<Resultaat 775 van 2531

>

Waarde Heer Lateur,
Hierbij een kaartje, dat ik heden morgen ontvang en dat misschien veel uitlegt. Toch schrijf ik nog een woordje, om aan te dringen.[1]
Maandag wordt "De Vlaschaard" uut goeten[2] aangepakt. Het papier is aangekondigd, zoodat we nu door ons miseries zullen zijn.
De eerste clichés,[3] die gemaakt werden waren bestemd voor het ongesatineerd Duitsch naturapapier.[4] Indien de druk doorgaat op glanzend papier of op kunstdruk[5] zal natuurlijk een fijner raster[6] gevraagd worden.
Foto 75 steekt niet in mijn verzameling; ze kan niet verloren zijn vermits ik ze niet meer aangeraakt heb en ze opgesloten gelaten heb, sedert we de schifting gemaakt hebben.
Het boek kan wel gezet worden, doch niet gepagineerd, zoolang het eerste hoofdstuk niet in orde is.
We ontvingen wel van d[okte]r Lauwers werk[7] 300 gewone en 50 luxe-ex[emplaren]
Prutske[8] en Reinaert[9] werden persoonlijk aan d[e ]h[eer] De Ceuleneer aangeboden minstens een paar maand geleden, ik meen na de dood van Moeder, dus ongeveer begin Mei.[10] Hij kocht niets en beweerde nog ex[emplaren] te bezitten van Prutske. Dat hij slechts nu reageerde[11] is zijn zaak: hij kon het even goed dadelijk na mijn bezoek gedaan hebben, doch heeft er me niets van gezegd. Misschien gebeurt het nu onder invloed van de verkoop van mijn colporteur. Hij heeft echter meer last met Prutske dan met Reynaert.
Van Toerisme kreeg ik geen antwoord op herhaald schrijven[12] en vond ik bij mijn bezoek te Aalst[13] den hoofdopsteller niet thuis, al had ik verscheidene dagen te voren mijn bezoek aangekondigd. Nu verneem ik dat er een hulpsekretariaat te Diksmuide zal werken en ik zal er eens heengaan. Misschien ontmoet ik daar Van Overberghe en pak hem dan aan over die kwestie. Dat ze van krommen haas gebaren is geen nieuws: meer dan twee jaar geleden vragen ze aan mijn schoonbroeder een bijdrage over Algiers,[14] hij zendt ze in, ze antwoorden dat ze buitengewoon belangwekkend is en dat ze zullen opnemen en... de bijdrage verscheen niet spijts herhaald aandringen en er komt zelfs geen antwoord..... Filip heeft beloofd een geïllustreerde bijdrage over uw werk in Ons Volk Ontwaakt te schrijven .[15] In andere geïllustreerde bladen zou ik dat ook wel bekomen en daartoe kunnen misschien de foto's gebruikt worden, die niet in 't boek zullen voorkomen.
Hoogachtend
(handtekening Joris Lannoo)

