<Hit 1497 of 2531

>

Den Weledelen Heer FRANK LATEUR
INGOYGHEM.

Waarde Heer Lateur,
Uw briefje van 24 dezer.[1]
De Jaegher zal ik aanspreken voor "Doodendans" en Hendrickx voor "Open Lucht".[2]
Ik vind het wel jammer dat het met Gorus misgeloopen is; zijn schets voor "Zonder Dak" vond ik magistraal. Ik acht hem een van de grootste artisten onder de illustrators.[3] Acket, de Gouy, Van Coppenolle zijn zeer knappe technici in hun vak, maar zeker minder diepvoelende kunstenaars. Nu, Mijnheer Gorus is boos, daar treuren wij nu niet verder om.
U zal er wel rekening moeten mee houden dat ongeveer voor alle Vlaamsche kunstenaars-illustrators het personage hoofdzaak is en het milieu slechts een dienende rol speelt. Het is dan ook vanzelfsprekend dat voor hen in een boek het personage in de meeste gevallen het eenig inspireerend element is.[4]
Severin die voor ons een uiterst fijne en subtiele illustratie gemaakt heeft, die uitstekend past bij den tekst van "Laethemsche Brieven",[5] heeft in principe aangenomen uwe groote Genoveva te illustreeren, maar hij vraagt minstens een jaar tijd.[6] Wij moeten er ook rekening mee houden dat, hoe grooter artisten wij aanspreken voor de illustratie, hoe sterker ook hunne persoonlijkheid is, en hoe sterker hunne persoonlijkheid ook zal uitkomen in de manier waarop zij uw werk interpreteeren. Een beginneling of een derderangs kunstenaar kunt U gemakkelijker voorschrijven hoe hij het precies moet doen en niet mag doen, maar dat gaat niet zoo gemakkelijk met een gevormd kunstenaar.
Henri Van Straten is zeker wel de sterkste houtsnijder in Vlaanderen. Wat moeten wij daar nu mee doen. Bij zijn twintig teekeningen zijn er naar mijn smaak ook een tiental bij die wij in geen geval kunnen gebruiken, maar ik dacht dat er wel acht of tien platen uit te kiezen waren waarvan elkeen zou zeggen dat het knap illustratief werk is.[7]
Ik ben met U akkoord dat het beter zou zijn de vier plaquettes de Boomen, Morgenstond, S[in]t Jan en Glorierijke Licht, afzonderlijk uit te geven.[8] U hadt U deze boekjes toch ook gedacht als genummerde uitgaven in een beperkte oplage in gelijkaardige bibliofiele uitvoering. De luxe uitgave van "Leven en Dood in den Ast" zou daar natuurlijk buiten vallen. Ik heb voor deze uitgaven een paar riem geschept oud Hollandsch Van Gelder ter beschikking,[9] maar niet genoeg voor de volledige oplage van deze vijf titels volledig op geschept papier te drukken. Wij zouden dus ofwel van "Leven en Dood in den Ast" ofwel van de vier plaquettes een halve bibliofiele uitgave moeten maken (demi [2]luxe) dus het grootste gedeelte van de oplage van een van beide op een mooi velijn b[ijvoorbeeld] het papier dat M[ijnhee]r Lannoo gebruikt voor de luxe-uitgave van de Lijsternestreeks[10] en het andere gedeelte op geschept papier.[11]
Als wij zulke uitgaven willen brengen moeten wij ze zien goed te maken in alle opzichten. Ik zou er dan ook prijs op stellen hierover met U en met den heer Lannoo nog eens rustig te kunnen praten te Gent B[ijvoorbeeld] binnen veertien dagen of drie weken, want ik zou hiermede willen wachten tot ik U iets kan toonen van de twee luxe-uitgaven welke wij op het oogenblik ter perse hebben.[12] Niet dat wij deze moeten copieeren, maar het is een meer concreete basis voor eventueele besprekingen.
Ik schrijf U hierover dus verder binnen enkele weken na afgesproken te hebben met den heer Lannoo.[13]
Inmiddels met hartelijke groeten en
oprechte hoogachting,
Uw
(handtekening Maurits De Meyer)

