11.X.'46.
< | Resultaat 1899 van 2531 | > |
---|
De Meyer, Maurits (° Elversele, 1895-03-02 - ✝ Wilrijk, 1970-11-24)
Uitgever en volkskundige.
Studeerde tussen 1916 en 1918 klassieke filologie en geschiedenis aan de door de Duitse bezetter vernederlandste Gentse universiteit von Bissing Universiteit). Dit had tot gevolg dat de Belgische universiteiten en de Centrale Examencommissie voor hem na de oorlog gesloten bleven. Spoedig trad hij in dienst van de nog jonge uitgeverij Standaard Boekhandel, waarvan hij 35 jaar lang directeur (01.10.1924) en later beheerder was. Zo was hij ook medestichter van de Vereniging ter Bevordering van het Vlaamse Boekwezen (VBVB), die hij ook als voorzitter zou leiden, en was hij betrokken bij de organisatie van de Boekenbeurs voor Vlaanderen in Antwerpen. Als wetenschapsman verwierf de Meyer faam door zijn activiteiten op gebied van volkskunde - het is mede dankzij hem dat men deze wetenschap in Vlaanderen ernstig is gaan beoefenen. De Meyer specialiseerde zich in de studie van Vlaamse sprookjes, waarover hij in binnen- en buitenland publiceerde.
Lateur, Frank (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)
Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.
Van Dieren, Jan Petrus (° Grave, 1818-05-15 - ✝ Antwerpen, 1887-01-20)
Stichter van de Antwerpse drukkerij en uitgeverij Van Dieren.
Jan Petrus van Dieren vestigde zich in 1839 in Antwerpen, waar hij in 1840 werd ingeschreven als 'imprimeur-libraire' en de drukkerij-uitgeverij V. van Dieren & Co. oprichtte. Hij verzorgde omvangrijke taalkundige en literaire uitgaven als het Nederlansch Letterkundig Woordenboek van P. Weiland. In 1842 gaf hij werken van Theodoor Van Ryswyck uit. Ook op het gebied van het dagblad- en tijdschriftwezen maakte hij zich verdienstelijk. Hij was de stichter van Het Handelsblad (sedert 1844), De Huisvriend (1865-1913) en van De Belgische Illustratie (1869-1884).
Daarnaast gaf hij o.m. de werken uit van August Snieders en van Hendrik Conscience (vanaf 1850). De Antwerpse firma drukte standaardwerken als de Geschiedenis van Vlaanderen, Geschiedenis van de Letterkunde der Nederlanden, Vlaanderen door de eeuwen heen, Flandria Nostra en Lectuurrepertorium. Jan Petrus Van Dieren overleed in 1887, maar zijn zonen Jan (1847-1926) en Theofiel (1855-1918) de leiding over. Na de Eerste Wereldoorlog werd Jans zoon (1882-1961) directeur. Zijn neef, Vincent, nam in 1913 de drukkerij Van Os-de Wolf over en bouwde ze uit tot de befaamde drukkerij V. Van Dieren en Co. Van Dieren & Co. staakte haar werkzaamheden in 1968.
Desclée De Brouwer
De uitgeverij Desclée De Brouwer was gevestigd aan de Houtkaai te Brugge. Henri Desclée (1830-1917) en zijn broer Jules (1833-1911) waren afkomstig uit Doornik, waar zij in 1874 samen met een vennoot de drukkerij-uitgeverij Desclée-Lefèbvre/St. Jean l'Evangéliste hadden gesticht, die uitsluitend liturgische publicaties op de markt bracht. Beide waren ze gehuwd met een zus van de Bruggeling Alphonse De Brouwer (1850-1937), met wie zij in Brugge een nieuwe drukkerij (Sint-Augustinus) annex uitgeverij (Desclée De Brouwer) oprichtten. In 1883 werd de zaak uitgebouwd tot een commanditaire vennootschap. In 1896 trok Alphonse De Brouwer zich uit de zaak terug, maar hij bleef ter beschikking wanneer op hem een beroep werd gedaan. Door Etienne Desclée de Maredsous en Paul De Brouwer, opvolgers van de stichters, werd na de Eerste Wereldoorlog een filiaal van de uitgeverij opgericht in Parijs onder leiding van de Nederlandse schrijver Pieter van der Meer de Walcheren. In Brugge werd sporadisch werk in het Nederlands uitgegeven.