Annotations

[1] Joris Lannoo reageert in deze brief op alles wat Streuvels schreef op 5 augustus 1932.
[2] uut goeten: definitief
[3] Dit zijn de clichés voor het boek Stijn Streuvels en zijn werk.
[4] Als papier tussen walsrollen wordt gevoerd, krijgt het meer glans en wordt dan gesatineerd papier genoemd. Niet-gestreken papieren worden aangeduid als 'natuurpapier'. H. Van Krimpen, Boek over het maken van boeken, p. 63
[5] Couchépapier of kunstdrukpapier is 'gestreken papier', dat zowel houtvrij als houthoudend kan zijn, en waarbij de druk niet op het papier zelf terechtkomt, maar op een het papier bedekkende laag, de couche, die voornamelijk bestaat uit een mengsel van caseïne en Chinese pijpaarde (kaoline), die er met borstelmachines op is gebracht en vervolgens gepolijst. Een grote faam genoten de Engelse fabrikanten. Huib Van Krimpen, Boek over het maken van boeken, p. 62
[6] Verlopende tonen berusten op gezichtsbedrog. Het beeld wordt opgelost in puntjes van verschillende grootte. Dat oplossen in puntjes geschiedt d.m.v. een raster, oorspronkelijk twee op elkaar gekitte glazen platen, op de ene waarvan zwarte lijnen in één richting staan, en op de andere net zulke lijnen haaks daarop. De fijnheid van een raster wordt uitgedrukt in lijnen per strekkende centimeter of per strekkende inch. In de klasse 'fijn' vallen de rasters van 48, 54, 60 en 70 lijnen per centimeter. Zij tellen respectievelijk per cm² 2304, 2916, 3600 en 4900 punten. Zichtbaar grof tot zeer grof zijn de rasters 34, 30,25 en 22, die in kranten worden gebruikt en waarvan de punten met het blote oog zichtbaar zijn. Huib Van Krimpen, Boek over het maken van boeken, p. 114-115
[7] Dr. Emiel Lauwers jr., zoon van Dr. Lauwers, had het initiatief genomen om de verspreide geschriften van zijn vader te bundelen in een 'vorstelijke uitgave'. Stijn Streuvels was raadsman bij het samenstellen van de bundel. Het werd een 520 bladzijden tellend werk, bestaande uit een reeks opstellen van Dr. Lauwers over natuur- en heelwetenschap, reizen, gedichten en herinneringen aan vrienden. Streuvels nam de financiële verantwoordelijkheid van de uitgave op zich.
Op 17 juni 1931 hield Streuvels een lezing over dit werk en zijn auteur in de Koninklijke Vlaamsche Academie. Deze toespraak werd gepubliceerd in Verslagen en Mededeelingen van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal en Letterkunde (p. 591-600). L. Schepens, Kroniek van Stijn Streuvels, p. 91; Biekorf, 1932, p. 179-181; Karel Platteau, 'Streuvels en zijn vriend Lauwers', in: Jaarboek IV van het Stijn Streuvels Genootschap, p. 351-358
[8] Deze luxe-editie werd verdeeld over uitgeversmaatschappij L.J. Veen en H. Cayman. Beiden gaven 500 exemplaren uit onder hun naam. De niet verkochte exemplaren (een partij van 216 exemplaren en een partij van 200 exemplaren) wil Streuvels — twee jaar later — aan Lannoo aanbieden. In 1930 stelde Streuvels Lannoo voor, de vijfhonderd exemplaren voor België uit te geven. Dit durfde Lannoo niet aan en de uitgave kwam in handen van H. Cayman te Brugge. Blijkbaar kende de verkoop geen groot succes, aangezien H. Cayman zijn niet verkochte partijen (216 exemplaren) nu kwijt wil. Volgens het verkoopcontract van de luxe-editie van Prutske zal Lannoo 416 exemplaren aan 50 fr. per exemplaar kopen. De manier van betaling geschiedde via maandelijkse aflossingen van 500 fr. Precies n.a.v. deze maandelijkse (niet-)betalingen kwam het tussen Streuvels en Lannoo in november 1934 tot een onenigheid.
[9] Lannoo hielp deze exemplaren 'opruimen'.
[10] Elodie Maes, de moeder van Joris Lannoo, overleed op 29 april 1932 op tachtigjarige leeftijd. De begrafenis vond plaats op 3 mei in de Sint-Pieterskerk te Tielt. Het was een krachtdadige vrouw die tijdens de Eerste Wereldoorlog het bedrijf wist overeind te houden. Na het overlijden van haar man Jozef Lannoo (18 januari 1914) en het vertrek van Joris Lannoo naar het front (13 oktober 1914) stond zij er samen met haar jongste zoon Rafaël alleen voor. Ook wanneer deze laatste na een kortstondige ziekte in 1918 overleed, bleef Elodie kaarsrecht staan. Terecht stond op haar bidprentje gedrukt: een sterke vrouw in geloof, werkzaamheid en lijden. Romain Vanlandschoot, Joris Lannoo. Drukker en uitgever voor Vlaanderen. 1891-1971, p. 174
[11] Cf. brief van Emiel De Ceulener aan Streuvels d.d. 3 augustus 1932.
[12] Op 15 maart 1922 verscheen de eerste editie van het bondsblad van De Vlaamse Toeristenbond (V.T.B.), De Toerist, dat later de naam Toerisme kreeg.
Reeds op 9 juni 1932 schreef Lannoo aan Streuvels dat hij aan Vlaamse Toeristenbond had geschreven met de vraag om publiciteit te maken voor Tieghem, Het Vlaamsche lustoord. Op 16 juni meldt Lannoo aan Streuvels dat hij nog altijd geen antwoord had gekregen.
[13] Toerisme werd sedert het wegvallen van drukkerij Erasmus bij Volksverheffing te Aalst gedrukt.
[14] Eind 1919 trok Maria De Tavernier samen met haar twee broers Maurits en Gerard richting Algerije om er een wolhandel op te zetten. Bij hun aankomst werden ze opgevangen door pater Bernard Zuure. Deze pater woonde een tijdlang in Maison Carré, het missiehuis en tevens theologisch opleidingscentrum van de Witte Paters te Algiers. Maria verbleef een tijdlang in Maison Blanche, de missiepost voor de zusters. Ze gaf er enkele jaren les, tot Joris Lannoo haar in 1922 zoals afgesproken 'kwam halen'. Ze trouwden er op 10 augustus, maakten een huwelijksreis doorheen Algiers en keerden op 24 augustus terug naar Tielt. (Met dank aan Dhr. Godfried Lannoo.)
[15] Het weekblad Ons volk ontwaakt werd opgericht als een der eerste Vlaamse geïllustreerde bladen en was bedoeld als wegbereider voor De Standaard. Het blad werd aanvankelijk uitgegeven door de s.v. Volksontwikkeling te Antwerpen (met ingang van 7 september 1911). Later, in 1919, nam de n.v. De Standaard de hele s.v. over, inclusief het weekblad. De leiding berustte bij Alfons Van de Perre en Arnold Hendrix, die hun Katholiek Vlaamsch Secretariaat bij de zaak betrokken. Het blad werd in Antwerpen geredigeerd in de kantoren van dit Secretariaat. De redactie werd als vanzelf toevertrouwd aan Ernest Claes, werkzaam als bestuurder en enige bediende van het Katholiek Vlaamsch Secretariaat. Spoedig werd een aparte hoofdredacteur voor het blad aangetrokken in de persoon van Alfons Martens. In 1918 verhuisde men naar Brussel. Het weekblad bracht populariserende artikelen en schonk grote aandacht aan Vlaamse figuren. Ludo Simons, Het boek in Vlaanderen sinds 1800. Een cultuurgeschiedenis., p. 308-310; Elektronische NEVB; Elektronische NEVB
Het bedoelde artikel verscheen in: Ons Volk. Jaargang 18, nr. 50, 11 december 1932, p. 785-788. Het nummer, met een foto van Streuvels op de voorpagina, was volledig gewijd aan de West-Vlaamse auteur. De Pillecijns bijdrage 'Streuveliana' bevat bovendien nog volgende foto's:
  • - Streuvels met hoed als landwerker (handen in de zij, gestreept onderhemd): 'Den voormiddag in den hof met boomen en planten bezig.'
  • - 'Element: Lucht.'
  • - 'Voeten die vast op den grond staan.'
  • - 'De boomen van ongediert gezuiverd houden den mensch lenig en stevig.'
  • - 'Winterwerk: Onder 't licht der lamp.'
  • - 'Het werktuig.' (close-up van pen)
  • - 'Krabbel van een Waalschen schilder.'

