<Resultaat 678 van 2531

>

Waarde Heer Lateur,
Ik meen, dat De Pillecyn Zaterdag voorgesteld heeft, omdat hij met de carnavaldagen te Malmedy enkele dagen vrij krijgt.[1] Ik heb hem dus uitgenoodigd om Zaterdag te 8.45 uur te Ansegem aan te komen. Hij heeft een prachtigen trein te 7.17 uur uit Brussel en ik zou daar wachten met een auto. We komen dan samen naar t' uwent en ik zou graag hebben, dat U met ons mederijdt naar Avelgem enz[ovoort] Ik meen, dat De Pillecyn, die een Oost-Vlaming is, niet de streek genoeg kent en de atmosfeer van uw werk beter zou begrijpen, vooral als gij er bij zijt. Ik meen ook, dat hij in de streek niet mag komen zonder Avelgem, Rugge en de Schelde-armen, en -meerschen gezien te hebben en eens over Waarmaarde en Tiegem te zijn gebold, natuurlijk alles zonder overhaasting. Dat alles moet hem helpen, om meer uw werk te leeren begrijpen en meeleven.[2] Ik hoop, dat ge met mijn schikking zult akkoord gaan. Ik wil alles trachten te doen, opdat De Pillecyn zou kunnen het boek over U en uw werk schrijven en ge zult ook wel gaarne medewerken.[3] Ik zie niet in wie het anders zou kunnen doen en we moeten hem dus helpen. Indien Dina dien dag moest met verlof naar huis komen,[4] zou het misschien kunnen geschikt worden, dat ze meerijdt; we zouden hier rond 7 uur vertrekken, want ik zal nog een drietal van mijn kleine gasten naar Kerkhove voeren.[5] Gewoonlijk is er dien dag voor een drietal dagen verlof en vertrekken de leerlingen 's morgens ook rond dien tijd.
Ik schrijf nu ook aan De Pillecijn en ge moogt ons dus zaterdag verwachten.
Roemans heeft nu in eens alles terug gevonden: ik breng zijn werk aanstaanden zaterdag mee.[6]
Ik wachtte op uw voorstel van akkoord om aan den Z[eer Eerwaarde] Pastor te Tiegem te schrijven, dat we beiden akkoord gaan om Tiegem opnieuw uit te geven en verder over alles te onderhandelen.[7]
Hoogachtend.
(handtekening Joris Lannoo)