Annotations

[1] Cf. brief van Streuvels aan De Meyer van 24 januari 1943.
[2] Cf. suggestie van Streuvels in zijn brief van 24 januari 1943. Geen van beide heeft die opdracht effectief ook uitgevoerd: illustraties werden verzorgd door respectievelijk René De Coninck (Doodendans) en H. Van Coppenolle (Openlucht).
[3] Jaak Gorus' taak bestond erin Openlucht (met o.a. Zonder dak, p. 5-32) van een tekening te voorzien. Door Streuvels' kritiek weigerde Gorus zijn opdracht verder uit te voeren. Cf. brief van Joris Lannoo aan Stijn Streuvels van 25 januari 1943.
[4] De bijdrage van illustraties moest volgens Streuvels beperkt blijven tot het weergeven van de stemming van het verhaal. Een illustrator mag zijn fantasie aan de lezer niet opdringen en een illustratie mag geen weergave zijn van de in de tekst voorkomende handelingen van de personages, maar veeleer de weergave van een landschap, zoals het in het verhaal beschreven wordt. Daarbij kunnen eventueel wel handelende figuren als detail in het landschap voorkomen. 'Opvatting van boekenillustratie voor de "Lijsternestreeks"', Letterenhuis, S 935/D
[5] Laethemsche Brieven over de Lente, van Karel Van de Woestijne.
Karel Van de Woestijne verbleef in 1901, het jaar waarin hij Laethemsche Brieven schreef, in het landelijke Leiedorpje Sint-Martens-Latem bij Gent om er wegens zijn wankele gezondheid van de rust te genieten. Het leven in het dorpje inspireerde hem bij het schrijven van dit symbolisch-autobiografische werkje. Het is een impressionistische beschrijving in dagboekvorm van het leven op het platteland en hoe hij zo herstelt van zijn ziekte. Elektronische NEVB
Laethemsche Brieven bevat talrijke, heel fijn getekende illustraties, die een momentopname uit de tekst weergeven.
[6] Genoveva van Brabant, Streuvels' herschepping van het volksverhaal over de legendarische vrouw die haar huwelijkstrouw zwaar moest beproeven, is niet verschenen in de Lijsternestreeks. R. Roemans en H. Van Assche, Bibliografie van Stijn Streuvels, p. 40-41, p. 78
Severin illustreerde geen enkel werk van Streuvels in de Lijsternestreeks.
[7] Illustraties van Henri Van Straten. In De Meyers brief van 23 oktober 1943 is er sprake van nieuwe illustraties voor Werkmenschen, dit keer van Jules Van Ael.
[8] Cf. Streuvels' voorstel in zijn brief aan De Meyer van 24 januari 1943.
[9] Een riem papier bevat 500 vel papier, vroeger waarschijnlijk ongeveer de dagproductie van een papiermaker die handgeschept papier maakte. GWP, deel 19, p. 589
[10] Alle luxe-exemplaren in de Lijsternestreeks werden op zwaar Munster Velumpapier gedrukt. R. Roemans en H. Van Assche, Bibliografie van Stijn Streuvels
[11] Zowel voor de vier plaquetten als voor Het leven en de dood in den ast werd hetzelfde papier voor een even grote oplage gebruikt. Voor 100 exemplaren genummerd van 1 tot 100 en door den schrijver eigenhandig onderteekend werd geschept Hollandsch papier Van Gelder en zonen en voor 400 exemplaren genummerd van 101 tot 500 werd Munster Velumpapier gebruikt. Uit het colofon
[12] Mogelijk gaat het hier om de luxe-exemplaren van Stille avonden (verschenen in maart 1943) en van Openlucht (verschenen in mei 1943).
[13] Op 5 februari 1943 brengt Joris Lannoo Streuvels ervan op de hoogte dat hij met het voorstel van De Meyer instemt om over een veertiental dagen samen te komen. Maar op 12 februari 1943 laat hij weten dat hij de datum van de afspraak te Gent nog niet kent. De bijeenkomst vond uiteindelijk pas op 11 maart plaats. Cf. Streuvels' brief aan De Meyer van 4 maart 1943..

Register

Name - person

Acket, Désiré Antoine (° Antwerpen, 1905-05-04 - ✝ 1987-07-29)

Xylograaf, tekenaar, grafisch kunstenaar.

Désiré Acket, de echtgenoot van Nelly de Gouy, kreeg zijn opleiding aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten (KASK) en aan het Hoger Instituut voor Schone Kunsten te Antwerpen. Hij verwierf faam als houtgraveur en publicitair tekenaar en verzorgde tal van boekillustraties en ex-libris. Hij was o.a. lid van de Gravure originale Belge, van de Nederlandse Ex-libris Kring, van de Antwerpse Ex-libris Kring en van Bianca e Nero Ex-libris Associazione Italiana.

