< | Resultaat 1690 van 2531 | > |
---|
De Meyer, Maurits (° Elversele, 1895-03-02 - ✝ Wilrijk, 1970-11-24)
Uitgever en volkskundige.
Studeerde tussen 1916 en 1918 klassieke filologie en geschiedenis aan de door de Duitse bezetter vernederlandste Gentse universiteit von Bissing Universiteit). Dit had tot gevolg dat de Belgische universiteiten en de Centrale Examencommissie voor hem na de oorlog gesloten bleven. Spoedig trad hij in dienst van de nog jonge uitgeverij Standaard Boekhandel, waarvan hij 35 jaar lang directeur (01.10.1924) en later beheerder was. Zo was hij ook medestichter van de Vereniging ter Bevordering van het Vlaamse Boekwezen (VBVB), die hij ook als voorzitter zou leiden, en was hij betrokken bij de organisatie van de Boekenbeurs voor Vlaanderen in Antwerpen. Als wetenschapsman verwierf de Meyer faam door zijn activiteiten op gebied van volkskunde - het is mede dankzij hem dat men deze wetenschap in Vlaanderen ernstig is gaan beoefenen. De Meyer specialiseerde zich in de studie van Vlaamse sprookjes, waarover hij in binnen- en buitenland publiceerde.
Lateur, Frank (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)
Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.
Leonard, Jos (° Antwerpen, 1892-11-28 - ✝ Elsene, 1957-05-13)
Graficus, rijkshoofdinspecteur van het Technisch Onderwijs.
Jos Léonard studeerde enige tijd aan de Academie van Antwerpen. Gezondheidsredenen verplichtten hem er echter toe zijn opleiding te onderbreken. Zijn geestdrift voor de moderne kunststromingen (neo-impressionisme, kubisme, futurisme) bracht hem al heel vroeg in contact met pioniers als Paul Van Ostaijen. In 1920 verzorgde hij de illustraties voor De Witte van E. Claes en voor Loflitanie van St. Franciscus van M. Gijsen. Hij maakte zowel litho's, tekeningen als meubelontwerpen. Als rijkshoofdinspecteur voor het plastisch onderwijs had hij veel invloed op de modernisering van dit onderwijs. Hij was al vroeg met kubisme, futurisme en orfisme bezig. Hij heeft ook het Antwerpse milieu beïnvloed. Hij liet zich inspireren door het lyrisme van Kandinsky en de sfeer van De Stijl. Het rustige evenwicht is karakteristiek voor zijn werk. Hij specialiseerde zich in reclame, fotomontage, gebrandschilderde glasramen, boekillustraties, boekbanden, ...
Meulemans, Arthur (° Aarschot, 1884-05-19 - ✝ Brussel, 1966-06-29)
Vlaams componist en dirigent.
Hij studeerde aan het Lemmens-instituut te Mechelen, waar hij later leraar harmonie werd. Van 1917 tot 1930 had hij de leiding van een door hem te Hasselt opgerichte Orgel- en zangschool; hij onderwees tevens muziek aan het atheneum te Tongeren. In 1930 werd hij dirigent bij de Belgische Radio, waar hij weldra ook een administratieve functie bekleedde. In 1942 nam hij ontslag en wijdde zich verder uitsluitend aan het componeren. Meulemans' omvangrijke oeuvre omvat alle genres en muziek voor vrijwel alle instrumenten, beiaard inbegrepen. Meulemans schreef ook muziek bij openluchtspelen als het Heilig Bloedspel te Brugge. Alhoewel hij geen school heeft gevormd, is hij voor de generatie geboren ca. 1880 een leidende figuur geweest. In 1956 werd het Meulemansfonds gesticht, dat de verspreiding en de uitgave van zijn werk behartigt.
Ost, Alfred (° Zwijndrecht, 1884-02-14 - ✝ Antwerpen, 1945-10-09)
Tekenaar.
Studeerde aan de kostschool te Malonne, het Klein Seminarie van Hoogstraten, de Sint-Lucasschool te Gent en de academie te Antwerpen en te Mechelen. In 1910 voerde Ost te Mechelen een strijd ter vrijwaring van het oude stedenschoon. Hij ontwikkelde een eigen stijl in reeksen tekeningen, lithografieën, affiches. In de jaren voor de Eerste Wereldoorlog hielp hij vaak flamingantische publicaties en affiches vormgeven. Tijdens de Eerste Wereldoorlog nam hij de wijk naar Amsterdam, waar hij zijn kunst ten dienste van de noodlijdende vluchtelingen stelde. Hij vestigde zich daarna te Borgerhout bij zijn broer die daar priester was. Hij werd tekenleraar, maar kon zich met zijn onstuimig temperament en bohémien-levensstijl noch maatschappelijk integreren noch artistiek doen erkennen. Zijn oeuvre schonk hij grotendeels weg aan enkele musea. Ost werd een volkse illustrator van het boerenleven en van het grote-stadsleven. Hij evolueerde naar een mystiek-religieus gemeenschapsideaal en kwam in contact met De Pelgrim-beweging en met de katholiek- expressionistische toneelbeweging (Anton Van de Velde, Paul De Mont en anderen). Die religieuze bevlogenheid hield hem ver van het pluralistische Het Vlaamsche Front in de Antwerpse agglomeratie. De motieven in zijn duizenden tekeningen zijn van betekenis geweest voor de Vlaamse bewustwording in beeld en kleur. Na 1960 kreeg zijn werk, via talrijke tentoonstellingen (Mechelen, Borgerhout, Hasselt, Oostende, Antwerpen), inzonderheid onder impuls van Frans Mertens, meer bekendheid.
