ANTWERPEN
INGOYGEM.
< | Resultaat 1413 van 2531 | > |
---|
De Coninck, René (° Bredene, 1907-01-24 - ✝ Beveren, 1978-03-31)
Illustrator.
R. De Coninck erfde zijn tekentalent van zijn moeder Alice Verdonck. Als leerling aan de Albertschool in Oostende blonk hij ook al uit in tekenen. Nadat zijn vader hem verboden had naar de academie in Gent te gaan, beoefende hij verschillende beroepen (seizoenarbeid, in het hotelwezen, ...) In 1932 ging hij bij zijn zus Elza in Antwerpen wonen en richtte daar een atelier in. In 1942 volgde hij lessen bij de Bruycker aan de Antwerpse Academie. In 1946 werd hij leraar in de etsklas aan de KASK. Hij stond bekend om zijn individualisme, zijn ludieke aard,zijn aparte filosofie en zijn onuitputtelijke verbeeldingskracht, die in zijn werk telkens tot uiting komt en alles heeft om een ruimer publiek te boeien.
Gezelle, Guido (° Brugge, 1830-05-01 - ✝ 1899-11-27)
Priester-dichter en leraar.
Oom van Caesar Gezelle en Stijn Streuvels. Priester-dichter en leraar die met zijn nationaal-religieus geïnspireerde lessen, gedichten en journalistieke publicaties grote invloed uitoefende op de katholieke Vlaamse studentenbeweging. Gezelle werkte achtereenvolgens in Roeselare (Klein Seminarie), Brugge, Kortrijk en opnieuw Brugge. Hij maakte vlug naam als Vlaams literair auteur met zijn Kerkhofblommen (1858), en was ook zeer actief als taalgeleerde, volkskundige, pamflettist, polemist, en stichter-stimulator en uitgever van tijdschriften als Rond den Heerd, Loquela en Biekorf. Gezelle was een taalparticularist, wat tot uiting kwam in zijn bijdragen aan deze tijdschriften. Hij liet tevens een bundel Laatste Verzen na die in 1901 postuum uitgegeven zou worden.
Kollár, Kàlmàn (koloman) (???)
Uitgever.
Dr. Koloman Kollàr was de Hongaarse tweede echtgenoot van Maria-Theresia Veen, de dochter van L.J. Veen, die de gelijknamige Amsterdamse uitgeversmaatschappij oprichtte. Kollàr was zelf een uitgever en zijn langdurige buitenlandse ervaring beïnvloedde het fonds en gaf de uitgeverij een meer internationaal karakter, want op zijn advies werden er niet alleen werken van o.a. Rüssel, Jacques Pirenne en Rostovtzeff opgenomen, maar ook romans van belangrijke Hongaarse auteurs (Marai, Harsányi e.a.).
Lannoo, Joris (° Tielt, 1891-02-20 - ✝ Tielt, 1971-12-08)
Directeur van drukkerij-uitgeverij Lannoo te Tielt.
Joris Lannoo begon zijn humaniorastudie aan het Tieltse college, maar moest die in 1909 noodgedwongen stopzetten. Op 1 juni 1909 nam hij samen met zijn broer Rafaël een kleine Tieltse drukkerij, drukkerij Horta, over. Na de Eerste Wereldoorlog, waarin hij als officier aan het front van de Yzer streed, bevond de uitgeverij zich in verval, maar door grote inspanningen werkte Lannoo zich opnieuw op. In 1929 vestigde hij zich in de Kasteelstraat, waar hij een groot bedrijf oprichtte en leidde tot in de jaren '60, toen een ziekte hem geleidelijk het werk uit handen nam en zijn zonen hem opvolgden. Hij gaf veel Vlaamse werken uit van o.a. Stijn Streuvels, Guido Gezelle, Emiel van Hemeldonck, ... Verder was hij ook nog stichtend lid van de Vereniging ter Bevordering van het Vlaamse Boekwezen en van de Vlaamse Uitgeversbond. Hij legde contacten met Nederlandse uitgevers als de R.K. Boekcentrale, Van Langenhuysen en Veen, met wie hij jaren samenwerkte. Het bedrijf omvat thans drie afdelingen: drukkerij, grafiek en uitgeverij.
Lateur, Frank (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)
Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.