<Resultaat 347 van 2531

>

Waarde Heer Lateur,
Hierbij honorarium van Gezelle's Dichtwerken, deelen IX & X.[1] — Over enkele dagen zullen we kunnen beginnen met het innaaien der laatst afgekochte duizend.[2] De propaganda er voor is echter reeds ingezet! Ik drukte mijn fondscatalogus op 17.500 ex[emplaren] Al die catalogussen zijn in handen v[an de] boekhandel, die ze zal aan zijn klienten zenden. —
Ik deed gister juist wat U heden aanraadt: de proef sturen aan M[ijnheer] Kenis.[3] — Er zijn nu reeds ± 175 ex[emplaren] van "De Binnenwateren" verkocht.
Clichés voor 't Saverijsalbum[4] zag ik nog niet. 'k Zal eens naar Deinze schrijven.[5] Die zaak ook moet vooruit.
Hartelijk
(handtekening Joris Lannoo)
P[ostscriptum] Denk er a[lstublieft] eens op na hoe we Gezelle's proza opnieuw kunnen laten verschijnen.[6] (Paraaf Joris Lannoo)

Annotations

[1] Guido Gezelle, Guido Gezelle's Dichtwerken. 9. Hiawadha's lied. Vijfde druk. Tielt, J. Lannoo, s.d. [1925]; 10. Laatste verzen. Zesde druk. Tielt, J. Lannoo, s.d. [1925].
[2] Het van Veen overgekochte duizendtal. Cf. brief van Stijn Streuvels aan Joris Lannoo van 6 augustus 1925.
[3] Cf. briefkaart van Stijn Streuvels aan Joris Lannoo van 14 oktober 1925. Het betreft hier de proef van Op de Vlaamsche binnenwateren.
[4] Isidoor Van Beugem, Albert Saverys. Tielt, J. Lannoo, 1925.
Cf. ook brief van Joris Lannoo aan Stijn Streuvels van 18 september 1925.
[5] Albert Saverys woonde in Deinze.
[6] Deze verzamelde prozawerken waren tussen 1906 en 1908 een eerste keer verschenen: Guido Gezelle, Guido Gezelle's prozawerken. Rousselare, J. De Meester, 1906-1908. 4 delen. De vier delen waren 1. De doolaards in Egypten. Naar het Engelsch van J.M. Neale. Achtste uitgave van misdruk, schuimwoorden en ondietsche wendingen, eene tweede maal nauwkeuriglijk uitgezuiverd, door den schrijver. 1906; 2. Uitstap in de Warande. 5de uitgave. 1907; 3. Van den kleenen hertog. [Naar het Engelsch van C.M.Yonge]. Vijfde uitgave. 1907; 4. De ring van 't kerkelijk jaar. Allerlei uitleg op de Evangeliën en ceremoniën van de Zondagen en de voornaamste feestdagen. Ingeleid door A. Walgrave. 1908. E. De Bom, Guido Gezelle Bibliographie, p. 4
Vanaf eind 1925 zou er ook een nieuwe uitgave verschijnen van Gezelles verzamelde prozawerken, maar niet bij Lannoo. De bibliografische gegevens van deze nieuwe uitgave zijn: Guido Gezelle's prozawerken. [I-IV]. Wetteren, J. De Meester en Zonen, 1925-1927. 4 delen. 1. De ring van 't Kerkelijk jaar. Ingeleid door A. Walgrave. Tweede vermeerderde uitgave, 1925; 2. De doolaards in Egypten. Naar het Engelsch van J.M. Neale. Negende uitgave van misdruk, schuimwoorden en ondietsche wendingen, eene tweede maal nauwkeurig gezuiverd door den schrijver. 1927; 3. Van den kleenen hertog. Naar het Engelsch [van J.M.Yonge]. Zesde uitgave. 1926; 4. Uitstap in de warande. Zesde uitgave, 1927. E. De Bom, Guido Gezelle Bibliographie, 1930, p. 4-5
Volgens de Bibliographie de Belgique (1926) verscheen het eerste deel van deze nieuwe uitgave pas in juli 1926.