Van Dieren, Jan Petrus (° Grave, 1818-05-15 - ✝ Antwerpen, 1887-01-20)
Stichter van de Antwerpse drukkerij en uitgeverij Van Dieren.
Jan Petrus van Dieren vestigde zich in 1839 in Antwerpen, waar hij in 1840 werd ingeschreven als 'imprimeur-libraire' en de drukkerij-uitgeverij V. van Dieren & Co. oprichtte. Hij verzorgde omvangrijke taalkundige en literaire uitgaven als het Nederlansch Letterkundig Woordenboek van P. Weiland. In 1842 gaf hij werken van Theodoor Van Ryswyck uit. Ook op het gebied van het dagblad- en tijdschriftwezen maakte hij zich verdienstelijk. Hij was de stichter van Het Handelsblad (sedert 1844), De Huisvriend (1865-1913) en van De Belgische Illustratie (1869-1884).
Daarnaast gaf hij o.m. de werken uit van August Snieders en van Hendrik Conscience (vanaf 1850). De Antwerpse firma drukte standaardwerken als de Geschiedenis van Vlaanderen, Geschiedenis van de Letterkunde der Nederlanden, Vlaanderen door de eeuwen heen, Flandria Nostra en Lectuurrepertorium. Jan Petrus Van Dieren overleed in 1887, maar zijn zonen Jan (1847-1926) en Theofiel (1855-1918) de leiding over. Na de Eerste Wereldoorlog werd Jans zoon (1882-1961) directeur. Zijn neef, Vincent, nam in 1913 de drukkerij Van Os-de Wolf over en bouwde ze uit tot de befaamde drukkerij V. Van Dieren en Co. Van Dieren & Co. staakte haar werkzaamheden in 1968.
Vanneste (?-?)
Boekbinder uit de Veldstraat te Kortrijk.
Aanvankelijk lieten Streuvels en Lannoo Streuvels' boeken binden bij Pavot, maar Streuvels kwam er eind 1924, begin 1925 achter dat Pavot de boeken gewoon naar een andere boekbinder, m.n. Vanneste bracht, die ze voor hem bond. Zo dreef Pavot de prijs omhoog, want hij moest Vanneste betalen, maar wilde zelf natuurlijk ook een graantje meepikken. Na dit ontdekt te hebben ging Streuvels voortaan rechtstreeks naar Vanneste om zijn boeken te laten binden, waardoor de prijs gedrukt kon worden.
Standaard Boekhandel
De Standaard Boekhandel vond zijn oorsprong in het weekblad Ons Volk Ontwaakt, dat in 1911 een boekhandel begon. In 1919 werd de boekhandel een onderdeel van het dagblad De Standaard en kreeg ze de naam De Standaard Boekhandel. In 1924 werd De Standaard Boekhandel een zelfstandige Naamloze Vennootschap. De krant De Standaard werd de grootste aandeelhouder. Op dat moment deed Maurits De Meyer zijn intrede als directeur van de boekhandel. Hij bleef in deze functie werkzaam tot 1960. Zijn opdracht bestond erin de filialen in Brussel en Antwerpen uit te bouwen en een breed uitgavenfonds op te zetten. Een eerste belangrijke uitbreiding van de Standaard Boekhandel vond plaats in 1926. Er werd een afdeling geopend in de Naamsestraat in Leuven door de overname van de Vlaamsche Boekenhalle, toen de enige Vlaamse boekhandel in de universiteitsstad. Op 1 oktober 1933 gebeurde dat in Gent, met de overname van de boekhandel Siffer. In de jaren '30 behoorde Streuvels tot het literaire fonds van de uitgeverij met werken als Lenteleven (1938) en De teleurgang van den Waterhoek (1939). Gedurende de Tweede Wereldoorlog bleef de Standaard Boekhandel onder de leiding van De Meyer gewoon verder werken. Precies tijdens die periode kwam er als gevolg van de leeslust van de mensen een samenwerking met de drukkerij-uitgeverij Lannoo tot stand bij het uitbrengen van de Lijsternestreeks .
De uitgeverij opende zijn eerste boekhandel in 1919 te Brussel onder de naam 'Afdeeling Boekhandel van de n.v. De Standaard'. In 1920 werd een tweede boekhandel geopend te Antwerpen.