<Resultaat 1937 van 2531

>

Geachte Heer Lateur,
Met genoegen ontving ik uw schrijven van 10 dezer,[1] dat zoo ongeveer een "lentebode" was. En we verlangen naar het fatsoenlijk weder!
Over de uitgaven: ingezien het huwelijk Lannoo-De Standaard[2] ben ik wel verplicht mijn wederhelft te kennen en hoop U na ontvangst van de zienswijze van den heer De Meyer dadelijk te schrijven.[3] Ik bezit nog de gereviseerde handschriften van Kerstvertellingen, Dagen, Najaar, Zonnetij en Dorpsgeheimen. Ik vraag me af of het wenschelijk is dit jaar nog Kerstvertellingen te geven, nu "Kerstekind" in schooluitgave pas verschenen is en de uitgave met platen van J[eanne] Hebbelinck in de eerste dagen klaar komt.[4] Ik zou een paar andere werken verkiezen. Over Genoveva oordeel ik, dat voor dit werk moeilijk voldoende belangstelling zal zijn om nu een goedkoopere uitgave te geven die nog verscheidene jaren de verzorgde uitgave in de reeks zal tegenhouden.[5] Ik wacht nu op de zienswijze van d[e ]h[ee]r De Meyer, die moet instaan voor het houtvrij papier van de eerstvolgende deelen in de reeks.[6]
Ik meen best te doen hem ook voor te stellen, dat hij kan betrokken worden bij de uitgave van de volksuitgaven en wacht hierover op zijn antwoord.[7] We hebben nu samen sedert jaren alles van U uitgegeven, zoodat ik die vraag billijk vond. Van het Jaar Nul zijn nog ongeveer 100 ex[emplaren] en van Geluk in het Huishouden nog ruim 1000.
We moeten bij een volgende samenkomst al onze verzendnota's bijeenleggen en zien wat er gebeurd is met het zenden van present-ex[emplaren] Ik stel voor, dat in het vervolg diegene, die voor de uitgave zorgt, moet zorgen voor de present-ex[emplaren] afgenomen van het deel in de oplage van elke firma.
De luxe-ex[emplaren] van Avelghem zijn nog steeds niet verschenen,[8] zoodat Prof[essor] Baur nog wat geduld zal moeten hebben tot Van Dieren...
De Bo's Idioticon komt, zoodra de papierbevoorrading beter wordt[9] en dat we gedaan zullen hebben met een ander lastig werk voor de zetters: de Werken van Ruusbroec.[10] Het derde deel is ongeveer gezet, maar de productie voor zoo'n werk is nauwelijks 5 bl[ad]z[ijde]n elken dag. Dergelijk werk vertraagt het ander en zoo [2]moet ook het Idioticon wachten. Met het papier gaat het opnieuw lastig en de prijzen stijgen nog regelmatig spijts...
Ons aandeel in de Luxe-uitgave van Dood en Leven in den Ast is verkocht en werd daarom niet meer vermeld in onzen cataloog.
P[ater] Janssen is reeds bij de Nuntius geweest voor uw "Pro Ecclesia"-decoratie.[11] Ik ben overtuigd, dat alleen nog de manier van aanvragen de zaak eenigen tijd zal doen uitblijven, maar naar mijn oordeel is er geen twijfel meer. Ik moet uw werken naar Rome zenden voor de bibliotheek van het Vaticaan. Verlangt U dat daaronder een of meer ex[emplaren] (met opdracht of luxe) gevoegd worden dan zorg ik er voor, dat alles in eens zou gebeuren.
Misschien zwijgt U nog best daarover opdat de verrassing des te grooter is. Ik zorg dan wel voor de noodige publiciteit. Vermoedelijk zal Pastoor F[.] De Witte, die nu van Bellegem naar Ingelmunster overgeplaatst werd, voor de aanvraag zorgen bij M[onsei]g[neu]r Lamiroy, bij wien hij goed aangeschreven staat en dat in aller naam. Deze wordt dan doorgestuurd naar de Nunciatur en verder naar Rome. Ik hoop U eerlang te kunnen mededeelen, dat het heele opzet geslaagd is.
Met vriendelijke hoogachtingen mogelijks tot in 't korte, want er is kans, dat ik in de streek moet komen; ik zal U vooraf verwittigen.
(handtekening Joris Lannoo)