Register

Naam - persoon

Gezelle, Guido (° Brugge, 1830-05-01 - ✝ 1899-11-27)

Priester-dichter en leraar.

Oom van Caesar Gezelle en Stijn Streuvels. Priester-dichter en leraar die met zijn nationaal-religieus geïnspireerde lessen, gedichten en journalistieke publicaties grote invloed uitoefende op de katholieke Vlaamse studentenbeweging. Gezelle werkte achtereenvolgens in Roeselare (Klein Seminarie), Brugge, Kortrijk en opnieuw Brugge. Hij maakte vlug naam als Vlaams literair auteur met zijn Kerkhofblommen (1858), en was ook zeer actief als taalgeleerde, volkskundige, pamflettist, polemist, en stichter-stimulator en uitgever van tijdschriften als Rond den Heerd, Loquela en Biekorf. Gezelle was een taalparticularist, wat tot uiting kwam in zijn bijdragen aan deze tijdschriften. Hij liet tevens een bundel Laatste Verzen na die in 1901 postuum uitgegeven zou worden.

Gezelle, Guido (° 1830 - ✝ 1899)

Priester-dichter, West-Vlaamse taalparticularist. De groep rond Van Nu en Straks bewonderde hem als dichter en heeft bijgedragen tot de grote interesse die er tot vandaag nog voor zijn werk bestaat.

Gezelle, Guido (° 1830 - ✝ 1899)

Priester, dichter, taalkundige en journalist. Zijn zus Louise Gezelle (1834 1909 was de moeder van Stijn Streuvels, die bijgevolg een neef was van Guido Gezelle.

Kenis, Paul (° Bocholt, 1885-07-11 - ✝ Etterbeek, 1934-06-29)

Dichter, romancier, criticus en journalist.

Redacteur van De Boomgaard (1909-1911) en van Ons Vaderland (1914-1922). Na de Eerste Wereldoorlog was hij een tijdlang secretaris van de Vereniging van Vlaamsche Letterkundigen. Van oktober 1925 tot juni 1926 was hij tevens redacteur van Lees Mij, het tijdschrift van de Vereniging van Vlaamsche Letterkundigen. In de jaren twintig schreef hij het hagiografische leven van Edward Anseele op basis van een aantal gesprekken met de Gentse socialistische voorman. In zijn artistieke werk was Kenis sterk Frans georiënteerd.

Lateur, Frank (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)

Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.

Titel - werken van Streuvels

Streuvels, Stijn, Op de Vlaamsche binnenwateren (1925). [bio]
[Eerste druk], Thielt, J. Lannoo, [1925], 168 p., 20,2 x 14,7 cm.
Extra info:
Met tal van illustraties. Colofon: 'Van deze uitgaaf wierden 50 exemplaren getrokken op simili japon papier. Genummerd 1-50. Band- en boekversiering van Karel Noppe.'
Streuvels, Stijn, Op de Vlaamsche binnenwateren (1925).
Voorpublicatie
  • De Kampioen, XLII, 1925, nr. 9 t.e.m. nr. 18 (= 27 februari t.e.m. 1 mei), p. 181-182, 201-206, 221-225, 242-245, 261-262, 281-282, 310-317, 337-342, 365-366, 389-390.
  • De Auto, I, 1925, vanaf nr. 3 (= juni).
Druk
  • [Eerste druk], Thielt, J. Lannoo, [1925], 168 p., 20,2 x 14,7 cm.
  • [Eerste druk], Amsterdam, L.J. Veen, [1925], 168 p., 20,2 x 14,7 cm.
  • Tweede druk, Kortrijk, Uitgeverij 't Leieschip P.V.B.A., 1951, 160 + [IV] p., 22,8 x 15,5 cm. Boekversiering van Karel Noppe.
  • [Derde druk], in: Volledig werk. Deel III. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1972], p. 521-623.