Annotations

[1] Filip De Pillecijn was van 1926 tot 1933 werkzaam als leraar aan het atheneum van Malmédy.
[2] Het land van Streuvels is het gebied tussen de Leie en de Schelde, in het zuiden begrensd door de lijn Kortrijk-Heestert-Avelgem, in het noorden door de weg Waregem-Kerkhove. In het midden liggen de dorpen Deerlijk, Vichte, Ingooigem en Tiegem. In het zuiden is er de uitloper tot aan de Kluisberg, en helemaal aan het andere eind het dorp Heule, het meest westelijke punt. In dit Streuvelsland leefde en werkte Stijn Streuvels. Als verwoed fietser trok hij zijn land rond, observeerde en deed impressies op. Hij sprak met de bewoners, luisterde naar hun verhalen en maakte talrijke foto's, om dit alles in zijn romans en novellen te verwerken. De meeste situeren zich in Heule, Heestert, Avelgem, Ingooigem en Tiegem. Hij had voeling met dit land en zijn bevolking. Aleen voor De Oogst (1901) trok hij naar Frankrijk en een gedeelte van Langs de wegen speelt zich af in een gebied in het noorden van West-Vlaanderen. Paul Thiers, Stijn Streuvels' Heule 1942-1992, p. 36
[3] Stijn Streuvels en zijn werk werd in maart 1933 op de markt gebracht: Filip De Pillecijn, Stijn Streuvels en zijn werk. Amsterdam, L.J. Veen, 1932. Er verschenen eveneneens exemplaren met 'Drukkerij-uitgeverij Lannoo, Tielt' op het titelblad.
[4] Dina Lateur volgde op dit moment haar regentaatsopleiding in Tielt.
[5] De kinderen van Joris Lannoo brachten deze dagen door op de boerderij van de familie Maes te Kerkhove. Hun grootmoeder Elodie Maes was de dochter van een gegoede Kerkhoofse familie. Ze leerde Jozef Lannoo in Kortrijk kennen. Elodie, die vier jaar ouder was dan Jozef, woonde en werkte toen in de Guldensporenstad. Jozef volgde er zijn bakkersopleiding. Na hun huwelijk trokken ze naar Tielt, waar ze samen aan een beloftevolle drukkerij en papierzaak begonnen. (Met dank aan Dhr. G. Lannoo.)
[6] Cf. brief van Joris Lannoo aan Stijn Streuvels van 16 januari 1932. Roemans kreeg van de firma Veen een recensiemap van Streuvels' werken in bruikleen toegestuurd. Vermoedelijk had hij die nodig voor zijn Bibliographie van de Moderne Vlaamsche Literatuur 1893-1930: de Vlaamsche tijdschriften(1930-1934). Nu De Pillecijn zijn biografie over Streuvels zou beginnen, vroeg hij deze map aan Roemans. Deze laatste beweerde echter 'het cahier' niet meer in bezit te hebben. Als reactie daarop weigerde Lannoo het handschrift van zijn bibliografie terug te geven, zolang De Pillecijn de recensies niet kreeg. Briefwisseling L.J. Veen - Stijn Streuvels 1931-1932, Letterenhuis, S 935/B2/Veen
Na een 'scherp schrijven' van Abramsz aan Roemans is het cahier uiteindelijk boven water gekomen. Volgens Abramsz had Roemans de recensies de hele tijd in zijn bezit. Brief van de firma L.J. Veen aan Stijn Streuvels van 19.02.1932, Letterenhuis, S 935/B2/Veen
[7] Cf. Streuvels' voorstel in zijn brief aan Joris Lannoo van 6 november 1931. Vanaf 5 juni 1931 was Leon Van Oost priester te Tiegem. Vermoedelijk was het op aanvraag van deze pastoor dat Tieghem, Het Vlaamsche lustoord werd herdrukt. Godfried Van de Meulebroeke, Terugblik op Tiegem, p. 103

Register

Naam - persoon

De Pillecyn, Filip (° Hamme, 1891-03-25 - ✝ Gent, 1962-08-07)

Letterkundige en Vlaams strijder.

De Pillecyn studeerde Germaanse Filologie aan de Universiteit van Leuven, was actief in de studentenkring Met Tijd en Vlijt en was voorzitter van het Algemeen Katholiek Studentenverbond. Tijdens de oorlog was hij een van de leiders van de frontbeweging. Hij schreef er enkele gedichten, die Lannoo in 1920 - samen met gedichten van Jozef Simons - bundelde onder de titel Onder den hiel. Vanaf 1919 concentreerde De Pillecyn zich op de journalistiek. Na zijn medewerking aan het dagblad De Standaard, werd hij hoofdsecretaris van het dagblad De Tijd, dat zich meer met de Vlaamse kwestie bezighield. In dezelfde periode hielp hij bij de publicatie van het satirische weekblad Pallieter. In 1926 promoveerde hij tot doctor in de Germaanse filologie, met een studie over Verriest. Tijdens het interbellum was hij leraar te Malmédy en later te Mechelen. Na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd hij in 1941 directeur van het Middelbaar Onderwijs. De repressie veroordeelde hem na de Tweede Wereldoorlog wegens een te grote Vlaamsgezindheid tot vijf jaar gevangenisstraf. In de gevangenis van Sint-Gillis schreef hij drie romans: Jan Tervaert (1947), Mensen achter den dijk (1949) en De Veerman en de jonkvrouw (1950). Na zijn vrijlating in 1949 bleef hij verderschrijven (o.a. Aanvaard het Leven, 1956 en Rochus,1951). De Pillecijn schreef tevens een studie over Stijn Streuvels, Stijn Streuvels en zijn werk (1932).

Lateur, Dina (° Ingooigem, 1916-02-24 - ✝ Gent, 2000-04-06)

Lerares.

