<Resultaat 675 van 2531

>

Heer Frank Lateur,
Ingooigem.

Waarde Heer Lateur,
Dat ik naar Tiegem nog niet gekomen ben, ligt hieraan: mijn Moeder ligt onder de Rechten[1] en we verwachten in den loop der volgende maand familievermeerdering.[2] Indien er niets bijzonders gebeurt verschijn ik toch een dezer dagen op de streek en verwittig U tijdig.
Zou het niet noodig zijn, dat we samen — ik en De Pillecijn — naar Ingooigem toe komen; dan kan ook besproken worden hoe en wat in zake reproducties.[3] Toch moet ik U[ Ed]e[le] doen opmerken dat lichtdruk[4] duurder kosten zal dan het gewone clichédruk-procédé.[5] En dat d[e ]h[eer] Abramsz aandrong op een goedkoope uitgave. Ik zou er liever wat meer zorg aan besteden. Daarover kunnen we van gedachten wisselen en dan naar Amsterdam het besluit schrijven. In zake illustratie zult U ruim meezeggenschap hebben.
Van Roemans heb ik het handschrift van zijn studie over uw werk (bibliografie) in handen en ben niet zinnens die terug te zenden vooraleer hij alles terug gezonden heeft.[6] Hij kan zonder de documenten, hem door de firma Veen gezonden, het werk niet maken, dat ik van hem bezit. Ik geloof, dat ge zelf zoudt verwonderd zijn, moest ge alles samenzien wat er van U verscheen en wat er over uw werk geschreven werd.
Met zelfde post onder afzonderlijken omslag zend ik, U[ Ed]e[le] een paar proefbladen uit de twee boeken, die we nu aan 't drukken zijn:[7] het zal nog een tiental dagen duren eer een der twee boeken af is en ge zult beslist kunnen oordeelen of we iets kunnen. Ik meen echter, dat gij reeds uit bijgaande proeven zult kunnen oordeelen, dat er geen twijfel bestaat.
Met Hoogachting.
(handtekening Joris Lannoo)

Annotations

[1] 'Onder de heilige of kerkelijke rechten liggen' betekent dat men de laatste sacramenten ontvangen heeft. Elodie Maes, de moeder van Joris Lannoo, overleed op 29 april 1932 op tachtigjarige leeftijd. De begrafenis vond plaats op 3 mei in de Sint-Pieterskerk te Tielt. Het was een krachtdadige vrouw die tijdens de Eerste Wereldoorlog het bedrijf wist overeind te houden. Na het overlijden van haar man Jozef Lannoo (18 januari 1914) en het vertrek van Joris Lannoo naar het front (13 oktober 1914) stond zij er samen met haar jongste zoon Rafaël alleen voor. Ook wanneer deze laatste na een kortstondige ziekte in 1918 overleed, bleef Elodie 'kaarsrecht' staan. Terecht stond op haar bidprentje gedrukt: een sterke vrouw in geloof, werkzaamheid en lijden. Romain Vanlandschoot, Joris Lannoo. Drukker en uitgever voor Vlaanderen. 1891-1971, p. 174
[2] Luc Lannoo, de jongste zoon van Joris en Maria, werd op 1 maart 1932 geboren. Hij volgde zijn broers en zus niet in de zaak, maar koos voor een priesteropleiding, bij de Salesianen, de volgelingen van Don Bosco, te Kortrijk. Romain Vanlandschoot, Joris Lannoo. Drukker en uitgever voor Vlaanderen. 1891-1971, p. 212
[3] Reproducties van foto's voor De Pillecijns biografie Stijn Streuvels en zijn werk.
[4] Voor het drukken van boeken of tijdschriften onderscheiden we drie technieken: de hoogdruk, de vlakdruk en de diepdruk. Lichtdruk is een vorm van vlakdruk (d.w.z. geen niveauverschil tussen drukkende en niet-drukkende elementen). Het is een fotomechanische reproductiemethode waarmee men een rastervrije reproductie van originelen maakt. Deze techniek levert de beste resultaten voor het drukken van illustraties en foto's, maar is redelijk duur. G. Rogers, Gids voor de redacteur, p. 147
[5] Clichédruk is een techniek om illustraties af te drukken. Het is een vorm van hoogdruk d.w.z. dat er een niveauverschil is tussen drukkende (bestaande uit zink of ijzer) en niet drukkende elementen. G. Rogers, Gids voor de redacteur, p. 140
[6] Roemans kreeg van de firma Veen een recensiemap van Streuvels' werken in bruikleen toegestuurd. Vermoedelijk had hij die nodig voor zijn Bibliographie van de Moderne Vlaamsche Literatuur 1893-1930: de Vlaamsche tijdschriften(1930-1934). Nu De Pillecijn zijn biografie over Streuvels zou beginnen, vroeg hij deze map aan Roemans. Deze laatste beweerde echter het cahier niet meer in bezit te hebben. Als reactie daarop weigerde Lannoo het handschrift van zijn bibliografie terug te geven, zolang De Pillecijn de recensies niet kreeg. Briefwisseling L.J. Veen - Stijn Streuvels 1931-1932, Letterenhuis, S 935/B2/Veen
[7] Welke boeken dit waren, kon niet met zekerheid achterhaald worden. Ons vermoeden voor één van de twee boeken gaat uit naar Oeroendi-krabbels van Bernard Zuure. De proeven zijn niet bij de brief overgeleverd.

