Annotations
- Portret van den Jubilaris, met de zes kruisjes. Tegenover titelblad.
- Zicht op het geboortedorp Heule (p. 11).
- Bladzijde handschrift uit het Cahier de Narrations (p. 13).
- Moeder met de twee zonen bij den rondreizenden portrettetrekker - eene gebeurtenis! (p. 14).
- De Verluchting van het Schrijfboek (p. 15).
- De Vroegste Handteekening (p. 15).
- De Familiegroep in 1890 (p. 17).
- De Bakkerij te Avelgem, waar een tijdlang twee merkwaardige namen boven de deur prijkten (p. 18).
- De Scheldemeerschen in den Winter, waar Streuvels ging varen (p. 19).
- Portret van den negentienjarigen Pasteibakker (p. 21).
- De Schelde te Avelgem (p. 22).
- De eerste Inspiratie onder de hoede van Vader Vondel (p. 24).
- Moeder Lateur, die sprekend gelijkt op haar broer Guido Gezelle (p. 25).
- Bij Moeder en Zuster en den hond Pan (p. 26).
- Aan 't Werk in het kleine, smalle Kamertje te Avelgem; op tafel: het Idioticon en Loquela; aan den wand: eene plaat van Memlinck, de Oogst van Meunier, een Tanagrabeeldje, de portretten van Dostojevski, Ibsen, Verhaeren, Van Langendonck; op de schouw: Gezelle en Vermeylen (p. 27).
- De groote Gebeurtenis: de eerste literaire Brief van Karel van de Woestyne, den 15 Mei 1896 (p. 28-29).
- Schaduwknipsel (p. 30).
- De Scheldemeerschen met den Kluisberg (p. 31).
- Uit den joligen Tijd, met broer Karel en kozen Cesar (p. 32).
- Een bocht van de Schelde (p. 34).
- Uit den somberen Tijd (p. 35).
- De Kerkstraat te Avelgem, met den Dorpsbarbier, den Kleermaker, enz. Links, de twee Schoolgaande Kinderen, Alida en Marietje Staelens (p. 36).
- Foto uit den Tijd van Lenteleven (p. 38).
- Horieneke in den bloemenwegel (p. 39).
- De Ontmoeting met Jules De Praetere, die Lenteleven zal drukken (p. 41).
- Met kozen Cesar in de Pampas (p. 42).
- Met pastor Verriest en pastor Cuppens (p. 44).
- In zwarte Gepeinzen verdiept (p. 45).
- Het Lijsternest (p. 47).
- Een Propagandatocht te Wacken, voor de Verriest-feesten, met Van Severen, Vermeylen, Eeckels, Toussaint, Sevens en Modest Huys (p. 48).
- Aan het groote Raam (p. 50).
- Over de Halve-deur (p. 51).
- De Veldwegel achter het Huis (p. 53).
- Geteekend Portret door Jules Fonteyne, in 1912 (p. 54).
- Het Uitzicht ten Oosten, naar den Hoogen Berg te Tieghem (p. 56).
- De Vogelnesten boven de Woning (p. 58).
- Tocht in de Kempen, met Prof. Geurts, Cesar Gezelle, pastor Verriest, pastor Cuppens en Karel Lateur (p. 59).
- Geteekend Portret door Flor. Aerts, in 1919 (p. 61).
- Aan de Werktafel (p. 63).
- 't Blanke Vel Papier (p. 64).
- Een Krabbel van Flor. Aerts (p. 66).
- De Lange, rechte Steenweg, voor den Oorlog, de vermaarde Olmendreef (p. 67).
- De Houthakker aan 't Werk (p. 69).
- Op 't Lijsternest is de bakker zijn Oven Trouw Gebleven - Element: Vuur (p. 70).
- Terug van den Veldarbeid (p. 72).
- Voeten die Vast op den Grond Staan (p. 73).
- Element: Lucht (p. 75).
