<Resultaat 1327 van 2531

>

Den Heer Frank Lateur,
Ingooigem

Waarde Heer Lateur,
Ik onderstel, dat de opeenvolgende zondagen[1] oorzaak zijn, dat ik nog geen antwoord op mijn vraag ontving om samenkomst te Gent, Tielt of elders. Ik heb anders verschillende vragen te stellen en bevindingen over te brieven:
  • 1. De (dubbel) brief van d[e ]h[ee]r De Meyer, dir[ecteur] van de Standaard-boekhandel, werd U doorgestuurd, zoodat U er kennis van hebt.[2] Ik meen, dat dezen brief de mogelijkheid tot samenwerking biedt en ik meen, dat tusschen ons beiden, als goede vrienden, die we zijn, zeker een weg gevonden wordt, die U ook bevredigen zal.[3] Bij ons samenzijn, kunnen we daarover ook van gedachten wisselen.
  • 2. D[e ]h[ee]r Pevenage vraagt of hij ook van de goedkoope uitgave v[an de] Vlaschaard in Nederland mag verkoopen, door bemiddeling van hun bijhuis in A[msterdam]? Ik zie er geen bezwaar in, maar wil niet "ja" zeggen, zonder U geraadpleegd te hebben.
  • 3. Van de uitgave van "Land & Leven" over te nemen, kan niets in huis komen, omdat uitvoer van 25 ex[emplaren] en meer feitelijk onmogelijk geworden is door een beslissing van de "Contact-commissie["] in Nederland.[4] Ik zal U die omzendbrief bij ons samenzijn laten lezen. Van al uw uitgaven, waarvan geen hoeveelheden hier in het binnenland voorradig zijn, kan dus feitelijk niets meer binnenkomen, want 25 maximum is onbeduidend! Ik meen, dat dus vlug zal moeten doorgewerkt worden.
  • 4. Ik ben raadgever geworden van d[e ]h[ee]r Goedertier van de Papiercentrale, nadat een officieele commissie — niet officieel, — doch feitelijk van kant gezet werd. Ik zal dus nauw kunnen toezien over de papierverdeeling en ten minste kunnen nagaan, dat wij ons deel niet missen. Ik hoop, dat de tusschenkomst van d[e ]h[ee]r Petri vermoedelijk niet noodig zal zijn. Daarbij vrees ik, dat hij er niets zou kunnen aan doen, omdat wij geen grondstof noodig hebben, maar slechts kolen. De verplichte leveringen aan de bezettende macht[5] vragen reeds meer kolen voor het fabrikeeren, dan er toegekend werden voor heel de maand November! Dus kan in heel deze maand geen blad papier voor binnenlandsch gebruik gefabrikeerd worden. Ik vertel U daarover verder bij ons samenzijn: alles zuivere waarheid, maar best er over te zwijgen. Van Januari af echter kan verbetering voorzien worden. We kunnen inmiddels flink zetten en het papier afwachten.
  • 5. In afwachting, dat beslist wordt over "De Lijsternestreeks", zullen we de eerste 32 bl[ad]z[ijden] v[an] De Vlaschaard pas later drukken, omdat de titelbl[ad]z[ijde] (binnen-) zou kunnen moeten gewijzigd worden. Morgen worden 128 bl[ad]z[ijden] gepagineerd en het zetten is reeds verder.
Ik wacht dus op uw schrijven en zal zeker volgens uw aanduidingen op de afspraak zijn. Inmiddels
Hoogachtend,
(handtekening Joris Lannoo)

