17 5 44.
Geachte Heer Lateur,
Heden wordt het bedrag, dat U voor het leder betaald hebt, op uw postrek[ening] overgeschreven; zoodra ik weet, wat U nog zal betalen voor de rest, zal ik eveneens dadelijk laten betalen langs denzelfden weg.[1]
Ik wacht nog steeds naar het oordeel van d[e ]h[ee]r De Meyer over de banden.[2] Ik verzocht hem ook aan U zijn oordeel en de proefbanden te willen sturen. Zoodra U beiden beslist hebt, dat in Kortrijk kan gebonden worden, worden alle kleine weeldeuitgaven,[3] die hier in kisten klaar staan, naar K[ortrijk] gevoerd. Ik heb geen lust om een tweede magazijn van mijn uitgaven te Antwerpen[4] te maken B[ijvoorbeeld] enkele luxe-ex[emplaren] van De Pillecyn's werk over U[5] liggen nog steeds te Antwerpen op het binden te wachten, samen met de oude weeldeuitgaven, die ik U af kocht[6] + De Blijde Dag + Ruusbroec[7] + het album Ost-Meulemans[8] en nog andere kleine hoeveelheden! Indien we naar Antwerpen laten binden komt zooals U zegt, geen boek terug eer we maanden verder zijn.
Ik bezit van de groote uitgave van Prutske slechts een paar ex[emplaren]; bezit U daarvan geen proef, die we kunnen gebruiken.
Ik lig hier wel stil, maar neem voorzorgen voor den herdruk van De Oogst, Prutske en de verzorgde filmuitgave van De Vlaschaard;[9] daarna volgen, steeds buiten de Lijsternestreeks, De Teleurgang en misschien Lenteleven.[10]
[2]
Zoodra ik de overige verbeterde deelen noodig heb, vraag ik die; misschien als het zou rustiger worden, zal ik ze vragen voor het laten maken van de illustratie.
Hier ligt nog steeds alles stil! Verschillende mijner gasten werden tevens opgeroepen om sparren uit te roeien en te planten in de velden. En ik kan me niet inbeelden, dat hier iets gebeuren zal!
Hoogachtend,
(handtekening Joris Lannoo)
P[ostscriptum] — De boekbinder[11] beloofde alles te zullen afhalen bij U, zoodra hij de bestelling der geb[onden exemplaren] definitief zal ontvangen hebben. Bekommer U dus daarover niet! (Paraaf Joris Lannoo)
Annotations
[1]
D.i. het boekbindersleder dat Streuvels betaalde aan de binder Vanneste uit Kortrijk. Cf. verder de briefkaart van Stijn Streuvels aan Joris Lannoo van 21 mei 1944.
[2]
Cf. brief van Joris Lannoo aan Stijn Streuvels van 12 mei 1944.
[4]
D.i. bij Van Dieren te Antwerpen.
[5]
Filip De Pillecijn, Stijn Streuvels en zijn werk. Tweede druk. Tielt, J. Lannoo, 1943. Met een omslagtekening van Paul Lateur.
[6]
Cf. vraag van Joris Lannoo in zijn brief aan Stijn Streuvels van 5 februari 1943.
[7]
Onder leiding van Stracke, Van Mierlo en Reypens zou men het aandurven om op basis van het Groenendaalse handschrift een eerste volledige uitgave van Ruusbroecs werk te bezorgen. Stracke had in 1925 het Ruusbroecgenootschap in Antwerpen gesticht en twee jaar later kwam Ons Geestelijk Erf, 'een gemeenschappelijk tijdschrift voor de hele Nederlanden, voor Noord en Zuid', voor het historisch-wetenschappelijk onderzoek van de Nederlandse spiritualiteit en mystiek. Toen het eerste deel van de Volledige Werken verscheen in de zomer van 1944 betekende dit een belangrijke etappe in de geschiedenis van de Ruusbroec-uitgaven. Romain Vanlandschoot, Joris Lannoo. Drukker en uitgever voor Vlaanderen. 1891-1971, p. 197
[8]
L. Uten (edit.), De Litanie van Onze Lieve Vrouw. Huldealbum aan kunstschilder Alfred Ost en toondichter Arthur Meulemans bij hun zestigste verjaring, 1884-1944. Tielt, J. Lannoo, s.d. [1944]. 'De Litanie van Onze Lieve Vrouw, getoonzet door Arthur Meulemans voor gemengd koor en orgel; facsimile van het handschrift van den toondichter'. Geteekend door Alfred Ost, getoonzet door Arthur Meulemans; tekst van L. Uten, S. J.
[9]
Van de dertiende druk, de verzorgde filmuitgave, van De vlaschaard is geen herdruk verschenen.
[10]
Van Lenteleven verscheen pas in 1950 een herdruk, toen het werk werd opgenomen in de reeks Stijn Streuvels' Volledige Werken (Kortrijk, 't Leieschip).
[11]
Vanneste