Register

Naam - persoon

Abramsz, A.P. (° 1887 - ✝ 1938)

Directeur van de Amsterdamse uitgeverij L.J. Veen.

Dhr. Abramsz trad in 1888 toe tot de Nederlandse uitgeverij L.J. Veen. Aanvankelijk bestond zijn taak uit het colporteren van boeken. Zijn persoonlijke voorkeur ging uit naar de werken van Marie Corelli en Hall Caine. Na het overlijden van de stichter L.J. Veen, werd Abramsz bedrijfsleider. Toen in 1930 het bedrijf in een naamloze venootschap werd omgezet, werd hij tot directeur benoemd. Na bijna vijftig jaar zich ijverig ingezet te hebben voor deze zaak, overleed Abramsz in 1938.

De Pillecyn, Filip (° Hamme, 1891-03-25 - ✝ Gent, 1962-08-07)

Letterkundige en Vlaams strijder.

De Pillecyn studeerde Germaanse Filologie aan de Universiteit van Leuven, was actief in de studentenkring Met Tijd en Vlijt en was voorzitter van het Algemeen Katholiek Studentenverbond. Tijdens de oorlog was hij een van de leiders van de frontbeweging. Hij schreef er enkele gedichten, die Lannoo in 1920 - samen met gedichten van Jozef Simons - bundelde onder de titel Onder den hiel. Vanaf 1919 concentreerde De Pillecyn zich op de journalistiek. Na zijn medewerking aan het dagblad De Standaard, werd hij hoofdsecretaris van het dagblad De Tijd, dat zich meer met de Vlaamse kwestie bezighield. In dezelfde periode hielp hij bij de publicatie van het satirische weekblad Pallieter. In 1926 promoveerde hij tot doctor in de Germaanse filologie, met een studie over Verriest. Tijdens het interbellum was hij leraar te Malmédy en later te Mechelen. Na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd hij in 1941 directeur van het Middelbaar Onderwijs. De repressie veroordeelde hem na de Tweede Wereldoorlog wegens een te grote Vlaamsgezindheid tot vijf jaar gevangenisstraf. In de gevangenis van Sint-Gillis schreef hij drie romans: Jan Tervaert (1947), Mensen achter den dijk (1949) en De Veerman en de jonkvrouw (1950). Na zijn vrijlating in 1949 bleef hij verderschrijven (o.a. Aanvaard het Leven, 1956 en Rochus,1951). De Pillecijn schreef tevens een studie over Stijn Streuvels, Stijn Streuvels en zijn werk (1932).

Lateur, Frank (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)

Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.

Roemans, Rob (° Gent, 1904-04-14 - ✝ Vorst, 1968-02-29)

Doctor in de Germaanse filologie en schrijver.

Roemans studeerde Germaanse Filologie te Gent (1922-1926) en promoveerde op een proefschrift over Jan Frans Willems. Tijdens zijn studentenjaren was hij lid van de vereniging ' 't Zal wel gaan' en hield hij talrijke voordrachten over de vernederlandsing van de Gentse Rijksuniversiteit. Van 1927 tot 1964 gaf hij les en ijverde daarbij steeds voor een beschaafd taalgebruik. Als filoloog gaf hij Middelnederlandse teksten en bloemlezingen uit, doch was vooral de pionier van de wetenschappelijke bibliografie in Vlaanderen. Naast persoonsbibliografieën (o.a. van Stijn Streuvels) publiceerde hij vanaf 1930 een bibliografie van de Vlaamse tijdschriften, die na zijn dood werd verdergezet door Hilda Van Assche.

Naam - uitgever

L.J. Veen

Nederlandse uitgeverij die in 1887 door Lambertus Jacobus Veen was opgericht. De firma maakte naam door werk te publiceren van o.a. Louis Couperus en Stijn Streuvels.