Annotations

[1] 1 en 2 november: Allerheiligen en Allerzielen, en dus feestdagen of 'zondagen'.
[2] Deze brief vonden we niet terug in de geraadpleegde archieven.
[3] Cf. brief van Stijn Streuvels aan Maurits De Meyer van 30 oktober 1941.
[4] In 1944 kwam ook bij het ethische verzet een zekere coördinatie en samenwerking tot stand (wat impliceerde dat de organisatie ook al bestond voor 1944). Dit was voornamelijk het werk van Jhr. Bosch van Rosenthal en Willem Drees. Het samenwerkingsorgaan dat op 19 januari 1944 tot stand kwam, werd de grote Advies Commissie der Illegaliteit genoemd. Haar belangrijkste taak was de regering van advies te dienen bij het maken van plannen voor het Nederland van na de bevrijding. Uit veiligheidsoverwegingen werd uit dit grote college een vijf man sterk bestuur gekozen, de contact-commissie. In deze CC was ook een vertegenwoordiger opgenomen van het Vaderlandsch Comité, waarin de verboden politieke partijen samenwerkten. In de CC waren de verschillende verzetsorganisaties vertegenwoordigd op basis van hun politieke voorkeur. Voorzitter van de CC werd Willem Drees. In zijn persoon werd het contact gelegd tussen politici en verzet. Winkler Prins encyclopedie van de tweede wereldoorlog, p. 610
[5] De Duitsers eisten de brandstof voor zichzelf op. Produceren werd moeilijk in die tijd omdat werkkrachten gedwongen werden naar Duitsland te gaan werken. Elektriciteit mocht slechts beperkt gebruikt worden en de grondstoffen (papier) dienden in de eerste plaats voor berichtgeving aan de Duitse soldaten. In deze moeilijke tijden probeerde de uitgeverij Lannoo het hoofd boven water te houden. Romain Vanlandschoot, Joris Lannoo. Drukker en uitgever voor Vlaanderen. 1891-1971

Register

Naam - persoon

De Meyer, Maurits (° Elversele, 1895-03-02 - ✝ Wilrijk, 1970-11-24)

Uitgever en volkskundige.

Studeerde tussen 1916 en 1918 klassieke filologie en geschiedenis aan de door de Duitse bezetter vernederlandste Gentse universiteit von Bissing Universiteit). Dit had tot gevolg dat de Belgische universiteiten en de Centrale Examencommissie voor hem na de oorlog gesloten bleven. Spoedig trad hij in dienst van de nog jonge uitgeverij Standaard Boekhandel, waarvan hij 35 jaar lang directeur (01.10.1924) en later beheerder was. Zo was hij ook medestichter van de Vereniging ter Bevordering van het Vlaamse Boekwezen (VBVB), die hij ook als voorzitter zou leiden, en was hij betrokken bij de organisatie van de Boekenbeurs voor Vlaanderen in Antwerpen. Als wetenschapsman verwierf de Meyer faam door zijn activiteiten op gebied van volkskunde - het is mede dankzij hem dat men deze wetenschap in Vlaanderen ernstig is gaan beoefenen. De Meyer specialiseerde zich in de studie van Vlaamse sprookjes, waarover hij in binnen- en buitenland publiceerde.

Goedertier, Gustave (° 1902 - ✝ 1975)

Achterneef van Arsène Goedertier, dis bekend werd vanwege zijn betrokkenheid bij de verdwijning van een paneel uit het Lam Gods. Tijdens de bezetting stond hij aan de leiding van de (door Duitsers gecontroleerde) Papiercentrale.

Lateur, Frank (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)

Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.

Petri, Franz (° Wolfenbüttel, 1903-02-22 - ✝ Hamburg, 1993-03-08)