De Gouy, Nelly (° Antwerpen, 1910-03-16 - ✝ Antwerpen, 1980-09-27)

Tekenares en illustratrice.

Nelly De Gouy studeerde aan de KASK en aan het Hoger Instituut voor Schone Kunsten. Zij werkte er in het atelier van E. Pellens. Jules de Bruycker leerde haar de technieken aan van de sterk-water-plaat. Hoewel ze in Antwerpen woonde, koesterde zij een grote bewondering voor de Franse cultuur, want naast een typisch vrouwelijke tederheid in de uitingsvorm van haar werk, lag ook iets van de Franse elegantie in. Ze tekende en graveerde tal van illustraties, o.a. voor Kerstvertellingen van Marie Gevers, voor werken van Stijn Streuvels en van Jan Vercammen. Zij verluchtte de Grand Meaulnes van Alain-Fournier, Plaisir et les Jeux van Duhamel en Les mémoires de Casanova. Ze beoefende eveneens de kleurhoutgravure.

De Jaegher, Luc (° Borgerhout, 1912-11-20 - ✝ Brugge, 1987-06-24)

illustrator, graveur en schilder.

De Jaegher kreeg zijn opleiding aan het NHISK te Antwerpen. Hij was er leerling aan het schildersatelier van Isidoor Opsomer, hij ging bij Louis Peeters voor het etsen en bij Edward Pellens voor de houtgravure. In 1970 werd hij als graveur onderscheiden met de grote prijs van Rome, een prijs die meestal voor schilderkunst werd toegekend. Tijdens WO II vestigde hij zich te Brugge. Hij werd er leraar, later ook directeur, van de SASK te Brugge. De helft van zijn creaties zijn boekillustraties en ongeveer een vierde ex-libris, bijna alle in de houtgravure-techniek uitgevoerd. De kunstenaar werkte vooral voor Vlaamse uitgeverijen uit Antwerpen en Brugge en illustreerde publicaties van de gekendste Vlaamse auteurs uit het midden van onze eeuw. Zijn grafisch werk is meestal verhalend, technisch knap, het streeft geen gezochte effecten na en het is uitgevoerd in een zuivere lijnwerking en met een picturaal karakter.

Gorus, Jaak (° Dendermonde, 1901-11-21 - ✝ Antwerpen, 1981-01-23)

Schilder, graficus.

Gorus studeerde achtereenvolgens aan de Koninklijke Academie te Gent (bij J. Delvin), te Antwerpen en aan de schilder- en graveerklas van het Antwerpse Hoger rijksinstituut (bij I. Opsomer). In 1946 werd hij leraar aan de Academie te Antwerpen (tot 1968). Hij was lid van de Koninklijke Academie van België en stelde verschilllende albums over het Antwerpse volksleven samen. Hij illustreerde tal van boeken.

Hendrickx, Jos (° Borgerhout, 1906-03-13 - ✝ Antwerpen, 1971-11-16)

Vlaams kunstschilder, tekenaar, aquarellist, graficus en glasschilder.

J. Hendrickx startte zijn artistieke opleiding in 1922 aan de KASK te Antwerpen en behaalde er onderscheidingen voor schilderen en grafiek. In 1925 ging hij in de leer aan het Nationaal Hoger Instituut te Antwerpen. Hij leerde er de houtsnijkunst bij E. Pellens, het figuurschilderen bij I. Opsomer. Hij verzorgde gelegenheidsgrafiek en maakte tekeningen van figuren en landschappen (bomen). Zijn christelijk geloof dreef hem ook tot de religieuze kunst. Dat uitte zich in de glazenierskunst. Hij maakte glasramen o.a. voor de Sint-Jozefskerk te Antwerpen.

Lannoo, Joris (° Tielt, 1891-02-20 - ✝ Tielt, 1971-12-08)

Directeur van drukkerij-uitgeverij Lannoo te Tielt.