Dina Lateur werd als derde kind (van de vier) uit het huwelijk van Stijn Streuvels met Alida Staelens geboren in het Lijsternest in Ingooigem. Door de Eerste Wereldoorlog was de bewegingsvrijheid van de mensen beperkt. Daardoor had Streuvels ruim de tijd om zich met zijn dochter bezig te houden. Maar Dina was ook een inspiratiebron voor Streuvels. Als 'Prutske' werd Dina onsterfelijk gemaakt in het gelijknamige boek van Streuvels. Dina Lateur was gehuwd met een leraar, Frank Demey en werkte zelf als lerares in Sint-Bavo in Gent.

Lateur, Frank (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)

Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.

Roemans, Rob (° Gent, 1904-04-14 - ✝ Vorst, 1968-02-29)

Doctor in de Germaanse filologie en schrijver.

Roemans studeerde Germaanse Filologie te Gent (1922-1926) en promoveerde op een proefschrift over Jan Frans Willems. Tijdens zijn studentenjaren was hij lid van de vereniging ' 't Zal wel gaan' en hield hij talrijke voordrachten over de vernederlandsing van de Gentse Rijksuniversiteit. Van 1927 tot 1964 gaf hij les en ijverde daarbij steeds voor een beschaafd taalgebruik. Als filoloog gaf hij Middelnederlandse teksten en bloemlezingen uit, doch was vooral de pionier van de wetenschappelijke bibliografie in Vlaanderen. Naast persoonsbibliografieën (o.a. van Stijn Streuvels) publiceerde hij vanaf 1930 een bibliografie van de Vlaamse tijdschriften, die na zijn dood werd verdergezet door Hilda Van Assche.