Petri studeerde van 1921 tot 1925 in Berlijn geschiedenis, Duits en wijsbegeerte en was na zijn doctoraat werkzaam aan wetenschappelijke instituten in Wenen, Marburg en Frankfort. Door zijn promotor Dietrich Schäfer was zijn aandacht gevestigd op de geschiedenis van de westelijke Duitse grensgebieden en van de Germaans-Romaanse taalgrens. Die belangstelling bracht hem naar België waar hij van 1930 tot 1935 met een beurs in Brussel vertoefde en aan de Katholieke Universiteit Leuven studeerde. De vrucht van dit verblijf was het in 1937 verschenen werk Germanisches Volkserbein Wallonien und Nordfrankreich over de Frankische kolonisatie in de vroege Middeleeuwen en het ontstaan van de taalgrens. Vanuit een christelijk-conservatieve bezieling ijverde Petri gedurende zijn Brusselse jaren voor Duits-Belgische verzoening. Dat was voor hem het motief om zich bezig te houden met de omstandigheden van de Duitse inval in augustus 1914, met name de slachtpartijen op Belgische burgers die van Duitse kant werden gerechtvaardigd als represailles tegen sluipschutters. Hij kwam tot de conclusie dat de Duitse bewering van een Belgische 'franctireur-oorlog' onhoudbaar was. Ruim een kwarteeuw later bracht Petri samen met de Leuvense hoogleraar Fernand Mayence een commissie bijeen van zes Duitse en Belgische historici die het geschil uiteindelijk bijlegde. Als deskundige voor Belgische en Nederlandse geschiedenis werd Petri in 1935 assistent en in 1938 adjunct-directeur aan het Deutsch-Niederländisches Institut in Keulen. Hij raakte er betrokken bij de activiteiten van de vooroorlogse Duitsch-Vlaamsche Arbeidsgemeenschap (DeVlag). Op de Duits-Vlaamse cultuurdagen in september 1937 hield hij een voordracht en was tussen februari en december 1938 Duits hoofdredacteur van het tijdschrift De Vlag. Hijzelf getuigde na de oorlog dat hij in die jaren tot ongeveer 1938 'bepaalde sympathieën' koesterde voor het nationaal-socialisme. Een breuk met het regime voltrok hij evenwel ook later niet. In de oorlog bleef hij tot op het laatst overtuigd van het Duitse gelijk en hoopte op een Nieuwe Orde in Europa onder Duitse leiding. In zijn publicaties bewees hij menige lippendienst aan de toen gangbare terminologie. Inhoudelijk nam hij weliswaar afstand van een zuiver nationaal-socialistische visie doordat de 'Germaanse' conceptie die hij met het oog op de geschiedenis van de Nederlanden hanteerde, cultureel en niet rassenkundig getint was. Maar ook op dat punt was hij niet altijd even consequent. Gedurende de oorlog beklemtoonde hij nu en dan sterker het belang van raskenmerken als grondslag van een bijzondere Duits-Nederlandse verhouding. Wel trachtte hij over het algemeen zijn wetenschappelijke reputatie te vrijwaren tegen politieke aanspraken. Uiteraard was zijn Germanisches Volkserbe waarin hij de vroegmiddeleeuwse Germaanse aanwezigheid bezuiden de hedendaagse taalgrens belichtte, bijzonder vatbaar voor politieke interpretatie. Petri wees zulke interpretaties altijd, ook in het publiek, van de hand. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was hij van 1940 tot 1944 Referent für Volkstum, Kultur und Wissenschaften beim Militärbefehlshaber in Belgien und Nordfrankreich. Door zijn wetenschappelijke activiteiten en zijn engagement in DeVlag was hij de geknipte figuur daarvoor. Hij werd belast met onderwijszaken, het toezicht op de universiteiten, de taalwetgeving en meer algemeen de nationaliteitenkwestie waarover hij ook historisch-politieke rapporten schreef voor het bezettingsbestuur. Petri zag in de gebrekkige toepassing van de taalwetgeving door de Belgische autoriteiten een invalshoek voor het Duitse bestuur om door tastbare verbeteringen op dit vlak de sympathie van de Vlamingen te winnen. Petri steunde Reeder in diens politiek om van het VNV een bevoorrechte partner te maken. Toen de DeVlag zich ontpopte als politieke concurrent, pleitte hij voor een 'indamming'. In juli 1941 schreef Petri een tegenrapport bij een verzoekschrift tot Adolf Hitler waarin de Frans-Vlaamse priester Jean-Marie Gantois eind 1940 de aanhechting had geëist van Noord-Frankrijk tot aan de Somme bij een Groot-Germaans Rijk. De geschiedenis van de Nederlanden bleef ook na de oorlog het werkterrein bij uitstek van de hoogleraar die van 1951 tot 1961 directeur was van het Provinzialinstitut für westfälische Landes- und Volkskunde in Münster en daarna tot 1968 van het Institut für geschichtliche Landeskunde der Rheinlande in Bonn. Tot in zijn laatste levensjaren bleef Petri contacten onderhouden in Vlaanderen. Zijn wetenschappelijke verdiensten voor de Nederlanden zag hij in 1970 bekroond met de Joost van den Vondelprijs.