Register

Naam - persoon

De Ceulener, Emiel

Standaard Boekhandel.

De Pillecyn, Filip (° Hamme, 1891-03-25 - ✝ Gent, 1962-08-07)

Letterkundige en Vlaams strijder.

De Pillecyn studeerde Germaanse Filologie aan de Universiteit van Leuven, was actief in de studentenkring Met Tijd en Vlijt en was voorzitter van het Algemeen Katholiek Studentenverbond. Tijdens de oorlog was hij een van de leiders van de frontbeweging. Hij schreef er enkele gedichten, die Lannoo in 1920 - samen met gedichten van Jozef Simons - bundelde onder de titel Onder den hiel. Vanaf 1919 concentreerde De Pillecyn zich op de journalistiek. Na zijn medewerking aan het dagblad De Standaard, werd hij hoofdsecretaris van het dagblad De Tijd, dat zich meer met de Vlaamse kwestie bezighield. In dezelfde periode hielp hij bij de publicatie van het satirische weekblad Pallieter. In 1926 promoveerde hij tot doctor in de Germaanse filologie, met een studie over Verriest. Tijdens het interbellum was hij leraar te Malmédy en later te Mechelen. Na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd hij in 1941 directeur van het Middelbaar Onderwijs. De repressie veroordeelde hem na de Tweede Wereldoorlog wegens een te grote Vlaamsgezindheid tot vijf jaar gevangenisstraf. In de gevangenis van Sint-Gillis schreef hij drie romans: Jan Tervaert (1947), Mensen achter den dijk (1949) en De Veerman en de jonkvrouw (1950). Na zijn vrijlating in 1949 bleef hij verderschrijven (o.a. Aanvaard het Leven, 1956 en Rochus,1951). De Pillecijn schreef tevens een studie over Stijn Streuvels, Stijn Streuvels en zijn werk (1932).