Annotations

[1] Deze brief van Streuvels vonden we niet terug in de geraadpleegde archieven.
[2] De Lijsternestreeks werd in samenwerking uitgegeven door uitgeverij Lannoo en de Standaard Boekhandel.
[3] Cf. hiervoor verder de brief van Joris Lannoo aan Stijn Streuvels van 22 maart 1947.
[4] Kerstvertellingen is niet verschenen in de Lijsternestreeks.
[5] Genoveva van Brabant is niet verschenen in de Lijsternestreeks.
[6] Vanaf 1947 zijn geen werken meer verschenen in de Lijsternestreeks.
[7] Cf. hiervoor verder de brief van Joris Lannoo aan Stijn Streuvels van 22 maart 1947.
[8] De bedoelde exemplaren waren bij de binder.
[9] De Bo, Westvlaamsch Idioticon. 1870-1873. Brugge, Gailliard. Heruitgave J. Samyn 1890-1892 bij uitgeverij Siffer te Gent.
Deze uitgave is nooit bij Lannoo verschenen. Nochtans had de zus van pastoor Samijn aan Lannoo de toestemming tot herdruk gegeven. Waarschijnlijk is het project niet doorgegaan omdat Lannoo toen al Loquela drukte, dat een soortgelijk opzet had. (Met dank aan dhr. G. Lannoo)
[10] De grootste en meest luisterrijke onderneming van Lannoo in de oorlogsjaren was de uitgave van de volledige werken van Jan van Ruusbroec, 'de prins der Nederlandse mystiek'. Dat was een gedurfd plan van Desideer Stracke s.j., een beginselvast jezuïet, hard en streng voor zichzelf, veeleisend voor de anderen, niet het minst voor zijn vrienden. Stracke was Lannoo komen opzoeken met het voorstel voor een uitgave van de volledige werken en het drukken van het wetenschappelijk tijdschrift Ons Geestelijk Erf. Het leek een waanzinnige onderneming, maar voor Pinksteren 1944 waren er meer dan 1000 intekenaars. Toen het eerste deel van de Volledige Werken verscheen in de zomer van 1944 betekende dit een belangrijke etappe in de geschiedenis van de Ruusbroec-uitgaven. Romain Vanlandschoot, Joris Lannoo. Drukker en uitgever voor Vlaanderen. 1891-1971, p. 207-209
Werken van Ruusbroec telde in totaal 4 delen en was volledig af in 1948.
[11] Een nuntius is een diplomatiek vertegenwoordiger van de paus bij een regering. Op 3 november 1947 zou Streuvels benoemd worden tot Groot-Officier in de Kroonorde.
Cf. brief van Joris Lannoo aan Stijn Streuvels van 2 maart 1947.

Register

Naam - persoon

Baur, Frank (° Vilvoorde, - ✝ Waasmunster, 1969-01-09)

Vlaams literair historicus en hoogleraar te Gent (Rijksuniversiteit).

Al aan het Oostendse atheneum ontpopte Baur zich als flamingant, wat hij heel zijn leven zou blijven. Ook toen al bleek zijn grote interesse voor literatuur. Hij las veel en begon ook zelf te schrijven (o.a. Nieuwe Krachten, 1904). Hij ondertekende zijn literaire werken met het anagram Aran Burfs. In 1911 begon Baur Germaanse Filologie aan de Leuvense universiteit. Zijn studies werden onderbroken door de oorlog, in 1919 zette hij ze verder. Hij promoveerde en ging in 1927 aan de Gentse universiteit werken. Aan de Gentse faculteit der wijsbegeerte en letteren werd hij belast met de verklaring van moderne Nederlandse auteurs en de encyclopedie van de Germaanse taalwetenschap.

Hij leidde het standaardwerk Geschiedenis van de letterkunde der Nederlanden (7 delen, 1939-1952), waarvoor hij een goed gedocumenteerde inleiding schreef: De literatuur, haar historiographie en methodes. Maar hij maakte vooral naam met zijn edities van en studies over Guido Gezelle, van wiens werk hij de meest vooraanstaande kenner was. Verder was Baur ook senator en hoofdredacteur van de Katholieke Encyclopedie.

De Bo, Leonard Lodewijk (° Beveren, 1826-09-27 - ✝ Poperinge, 1885-08-25)

Vlaams dichter en taalgeleerde, priester.

Hij was een van de figuren van het West-Vlaamse particularisme. Hij schreef Gedichten (1874), publiceerde taalkundige opstellen in Rond den Heerd en Loquela van zijn vriend Guido Gezelle, alsook in de Handelingen der gilde van Sinte Luitgaarde te Brugge. Hij heeft zich vooral naam verworven door zijn Westvlaamsch Idioticon (1870-1873) en een postuum verschenen, door J. Samyn bewerkt en bezorgd Kruidwoordenboek (1888).

De Meyer, Maurits (° Elversele, 1895-03-02 - ✝ Wilrijk, 1970-11-24)

Uitgever en volkskundige.

Studeerde tussen 1916 en 1918 klassieke filologie en geschiedenis aan de door de Duitse bezetter vernederlandste Gentse universiteit von Bissing Universiteit). Dit had tot gevolg dat de Belgische universiteiten en de Centrale Examencommissie voor hem na de oorlog gesloten bleven. Spoedig trad hij in dienst van de nog jonge uitgeverij Standaard Boekhandel, waarvan hij 35 jaar lang directeur (01.10.1924) en later beheerder was. Zo was hij ook medestichter van de Vereniging ter Bevordering van het Vlaamse Boekwezen (VBVB), die hij ook als voorzitter zou leiden, en was hij betrokken bij de organisatie van de Boekenbeurs voor Vlaanderen in Antwerpen. Als wetenschapsman verwierf de Meyer faam door zijn activiteiten op gebied van volkskunde - het is mede dankzij hem dat men deze wetenschap in Vlaanderen ernstig is gaan beoefenen. De Meyer specialiseerde zich in de studie van Vlaamse sprookjes, waarover hij in binnen- en buitenland publiceerde.

