20.XI.'46.
Geachte Heer Lateur,
Ik heb Vrijdag d[e ]h[ee]r De Meyer ontmoet en alle zaken betreffende de uitgave van verscheidene werken van U besproken.
Ik mag een afschrift van het akkoord van de uitgave van "Kerstekind" verwachten en ik vroeg er ook een voor U.[1] Het eereloon aan den bewerker werd reeds door ons betaald en we wachten zooals gevraagd tot begin 1947 om de rest uit te betalen.
De verkoopprijzen zijn: Doodendans ing[enaaid] 75 fr[ank] en geb[onden] 105 fr[ank]; Avelghem ing[enaaid] 120 fr[ank] en geb[onden] 150 fr[ank]
Ik heb met d[e ]h[ee]r De Meyer de zaak van de present-ex[emplaren] besproken; hij zal het aandeel van De Standaard van uit Antwerpen laten verzenden en ik gaf opdracht ons deel te verzenden.[2]
Verwondering baart het bij ons niet, dat Veen schoone brieven schrijft en dat hij niet betalen kan; ook onze leveringen worden zeer lastig vereffend.[3] En of er nog "fut" in steekt om iets op de markt te brengen betwijfel ik: ze hebben te veel andere kommernissen. Ze bestelden eerst 1500 en dan later werd dit getal terug gebracht op 1000 ex[emplaren] van den Duikalmanak.[4] Nu willen ze deze bestelling vernietigen als alles nagenoeg klaar is. Gaat natuurlijk niet, maar ik stel me de vraag: hebben ze geen overtuiging meer voor het vak of zien ze uit om te besparen? Het is wel geen gunstige tijd voor de uitgeverij, maar we werken hard en we verkoopen nog steeds. Toch blijkt t' allen kante dat er minder centen beschikbaar zijn om boeken te koopen.
Ik laat U alle stofomslagen, die nog beschikbaar zijn, voor de geb[onden] ex[emplaren] van de eerste acht d[e]l[e]n van de Lijsternestreeks[5] sturen. Ik hoop, dat ze nog volledig zullen zijn.
Met vriendelijke hoogachting,
(handtekening Joris Lannoo)
Annotations
[1]
Cf. verder de brief van Joris Lannoo aan Stijn Streuvels van 5 december 1946.
[2]
Joris Lannoo verstuurde op 18 november 1946 19 exemplaren van De oogst en 7 gebonden exemplaren Doodendans. Cf. Streuvels' brief aan Maurits De Meyer van 3 december 1946.
[3]
Op 8 november 1946 schreef de firma Veen aan Streuvels: Gisteren was de Heer Grymonprez van de firma Zonnewende N.V. in Kortrijk, bij ons om te spreken over het honorarium van de ex. Heule, die door zijn bemiddeling aan ons werden geleverd. Reeds op 1 Mei van dit jaar schreven wij aan de firma Zonnewende N.V., dat de ex. van dit werk nog niet waren gebonden en dat er dus ook geen enkel ex. van was verkocht. Tot op heden is de toestand nog onveranderd, want door overbelasting van de boekbinderijen, kon Uw boek nog steeds niet worden gebonden. Reeds in Mei l.l. hebben wij getracht een vergunning te verkrijgen, om U voorlopig f. 600.-- als honorarium over te maken. De ingenaaide verkoopsprijs is gesteld op f. 5.--, waarvan U 15% of 75 cent per stuk moet ontvangen. Wij namen toen aan, dat voorlopig 800 ex. zouden worden verkocht. Inmiddels zijn de maatregelen, die de Regering in Nederland heeft genomen voor het uitbetalen van auteursrechten, weer veranderd. In Mei 1946 werd de vergunning geweigerd. Wij hebben nu opnieuw een aanvraag ingediend en hopen, dat hierop een gunstiger beslissing zal worden genomen. Het spijt ons werkelijk, dat wij tegenwoordig zo moeilijk geld naar het buitenland kunnen overmaken, maar dit ligt niet aan ons, doch vindt zijn oorzaak in de moeilijke toestand, waarin het gehele Nederlandse volk zich bevindt. Brief in Letterenhuis, S 935/B2/Veen
[4]
Dit is de nieuwe Vlaamsche duikalmanak ofte plukalmanak voor 't jaar ons Heeren 1947. Dit is de duik- ofte plukalmanak van zaliger eerw. Heer ende meester Guido Gezelle, deze namelijk van het jaar onzes Heeren 1892, gangbaar en dienstig gemaakt voor het jaar onzes Heeren 1947. Tielt, J. Lannoo, 1946.
[5]
De eerste acht delen in de Lijsternestreeks zijn:
- Lenteleven. Tiende druk.
- Openlucht. Vierde druk.
- Stille avonden. Vierde druk.
- De vlaschaard. Twaalfde druk.
- De blijde dag. Derde druk.
- De teleurgang van den Waterhoek. Derde druk.
- Levensbloesem. Tweede [= vierde] herwerkte druk.
- De maanden. Tweede druk.