Pevenage

Dechenne.

Naam - uitgever

Standaard Boekhandel

De Standaard Boekhandel vond zijn oorsprong in het weekblad Ons Volk Ontwaakt, dat in 1911 een boekhandel begon. In 1919 werd de boekhandel een onderdeel van het dagblad De Standaard en kreeg ze de naam De Standaard Boekhandel. In 1924 werd De Standaard Boekhandel een zelfstandige Naamloze Vennootschap. De krant De Standaard werd de grootste aandeelhouder. Op dat moment deed Maurits De Meyer zijn intrede als directeur van de boekhandel. Hij bleef in deze functie werkzaam tot 1960. Zijn opdracht bestond erin de filialen in Brussel en Antwerpen uit te bouwen en een breed uitgavenfonds op te zetten. Een eerste belangrijke uitbreiding van de Standaard Boekhandel vond plaats in 1926. Er werd een afdeling geopend in de Naamsestraat in Leuven door de overname van de Vlaamsche Boekenhalle, toen de enige Vlaamse boekhandel in de universiteitsstad. Op 1 oktober 1933 gebeurde dat in Gent, met de overname van de boekhandel Siffer. In de jaren '30 behoorde Streuvels tot het literaire fonds van de uitgeverij met werken als Lenteleven (1938) en De teleurgang van den Waterhoek (1939). Gedurende de Tweede Wereldoorlog bleef de Standaard Boekhandel onder de leiding van De Meyer gewoon verder werken. Precies tijdens die periode kwam er als gevolg van de leeslust van de mensen een samenwerking met de drukkerij-uitgeverij Lannoo tot stand bij het uitbrengen van de Lijsternestreeks .

De uitgeverij opende zijn eerste boekhandel in 1919 te Brussel onder de naam 'Afdeeling Boekhandel van de n.v. De Standaard'. In 1920 werd een tweede boekhandel geopend te Antwerpen.