- Met Vrienden op Reis (p. 76).
- Ontwerp Bladzijde voor Ingoyghem uit Openlucht. Ter plaats geschreven, op den Heuvel te 4 ure 's Morgens bij 't opstaan der zon. (1/3 verkleind) (p. 78).
- Een Zonne-foto (p. 79).
- Op Reis met de Mijol-Club (p. 80)
- Per Schip op Avontuur met de Schilders (p. 82).
- Bezoek te Gemoet (p. 83).
- Winterwerk: onder 't Licht der Lamp (p. 85).
- Het Werktuig (p. 86).
- Bezoek aan Mistral, te Arles (p. 87).
- Bloemen en Planten moeten Verzorgd worden (p. 89).
- De Boomen van Ongediert gezuiverd, houden den Mensch Lenig en Stevig (p. 91).
- 's Morgens voor Dag en Dauw om Mollen te Vangen (p. 93).
- Den Voomiddag in den Hof met Boomen en Planten Bezig (p. 94).
- 's Namiddags bij de Boeken (p. 95).
- De Mensch heeft Oogen om te Kijken (p. 97).
- Noenestond in den Zomer (p. 99).
- Boomen die men zelf Geplant heeft, zijn de Schoonste (p. 100).
- In de Veranda (p. 103).
- Bloesemweelde in de Kruin van den Appelaar (p. 104)
- Krabbel van een Waalschen Schilder (p. 106).
- Op Wandel (p. 107).
- De Beste Vrienden zijn de Boeken (p. 108).
- Element: Water (p. 110).
- Masker (p. 113).
- Lijsters gereed het Nest uit te Vliegen (p. 114).
- Ondertusschen wordt er kalm voortgewerkt (p. 115).
- De Ingang langs den Tuin (p. 117).
- Van hieruit blikt men over de Wijde Ruimte (p. 118).
- 't Jongste van het Nest (p. 119).
- Masker door Van Immerzeel (p. 121).
- Met 't Waterhoen op de Leie (p. 122).
- Borstbeeld door Gaston Martens (p. 124).
- Op Zoek naar het Juiste Woord (p. 126).
- Op den Uitkijk (p. 127).
- Prutske aan 't Mijmeren (p. 129).
- In 't Land van Genoveva. 't Laacher Meer in 't Eifelgebergte (p. 131).
- Masker achter Tralies (p. 134).
- Onder de Boomen (p. 135).
- Onder den IJzertoren te Dixmuide (p. 136).
- Krabbel door Alb. Vandyck (p. 139).
- Tocht op de Leie (p. 140).
- De Geschrevene Tekst wordt naderhand Getypt (p. 143).
- Prentenkijken blijft altijd eene prettige Bezigheid (p. 146).
- Bladzijde Handschrift uit Alma (op de helft verkleind) (p. 148).
- Medaillon door Karel Lateur (p. 150).
- Zicht over Ingoygem dorp (p. 151).
- 's Zondags in den Zomertuin (p. 154).
- Een Duitsche Baanwacht die weinig ontzag uitoefent (p. 155).
- In de Bibliotheek te Antwerpen (p. 156).
- Op 't Water met Saverijs (p. 160).
- Na den Arbeid smaakt de Pijp lekker (p. 164).
- Bezoekers op Lijsternest worden Welkom toegewuifd (p. 167).
- Bij de Kippen (p. 171).
- Portret geteekend door Alb. Vandyck (p. 176).
- Moeder met haar Twee Jongste Dochters (p. 181).
- Het Gezin (p. 186).
- En nu op Reis (p. 190).
- Tweede Bezoek in 't land van Genoveva (p. 193).
- Het Wapenbord (p. 195).
- Het Lijsternest: 't Geen de Tijd er van gemaakt heeft (p. 196).
- Het Feestmaal van den 60-Jarige: Wààr en Wie is de Jubilaris? (p. 198).