< | Resultaat 1364 van 2531 | > |
---|
De Praetere, Jules (° Ledeberg, 1879-01-21 - ✝ Basel [Zwitserland], 1947-05-03)
Schilder, drukker en ambachtsman.
Behoorde tot de zgn. 'Eerste Latemse groep'. De Praetere (die zijn werken veelal onder de naam 'Prater' signeerde) was geobsedeerd door de Engelse ontwerper, ambachtsman en dichter William Morris (+ 1896). Zo publiceerde hij, gedrukt op zijn eigen handpers en in beperkte oplage verschillende edities van Vlaamse literatoren (Lenteleven van Streuvels, Kerkhofblommen van Guido Gezelle, Verzen van Herman Teirlinck, Het Vaderhuis van Karel van de Woestijne etc.). De Praetere is vooral bekend voor zijn grondige hervormingen van het kunstambachtenonderwijs, zowel in het buitenland (Krefeld, Zürich, Bazel, Genève) als in Vlaanderen.
Kollár, Kàlmàn (koloman) (???)
Uitgever.
Dr. Koloman Kollàr was de Hongaarse tweede echtgenoot van Maria-Theresia Veen, de dochter van L.J. Veen, die de gelijknamige Amsterdamse uitgeversmaatschappij oprichtte. Kollàr was zelf een uitgever en zijn langdurige buitenlandse ervaring beïnvloedde het fonds en gaf de uitgeverij een meer internationaal karakter, want op zijn advies werden er niet alleen werken van o.a. Rüssel, Jacques Pirenne en Rostovtzeff opgenomen, maar ook romans van belangrijke Hongaarse auteurs (Marai, Harsányi e.a.).
Lateur, Frank (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)
Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.
Veen, Maria Theresia (° 1901 - ✝ 1961)
Maria Theresia Veen was de oudste dochter van L.J. Veen, oprichter van de gelijknamige drukkerij in Amsterdam. Na de dood van haar vader in 1919 had ze een groot aandeel in de uitgeverij. Zij nam in 1941, samen met haar broer L.J. Veen jr. de leiding over van het bedrijf en werd daarbij bijgestaan door de letterkundige Johan Van der Woude. Zij huwde met de Hongaarse uitgever Kolloman Kollàr, die door zijn langdurige buitenlandse ervaring het fonds een internationaal tintje gaf. Mevrouw Veen stapte in 1961 uit de directie.
Propaganda Abteilung
Na de inname van Brussel tijdens de Tweede Wereldoorlog en na het uitbouwen van de 'Militärverwaltung', het militaire bestuur, was er nood aan een propaganda-afdeling ('Propaganda Abteilung') om de nieuwsmedia onder controle te houden. De propaganda-afdeling, met hoofdzetel te Brussel, liet zich vooral in met culturele aangelegenheden. Zo bestonden er afdelingen ('Staffeln'), die elk voor één tak van de kunst instonden (pers, letterkunde, film, radio, ...). De propaganda-afdeling activeerde enkele instellingen. In de eerste plaats werd na de Duitse inval het distributie-agentschap Dechenne (ontstaan in 1908 als 'Agence Dechenne. Messageries de la Presse') opnieuw in werking gesteld als filiaal van het 'Reichsverband deutscher Zeitungsverleger' (RVDZ). Het agentschap verwierf een monopoliepositie voor het verdelen van kranten en tijdschriften, maar het beschikte eveneens over een boekhandel, die naast het distribueren van uitgaven ook haar eigen herdrukken op de markt bracht. Door de papierschaarste was het voor de drukkerijen moeilijk om aan voldoende papier voor hun uitgaven te geraken: eerst moest de goedkeuring gevraagd worden bij de 'Propaganda Abteilung', daarna pas werd het beschikbare papier gedistribueerd door de Papiercentrale. Verder werden er van overheidswege nog allerlei beperkingen opgelegd, zoals het verminderen van het aantal bladzijden, kleinere formaten en lagere oplagen.