Titel - werken van Streuvels

Streuvels, Stijn, De vlaschaard (1907). [roman]
Elfde druk, Volksuitgaven, in opdracht van Agentschap Dechenne, Tielt, J. Lannoo, 1941, 223 + [I] p., 19 x 13,3 cm.
Inhoud:
  • 1. De zaaidhede
  • 2. De wiedsters
  • 3. Bloei
  • 4. Slijting
Streuvels, Stijn, De vlaschaard (1907).
Voorpublicatie
  • De zaaidhede, in: De beweging, 1907, januari, jg. 3, dl. 1, p. 1-33
    De wiedsters, in: De beweging, 1907, februari, jg. 3, dl. 1, p. 129-166
    Bloei, in: De beweging, 1907, april, jg. 3, dl. 2, p. 5-44
    De slijting [deel I], in: De beweging, 1907, mei, jg. 3, dl. 2, p. 146-186
    De slijting [slot], in: De beweging, 1907, juni, jg. 3, dl. 1, p. 273-311.
  • De kruisdagen (fragment uit De vlaschaard) [uit 2], in: Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift, 1907, februari, jg. XVII, dl. 23, p. 123-125.
  • De kruisdagen [fragment uit 2], in: Aan doctor Alfons Depla, = speciaal nummer van De Vlaamsche Vlagge, 1907, jg. XXXIII, afl. 3, p. 129-132.
Druk
  • [Eerste druk], Amsterdam, L.J. Veen, [1907], [IV] + 332 p., 20,8 x 15,5 cm.
  • [Tweede druk], Amsterdam, L.J. Veen, [1907], Luxe-uitgave. [VIII] + 342 + [II] p., 25 x 19 cm.
  • Derde druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1910], [IV] + 243 + [I] p., 21,5 x 16 cm.
  • Vierde druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1912], [IV] + 223 + [I], 21 x 15,3 cm.
  • Vijfde druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1914], [IV] + 259 + [I] p., 21 x 15,3 cm.
  • Zesde druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1917], [IV] + 259 + [I] p., 21 x 15,7 cm.
  • Zevende druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1920], in twee volumes: dl. I: [VIII] + 132 p.; dl. II: [VIII] + 315 + [I] p., 18,3 x 12 cm, in: Stijn Streuvels' werken, deel [4 & 5].
  • Achtste druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1926], 269 + [III] p., 21,5 x 17,2 cm.
  • Negende druk, [1932], Tielt, J. Lannoo, 357 + [III] p., 18,4 x 12,4 cm.
  • [Tiende druk], [1941], in: Stijn Streuvels's werken, deel II., Kortrijk, Zonnewende, p. 5-345.
  • [Tiende druk], [1941], in: Stijn Streuvels's werken, deel II., Amsterdam, L.J. Veen.
  • Elfde druk, Volksuitgaven, in opdracht van Agentschap Dechenne, Tielt, J. Lannoo, 1941, 223 + [I] p., 19 x 13,3 cm.
  • Twaalfde druk, Antwerpen/Tielt, N.V. Standaard Boekhandel/J. Lannoo, [1941], 300 + [I] p., 21 x 15,3 cm, Lijsternestreeks nr. XII.
  • [Dertiende druk], J.L. Van Schaik, B[e]p[er]k, Pretoria, 1942, [IV] + 227 + [III], 18,7 x 11,6 cm.
  • [Veertiende druk] = Dertiende druk, Tielt/Antwerpen, J. Lannoo/Standaard Boekhandel, [1943], [VI] + V + [I] + 197 + [III] p., 19,5 x 14,7 cm. De omslagtekening is van Paul Lateur. Met 20 p. afbeeldingen uit de film. Met een inleiding, 'De gefilmde vlaschaard', door Stijn Streuvels, p. I-V.
  • [Vijftiende druk] = Veertiende druk. 162e tot 199e duizend. Foto's [14] met speciale toelating overgenomen uit den Terra-film 'De vlaschaard'. Tielt/Antwerpen, J. Lannoo/Standaard Boekhandel, [1943], 208 p., 19,2 x 13,4 cm, filmeditie - Volksuitgave.
  • [Zestiende druk] = Vijftiende druk, Tielt/Antwerpen, J. Lannoo/Standaard Boekhandel, [1944], 235 + [V] p., 34 x 24,8 cm, 'Weeldeuitgave' geïllustreerd met 4 aquarellen van Albert Saverys.
  • [Zeventiende druk], [1948], In: Stijn Streuvels' verzamelde werken. Deel II., Kortrijk, Zonnewende, p. 5-261.
  • [Achttiende druk], [1953], in: Stijn Streuvels' volledige werken. Deel VI., Kortrijk, 't Leieschip, p. 7-292.
  • [Achttiende druk], [1953], in: Stijn Streuvels' volledige werken. Deel VI., Amsterdam, L.J. Veen.
  • [Negentiende druk], Kortrijk, 't Leieschip, [1955], 293 + [III] p., 18,4 x 12,7 cm.
  • [Twintigste druk], Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1962], 303 + [I] p., 18,4 x 12,8 cm.