Titel - werken van Streuvels

Streuvels, Stijn, Tieghem, Het Vlaamsche lustoord (1908). [studie]
[Tweede druk], Gent, Boek- en Steendrukkerij Fr. Vercauteren, [1908], 148 + [II] p., 17,5 x 11,5 cm.
Streuvels, Stijn, Tieghem, Het Vlaamsche lustoord (1908).
Druk
  • [Eerste druk], Gent, Boek- en Steendrukkerij Fr. Vercauteren, [1908], 51 + [I] p., 17,5 x 11,5 cm.
  • [Tweede druk], Gent, Boek- en Steendrukkerij Fr. Vercauteren, [1908], 148 + [II] p., 17,5 x 11,5 cm.
  • [Tweede druk], Amsterdam, L.J. Veen's Uitgeversmij., [1933], 18,1 x 12,2 cm.
  • Tweede [= derde] bijgewerkte [druk], Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo, [1932], 175 + [I] p., 18,5 x 12,3 cm.
  • [Vierde druk], in: Volledig werk. Deel II. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1972], p. 743-866.
Streuvels, Stijn, De oogst (1901). [novelle]
Streuvels, Stijn, De oogst (1901).
Voorpublicatie
  • Van Nu en Straks, N.R., IV, 1900, p. 1-75 (januari).
Druk
  • [Eerste druk], Maldeghem, Victor Delille, 1901, 136 + [VIII] p., 17,8 x 13 cm, Duimpjesuitgave, 27e boekdeel.
  • [Tweede druk], Maldeghem, Victor Delille, 1902, 136 + [VIII] p., 17,8 x 13 cm, Duimpjesuitgave, 27e boekdeel.
  • [Derde druk], Maldeghem, Victor Delille, 1905, 136 + [VIII] p., 17,8 x 13 cm, Duimpjesuitgave, 27e boekdeel.
  • Vierde druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1912], 187 + [I] p., 16,2 x 10,9 cm, Veen's Gele Bibliotheek.
  • Vijfde druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1913], 187 + [V] p., 16,2 x 10,8 cm, Veen's Gele Bibliotheek.
  • Zesde druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1915], 187 + [V] p., 16,2 x 10,8 cm, Veen's Gele Bibliotheek.
  • Zevende druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1918], 187 + [V] p., 16,2 x 10,8 cm, Veen's Gele Bibliotheek.
  • [Achtste druk], Hamburg, Deutscher Ausland Verlag Walter Bangert, [1925], [IV] + 99 + [I] p., 18,5 x 12,6 cm, Bangert's Boekerij nr. 2.
  • Achtste [= negende] druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1927], [IV] + 182 + [VI] p., 16,8 x 11,6 cm.
  • Negende [= tiende] druk, Amsterdam, L.J. Veen's Uitgevers Mij. N.V., [1938], 186 + [VI] p., 17,1 x 10,9 cm.
  • Tiende [= elfde] druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1944], 127 + [I] p., 15,5 x 10 cm.
  • Tiende [= twaalfde] druk, Tielt, Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1945], 116 p., 17,3 x 13 cm.
  • Twaalfde [= dertiende] druk, Weeldeuitgave, Tielt, J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, 1946, 84 + [IV] p., 28 x 19 cm.
  • Elfde [= veertiende] druk, Amsterdam, L.J. Veen's Uitgevers Mij. N.V., [1949], 186 + [II] p., 17,2 x 10,9 cm.
  • Veertiende [= vijftiende] druk, Amsterdam, L.J. Veen's Uitgeversmaatschappij N.V.; Brugge, Desclée De Brouwer, [1954], [- X] + 85 + [I] p., 20,6 x 15 cm.
  • Vijftiende [= zestiende] druk, Brugge, Desclée De Brouwer, [1958], 92 + [IV] p., 17,9 x 12,2 cm.
  • Zestiende [= zeventiende] druk, Brugge, Desclée De Brouwer, [1962], 92 + [IV] p., 18,4 x 12,7 cm.
  • Zeventiende [= achttiende] druk, Brugge, Desclée De Brouwer, [1964], 92 + [IV] p., 19,1 x 13 cm.
  • Achttiende [= negentiende] druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1965], 92 + [IV] p., 18,5 x 12,6 cm.
  • Negentiende [= twintigste] druk, Kaapstad, Haum, [1965], 92 + [IV] p., 18,5 x 12,6 cm.
  • Twintigste [= eenentwintigste] druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1966], 92 + [IV] p., 18,5 x 12,6 cm.
  • Eenentwintigste [= tweeëntwintigste] druk, Brugge, Desclée De Brouwer; Kaapstad, Haum, [1966], 92 + [IV] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • Tweeëntwintigste [= drieëntwintigste] druk, Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1967], 71 + [I] p., 19,5 x 13,1 cm. Met hulpboekje, los toegevoegd, 15 + [I] p., Kleine Cultuur-Bibliotheek.
  • Drieëntwintigste [= vierentwintigste] druk, Amsterdam, L.J. Veen N.V., [1967], 92 + [IV] p., 18,5 x 12,6 cm.
  • Vierentwintigste [= vijventwintigste] druk, Brugge, Desclée De Brouwer, [1970], 94 + [II] p., 18,5 x 12,7 cm.
Streuvels, Stijn, Langs de wegen (1902). [roman]
Streuvels, Stijn, Langs de wegen (1902).
Voorpublicatie
  • De Gids, LXV, 1901, dl. 1, p. 405-467 (maart)
    De Gids, LXVI, 1902, dl. 1, p. 1-48, p. 209-254 (januari, februari).
Druk
  • [Eerste druk], Amsterdam, L.J. Veen, [1902], [IV] + 290 + [II] p., 20,9 x 15,5 cm.
  • Tweede druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1905], [IV] + 258 + [II] p., 20 x 14,5 cm.
  • Derde druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1915], [IV] + 258 + [II] p., 21,3 x 15,8 cm.
  • Vierde druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1920], [IV] + 247 + [I] p., 18 x 12 cm, in: Stijn Streuvels' Werken.
  • Derde [= Vijfde] druk, in: Stijn Streuvels' Werken. Deel I., Kortrijk, Zonnewende, [1941], p. 387-635.
  • Zesde druk, Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, 1944, 265 + [I] p., 19,6 x 14 cm.
  • [Zevende druk], 's-Graveland, Uitgeverij 'De Driehoek', 1948, 243 + [XIII] p., 16,9 x 11,7 cm, Pyramide Zakroman [nr. 6], onverkorte roman.
  • [Achtste druk], in: Stijn Streuvels' Volledige Werken. Deel IV., Kortrijk, 't Leieschip, [1951], p. 7-211.
  • Achtste [= Negende] druk, [Brugge], Desclée De Brouwer, [1961], 214 + [II] p., 18,5 x 12,8 cm.
  • Negende [= Tiende] druk, [Brugge - Utrecht], Desclée De Brouwer, [1967], 214 + [II] p., 18,5 x 12,8 cm.
  • Tiende [= Elfde] druk, in: Volledig werk. Deel I. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1971], p. 711-886.