Joris Lannoo begon zijn humaniorastudie aan het Tieltse college, maar moest die in 1909 noodgedwongen stopzetten. Op 1 juni 1909 nam hij samen met zijn broer Rafaël een kleine Tieltse drukkerij, drukkerij Horta, over. Na de Eerste Wereldoorlog, waarin hij als officier aan het front van de Yzer streed, bevond de uitgeverij zich in verval, maar door grote inspanningen werkte Lannoo zich opnieuw op. In 1929 vestigde hij zich in de Kasteelstraat, waar hij een groot bedrijf oprichtte en leidde tot in de jaren '60, toen een ziekte hem geleidelijk het werk uit handen nam en zijn zonen hem opvolgden. Hij gaf veel Vlaamse werken uit van o.a. Stijn Streuvels, Guido Gezelle, Emiel van Hemeldonck, ... Verder was hij ook nog stichtend lid van de Vereniging ter Bevordering van het Vlaamse Boekwezen en van de Vlaamse Uitgeversbond. Hij legde contacten met Nederlandse uitgevers als de R.K. Boekcentrale, Van Langenhuysen en Veen, met wie hij jaren samenwerkte. Het bedrijf omvat thans drie afdelingen: drukkerij, grafiek en uitgeverij.

Lateur, Frank (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)

Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.

Severin, Mark (° Brussel, 1906-01-05 - ✝ Brussel, 1987-09-10)

Grafisch kunstenaar, schilder en graveur.

Van zijn ouders kreeg Severin de liefde voor de schone letteren mee. Reeds van in zijn kindertijd was zijn voorliefde voor tekenen duidelijk herkenbaar. Ook zijn universitaire studies (kunstgeschiedenis en archeologie) beletten hem niet deze kunstvorm te beoefenen. Zijn eerste opdrachten bestonden erin illustraties voor tijdschriften te verzorgen (o.a. Wandelaar - Sur L' Eau, Gent). Toen Severin zich in 1931 in Londen ging vestigen, begon zijn carrière als affiche-ontwerper. Hij werd er ook artistiek directeur van de firma C.R. Casson. Met de inval van de Duitsers in België (1940) keerde hij noodgedwongen terug naar zijn geboorteland. Vanaf dan legde hij zich toe op de houtgravure. In 1948 werd Severin professor in de graveerkunst aan het Hoger Instituut voor Schone Kunsten te Antwerpen.

Van Coppenolle, Martha (° 1912 - ✝ 2004)

Vlaamse grafische kunstenares die erg productief was als illustratrice en vormgeefster voor allerhande boeken.

Van Straten, Henri (° Antwerpen, 1892-10-05 - ✝ Antwerpen, 1944-09)

Houtsnijder, lithograaf en kunstschilder.

Als leerling van Edward Pellens (houtgravure) aan het Nationaal Hoger Instituut voor Schone Kunsten te Antwerpen en van J.J. Aerts aan de Rijksacademie van Amsterdam leerde Henri Van Straten het vak van houtsnijder en lithograaf. In 1914 werd hij gemobiliseerd en als krijgsgevangene geïnterneerd in Nederland. Kort na de wapenstilstand keerde hij naar België terug, waar hij zijn eerste album, L'Après-midi d'un Faune realiseerde. Door deze uitgave kwam Van Straten in contact met de groep jongeren van 'Lumière', waarvan hij kort nadien deel ging uitmaken en waarin hij een zeer grote rol heeft gespeeld (o.a. in het marionettentheater van de groep). Van Stratens eerste houtgravures waren modernistisch. Aanvankelijk werden ze beïnvloed door expressionistische en kubistische tendensen en onderging hij enige invloed van Masereel, maar al spoedig ontwikkelde hij zijn eigen thema's (havenwereld, onderdrukten, nudisten etc.). Van Straten illustreerde o.a. De Gulsigheydt van Willem Ogier (1921), Het Gesprek in Tractoria van F. Toussaint van Boelaere (1923) - beiden bij De Sikkel uitgegeven; De Pastoor van den Bloeyenden Wyngaert van Felix Timmermans en Bei uns in Deutschland van Ernest Claes. Vanaf de jaren 1937-1938 legde Van Straten zich toe op de lithografie. Hij kwam jammerlijk om bij de bevrijding van Antwerpen. Officieel is zelfs de juiste datum van zijn overlijden niet bekend.

