21 8 43.
Geachte Heer Lateur,
Heden werd het boek van Isa teruggestuurd[1] + de pas ontvangen foto's der filmartisten, die ik U lang geleden beloofd[2] had en ook eenige omslagen op ons adres gedrukt, die U zeker gebruiken kan.
Ik stuurde de foto's met mijn oordeel over de opname aan d[e ]h[ee]r De Meyer, die ze morgen reeds aan den clicheur bezorgen zal.[3] De verzorgde filmuitgave van De Vlaschaard zal eerst gedrukt worden en de andere zoodra het papier aankomt.[4] Reeds zijn ± 50 bl[ad]z[ijden] (= een vierde gezet), maar ik wacht op de clichés vooraleer verder te laten zetten. Dat gebeurt toch in de eerste dagen.
Dat ik af en toe beloof, is meer om U te zeggen dat wij vooruit werken en zeker zou alles ongeveer uitkomen zooals ik zeg, maar dan moeten we al eens wachten op de auto's, die de noodige hoeveelheden naar Antwerpen en Brussel kunnen medenemen: te Antwerpen werden de ex[emplaren] drie weken geleden bezorgd en pas Donderdag zal een auto 20.000 ex[emplaren] vervoeren (van Minnehandel) naar Brussel en Gent en pas DAN zal de uitgave feitelijk overal aan den boekhandel verzonden worden: dan eerst zal het boek verschenen zijn.[5]
In zake luxe-uitgaven moesten we reeds een heel eind opgeschoten zijn, want Malvaux belooft zonder dat we aandringen de platen voor Het Leven & De Dood in den Ast de heliografische platen voor 8 dezer en we hebben nog niets ontvangen spijts ik tweemaal aandrong. Indien ik niets zeg, zoudt U misschien denken dat we slapen, maar als er verachtering komt ligt ze meestal niet aan mij, al is het natuurlijk een krachttoer, sedert we zooveel goede krachten hebben moeten zien vertrekken, om vlot door te werken.
Heden werd het eereloon van de volksuitgave van Minnehandel (verkoopprijs 10 fr[ank]) en van Levensbloesem (verkoopprijs 35 fr[ank]) op uw postrek[ening] overgeschreven. Het gezamenlijk bedrag = 67.500 fr[ank][6]
In zake luxe-uitgaven moesten we reeds een heel eind opgeschoten zijn, want Malvaux belooft zonder dat we aandringen de platen voor Het Leven & De Dood in den Ast de heliografische platen voor 8 dezer en we hebben nog niets ontvangen spijts ik tweemaal aandrong. Indien ik niets zeg, zoudt U misschien denken dat we slapen, maar als er verachtering komt ligt ze meestal niet aan mij, al is het natuurlijk een krachttoer, sedert we zooveel goede krachten hebben moeten zien vertrekken, om vlot door te werken.
Heden werd het eereloon van de volksuitgave van Minnehandel (verkoopprijs 10 fr[ank]) en van Levensbloesem (verkoopprijs 35 fr[ank]) op uw postrek[ening] overgeschreven. Het gezamenlijk bedrag = 67.500 fr[ank][6]
Hoogachtend,
(handtekening Joris Lannoo)
Annotations
[1]
Misschien bedoelt Lannoo hier de vertaling van Wittstocks Hochzeitsschmuck door Dina en Isa Lateur. Precieze gegevens werden niet teruggevonden.
[2]
In de loop van 1942 werd De vlaschaard een eerste keer verfilmd door de Duitse filmmaatschappij Terra-film, in regie van B. Barlog. Paul Wegener speelde Boer Vermeulen, Maria Koppenhöfer Barbele, Bruni Löbel vertolkte Schellebelle en Paul Klinger was Louis Vermeulen. In Ingooigem en omgeving werden heel wat opnamen gemaakt waarin plaatselijke acteurs kleine rolletjes of een figurantenrol speelden. Ook Stijn Streuvels trad op in een scène met een tram. P. Thiers, Oog in oog met Streuvels, p. 75
[3]
Op 24 augustus stuurt Streuvels een briefkaart aan Lannoo met de vraag welke foto's hier precies bedoeld worden. Lannoo antwoordt op 25 augustus dat de foto's die hij aan De Meyer stuurde, de foto's zijn waarop Streuvels als mede-acteur in de film Wenn die Sonne wieder scheint te zien is.
[4]
De aanvraag voor dit papier dateerde al van februari.
[5]
In zijn brief aan Streuvels van 18 augustus beloofde Lannoo dat Minnehandel spoedig zou verschijnen.
[6]
Het ereloon voor Minnehandel bedraagt 50.000 fr., dat voor Levensbloesem 17.500 fr. (10 % op 5000 ex. à 35 fr.)