De Witte, F.

Pastoor, in 1947 van Bellegem naar Ingelmunster overgeplaatst.

Janssen, Emiel (° Vlimmeren, 1897-04-28 - ✝ Tienen, 1984-03-27)

Pseudoniem: Diotimos.

Geestelijke.

Janssen ging in Hoogstraten studeren met de Gezelle-biograaf Aloïs Walgrave als leraar. Hij trad in de Sociëteit van Jezus in 1915. Hij was een aantal jaren werkzaam in het middelbaar onderwijs maar werd daarna belast met de geestelijke vorming van jongere confraters. Hij schreef geestelijke werken, korte essays en verzen. In 1939 verscheen zijn belangrijkste Gezelle-boek, namelijk Zo dichte en zo doe'k. Hij was lid van het Guido Gezellegenootschap. Hij publiceerde regelmatig Gezellestudies in Gezelliana,Gezellekroniek,... Hij was ook begaan met Streuvels, Timmermans en Van Eeden.

Lamiroy, Henri (° Heurne, 1883-08-29 - ✝ Brugge, 1952-05-10)

Priester-bisschop.

Henri Lamiroy volgde humaniora aan het Sint-Amanduscollege te Kortrijk en promoveerde, na studies aan het Leo XIII-seminarie te Leuven (1904-1907), tot doctor in de wijsbegeerte. Vervolgens studeerde Lamiroy theologie aan het Grootseminarie te Brugge en werd hij op 13 december 1909 tot priester gewijd. In 1910 werd hij directeur van het Leo XIII-seminarie (tot 1919), terwijl hij zelf verder studeerde aan de theologische faculteit. Hij werd magister in de theologie (22 juli 1919) en professor in de dogmatiek aan het Grootseminarie te Brugge (20 september 1919), een functie die hij bleef uitoefenen toen hij erekanunnik werd (31 augustus 1927). In september 1928 werd Lamiroy benoemd tot pastoor-deken te Ieper, in augustus 1929 tot hulpbisschop en op 18 december 1931 tot bisschop van Brugge als opvolger van Gustave Waffelaert. Lamiroy's aantreden als hulpbisschop kondigde een verscherping aan van de anti-nationalistische strijd van de kerk in West-Vlaanderen. Lamiroy trachtte op de eerste plaats de invloed van Vlaams-nationalistische priesters en scholieren in de colleges te verminderen. Zijn belangrijkste instrument hiervoor was de Katholieke Actie, die volgens hem streng hiërarchisch gestructureerd, onder diocesane leiding en uniform georganiseerd en gemonopoliseerd moest worden. Karel Dubois werd belast met de uitbouw van de Katholieke Studentenactie (KSA) tot 'kerkelijk strijdende beweging, maar door-Vlaams van geest', iets wat vele Vlaamsgezinden evenwel als een daad van wantrouwen en vijandelijkheid tegenover het Algemeen Katholiek Vlaamsch Studentenverbond (AKVS) beschouwden. De benadrukking van het flamingantisme binnen de KSA was in de eerste plaats bedoeld om het AKVS de wind uit de zeilen te nemen, en Lamiroy pakte geestelijken die laatstgenoemde beweging bleven steunen nu ook harder aan. In juni 1930 ontstond zo bijvoorbeeld wat onrust onder de West-Vlaamse priesters, omtrent enkele overplaatsingen die als sancties werden aangezien. De bisschopsbenoeming van Lamiroy kwam als een algehele verrassing; mogelijk werd zijn kandidatuur bij de nuntius voorgedragen door katholieke politici die de vooruitgang van het Vlaams-nationalisme in West-Vlaanderen wilden afremmen en in de houding van de jonge deken van Ieper tegenover Jeroom Leuridan daarvoor een voldoende waarborg zagen. Als bisschop voerde Lamiroy de strijd tegen de nationalistische clerus nog meer op. Volgens zijn eigen getuigenis beoogde hij 'de eenheid van het land door gehoorzaamheid aan geestelijke en burgerlijke overheid'. Alles wat die eenheid en gehoorzaamheid in het gedrang bracht, wilde hij bestrijden. Dit uitte zich concreet in een zeer autoritiar optreden, waarbij hij er duidelijk niet voor terugschrok zijn rechten als kerkvorst op te eisen en het vanzelfsprekend vond dat men volgzaam was wanneer hij richtlijnen uitvaardigde of leiding gaf. Onder zijn impuls werd zeker vanaf de zomer van 1933 getracht een flamingantische studentenbeweging uit te bouwen, die voor alles streng onder kerkelijke controle zou blijven staan en de invloed van het AKVS moest terugdringen. Diep overtuigd van de nood aan een sterke katholieke partij als garant voor de verdediging van de christelijke waarden, veroordeelde hij elke tendens die van aard was haar te ondergraven. Het voornaamste gevaar leek hem uit Vlaams-nationalistische