December
Kerstavond '42.
Geachte Heer Lateur,
Vooraleer op uw schrijven van 18 dezer te antwoorden,
[1] wilde ik meer inlichtingen over de illustratie hebben.
[2]
Ik moest verleden week
d[e ]h[ee]r De Meyer ontmoeten, maar hij was dan belet. Intusschen is op enkele
bl[ad]z[ijden] na "
Openlucht" gezet, maar de proef zal pas rond 4 Januari bij U zijn, omdat wij tot dien dag moeten stilleggen. Ten ware U akkoord gaat met wat
d[e ]h[ee]r De Meyer me heden schrijft:
["]de heer
Gorus, die "
Open Lucht" zou illustreeren, vraagt hiervoor een paar maanden. Hij zou voor dit werk vijf buitentekstplaten in gewasschen tint willen maken. Die zouden dus best gereproduceerd worden in helio of in fototypie."
[3] Voor mij mag het twee maand duren, eer
d[e ]h[ee]r Gorus klaar is, want wij kunnen afdrukken en wachten op de platen, die toch heliografisch afzonderlijk zullen moeten gedrukt en dan ingeplakt worden.
[4]
Intusschen kan U zich in betrekking stellen met J[uffrou]w Ivanovsky en indien mogelijk een ex[emplaar] sturen. voor de illustratie van "Stille Avonden". Indien zij vlug kan werken, zouden wij dit werk nog het eerst kunnen laten verschijnen, omdat er wel geen spraak zal zijn van speciale procédés bij het drukken van de platen, zooals voor "Openlucht".
U kan ook Nelly Degoey (Mevrouw Acket-Degoey Albertstr[aat] 37 Antw[erpen]) schrijven voor "Levensbloesem", dat reeds half gezet is en waarvoor het papier vergund werd.
In korten tijd kunnen dus zeker drie werken verschijnen. Intusschen werd J[uffrou]w Van Coppenolle aangesproken voor "Blijde Dag" en die zal over een veertiental dagen klaar komen. Ze stelt voor een vijftigtal losse teekeningen van verschillend f[ormaa]t te maken, die doorheen het heele boek in den tekst ingewerkt zullen worden.
In de eerste dagen zal
Henri Van der Straeten laten weten of hij "
Werkmenschen" kan illustreeren:
[5] hij leest het nu en ik heb den indruk, dat het alleen zal gaan of we hem voldoende willen honoreeren. Dat zal de stronkelsteen niet zijn! Ook voor "
Dorpsgeheimen" werd de heer
De Bruycker aangeschreven.
[6] Eerlang hoop ik de reeks verder te kunnen aanvullen, maar zal vooraleer de andere werken aan iemand op te dragen uw raad inwinnen en dan eerst de lijst opmaken, zooals ik me die voorstel. Ook van
Hermand Verbaere uit Wetteren zag ik goede boekenillustraties en zal hem voorstellen + nog andere die ik in den laatsten tijd aangeteekend heb, maar van wien ik nog werk wil kunnen laten zien (aan U!) Zooals U ziet rusten we niet met de uitgave en zal tegen einde van het volgend jaar de
reeks reeds flink opgeschoten zijn, indien de toestand maar
blijft zooals nu! Dat we regelmatig papier zullen krijgen, verwacht ik stellig, omdat me zelfs verzekerd wordt, dat ik papier zal bekomen voor een
volledige uitgave van
Ruusbroec (bezorgd door
P[aters] Stracke,
Van Mierlo,
Reypens e[n anderen])
[7] en het zal ook fatsoenlijk papier zijn! Laat ons dus hopen.
Met
Veen is alles geregeld
[8] en na Nieuwjaar worden de eerste werken van hieruit naar Nederland verstuurd. — —
Maanden is nog niet verzonden; ik heb
d[e ]h[ee]r De Meyer nog laten aandringen bij
Van Dieren!
Ze zijn bij den binder
[.] Over eenige maanden bekom ik nog
geb[onden exemplaren] van "
Land en Leven", ook meer
ex[emplaren] van
Prutske. Heb ik dan verkeerd begrepen?
Veen beweert, dat geen
Kerstvertellingen van U met teekeningen van
Jeanne Hebbelinck uitgegeven werden?