Lateur, Frank (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)

Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.

Lauwers, Emiel (sr) (° Ingelmunster, 1859-10-29 - ✝ Kortrijk, 1921-05-29)

Arts.

Dr. Lauwers was een jongere vriend van Albrecht Rodenbach en ex-leerling van Hugo Verriest. Hij liet zich voor het eerst opmerken in de spelersgilde en het groepje rond de uitgave van Vijftig Vlaamsche Liederen (1877). Tijdens zijn studentenjaren zette hij zich als radicale flamingant in voor het Vlaamse erfgoed. Zo nam hij als het ware Rodenbachs leidersplaats in bij Kwaepennick en werkte hij mee aan Onze Vlaamsche Wekker. Als Vlaams en christen democraat werd hij in 1903 voorzitter van het Rodenbachcomité. Naast bijdragen in het Rodenbachsblad zijn van hem nog twee vertalingen van Shakespeare verschenen: King Lear en Julius Caesar. Deze twee werken werden door Streuvels omwille van het taalgebruik hoog geprezen. Tevens verzorgde Streuvels de redactie van Schriften van Dr. Lauwers, die in 1931 gepubliceerd werden. Dr. Lauwers was niet alleen Streuvels' huisarts, hij was ook een persoonlijke vriend.

Van Overberghe

Over deze persoon, die kennelijk hoofdredacteur was van het tijdschrift 'De Toerist', werd geen informatie teruggevonden.