hoek te komen en hij liet dan ook niet na herhaaldelijk duidelijke voorschriften af te kondigen om het kiesgedrag te beïnvloeden. Toen de regering-Charles de Broqueville voor 27 november 1932 nieuwe verkiezingen had uitgeschreven, wees hij de gelovigen op de 'zware gewetensplicht' hun stem uit te brengen 'op de kandidaten der eenige lijst door de geestelijke overheid goedgekeurd'. Ook bij het naderen van de verkiezingen van 24 mei 1936 wees hij er in een herderlijk schrijven op dat stemmen voor hen 'die tucht en eensgezindheid bij de katholieken afbreken, medewerken (is) aan het kwaad dat onvermijdelijk volgen moet uit het verzwakken van die partij, die het sterkste bolwerk moet uitmaken voor onze godsdienstige vrijheden en onze heiligste rechten'. In oktober 1938 werd nogmaals gewezen op wat op het spel stond, vooral op het gevaar dat het katholiek onderwijs bedreigde, en er werd betekenisvol aan toegevoegd dat niet allen die zich katholiek noemden, dit in feite ook waren. In een rapport aan Rome had hij er zich het jaar voordien overigens over beklaagd dat de Vlaams-nationalisten -- zoals ook de rexisten -- schromelijk tekortschoten aan eerbied en gehoorzaamheid tegenover het kerkelijk gezag en de bisschoppelijke richtlijnen gewoon naast zich neerlegden. Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog weigerde Lamiroy principieel de Duitse autoriteiten te ontmoeten. Ook Vlamingen die zich aan collaboratie met de Duitsers schuldig maakten, werden afgekeurd. Waarschijnlijk om zich tijdens de bezetting niet te compromitteren mat hij zich een afzijdige houding aan tegenover Vlaamsgezinde priesters als Cyriel Verschaeve en Maurits Geerardyn; toen bijvoorbeeld deze laatste vroeg terug in het bisdom te worden opgenomen, deelde Lamiroy mee dat deze beslissing tot na de bezetting werd uitgesteld. Op verzoek van Paul Heymans verleende hij wel steun aan Winterhulp. Na de oorlog werd het politieke leven van voor 1940 hervat. De katholieke partij, voortaan Christelijke Volkspartij (CVP), werd door Lamiroy gezien als de enige die de godsdienstige belangen van het land kon garanderen. Hij was medeondertekenaar van twee gemeenschappelijke bisschoppelijke brieven (4 november 1949 en 12 mei 1950). De eerste was gericht tegen de opkomende communisten, terwijl de inzet van de laatstgenoemde brief de door de Koningskwestie gedomineerde verkiezingen van 4 juni 1950 waren. Tijdens de repressieperiode kwamen op het bisdom tientallen brieven toe van beschuldigden (of hun familie) die de tussenkomst van de bisschop vroegen om voor hen ten beste te spreken of minstens de behandeling van hun dossier te laten bespoedigen. Enkele malen (zoals in het geval dom Modest (Alfons) Van Assche) ging hij daarop in, al handelde hij daarbij eerder vanuit een oprecht rechtvaardigheidsgevoelen dan uit Vlaamsgezindheid. Met flamingantische priesters kon de bisschop moeilijk overweg, evenmin trouwens met allen die zijn opvattingen niet deelden.

Deze houding bepaalde ook zijn visie op de Katholieke Arbeidersjeugd, volgens hem de enige manier waarop de leek aan het kerkelijke apostolaat mocht deelnemen, namelijk gemandateerd door en onder controle van de bisschop. Daarom ook stond hij weigerachtig tegenover het Vlaams Verbond van Katholieke Scouts, en het is tevens de diepe oorzaak waarom hij in zijn bisdom geen jezuïetencolleges wenste.

Lateur, Frank (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)

Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.

Van Dieren, Jan Petrus (° Grave, 1818-05-15 - ✝ Antwerpen, 1887-01-20)

Stichter van de Antwerpse drukkerij en uitgeverij Van Dieren.

Jan Petrus van Dieren vestigde zich in 1839 in Antwerpen, waar hij in 1840 werd ingeschreven als 'imprimeur-libraire' en de drukkerij-uitgeverij V. van Dieren & Co. oprichtte. Hij verzorgde omvangrijke taalkundige en literaire uitgaven als het Nederlansch Letterkundig Woordenboek van P. Weiland. In 1842 gaf hij werken van Theodoor Van Ryswyck uit. Ook op het gebied van het dagblad- en tijdschriftwezen maakte hij zich verdienstelijk. Hij was de stichter van Het Handelsblad (sedert 1844), De Huisvriend (1865-1913) en van De Belgische Illustratie (1869-1884).

