<Resultaat 2037 van 2531

>

Den Weled[elen] Heer Frank Lateur
"Het Lijsternest"
INGOYGHEM

AFDELILNG: Directie ONZE REF.: M[aurits ]D[e ]M[eyer]/E[lvire ]V[an Gerven]

Waarde Heer Lateur,
Naar mijn mening ware het best dat gijzelf verder met Splichal[1] zoudt onderhandelen en hun b[ijvoorbeeld] zoudt voorstellen 5 % honoraar te betalen of wat Uzelf billijk acht.[2]
Splichal te Turnhout dat is deftig volk. De zaak is meer dan 100 jaar oud. De zoon Splichal is directeur van het Vlaams Sint-Lievens-College hier te Antwerpen. Ik meen wel dat zij voor een minnelijke regeling zullen te vinden zijn. Moest het onverwacht niet het geval zijn dan kan de SABAM nog tussenkomen.
Wij als Gezelle-uitgevers wensen geen aanspraak te maken op vergoeding, maar zijn eventueel wel bereid op te komen voor de rechten der erven Gezelle, in geval U er de voorkeur aan geeft dat wij optreden in plaats van Sabam.[3]
Met hartelijke groeten,
Hoogachtend,
N[aamloze Vennootschap] STANDAARD BOEKHANDEL
(handtekening Maurits De Meyer)
BESTUURDER
N[ota Bene] Prof[essor] Baur heeft reeds meer dan 400 bladzijden in proef ontvangen van de dundrukeditie.[4]