In 1941 kreeg een Nederlandstalige afdeling steeds meer vorm en verschenen meer Nederlandstalige uitgaven onder invloed van Jan François. Voorzichtigheidshalve werden deze uitgaven gepubliceerd onder de naam 'De Kinkhoren', een eigen imprint voor Nederlandstalige uitgaven. In 1943 verwoestte een grote brand het hele bedrijf. De Sint-Augustinusdrukkerij was niet meer bruikbaar. De Kinkhoren verhuisde naar Brussel. In 1950 kwam het bedrijf terug naar Brugge en viel de aparte imprint voor Nederlandstalige uitgaven weg. Alleen de naam Desclée De Brouwer werd nog gebruikt. In 1970 veranderde de naam nog eens. Na de overname van N.V. Orbis Boekhandel werd de naam vervangen door Orion.
Standaard Boekhandel
De Standaard Boekhandel vond zijn oorsprong in het weekblad Ons Volk Ontwaakt, dat in 1911 een boekhandel begon. In 1919 werd de boekhandel een onderdeel van het dagblad De Standaard en kreeg ze de naam De Standaard Boekhandel. In 1924 werd De Standaard Boekhandel een zelfstandige Naamloze Vennootschap. De krant De Standaard werd de grootste aandeelhouder. Op dat moment deed Maurits De Meyer zijn intrede als directeur van de boekhandel. Hij bleef in deze functie werkzaam tot 1960. Zijn opdracht bestond erin de filialen in Brussel en Antwerpen uit te bouwen en een breed uitgavenfonds op te zetten. Een eerste belangrijke uitbreiding van de Standaard Boekhandel vond plaats in 1926. Er werd een afdeling geopend in de Naamsestraat in Leuven door de overname van de Vlaamsche Boekenhalle, toen de enige Vlaamse boekhandel in de universiteitsstad. Op 1 oktober 1933 gebeurde dat in Gent, met de overname van de boekhandel Siffer. In de jaren '30 behoorde Streuvels tot het literaire fonds van de uitgeverij met werken als Lenteleven (1938) en De teleurgang van den Waterhoek (1939). Gedurende de Tweede Wereldoorlog bleef de Standaard Boekhandel onder de leiding van De Meyer gewoon verder werken. Precies tijdens die periode kwam er als gevolg van de leeslust van de mensen een samenwerking met de drukkerij-uitgeverij Lannoo tot stand bij het uitbrengen van de Lijsternestreeks .
De uitgeverij opende zijn eerste boekhandel in 1919 te Brussel onder de naam 'Afdeeling Boekhandel van de n.v. De Standaard'. In 1920 werd een tweede boekhandel geopend te Antwerpen.
Zonnewende
Op 30 april 1920 werd in Het Vlaamsch Huis te Kortrijk de maatschappij Zonnewende opgericht, met als doel in het Kortrijkse een kunst- en boekhandel op te richten, die zou bijdragen tot de Vlaamsgezinde en culturele emancipatie van stad en streek. De belangrijkste initiatiefnemer was Arthur Mulier; medestichters waren o.m. Jozef De Coene, Jozef Delbaere, Stijn Streuvels. Streuvels werd bovendien tot voorzitter aangesteld. De zaak kwam echter niet van de grond, zodat ze in juni 1925 werd ontbonden en werd overgenomen door de Maatschappij voor Katholieke Vlaamsche Werken. Eind 1935 werd Zonnewende opnieuw opgericht als Naamloze Vennootschap. Tot 1946 was Gilbert Grymonprez er directeur; hij werd opgevolgd door Jozef Cordie. Zonnewende beperkte zich in de eerste jaren tot het importeren van de uitgaven van Het Spectrum, maar ging in de Tweede Wereldoorlog ook zelf uitgeven, o.m. werk van Streuvels. Na het vertrek van Jozef Cordie in 1950 werd nog maar weinig nieuw werk uitgebracht. De boek- en kunsthandel Zonnewende, waar Streuvels' dochter Isa Lateur na de Tweede Wereldoorlog werkzaam was,werd in 1961 overgenomen door de Standaard Boekhandel.