Daarnaast gaf hij o.m. de werken uit van August Snieders en van Hendrik Conscience (vanaf 1850). De Antwerpse firma drukte standaardwerken als de Geschiedenis van Vlaanderen, Geschiedenis van de Letterkunde der Nederlanden, Vlaanderen door de eeuwen heen, Flandria Nostra en Lectuurrepertorium. Jan Petrus Van Dieren overleed in 1887, maar zijn zonen Jan (1847-1926) en Theofiel (1855-1918) de leiding over. Na de Eerste Wereldoorlog werd Jans zoon (1882-1961) directeur. Zijn neef, Vincent, nam in 1913 de drukkerij Van Os-de Wolf over en bouwde ze uit tot de befaamde drukkerij V. Van Dieren en Co. Van Dieren & Co. staakte haar werkzaamheden in 1968.

Van Ruusbroec, Jan (° 1293 - ✝ 1381)

Invloedrijke schrijver van mystieke werken. Hij schreef in het Diets maar werd veelvuldig in het Latijn vertaald. Hij was prior van Groenedael, een religieuze stichting in het Zoniënwoud.

Naam - uitgever

Lannoo, Joris (° Tielt, 1891-02-20 - ✝ Tielt, 1971-12-08)

Directeur van drukkerij-uitgeverij Lannoo te Tielt.

Joris Lannoo begon zijn humaniorastudie aan het Tieltse college, maar moest die in 1909 noodgedwongen stopzetten. Op 1 juni 1909 nam hij samen met zijn broer Rafaël een kleine Tieltse drukkerij, drukkerij Horta, over. Na de Eerste Wereldoorlog, waarin hij als officier aan het front van de Yzer streed, bevond de uitgeverij zich in verval, maar door grote inspanningen werkte Lannoo zich opnieuw op. In 1929 vestigde hij zich in de Kasteelstraat, waar hij een groot bedrijf oprichtte en leidde tot in de jaren '60, toen een ziekte hem geleidelijk het werk uit handen nam en zijn zonen hem opvolgden. Hij gaf veel Vlaamse werken uit van o.a. Stijn Streuvels, Guido Gezelle, Emiel van Hemeldonck, ... Verder was hij ook nog stichtend lid van de Vereniging ter Bevordering van het Vlaamse Boekwezen en van de Vlaamse Uitgeversbond. Hij legde contacten met Nederlandse uitgevers als de R.K. Boekcentrale, Van Langenhuysen en Veen, met wie hij jaren samenwerkte. Het bedrijf omvat thans drie afdelingen: drukkerij, grafiek en uitgeverij.

Standaard Boekhandel

De Standaard Boekhandel vond zijn oorsprong in het weekblad Ons Volk Ontwaakt, dat in 1911 een boekhandel begon. In 1919 werd de boekhandel een onderdeel van het dagblad De Standaard en kreeg ze de naam De Standaard Boekhandel. In 1924 werd De Standaard Boekhandel een zelfstandige Naamloze Vennootschap. De krant De Standaard werd de grootste aandeelhouder. Op dat moment deed Maurits De Meyer zijn intrede als directeur van de boekhandel. Hij bleef in deze functie werkzaam tot 1960. Zijn opdracht bestond erin de filialen in Brussel en Antwerpen uit te bouwen en een breed uitgavenfonds op te zetten. Een eerste belangrijke uitbreiding van de Standaard Boekhandel vond plaats in 1926. Er werd een afdeling geopend in de Naamsestraat in Leuven door de overname van de Vlaamsche Boekenhalle, toen de enige Vlaamse boekhandel in de universiteitsstad. Op 1 oktober 1933 gebeurde dat in Gent, met de overname van de boekhandel Siffer. In de jaren '30 behoorde Streuvels tot het literaire fonds van de uitgeverij met werken als Lenteleven (1938) en De teleurgang van den Waterhoek (1939). Gedurende de Tweede Wereldoorlog bleef de Standaard Boekhandel onder de leiding van De Meyer gewoon verder werken. Precies tijdens die periode kwam er als gevolg van de leeslust van de mensen een samenwerking met de drukkerij-uitgeverij Lannoo tot stand bij het uitbrengen van de Lijsternestreeks .

De uitgeverij opende zijn eerste boekhandel in 1919 te Brussel onder de naam 'Afdeeling Boekhandel van de n.v. De Standaard'. In 1920 werd een tweede boekhandel geopend te Antwerpen.