Title - works by Streuvels

Streuvels, Stijn, Doodendans (1901). [bundel]
Derde [= vierde] druk, Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1946], 222 + [II] p., 21 x 15,7 cm. Lijsternestreeks, nr. IV.
Streuvels, Stijn, Doodendans (1901).
Druk
Streuvels, Stijn, Doodendans (1901).
Reeks
  • Streuvels, Stijn, Lijsternestreeks
Streuvels, Stijn, Openlucht (1905). [bundel]
Vierde druk, Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1943], 165 + [III] p., 21 x 15,7 cm, De Lijsternestreeks, nr. IX.
Streuvels, Stijn, Openlucht (1905).
Druk
Streuvels, Stijn, Openlucht (1905).
Reeks
  • Streuvels, Stijn, Lijsternestreeks
Streuvels, Stijn, Zonder dak (1905). [verhaal]
Streuvels, Stijn, Zonder dak (1905).
Voorpublicatie
  • De Beweging, I, 1905, dl 1, p. 192-206 (februari).
Streuvels, Stijn, Zonder dak (1905).
Bundel
  • Streuvels, Stijn, Openlucht (1905).
Streuvels, Stijn, Genoveva van Brabant (1919). [bewerking]
Streuvels, Stijn, Genoveva van Brabant (1919).
Voorpublicatie
  • Eerste hoofdstuk - Vlaamsche Arbeid, XIV-XV, 1919-1920, p. 8-12 (november 1919).
  • [De ontmoeting van Genoveva en Siegfried] - De Gids, LXXXIII, 1919, dl. 2, p. 257-277 (mei) = Boek I, hoofdstuk XVI.
  • Genoveva's bruidloop - Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift, XXX, 1920, dl. 59, p. 321-328 (mei) = Boek II, p. 1-15.
  • Genoveva op de Hooge Semmer - De Gids, LXXXIV, 1920, dl. 2, p. 226-241 (mei) = Boek II, p. 15-33.
Druk
  • [Eerste druk], Eerste deel, Amsterdam, L.J. Veen, [1919], [VIII] + 261 + [III] p., 21,7 x 17,4 cm; Tweede deel, Amsterdam, L.J. Veen, [1920], [IV] + 216 p., 21,7 x 17,4 cm.
  • [Tweede druk], in: Stijn Streuvels' Volledige Werken. Deel VIII., Kortrijk, 't Leieschip, [1952], 536 + [IV] p.
Streuvels, Stijn, De boomen (1919). [verhaal]
[Tweede druk], Tielt, J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1944], 27 + [V] p., 24,8 x 17,7 cm.
Streuvels, Stijn, De boomen (1919).
Voorpublicatie
  • De Nieuwe Gids, XXIV, 1909, dl. 2, p. 101-114.
Druk
  • [Eerste druk], Amsterdam, Uitgave L.J. Veen, [1919], 32 p., 22,5 x 16,5 cm.
  • [Tweede druk], Tielt, J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1944], 27 + [V] p., 24,8 x 17,7 cm.
Streuvels, Stijn, Morgenstond (1912). [verhaal]
[Derde druk], Tielt, J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1944], 25 + [VII] p., 24,7 x 17,8 cm.
Streuvels, Stijn, Morgenstond (1912).
Voorpublicatie
  • Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift, XXI, 1911, dl. 41, p. 44-50 (januari).
Druk
  • [Eerste druk], Amsterdam, L.J. Veen, 1912, [II] + 32 + [II] p., 21,2 x 16 cm.
  • Tweede druk, Amsterdam, Uitgave L.J. Veen, [1919], 32 p., 22,8 x 16,5 cm.
  • [Derde druk], Tielt, J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1944], 25 + [VII] p., 24,7 x 17,8 cm.
  • [Vierde druk], in: Stijn Streuvels' Volledige Werken. Deel VII., Kortrijk, 't Leieschip, [1953], p. 159-178.
  • [Vijfde druk], in: Volledig werk. Deel II. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1972], p. 1125-1141.
Streuvels, Stijn, Sint-Jan (1919). [verhaal]
[Tweede druk], Tielt, J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1944], 29 + [III] p., 24,8 x 17,8 cm.
Streuvels, Stijn, Sint-Jan (1919).
Voorpublicatie
  • Tweemaandelijksch Tijdschrift, VII, 1901, dl. 2, p. 292-307.
Druk
  • [Eerste druk], Amsterdam, Uitgave L.J. Veen, [1919], 32 p., 22,5 x 16,5 cm.
  • [Tweede druk], Tielt, J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard-Boekhandel, [1944], 29 + [III] p., 24,8 x 17,8 cm.
Streuvels, Stijn, Het glorierijke licht, In blijde herinnering aan den heerlijksten aller zomers die ooit over de wereld praalde, den zomer van het jaar O.H. negentien honderd en elf. (1912). [verhaal]