Titel - werken van Streuvels

Streuvels, Stijn, De vlaschaard (1907). [roman]
Negende druk, [1932], Tielt, J. Lannoo, 357 + [III] p., 18,4 x 12,4 cm.
Inhoud:
  • 1. De zaaidhede
  • 2. De wiedsters
  • 3. Bloei
  • 4. Slijting
Streuvels, Stijn, De vlaschaard (1907).
Voorpublicatie
  • De zaaidhede, in: De beweging, 1907, januari, jg. 3, dl. 1, p. 1-33
    De wiedsters, in: De beweging, 1907, februari, jg. 3, dl. 1, p. 129-166
    Bloei, in: De beweging, 1907, april, jg. 3, dl. 2, p. 5-44
    De slijting [deel I], in: De beweging, 1907, mei, jg. 3, dl. 2, p. 146-186
    De slijting [slot], in: De beweging, 1907, juni, jg. 3, dl. 1, p. 273-311.
  • De kruisdagen (fragment uit De vlaschaard) [uit 2], in: Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift, 1907, februari, jg. XVII, dl. 23, p. 123-125.
  • De kruisdagen [fragment uit 2], in: Aan doctor Alfons Depla, = speciaal nummer van De Vlaamsche Vlagge, 1907, jg. XXXIII, afl. 3, p. 129-132.
Druk
  • [Eerste druk], Amsterdam, L.J. Veen, [1907], [IV] + 332 p., 20,8 x 15,5 cm.
  • [Tweede druk], Amsterdam, L.J. Veen, [1907], Luxe-uitgave. [VIII] + 342 + [II] p., 25 x 19 cm.
  • Derde druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1910], [IV] + 243 + [I] p., 21,5 x 16 cm.
  • Vierde druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1912], [IV] + 223 + [I], 21 x 15,3 cm.
  • Vijfde druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1914], [IV] + 259 + [I] p., 21 x 15,3 cm.
  • Zesde druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1917], [IV] + 259 + [I] p., 21 x 15,7 cm.
  • Zevende druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1920], in twee volumes: dl. I: [VIII] + 132 p.; dl. II: [VIII] + 315 + [I] p., 18,3 x 12 cm, in: Stijn Streuvels' werken, deel [4 & 5].
  • Achtste druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1926], 269 + [III] p., 21,5 x 17,2 cm.
  • Negende druk, [1932], Tielt, J. Lannoo, 357 + [III] p., 18,4 x 12,4 cm.
  • [Tiende druk], [1941], in: Stijn Streuvels's werken, deel II., Kortrijk, Zonnewende, p. 5-345.
  • [Tiende druk], [1941], in: Stijn Streuvels's werken, deel II., Amsterdam, L.J. Veen.
  • Elfde druk, Volksuitgaven, in opdracht van Agentschap Dechenne, Tielt, J. Lannoo, 1941, 223 + [I] p., 19 x 13,3 cm.
  • Twaalfde druk, Antwerpen/Tielt, N.V. Standaard Boekhandel/J. Lannoo, [1941], 300 + [I] p., 21 x 15,3 cm, Lijsternestreeks nr. XII.
  • [Dertiende druk], J.L. Van Schaik, B[e]p[er]k, Pretoria, 1942, [IV] + 227 + [III], 18,7 x 11,6 cm.
  • [Veertiende druk] = Dertiende druk, Tielt/Antwerpen, J. Lannoo/Standaard Boekhandel, [1943], [VI] + V + [I] + 197 + [III] p., 19,5 x 14,7 cm. De omslagtekening is van Paul Lateur. Met 20 p. afbeeldingen uit de film. Met een inleiding, 'De gefilmde vlaschaard', door Stijn Streuvels, p. I-V.
  • [Vijftiende druk] = Veertiende druk. 162e tot 199e duizend. Foto's [14] met speciale toelating overgenomen uit den Terra-film 'De vlaschaard'. Tielt/Antwerpen, J. Lannoo/Standaard Boekhandel, [1943], 208 p., 19,2 x 13,4 cm, filmeditie - Volksuitgave.
  • [Zestiende druk] = Vijftiende druk, Tielt/Antwerpen, J. Lannoo/Standaard Boekhandel, [1944], 235 + [V] p., 34 x 24,8 cm, 'Weeldeuitgave' geïllustreerd met 4 aquarellen van Albert Saverys.
  • [Zeventiende druk], [1948], In: Stijn Streuvels' verzamelde werken. Deel II., Kortrijk, Zonnewende, p. 5-261.
  • [Achttiende druk], [1953], in: Stijn Streuvels' volledige werken. Deel VI., Kortrijk, 't Leieschip, p. 7-292.
  • [Achttiende druk], [1953], in: Stijn Streuvels' volledige werken. Deel VI., Amsterdam, L.J. Veen.
  • [Negentiende druk], Kortrijk, 't Leieschip, [1955], 293 + [III] p., 18,4 x 12,7 cm.
  • [Twintigste druk], Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1962], 303 + [I] p., 18,4 x 12,8 cm.
  • [Eenentwintigste druk], Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, 1965, 254 + [VI] p., 29,4 x 26,2 cm.
  • [Tweeëntwintigste druk], Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1966], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Drieëntwintigste druk], Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1967], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Vierentwintigste druk], Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1968], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Vijventwintigste druk], Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1970], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Zesentwintigste druk], Kaapstad/Brugge - Utrecht, Romanticapers, Orion, [1970], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Zevenentwintigste druk], Orion - Desclée De Brouwer, [1970], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Achtentwintigste druk], Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1970], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Negenentwintigste druk], in: Volledig werk. Deel II. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1972], p. 495-742.
