Thielt, 13 Februari 1932.
Heer Frank Lateur,Ingooigem.
Waarde Heer Lateur,
Zooeven schreef ik het bedrag der geleverde boeken in, om einde der maand op uw rekening ter Bank voor Handel & N[ijverheid] gestort te worden.[1] Hierbij het contract over den herdruk van "Tieghem" terug. Ik schreef U daarover reeds gister.[2] Dus zijn we akkoord over den datum van verschijnen.[3]
Meer dan een paar stukken papier van het monster, dat U de kwaliteit laat zien, die ik voor "De Vlaschaard" zou gebruiken, kreeg ik niet.[4] Mijn twaalf punt letter loopt even breed als het door U voorgelegd model en het boek zou dus evenveel bl[ad]z[ijden] beslaan, als door U opgegeven.[5] Met mijn schrijven van gister[6] zal reeds nagenoeg alles beantwoord zijn wat [U] me vraagt. Ik heb op het zetmachien den Hollandschen-medievalletter in 12, 10 en 8 punten.[7] Dus kunnen we precies drukken zooals U verlangt. Ik meen echter, dat we voor "Tieghem" zullen moeten den 10 punt-letter gebruiken, om niet meer te hebben dan 10 vel druks. Nu dat zien we wel zoodra 't handschrift klaar komt. Tijdverlies kan er niet komen met de schikkingen die ik getroffen heb: indien U tevreden zijt, speel ik de zaak wel klaar met A[msterdam].[8] Ik meen, dat den herdruk van "De Vlaschaard" en het boek van De Pillecyn teg en September moeten klaar zijn en gezamenlijk gelanceerd worden.[9] Hebt U een ander inzicht zeg het maar ronduit. Moet ik nog iets anders doen om U te overtuigen, dat "De Vlaschaard"-uitgave in orde zal zijn, zeg het en ik doe het per omgaande.
Ik meen dat gij aan De Pillecijn best die twee nummers[10] zoudt zenden, met verzoek na gebruik terug te sturen.
Hoogachtend
(handtekening Joris Lannoo)
Annotations
[1]
Bij zijn brief aan Joris Lannoo van 12 februari 1932 stak Streuvels een rekening ter waarde van 245.25 fr. voor boeken die hij aan Filip De Pillecijn had gestuurd.
[2]
Cf. brief van Joris Lannoo aan Stijn Streuvels van 12 februari 1932.
[3]
Volgens het akkoord voor Tieghem, Het Vlaamsche lustoord moest het boek ten laatste op 1 augustus 1932 verschijnen. Dan diende Lannoo de helft van het ereloon, 2000 fr., te betalen.
[4]
Cf. brief van Joris Lannoo aan Stijn Streuvels van 12 februari 1932.
[5]
Joris Lannoo reageert hier op de brief van Stijn Streuvels d.d. 12 februari 1932. De negende druk van De vlaschaard telt 357 + [III] bladzijden.
[6]
Cf. brief van Joris Lannoo aan Stijn Streuvels van 12 februari 1932.
[7]
Op 21 oktober 1931 had Lannoo aan Streuvels reeds meegedeeld dat hij een nieuwe zetmachine had gekocht 'met drie soorten matrijsen van den Hollandschen Medievalletter'. In 1912 ontwierp Sjoerd H. de Roos voor de Lettergieterij Tetterode /Amsterdam een lettertype dat gebaseerd was op een vroegere Venetiaanse lettervorm. Dit krachtige type kreeg de naam 'Hollandse Mediaeval' en was lange tijd het standaardtype in vele drukkerijen. Andere lettertypes van de Roos zijn de Erasmus Mediaeval (1922), de Grotius-letter (1926) en de Egmont (1933). In de hedendaagse typografie spelen ze geen rol meer. Lettercatalogus N.V. Altiora/Averbode, p. 64; D. Dooijes, Over de drukletterontwerpen van Sjoerd H. de Roos, p. 38-44
De lettergrootte werd aangeduid d.m.v. het corps (C) en werd uitgedrukt in veelvouden van punten. Dit is de afstand van het topje van de stok van de letter tot het onderste eind van de staart. Als het letterbeeld bijvoorbeeld 12 punten meet, hebben we met corps 12 te doen. H. Van Krimpen, Boek over het maken van boeken, p. 145-148
[8]
D.i. met de Amsterdamse uitgeverij L.J. Veen.
[9]
Deze planning was wat overmoedig: alleen de herdruk van De vlaschaard verscheen in augustus 1932. Stijn Streuvels en zijn werk werd in maart 1933 op de markt gebracht. Beide boeken werden wel gezamenlijk aangekondigd in de catalogus van januari 1932. Briefwisseling Stijn Streuvels - Joris Lannoo 1932-1933, Letterenhuis, S 935/B
