SCHOORL (N.-H.) 28/3 1936
Beste Streuvels,
Gy noemt die voorwaarde van ons "terribel",[1] maar vindt-ge niet dat een tydschrift, dat zelfs in dezen tyd nog volhoudt een behoorlyk honorarium te geven, daarvoor wel drie maanden monopolie mag hebben? Veel is dat heelemaal niet, als ge bedenkt, dat byna alle exemplaren van het tydschrift (dat de bydragen bevat) in leesportefeuilles[2] belanden, die minstens 1 à 1½ jaar plegen te draaien! Ik weet wel, Coenen geeft in Groot Nederland[3] nog stukken [2]uit reeds verschenen romans! Maar ik acht dat onverantwoordelyk en onzinnig!
Natuurlyk hebben wy te veel aan copie! Dat hebben wy altyd. Maar laat ons zoó afspreken: Zoodra gy weet, wanneer uw boek zal verschijnen, geeft ge mij daarvan even kennis en ik handel naar omstandigheden. Is dat u goed?[4]
Hartelyk dank voor het portret,[5] dat inderdaad geen groot verschil vertoont met dergelyke kiekjes van 10, 20 jaar geleden. Proficiat! Zoo 'n haardos als gy heb ik lang niet! Maar kom hier en overtuig u! En ons van uw jeugdigheid! Dat is een prachtig idee. En wy maken dan weer een prachtige duinwandeling, evenals in '15 of '16, wanneer was het? "Vingt ans après", zou Dumas zeggen![6]
Ik hoop van harte dat wy thuis zyn als gij komen wilt.
Morgen avond arriveeren hier Verschoren en Zielens.[7] Ik ben bly dat Frans V[erschoren] zich mee heeft laten lokken. De arme kerel heeft wat opbeuring zoo noodig.
Onze hartelykste groeten voor u en de uwen van ons beî.
(handtekening Herman Robbers)
SCHOORL
28.III.1936
Den Heer Frank Lateur
Ingoyghem
België
Ingoyghem
België
Annotations
[1]
Cf. Streuvels' brief aan Robbers van 24 maart 1936.
[2]
leesportefeuilles: mappen met tijdschriften en boeken die bij de leden van een leesgezelschap, bij de abonnees op een leesmap circuleren Van Dale, J-R, p. 1633
[3]
Nederlands letterkundig tijdschrift, in 1903 opgericht door W.G. Van Nouhuys, L. Couperus en C. Buysse. Na de dood van Van Nouhuys (1914) kwam F. Coenen in de redactie, wiens nuchterheid en non-conformisme tot 1936 het gezicht van Groot Nederland bepaalde. In 1932 trad J. Greshoff toe tot de redactie. Hij zorgde ervoor dat het blad na de opheffing van Forum onderdak bood aan de auteurs van dit tijdschrift. Zo traden in 1934 J. Van Nijlen en in 1936 S. Vestdijk toe tot de redactie, laatstgenoemde als opvolger van de in 1936 overleden Coenen. Dankzij hem was het niet-confessionele Groot Nederland, na Forum, het belangrijkste letterkundige tijdschrift in de Nederlandse taal in de jaren dertig. Medio 1942 trad J.B.T. Spaan toe tot de redactie, maar vanaf juli 1943 kwam het blad geheel in handen van NSB-auteurs; het onbelangrijk geworden bestaan werd daarna nog tot eind 1944 gerekt. De Grote Oosthoek Encyclopedie en woordenboek, deel 9, p. 37
[4]
Cf. antwoord van Streuvels op 1 mei 1936.
[5]
Portret van Stijn Streuvels
[6]
Robbers verwijst hier naar het boek van Alexandre Dumas, Vingt ans après. Paris, Collection Nelson, 1932-1935.
[7]
Cf. Robbers' aankondiging hiervan op 21 [maart] 1936.