Titel - werken van Streuvels

Streuvels, Stijn, Kerstvertellingen (1939). [bloemlezing]
Streuvels, Stijn, Kerstvertellingen (1939).
Druk
Streuvels, Stijn, Najaar (1909). [bundel]
Streuvels, Stijn, Najaar (1909).
Druk
  • [Eerste druk] Tweede boek, Amsterdam, L.J. Veen, [1909], [VIII] + 177 + [III] p., 20,9 x 15,9 cm.
  • Tweede [gewijzigde] druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1921], [VIII] + 159 + [I] p., 18 x 12 cm. In: Stijn Streuvels' werken
  • [Derde druk], in: Stijn Streuvels' Volledige Werken. Deel III., Kortrijk, 't Leieschip, [1951], p. 351-485.
  • [Vierde druk], in: Volledig werk. Deel II. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1972], p. 993-1105.
Streuvels, Stijn, Zonnetij (1900). [bundel]
Streuvels, Stijn, Zonnetij (1900).
Druk
Streuvels, Stijn, Dorpsgeheimen (1904). [bundel]
Streuvels, Stijn, Dorpsgeheimen (1904).
Druk
Streuvels, Stijn, Het kerstekind (1911). [verhaal]
Achtste [druk], Tielt, Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1946], [VIII] + 84 p., 19,5 x 12,5 cm.
Deze schooluitgave verscheen in verschillende oplagen:
  • Negende uitgave. Inleiding en aantekeningen door P. Meersseman, Tielt, Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1952], 94 + [II] p., 20,2 x 13 cm.
  • Tiende uitgave. Inleiding en aantekeningen door P. Meersseman, Tielt, Uitgeverij Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1956], 95 + [I] p., 19,2 x 12,3 cm.
  • Elfde druk. Inleiding en aantekeningen door P. Meersseman, Tielt-Den Haag, Uitgeverij Lannoo; Antwerpen-Amsterdam, N.V. Standaard-Boekhandel, 1960, 95 + [I] p., 20,6 x 13 cm.
  • Twaalfde druk. Inleiding en aantekeningen door P. Meersseman, Tielt-Den Haag, Uitgeverij Lannoo; Antwerpen-Amsterdam, N.V. Standaard-Boekhandel, [1963], 95 + [I] p., 19,8 x 13,1 cm.
  • Dertiende druk. Inleiding en aantekeningen door P. Meersseman, Tielt-Den Haag, Uitgeverij Lannoo; Antwerpen-Amsterdam, Standaard-Boekhandel, [1967], 95 + [I] p., 20 x 13 cm.
Streuvels, Stijn, Het kerstekind (1911).
Voorpublicatie
  • De Tijdspiegel, LXVII, 1910, dl. 1, p. 40-76 (januari).
Druk
  • [Eerste druk], Amsterdam, L.J. Veen, [1911], 93 + [III] p., 27,8 x 22 cm.
  • Tweede druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1914], 93 + [III] p. 27 x 19,9 cm.
  • Derde druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1920], 93 + [III] p., 26,7 x 19,9 cm.
  • Vierde [druk], Thielt, J. Lannoo - Drukker Uitgever, [1922], 107 + [V] p., 18,5 x 12,5 cm.
  • Vijfde [druk], Amsterdam, L.J. Veen's Uitgevers Mij N.V., [1937], 84 + [IV] p., 22,6 x 22,5 cm.
  • Zesde [druk], Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1941], 72 p., 22,5 x 14,7 cm.
    Van deze uitgave mogen geen exemplaren in Nederland verkocht worden.
  • Zevende [druk], Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1942], 67 + [I] p., 19,4 x 13 cm.
    Van deze uitgave mogen geen exemplaren in Nederland verkocht worden.
  • Achtste [druk], Tielt, Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1946], [VIII] + 84 p., 19,5 x 12,5 cm.
    Deze schooluitgave verscheen in verschillende oplagen:
    • Negende uitgave. Inleiding en aantekeningen door P. Meersseman, Tielt, Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1952], 94 + [II] p., 20,2 x 13 cm.
    • Tiende uitgave. Inleiding en aantekeningen door P. Meersseman, Tielt, Uitgeverij Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1956], 95 + [I] p., 19,2 x 12,3 cm.
    • Elfde druk. Inleiding en aantekeningen door P. Meersseman, Tielt-Den Haag, Uitgeverij Lannoo; Antwerpen-Amsterdam, N.V. Standaard-Boekhandel, 1960, 95 + [I] p., 20,6 x 13 cm.
    • Twaalfde druk. Inleiding en aantekeningen door P. Meersseman, Tielt-Den Haag, Uitgeverij Lannoo; Antwerpen-Amsterdam, N.V. Standaard-Boekhandel, [1963], 95 + [I] p., 19,8 x 13,1 cm.
    • Dertiende druk. Inleiding en aantekeningen door P. Meersseman, Tielt-Den Haag, Uitgeverij Lannoo; Antwerpen-Amsterdam, Standaard-Boekhandel, [1967], 95 + [I] p., 20 x 13 cm.
  • Zesde [= negende] druk, Brussel-Amsterdam, De Kinkhoren, Desclée De Brouwer, [1947], 84 + [IV] p., 22,3 x 22,6 cm.