  • [Dertigste druk], Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1972], 254 + [VI] p., 29,5 x 26,2 cm.
  • [Eenendertigste druk], [Brugge], Orion, [1974], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Tweeëndertigste druk], Nijmegen/Brugge, Gottmer/Orion, [1977], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Drieëndertigste druk], Nijmegen/Brugge, Gottmer/Orion, [1978], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Vierendertigste druk], Nijmegen/Brugge, Gottmer/Orion, [1980], 303 + [I] p., 18,6 x 12,6 cm.
  • [Vijvendertigste druk], Nijmegen/Beveren, Orbis en Orion, [1983], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm, filmeditie.
  • [Zesendertigste druk] = eerste druk bij Manteau, Antwerpen, Manteau, [1985], 275 + [I] p., 19,9 x 12,5 cm, Grote Marnixpocket nr. 285.
  • [Zevenendertigste druk] = tweede druk bij Manteau, Antwerpen, Manteau, [1989], 275 + [I] p., 19,9 x 12,5 cm, Grote Marnixpocket nr. 285.
  • [Achtendertigste druk] = derde druk bij Manteau, Antwerpen, Manteau, [1993], 275 + [V] p., 19,9 x 12,5 cm.
  • [Negenendertigste druk] = derde druk bij Manteau, Het Laatste Nieuws, 2003, 223 + [I] p., 20,4 x 11,8 cm, reeks: Het Laatste Nieuws, nr. 22.
Digitaal
  • Diplomatische weergave van de eerste druk. Digitale bibliotheek voor de Nederlandse letteren, februari 2004. .
Streuvels, Stijn, Dr. Lauwers' Schriften (1931). [bio]
[Eerste druk], Ledeberg/Gent, N.V. Drukkerij Erasmus, Drukker der Koninklijke Vlaamsche Academie, 1931, 10 p., 20,5 x 13 cm.
Streuvels, Stijn, Dr. Lauwers' Schriften (1931).
Druk
  • [Eerste druk], Ledeberg/Gent, N.V. Drukkerij Erasmus, Drukker der Koninklijke Vlaamsche Academie, 1931, 10 p., 20,5 x 13 cm.
Streuvels, Stijn, Prutske (1922). [bio]
[Derde druk] = Tweede druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1930], 269 + [III] p., 28,5 x 23,7 cm.
Extra info:
Colofon: 'Dit is de afdoende uitgaaf van "Prutske", gezet in de letter van Garamont Corps 16 uit de lettergieterij "Plantijn" te Brussel. Van deze uitgaaf werden getrokken: duizend exemplaren op mat couchépapier genummerd van 1 tot 500 voor de N.V. L.J. Veen's Uitgevers-maatschappij te Amsterdam en van I tot D voor den uitgever van "Cultura" H. Cayman te Brugge. Er werden tien exemplaren getrokken op Japansch papier, geteekend van A. tot J., elk met een oorspronkelijke aquarel van Albert Saverys, waarvan exemplaar A met al de oorspronkelijke teekeningen en de exemplaren B.C. en D geheel eigenhandig geïllustreerd door Albert Saverys. Het boek werd gedrukt op de pers van den "Eikelaar" te Kortrijk en verzorgd door den drukker Antoine Lins; voltooid in den zomer van het Jaar negentien honderd honderd dertig.'
Inhoud:
  • 1. In den dop
  • 2. Op den drempel der wereld-halle
  • 3. Het poppengezin
  • 4. Het dagelijksch bedrijf
  • 5. Het winterhalfjaar
  • 6. De twee geitjes
  • 7. Het zomerhalfjaar
  • 8. Het ontwikkelen der persoonlijkheid
  • 9. Afscheid
Streuvels, Stijn, Prutske (1922).
Voorpublicatie
  • In den dop, in: De Gids, 1920, december, jg. 84, nr. 12, p. 335-349.
  • Op den drempel der wereld-halle, in: De Stem, 1922, april, jg. 2, p. 362-374.
  • Het poppengezin, in: De Stem, 1922, mei, jg. 2, p. 385-416.
  • Het dagelijksch bedrijf, in: De Beiaard, 1922, dl. II, september, jg. 7, p. 161-176.
  • Het winterhalfjaar, in: Vlaamsche Arbeid, 1922, Nieuwe Reeks, oktober, jg. 17, p. 364-384.
  • De twee geitjes, in: Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift, 32 (1922), deel 64, p. 173-188 (september) onder de titel: 'Prutske en de geitjes'.
  • Het zomerhalfjaar, in: De Stem, 1922, november, jg. 2, p. 980-1012.
  • Het ontwikkelen der persoonlijkheid, in: De Stem, 1922, oktober, jg. 2, p. 885-914.
Druk
  • [Eerste druk], Amsterdam, L.J. Veen, [1922], 231 + [I] p., 21,5 x 15,8 cm.
  • [Tweede druk], titeluitgave van eerste druk, Amsterdam, L.J. Veen; Kortrijk, Zonnewende, [1929], 231 + [I] p., 21,5 x 15,8 cm.
  • [Derde druk] = Tweede druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1930], 269 + [III] p., 28,5 x 23,7 cm.
