, 303 + [I] p., 20,3 x 13,3 cm. Einband und Umschlag von Hela Seewald.
Streuvels, Stijn, Levensbloesem (1937). [roman]
Streuvels, Stijn, Levensbloesem (1937).
Voorpublicatie
  • Hoofdstuk I - De Standaard, nummer van 5 december 1934.
  • Hoofdstuk II - De Stem, XVII, 1937, p. 48-60 (afl.1: jan.), onder de titel: 'Lieveke's afkomst'.
  • Hoofdstuk VI - De Stem, XVI, 1936, p. 447-451 (afl. 5: mei), onder de titel: 'Lieveke is op vacantie'.
  • Hoofdstuk VII - Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift, XLVI, 1936, dl. 92, p. 395-411 (afl. 12: dec.), onder de titel: 'Lieveke op kostschool'.
  • Hoofdstuk IX - Dietsche Warande en Belfort, XXXVII, 1937, p. 3-19 (afl. 1: jan.) en De Stem, XXVII, 1937, p. 458-473, (afl. 5: mei), onder de titel: 'Lieveke Glabbeke's wedervaren'.
  • Hoofdstuk X - Dietsche Warande en Belfort, XXXVII, 1937, p. 93-110 (afl. 2: feb.), onder de titel: 'De twee vriendinnen'.
Druk
  • [Eerste druk], Amsterdam, L.J. Veen, [1937], 336 p., 21,4 x 15,7 cm.
  • Tweede druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1937], 336 p., 29,9 x 15,2 cm.
  • Derde druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1937], 336 p., 20,9 x 15,2 cm.
  • Tweede [= vierde] herwerkte druk. Tielt, Lannoo; Antwerpen, Standaard-Boekhandel, [1943], 352 p. (De Lijsternestreeks, nr. XXIII), 20,8 x 15,8 cm.
  • [Vijfde druk], In: Stijn Streuvels' Volledige Werken. Deel XI. Kortrijk, 't Leieschip, [1955], p. 227-547.
  • Vierde [= zesde] druk, Brussel, D.A.P. Reinaert Uitgaven, [1966], 269 p. (Reinaert Romanreeks, 171), 18 x 12,3 cm.
  • [Zevende druk], in: Volledig werk. Deel III. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1972], p. 1235-1498.
  • [Achtste druk], Tielt, Lannoo, 2004, In: Jaarboek van het Stijn Streuvelsgenootschap, IX: Levensbloesem. Bezorgd door Marcel De Smedt, p. 9-372.
Streuvels, Stijn, Levensbloesem (1937).
Roman
  • Streuvels, Stijn, Des Lebens Blütezeit, Roman (1949). Vertaald door: Kövari, Heinz P..
Streuvels, Stijn, Des Lebens Blütezeit, Roman (1949). Vertaald door: Kövari, Heinz P.. [roman]
Aus dem Flämischen übertragen von Heinz P. Kövari, Wien, Wiener Volksbuchverlag, 1949, 290 + [II] p., 21,1 x 13,5 cm. Ausstattung: Bruno Schwatzek.
Vertaling van: Streuvels, Stijn, Levensbloesem (1937).
Streuvels, Stijn, Des Lebens Blütezeit, Roman (1949). Vertaald door: Kövari, Heinz P..
Druk
  • Aus dem Flämischen übertragen von Heinz P. Kövari, Wien, Wiener Volksbuchverlag, 1949, 290 + [II] p., 21,1 x 13,5 cm. Ausstattung: Bruno Schwatzek.
  • Vom Dichter autorisierte Übertragung aus dem Flämischen von Heinz P. Kövari. 1. - 5. Tausend, Stuttgart, Engelhornverlag Adolf Spemann, 1950, 303 + [I] p., 20,3 x 13,3 cm. Einband und Umschlag von Hela Seewald.

Indextermen

Naam - persoon

Streuvels, Stijn

Naam - uitgever

Wiener Volksbuchverlag

Titel - werken van Streuvels

Des Lebens Blütezeit
Levensbloesem