  • [Tiende druk], in: Stijn Streuvels' Volledige werken. Deel X., Kortrijk, 't Leieschip, [1954], p. 9-63.
  • Twintigste [= elfde] druk, Kortrijk, 't Leieschip, 1955, 92 + [IV] p., 23 x 17,4 cm.
  • Een en twintigste [= twaalfde] druk, Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1962], 66 + [II] p., 24,8 x 19,1 cm.
Streuvels, Stijn, Het kerstekind (1911). [verhaal]
Zesde [= negende] druk, Brussel-Amsterdam, De Kinkhoren, Desclée De Brouwer, [1947], 84 + [IV] p., 22,3 x 22,6 cm.
Extra info:
Verlucht door Jeanne Hebbelynck.
Streuvels, Stijn, Het kerstekind (1911).
Voorpublicatie
  • De Tijdspiegel, LXVII, 1910, dl. 1, p. 40-76 (januari).
Druk
  • [Eerste druk], Amsterdam, L.J. Veen, [1911], 93 + [III] p., 27,8 x 22 cm.
  • Tweede druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1914], 93 + [III] p. 27 x 19,9 cm.
  • Derde druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1920], 93 + [III] p., 26,7 x 19,9 cm.
  • Vierde [druk], Thielt, J. Lannoo - Drukker Uitgever, [1922], 107 + [V] p., 18,5 x 12,5 cm.
  • Vijfde [druk], Amsterdam, L.J. Veen's Uitgevers Mij N.V., [1937], 84 + [IV] p., 22,6 x 22,5 cm.
  • Zesde [druk], Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1941], 72 p., 22,5 x 14,7 cm.
    Van deze uitgave mogen geen exemplaren in Nederland verkocht worden.
  • Zevende [druk], Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1942], 67 + [I] p., 19,4 x 13 cm.
    Van deze uitgave mogen geen exemplaren in Nederland verkocht worden.
  • Achtste [druk], Tielt, Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1946], [VIII] + 84 p., 19,5 x 12,5 cm.
    Deze schooluitgave verscheen in verschillende oplagen:
    • Negende uitgave. Inleiding en aantekeningen door P. Meersseman, Tielt, Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1952], 94 + [II] p., 20,2 x 13 cm.
    • Tiende uitgave. Inleiding en aantekeningen door P. Meersseman, Tielt, Uitgeverij Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1956], 95 + [I] p., 19,2 x 12,3 cm.
    • Elfde druk. Inleiding en aantekeningen door P. Meersseman, Tielt-Den Haag, Uitgeverij Lannoo; Antwerpen-Amsterdam, N.V. Standaard-Boekhandel, 1960, 95 + [I] p., 20,6 x 13 cm.
    • Twaalfde druk. Inleiding en aantekeningen door P. Meersseman, Tielt-Den Haag, Uitgeverij Lannoo; Antwerpen-Amsterdam, N.V. Standaard-Boekhandel, [1963], 95 + [I] p., 19,8 x 13,1 cm.
    • Dertiende druk. Inleiding en aantekeningen door P. Meersseman, Tielt-Den Haag, Uitgeverij Lannoo; Antwerpen-Amsterdam, Standaard-Boekhandel, [1967], 95 + [I] p., 20 x 13 cm.
  • Zesde [= negende] druk, Brussel-Amsterdam, De Kinkhoren, Desclée De Brouwer, [1947], 84 + [IV] p., 22,3 x 22,6 cm.
  • [Tiende druk], in: Stijn Streuvels' Volledige werken. Deel X., Kortrijk, 't Leieschip, [1954], p. 9-63.
  • Twintigste [= elfde] druk, Kortrijk, 't Leieschip, 1955, 92 + [IV] p., 23 x 17,4 cm.
  • Een en twintigste [= twaalfde] druk, Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1962], 66 + [II] p., 24,8 x 19,1 cm.
Streuvels, Stijn, Genoveva van Brabant (1919). [bewerking]
Streuvels, Stijn, Genoveva van Brabant (1919).
Voorpublicatie
  • Eerste hoofdstuk - Vlaamsche Arbeid, XIV-XV, 1919-1920, p. 8-12 (november 1919).
  • [De ontmoeting van Genoveva en Siegfried] - De Gids, LXXXIII, 1919, dl. 2, p. 257-277 (mei) = Boek I, hoofdstuk XVI.
  • Genoveva's bruidloop - Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift, XXX, 1920, dl. 59, p. 321-328 (mei) = Boek II, p. 1-15.
  • Genoveva op de Hooge Semmer - De Gids, LXXXIV, 1920, dl. 2, p. 226-241 (mei) = Boek II, p. 15-33.
Druk
  • [Eerste druk], Eerste deel, Amsterdam, L.J. Veen, [1919], [VIII] + 261 + [III] p., 21,7 x 17,4 cm; Tweede deel, Amsterdam, L.J. Veen, [1920], [IV] + 216 p., 21,7 x 17,4 cm.
  • [Tweede druk], in: Stijn Streuvels' Volledige Werken. Deel VIII., Kortrijk, 't Leieschip, [1952], 536 + [IV] p.
Streuvels, Stijn, Lijsternestreeks (1946). [reeks]
Streuvels, Stijn, Lijsternestreeks (1946).
Deel