  • [Vierde druk], [1941], in: Stijn Streuvels' Werken. Deel II, Kortrijk, Zonnewende, p. 349-649.
  • [Vijfde druk], Tielt-Antwerpen, J. Lannoo, Standaard-Boekhandel, 1945, 227 + [I] p., 17,3 x 13 cm.
  • [Zesde druk], [1948], In: Stijn Streuvels' Verzamelde Werken. Deel II., Kortrijk, Zonnewende, p. 263-487.
  • [Zevende druk], [1953], In: Streuvels' Volledige werken. Deel VII., Kortrijk, 't Leieschip, p. 179-428.
  • Achtste druk, [1957], [Brugge], Desclée De Brouwer, 262 + [II] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • Negende druk, titeluitgave van de achtste druk, [Brugge], Desclée De Brouwer, [1961], 262 + [II] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • Tiende druk, titeluitgave van de achtste druk, [Brugge], Desclée De Brouwer, [1962], 262 + [II] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • Elfde druk, titeluitgave van de achtste druk, [Brugge], Desclée De Brouwer, [1966], 262 + [II] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • Twaalfde druk, titeluitgave van de achtste druk, [Brugge], Desclée De Brouwer, [1967], 262 + [II] p., 18,5 x 12,7 cm.
  • Dertiende druk, titeluitgave van de achtste druk, [Nijmegen - Brugge], Orion, Desclée De Brouwer, [1971], 262 + [II] p., 18,5 cm x 12,7 cm.
  • [Veertiende druk], in: Volledig werk. Deel III. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1972], p. 127-335.
  • [Zestiende druk] = eerste druk bij Manteau, Antwerpen, Manteau, [1986], 234 + [VI] p., 20,5 x 12,5 cm.
Streuvels, Stijn, Reinaert de vos, Naar de handschriften van het middeleeuwsche epos herwrocht door Stijn Streuvels (1907). [bewerking]
Met een inleiding van Prof. Dr. J.W. Muller en verlucht met randen en teekeningen door B.W. Wierink, Amsterdam, L.J. Veen, [1910], [VI] + 28 + 184 p., 33 x 25 cm. Luxe-uitgave.
Streuvels, Stijn, Reinaert de vos, Naar de handschriften van het middeleeuwsche epos herwrocht door Stijn Streuvels (1907).
Voorpublicatie
  • Eerste vijf hoofdstukken verschenen in de Nieuwe Rotterdamsche Courant, nr. 3, januari 1907, Eerste blad, C.
Druk
  • Amsterdam, G. Schreuders (voor de Mij voor Goede en Goedkoope Lectuur), [1907], 219 + [IX] p., 18,4 x 12,3 cm. Nederlandsche Bibliotheek onder leiding van L. Simons, Nos. XI-XII.
  • Amsterdam, Maatschappij voor Goede en Goedkoope Lectuur, [1910], 214 + [VIII] p., 18,3 x 11,5 cm, Nederlandsche Bibliotheek onder leiding van L. Simons, Nos. XI-XII.
  • Amsterdam, Maatschappij voor Goede en Goedkoope Lectuur, 1918, 206 + [X] p., 18,3 x 11,9 cm. Nederlandsche Bibliotheek onder leiding van L. Simons, Nos. XI-XII.
  • Brussel, [Arbeiderspers], [1956], [II] + 228 + [IV] p., 18,5 x 11,5 cm, Reinaert-Reeks, nr. 64.
  • Uyt het Middelnederlandsch in verstaanbaar Vlaamsch herschreven door Stijn Streuvels en uitgegeven door het Davidsfonds in 't jaar O.H. M.C.M.X. Opgeluisterd met teekeningen door Gustaaf van de Woestijne, 200 p., 28,2 x 22 cm. Nr. 167 van de Davidsfonds-uitgaven.
  • Uyt het Middelnederlandsch in verstaanbaar Vlaamsch herschreven door Stijn Streuvels en uitgegeven door het L.J. Veen te Amsterdam in 't jaar O.H. M.C.M.XI. Opgeluisterd met teekeningen door Gustaaf van de Woestijne.
  • Met een inleiding van Prof. Dr. J.W. Muller en verlucht met randen en teekeningen door B.W. Wierink, Amsterdam, L.J. Veen, [1910], [VI] + 28 + 184 p., 33 x 25 cm. Luxe-uitgave.
  • Opgeluisterd met teekeningen door Gustaaf van de Woestijne, Amsterdam, L.J. Veen, in 't jaar O.H. M.C.M.XXI, 170 + [II] p., 28 x 22 cm.
  • Opgeluisterd met teekeningen door Gustaaf van de Woestijne, [Brugge-Utrecht], Desclée De Brouwer, [1969], 142 + [X] p., 20 x 27 cm.
  • Fragment. Gedrukt ter N.V. Drukkerij 'Vada' te Wageningen, in het jaar MCM.XXVIII, 16 p., 23,8 x 15,7 cm.
Streuvels, Stijn, Tieghem, Het Vlaamsche lustoord (1908). [studie]
Tweede [= derde] bijgewerkte [druk], Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo, [1932], 175 + [I] p., 18,5 x 12,3 cm.
Streuvels, Stijn, Tieghem, Het Vlaamsche lustoord (1908).
Druk
  • [Eerste druk], Gent, Boek- en Steendrukkerij Fr. Vercauteren, [1908], 51 + [I] p., 17,5 x 11,5 cm.
  • [Tweede druk], Gent, Boek- en Steendrukkerij Fr. Vercauteren, [1908], 148 + [II] p., 17,5 x 11,5 cm.
  • [Tweede druk], Amsterdam, L.J. Veen's Uitgeversmij., [1933], 18,1 x 12,2 cm.
  • Tweede [= derde] bijgewerkte [druk], Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo, [1932], 175 + [I] p., 18,5 x 12,3 cm.
  • [Vierde druk], in: Volledig werk. Deel II. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1972], p. 743-866.