[9]
Zalig Kerstfeest van huis tot huis.
(handtekening Joris Lannoo)
Annotations
[1]
Deze brief van Streuvels vonden we niet terug in de geraadpleegde archieven.
[2]
Het betreft hier de illustratie van
Openlucht. In zijn brief aan Streuvels van
17 december 1942 vroeg Lannoo of deze illustraties een volle bladzijde zouden innemen of als het slechts 'hoofdingen' zouden zijn.
[3]
- buitentekstplaat: wanneer men een foto of een tekening in een boek invoegt op een ander soort papier dan de rest van het boek, wordt dat een buitentekstplaat genoemd. Dit procédé wordt vaak toegepast om een mooier effect te verkrijgen. (Informatie van Godfried Lannoo)
- gewassen tint: een gebleekte tint (Informatie van Godfried Lannoo)
- fototypie: wordt nu lijncliché genoemd. Lijncliché staat voor elke hoogdrukvorm waarop de afbeelding met andere dan met manuele middelen tot stand is gebracht, maar zonder gebruik van raster. Dit soort drukvormen gedraagt zich bij de druk precies als een in hout gegraveerde blok. Het enig herkenbare verschil zit in de manier waarop die afbeeldingen tot stand zijn gekomen. Het is een verschil dat gemakkelijk kan herleid worden tot dat tussen een getekende en een gegraveerde lijn. In feite komt het erop neer dat men werkt met een handgetekend negatief. De kunstenaar tekent met een naald in een op glas aangebrachte laag. De getekende lijnen zijn de enige transparante gedeelten op de glasplaat (net zoals bij een glasnegatief). Daarop komt dan een laag lichtgevoelig gemaakte gelatine. De gelatine onder de lijnen van de afbeelding wordt hard. De rest wordt weggewassen. Het beeld blijft verhoogd achter. Meer technische beschrijvingen zijn te vinden in Bamber Gascoigne, Prentkunst & drukwerk, een complete handleiding voor het herkennen van manuele en mechanische drukprocédés van houtsnede tot ink jet printing. Meulenhoff/Landshoff, 1988, p. 33.
[4]
Joris Lannoo zal de vijf 'buitentekstplaten' van Gorus samen met zijn brief aan Streuvels van
9 januari 1943 versturen. Op
25 januari laat Lannoo dan weten dat het misloopt met Gorus.
[5]
Cf. verder de brief van Joris Lannoo aan Stijn Streuvels van
22 januari 1943.
Werkmenschen is uiteindelijk niet verschenen in de
Lijsternestreeks.
[6]
Dorpsgeheimen is niet verschenen in de
Lijsternestreeks.
[7]
Ruusbroeceditie: Werken. Naar het standaardhandschrift van Groenendaal, uitgegeven door het Ruusbroecgenootschap te Antwerpen. Tielt, J. Lannoo, 22 x 17 cm. Geïll. Compl. (4 delen)
- 1) Het rijcke der ghelieven - die geestelicke brulocht. Bewerkt door J.B. Poukens & Léonce Reypens. s.d. [LIV], 262 blz.
- 2) Van den geesteliken tabernakel. Bewerkt door D.A. Stracke. Tweede aangevulde en verbeterde druk uit 1946, 381 blz.
- 3) Vanden blinckenden steen - vanden vier becoringhen - vanden kerstenene ghelove - vanden seven slotten - een spieghel der eeuwigher salicheit - van seven trappen - dat boecsken der verclaringhe. Bewerkt door Léonce Reypens en M. Schuurmans. Tweede herziene en verbeterde druk uit 1947, LXIV, 324 blz.
- 4) Vanden XII beghinen - de overblijvende werken. Bewerkt door. J. Van Mierlo & Léonce Reypens. Tweede herziene druk uit 1948, LXVIII, 304 blz.
Brinkman's Catalogus
[8]
De Amsterdamse firma Veen nam de exploitatie van de werken in de
Lijsternestreeks voor Nederland op zich.
[9]
In 1934 verscheen wel: Stijn Streuvels,
Vijf kerstvertellingen naar het Fransch van Camille Melloy.