  • Avelghem, [Eerste druk], Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1946], 356 + [IV] p., 21 x 15,7 cm. De Lijsternestreeks, nr. XXVII.
Streuvels, Stijn, Vertelsels van 't jaar nul ten tijde dat de uilen praken (1922). [bundel]
[Eerste druk], Thielt, J. Lannoo, 1922, 92 + [IV] p., 20,7 x 16 cm. Streuvels' Volksboeken.
Inhoud:
Extra info:
Met prentjes versierd door Jules Fonteyne.
Streuvels, Stijn, Vertelsels van 't jaar nul ten tijde dat de uilen praken (1922).
Druk
Tolstoi, Lev, Geluk in het huishouden (1903). Vertaald door: Streuvels, Stijn. [vertaling]
Tweede herziene druk, Thielt, J. Lannoo, 1926, 128 p., 21,2 x 15,3 cm. Streuvels' Volksboeken.
Tolstoi, Lev, Geluk in het huishouden (1903). Vertaald door: Streuvels, Stijn.
Druk
  • [Eerste druk], Maldeghem, Victor Delille, 1903, 188 + [IV] p., 17,8 x 13,3 cm, Duimpjesuitgave, 40e boekdeel, De buitenlandsche schrijvers voor Vlaanderen. [o.t.: Sewejnoe sčast'e]
  • Tweede herziene druk, Thielt, J. Lannoo, 1926, 128 p., 21,2 x 15,3 cm. Streuvels' Volksboeken.
Streuvels, Stijn, Avelghem (1946). [bio]
[Eerste druk], Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1946], 356 + [IV] p., 21 x 15,7 cm. De Lijsternestreeks, nr. XXVII.
Extra info:
Met een foto van Stijn Streuvels. Colofon: '"Avelghem", het tweede deel van 's schrijvers levensverhaal, verschijnt bij zijn vijf en zeventigste verjaren — 1871 — 3 oktober-1946 — en het vijftigste verjaren van zijner eerste verhalen. — Deze uitgave werd gezet uit de Hollandsche mediaevalletter veertien punt en gedrukt op de persen van Joris Lannoo te Tielt. — Van deze uitgave werden twintig genummerde exemplaren getrokken op zwaar getint Munster Velum papier voorzien van 's schrijvers handteekening.'
Streuvels, Stijn, Avelghem (1946).
Voorpublicatie
  • Wintervreugde - Dit nieuw Seizoen. I. Winter 1945-1946, Tielt, J. Lannoo [1945], p. 61 (= Avelghem, p. 111-115).
  • Herinneringen uit Avelghem - Dietsche Warande en Belfort, XLVI, 1946, p. 451-460 (= Avelghem, p. 293-313, over Lente en Lenteleven).
  • Twee avonturen uit den Avelghemschen tijd - Nieuw Vlaamsch Tijdschrift, I, 1946, p. 706-711 (= Avelghem, p. 331-334, 335-339), het bezoek van Albert Verwey, het bezoek van Emmanuel de Bom en zijn jonge vrouw).
Druk
  • [Eerste druk], Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1946], 356 + [IV] p., 21 x 15,7 cm. De Lijsternestreeks, nr. XXVII.
  • [Tweede druk], in: Volledig werk. Deel IV. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1973], p. 999-1268.
Streuvels, Stijn, Avelghem (1946).
Reeks
  • Streuvels, Stijn, Lijsternestreeks (1946).
Streuvels, Stijn, Het leven en de dood in den ast (1944). [novelle]
[Eerst druk], Tielt, J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard, [1944], 101 + [VII] p., 24,7 x 17,8 cm.
Streuvels, Stijn, Het leven en de dood in den ast (1944).
Voorpublicatie
  • Groot Nederland, XXIV, 1926, dl 2, p. 113-138, 246-273.
Druk
  • [Eerst druk], Tielt, J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard, [1944], 101 + [VII] p., 24,7 x 17,8 cm.
  • [Tweede afzonderlijke druk], Tielt, Drukkerij-Uitgeverij Lannoo, 1954, 61 + [III] p., 17,3 x 11 cm. Humanitas-Boekje nr. 12.
  • [Derde afzonderlijke druk], Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1964], 69 + [III] p., 19,5 x 13,1 cm. Met hulpboekje, los toegevoegd, 15 + [I] p., Kleine Cultuur-Bibliotheek.
  • [Vierde afzonderlijke druk], Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1966], 69 + [III] p., 19,5 x 13,1 cm. Met hulpboekje, los toegevoegd. Kleine Cultuur-Bibliotheek.
  • [Vijfde afzonderlijke druk], Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1967], 69 + [III] p., 19,5 x 13,1 cm. Met hulpboekje, los toegevoegd. Kleine Cultuur-Bibliotheek.
  • [Zesde afzonderlijke druk], Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1968], 69 + [III] p., 19,5 x 13 cm. Met hulpboekje, los toegevoegd. Kleine Cultuur-Bibliotheek.
  • [Zevende afzonderlijke druk], Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1969], 69 + [III] p., 19,5 x 13 cm. Met hulpboekje, los toegevoegd. Kleine Cultuur-Bibliotheek.