Naam - instituut/vereniging

Vlaamse Toeristenbond (V.T.B.)

De Vlaamse Toeristenbond (V.T.B.) is een in 1922 opgerichte vereniging zonder winstoogmerk, die het toerisme onder de Vlamingen en het reizen in het Vlaamse land wil bevorderen. De leiding van deze in 1930 meer dan 100.000 leden tellende organisatie was toen in handen van Jozef Van Overstraeten. In 1934 smolt de V.T.B. samen met de Vlaamse Automobilistenbond (V.A.B.). De V.T.B - V.A.B. bestaat nog steeds en heeft haar hoofdzetel in Antwerpen.

Volksverheffing

Volksverheffing is een Samenwerkende Maatschappij opgericht op 25 november 1909 door de Christene Volkspartij in Aalst als een soort koepel voor op zich zelfstandig functionerende coöperatieven (bakkerij, een spaar- en leenfonds, een feestzaal en herberg). De aandelen van de maatschappij werden verkocht aan 25 frank per stuk. Het bestuur bestond uit: Jan-Baptist De Neve (voorzitter), Jan De Brul (ondervoorzitter), Gustaaf De Coninck, L. Rombout, Jean Baptiste De Vos, Felix Bocqué en Frans Daens. Volksverheffing was in eerste instantie een overkoepelende coöperatie, die als een soort controleorgaan fungeerde voor de diverse administratief en bestuurlijk onafhankelijke instellingen. De maatschappij kende vooral na de Eerste Wereldoorlog een grote bloei, hoewel reeds tijdens de Eerste Wereldoorlog de beenhouwerij, kolenhandel en de bakkerij sterk aan belang hadden gewonnen. In 1922 werden nog twee belangrijke initiatieven opgestart: een apotheek en een drukkerij. De drukkerij werd snel uitgebreid met de aankoop van de oude drukkerij van Pieter Daens, waarvan het materiaal en de uitgaven werden overgenomen. Na de integratie van de Daensistische Beweging in het Vlaams-nationalisme werd de drukkerij het centrum van de verspreiding van Vlaams- nationalistische pamfletten en periodieken. Het netwerk van initiatieven rond de Volksverheffing bleef toenemen en er ontstonden allerlei dochtermaatschappijen, zoals het Verbond der Vlaamsche Huizen (Vlaamse Huizen). Op 10 juni 1928 werd een nieuw gebouw ingehuldigd. Dit gebouwencomplex, gelegen in de Molenstraat, bestond uit een herberg, een vergaderzaal, een bibliotheek, een toneelzaal, een apotheek, een drukkerij, een uitgeverij, kantoren van de mutualiteit en de vakbond en een bakkerij. Op bestuurlijk vlak werden tijdens de jaren 1930 de vroegere daensistische leden langzaam vervangen door Vlaams- nationalisten, die na 1933 toetraden tot het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV). Zo geraakte de Maatschappij volledig in VNV-vaarwater. In 1937 bestond het bestuur uit onder meer Bert d'Haese, Ernest Van den Berghe en Valéry Louis, terwijl Jozef Cool onder meer beheerder was van het Verbond der Vlaamsche Huizen. Buiten Aalst werden verschillende afdelingen van de Volksverheffing opgericht. Toch kreeg de Maatschappij te kampen met financiële problemen. Tijdens de 18-daagse veldtocht (mei 1940) leden de gebouwen ernstige schade. Doordat de Maatschappij vervlochten was met de collaboratie van het VNV, moesten de activiteiten bij de bevrijding worden stopgezet. De bestuurders werden wegens collaboratie gestraft. De gebouwen stonden leeg en allerlei verenigingen namen hun intrek (onder meer de plaatselijke communistische partij in 1949). In 1957 kocht de stad Aalst het volledige pand. Het werd gesloopt en moest plaatsmaken voor het cultureel centrum De Werf. Op 17 maart 1967 werd de 'passieve' maatschappij Volksverheffing officieel ontbonden.