[Vierde druk], Tielt, J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1944], 27 + [V] p., 24,7 x 17,8 cm.
Streuvels, Stijn, Het glorierijke licht, In blijde herinnering aan den heerlijksten aller zomers die ooit over de wereld praalde, den zomer van het jaar O.H. negentien honderd en elf. (1912).
Voorpublicatie
  • De Nieuwe Gids, XXVII, 1912, dl. 1, p. 48-60.
Druk
  • [Eerste druk], Amsterdam, L.J. Veen, MIMXII [= 1912], [II] + 30 + [IV] p., 21,8 x 16,5 cm.
  • Tweede druk, Amsterdam, L.J. Veen, [1919], 32 p., 22,6 x 16,4 cm.
  • [Derde druk], in: Stijn Streuvels, Proza., Mechelen, Het Kompas N.V., 1934, p. 153-179.
  • [Vierde druk], Tielt, J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1944], 27 + [V] p., 24,7 x 17,8 cm.
  • [Vijfde druk], in: Stijn Streuvels' Volledige Werken. Deel IV., Kortrijk, 't Leieschip, [1951], p. 355-374.
  • [Zesde druk], in: Het uitzicht der dingen. Het glorierijke licht. Vierde druk, Hasselt, Uitgeverij Heideland, [1962], p. 161-182.
  • [Zevende druk], in: Volledig werk. Deel II. Brugge-Utrecht: Uitgeverij Orion, N.V. Desclée De Brouwer, [1972], p. 1107-1124.
Streuvels, Stijn, Het leven en de dood in den ast (1944). [novelle]
[Eerst druk], Tielt, J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard, [1944], 101 + [VII] p., 24,7 x 17,8 cm.
Streuvels, Stijn, Het leven en de dood in den ast (1944).
Voorpublicatie
  • Groot Nederland, XXIV, 1926, dl 2, p. 113-138, 246-273.
Druk
  • [Eerst druk], Tielt, J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard, [1944], 101 + [VII] p., 24,7 x 17,8 cm.
  • [Tweede afzonderlijke druk], Tielt, Drukkerij-Uitgeverij Lannoo, 1954, 61 + [III] p., 17,3 x 11 cm. Humanitas-Boekje nr. 12.
  • [Derde afzonderlijke druk], Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1964], 69 + [III] p., 19,5 x 13,1 cm. Met hulpboekje, los toegevoegd, 15 + [I] p., Kleine Cultuur-Bibliotheek.
  • [Vierde afzonderlijke druk], Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1966], 69 + [III] p., 19,5 x 13,1 cm. Met hulpboekje, los toegevoegd. Kleine Cultuur-Bibliotheek.
  • [Vijfde afzonderlijke druk], Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1967], 69 + [III] p., 19,5 x 13,1 cm. Met hulpboekje, los toegevoegd. Kleine Cultuur-Bibliotheek.
  • [Zesde afzonderlijke druk], Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1968], 69 + [III] p., 19,5 x 13 cm. Met hulpboekje, los toegevoegd. Kleine Cultuur-Bibliotheek.
  • [Zevende afzonderlijke druk], Brugge-Utrecht, Desclée De Brouwer, [1969], 69 + [III] p., 19,5 x 13 cm. Met hulpboekje, los toegevoegd. Kleine Cultuur-Bibliotheek.
Streuvels, Stijn, Lijsternestreeks [reeks]
Streuvels, Stijn, Lijsternestreeks
Deel
  • Doodendans, Derde [= vierde] druk, Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1946], 222 + [II] p., 21 x 15,7 cm. Lijsternestreeks, nr. IV.
  • Openlucht, Vierde druk, Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1943], 165 + [III] p., 21 x 15,7 cm, De Lijsternestreeks, nr. IX.
  • Stille avonden, Vierde druk, Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1943], 176 + IV] p., 21 x 15,7 cm. De Lijsternestreeks, nr. X.
Streuvels, Stijn, Werkmenschen (1926). [bundel]
Streuvels, Stijn, Werkmenschen (1926).
Druk
Streuvels, Stijn, Stille avonden (1905). [bundel]
Vierde druk, Tielt, Drukkerij-Uitgeverij J. Lannoo; Antwerpen, N.V. Standaard Boekhandel, [1943], 176 + IV] p., 21 x 15,7 cm. De Lijsternestreeks, nr. X.
Streuvels, Stijn, Stille avonden (1905).
Druk
Streuvels, Stijn, Stille avonden (1905).
Reeks
  • Streuvels, Stijn, Lijsternestreeks