THIELT, 30 Aug[ustus] 1928.
Ieperschestraat 22-24Geachte Heer Lateur,
Wilt U het kontrakt opmaken voor den herdruk der schooluitgave van "Kerkhofblommen"? 3000 ex[emplaren] om 4 fr[ank] te verkoopen.[1]
Aan de firma Veen stelde ik voor 500 x 15 deelen van uw werken te koopen, doch kan geen 7 fr[ank] geven,[2] (zelfs niet als de verkoopprijs op 12 fr[ank] gesteld wordt,) zooals mij gevraagd wordt.
Ik meen dat het redelijk zou zijn 12 fr[ank] te verkoopen en aan 5 fr[ank] (los) in te koopen! Denk maar eens wat onkosten vervoer, tolrechten,[3] plooien, naaien, reklame, enz[ovoort] zullen meebrengen + korting aan de boekhandels, die de grootste getallen afzetten. Ik meen dat van die verkoopprijs (12 fr[ank]) 40% moet afgetrokken worden om de hooger vermelde opgaven en dat die berekening niet overdreven is.
Zoo op deze basis geene overeenkomst mogelijk is, zou ik er van afzien de zaak aan te pakken. Het zou de moeite niet loonen om er 40.000 fr[ank] aan te wagen.
Nu zijt ge op de hoogte moest er uit Amsterdam aan U over geschreven worden.[4]
Hoogachtend
(handtekening Joris Lannoo)
Annotations
[1]
Guido Gezelle, Kerkhofblommen. Zeventiende druk. Schooluitgave. Met inleiding van Caesar Gezelle. Tielt, J. Lannoo, s.d.
[2]
Abramsz, bedrijfsleider van de firma L.J. Veen, beseft dat 6,25 fr. per deel uit de reeks Stijn Streuvels' Werken een prijs is waar hij niet veel beter van wordt. Deze prijs zou enkel zijn kosten dekken. Om er toch iets aan te verdienen eist hij 50 Hollandse cent winst. Daarom stelt hij voor tegen de nieuwe en gestegen omrekeningskoers van 11,50 fr. per gulden te rekenen. Zo verhoogt de kostprijs van 6,25 fr. tot 7,19 fr., wat hem die 50 cent winst oplevert. Dit bracht Streuvels echter in een lastig parket. Hij beloofde Lannoo de serie te verkopen met 25 % korting, d.i. aan 7,50 fr. per deel (25 % op 10 fr. per deel = 2,5 fr. per deel). Maar Streuvels moet zelf al 7,19 fr. betalen én moet nog tolrechten, onkosten voor vervoer en innaaiïng, enz. ... betalen. Brief van A.P. Abramsz aan Stijn Streuvels van 23.08.1928, Letterenhuis, S 935/B2/Veen
Cf. brief van Stijn Streuvels aan Joris Lannoo van 21 augustus 1928.
[3]
Er dienden inkom- of tolrechten betaald te worden wanneer een product van het ene naar het andere land geëxporteerd wordt. Hier betreft het een transport van Stijn Streuvels' Werken van Nederland naar België, waarvan de kosten volledig ten laste van de koper (Lannoo) zouden vallen.
[4]
Cf. antwoord van Stijn Streuvels op 1 september 1928.