  • [Eenentwintigste druk], Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, 1965, 254 + [VI] p., 29,4 x 26,2 cm.
  • [Tweeëntwintigste druk], Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1966], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Drieëntwintigste druk], Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1967], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Vierentwintigste druk], Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1968], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Vijventwintigste druk], Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1970], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Zesentwintigste druk], Kaapstad/Brugge - Utrecht, Romanticapers, Orion, [1970], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Zevenentwintigste druk], Orion - Desclée De Brouwer, [1970], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Achtentwintigste druk], Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1970], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Negenentwintigste druk], in: Volledig werk. Deel II. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1972], p. 495-742.
  • [Dertigste druk], Brugge - Utrecht, Desclée De Brouwer, [1972], 254 + [VI] p., 29,5 x 26,2 cm.
  • [Eenendertigste druk], [Brugge], Orion, [1974], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Tweeëndertigste druk], Nijmegen/Brugge, Gottmer/Orion, [1977], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Drieëndertigste druk], Nijmegen/Brugge, Gottmer/Orion, [1978], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm.
  • [Vierendertigste druk], Nijmegen/Brugge, Gottmer/Orion, [1980], 303 + [I] p., 18,6 x 12,6 cm.
  • [Vijvendertigste druk], Nijmegen/Beveren, Orbis en Orion, [1983], 303 + [I] p., 18,4 x 12,6 cm, filmeditie.
  • [Zesendertigste druk] = eerste druk bij Manteau, Antwerpen, Manteau, [1985], 275 + [I] p., 19,9 x 12,5 cm, Grote Marnixpocket nr. 285.
  • [Zevenendertigste druk] = tweede druk bij Manteau, Antwerpen, Manteau, [1989], 275 + [I] p., 19,9 x 12,5 cm, Grote Marnixpocket nr. 285.
  • [Achtendertigste druk] = derde druk bij Manteau, Antwerpen, Manteau, [1993], 275 + [V] p., 19,9 x 12,5 cm.
  • [Negenendertigste druk] = derde druk bij Manteau, Het Laatste Nieuws, 2003, 223 + [I] p., 20,4 x 11,8 cm, reeks: Het Laatste Nieuws, nr. 22.
Digitaal
  • Diplomatische weergave van de eerste druk. Digitale bibliotheek voor de Nederlandse letteren, februari 2004. .
Streuvels, Stijn, Land en leven in Vlaanderen (1923). [studie]
[Eerste druk], Amsterdam, L.J. Veen, [1923], 359 + [I] p., 23 x 18 cm.
Inhoud:
Extra info:
Met tal van illustraties.
Streuvels, Stijn, Land en leven in Vlaanderen (1923).
Druk
Streuvels, Stijn, Lijsternestreeks [reeks]
Streuvels, Stijn, Lijsternestreeks
Deel
  • De vlaschaard, Twaalfde druk, Antwerpen/Tielt, N.V. Standaard Boekhandel/J. Lannoo, [1941], 300 + [I] p., 21 x 15,3 cm, Lijsternestreeks nr. XII.

Naam - instituut/vereniging

Papiercentrale

Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd vanaf januari 1943 de papierindustrie door de dreigende schaarste sterker gecontroleerd. Iedereen werd voor het drukken van boeken verplicht bij het Referat Schrifttum van de Propaganda Abteilung, meerbepaald bij Hans Teske, een toelatingsnummer aan te vragen. Werd de druk toegestaan, dan kon papier verkregen worden bij de in 1941 opgerichte papiercentrale. Het gebeurde dat de verkregen hoeveelheid papier kleiner was dan men aangevraagd had, waarvoor men dan een nieuwe aanvraag volgens dezelfde procedure moest indienen. Verder werden er van overheidswege nog allerlei beperkingen opgelegd, zoals het verminderen van het aantal bladzijden, kleinere formaten en lagere oplagen.