Annotations

[1] De Turnhoutse firma Splichal werd in 1856 opgericht en was gespecialiseerd in missaals en gebedenboeken.
[2] De firma Splichal had Gezelle's Naam- en Jaardagboek op de markt gebracht, zonder hiervoor de erfgenamen van Gezelle aan te spreken en ondanks het feit dat er nog steeds auteursrechten rustten op het werk van Guido Gezelle. Tussen Streuvels' briefwisseling met de firma Splichal vonden we een kladhandschriftje waarin Streuvels schreef: Van hier en daar verneem ik dat de uitgevers-haaien gereed zitten om op het werk van Gezelle te vallen, zoo gauw het vrijkomt. Maar... ze wachten toch. De firma Splichal heeft er niet meê gewacht. Dat een uitgevers-firma zoo weinig op de hoogte is van wetten op auteursrechten is geen verschoon. Als Gij bij de Standaard-Boekhandel op inlichtingen geweest waart, zou u daar vernomen hebben dat men er, samen met de firma L.J. Veen uit Amsterdam, aan een nieuwe volledige uitgaaf begonnen is in 4 deelen. Wel een bewijs dat er van vervallen rechten nog lang geen kwestie is. Zulke grappen ondervinden we 't meest met paters en nonnen die... zoogezegd van niets weten, drukken en uitgeven, en daarnâ verschooning vragen! In alle mogelijke boekjes en tijdschriften vindt U uittreksels van Gezelle's gedichten, en Gij schijnt niet te weten dat er voor elke overname van om 't even welk gedicht afzonderlijk vergunning aangevraagd wordt en moet verleend worden,— dat het te betalen honoraar voor elke overname van teksten geregeld wordt over SABAM (Maatschappij v[oo]r auteursrechten)[.] Om U achteraf toelating te geven Uwe uitgaaf verder te exploiteeren is niet zoo eenvoudig: de uitgevers van Gezelle's werk zijn er mede gerechtigd in de loopende uitgaaf. Ik moet hen het geval voorleggen; misschien zullen zij het over SABAM laten regelen. Vooreerst zou mij moeten medegedeeld worden aan welke oplaag Uw " Naam & Jaardagboek" getrokken werd. Dat de verkoopprijs van Uw boekje reeds kenbaar gemaakt werd, doet hier niets ter zaak, en we kunnen ons daar niets van aantrekken. Dat het een gebonden boekje geldt, met bandprijs... evenmin en wààr of bij wie het geleverd werd, en dat het onder naam van boek of agenda in den handel komt,— het blijft eene inbreuk op de auteursrechten — zooveel te meer dat het als "agenda" rechtstreeks concurrentie doet aan de "Motto-Album" door de firma Veen uitgegeven, van voor een 20-tal jaren reeds, en heelemaal in denzelfden vorm van Uw Naam en Jaardagboek. Ik wacht nu op het advies der mede-eigenaars van het auteurs-recht En voor mij persoonlijk wordt U hiermede medegedeeld dat ik mij, uit princieps-kwestie ten stelligste zal verzetten tegen alle verdere herdruk of nieuwe uitgaaf van bedoelde: Gezelle's Naam en Jaardagboek. Brief in Letterenhuis, S 935/B2/Splichal
[3] Tussen Streuvels' briefwisseling met de firma Splichal vonden we nog een tweede kladhandschriftje waarin Streuvels schreef: Door de Erven G. Gezelle en de mede-eigenaars van de auteursrechten — nl. de huidige uitgevers van Gezelle's werk, werd mij opdracht gegeven UE. de voorwaarden mede te deelen, als eisch voor schadeloosstelling van de onwettige uitgaaf van "Gezelle's Naam- & Jaardagboek" door de firma Splichal uitgegeven en te koop gesteld.
  • 1) Een honorar. van 5% op den handelsprijs der gezamenlijke oplaag van 1000 Ex. ineens uit te betalen
  • 2) Tien gebonden pres.Expl. gratis te leveren
  • 3) Het stellige verbod buiten de nu voorhanden oplaag van 1000 Expl. — die oplaag nog op te voeren, of er nieuwe te ondernemen — zoolang het werk van Gezelle niet in publiek domein is gekomen — d.i. in 1960
Moest er inbreuk kunnen vastgesteld worden tegen deze laatste voorwaarde, dan zullen de Erven Gezelle gebruik maken van hun recht en het geval laten beslechten door de Maatschappij SABAM, die om te beginnen, beslag zal doen leggen op alle voorhanden gevonden expl. met eisch op verdere schadevergoeding. Indien Uwe firma het verkieselijk acht deze gestelde condities niet in te vullen — staat het U vrij het geval aan SABAM voor te leggen om door tusschenkomst van die Maatschappij een minnelijke overeenkomst voor te stellen.
Op 28 juli 1949 schreef Streuvels nog aan Splichal: Indien U begonnen waart met judiciaire raad in te winnen zoudt U vernomen hebben dat in kwestie auteursrechten de oorlogsjaren niet meetellen. Uw schoone verwachtingen moet ik helaas teleurstellen en ik beschouw het voor mij persoonlijk als een beleediging dat U veronderstelt dat het ons... om het profijt te doen is... en het voor de erven Gezelle een "voordeelige zaak" — "zeer voordeelige! —" beweert U. Het is ons om de princiepskwestie te doen, mijnheer, om de verdediging van het auteursrecht, waar, gelijk ik U reeds zegde: de haaien gereedzitten om er op te springen. Gij hebt in deze zaak geen voorwaarden te stellen - wij wèl. Indien U er niet mede accoord gaat, kunt U altijd vrij het geval door SABAM gra laten afhandelen — ik vraag niet beter. Verder heb ik tijd noch lust om daar brieven over te schrijven. Brief in Letterenhuis, S 935/B2/Splichal
[4]
  • Guido Gezelle, Guido Gezelle's Dichtwerken. Tekstbezorging, inleiding en lexicon door Frank Baur. Derde herziene druk. Antwerpen-Brussel-Gent-Leuven, Standaard Boekhandel, 1949. Inhoud:
    • Deel 1: Dichtoefeningen; Kerkhofblommen; Gedichten, Gezangen en Gebeden; Liederen, Eerdichten en Reliqua; The Song of Hiawatha.
    • Deel 2: Tijdkrans; Rijmsnoer, Laatste Verzen; Verklarend Glossarium; Alphabetisch Register.
    Het gaat om twee delen met enkele illustraties. Jubileum Catalogus van de N.V. Standaard-Boekhandel 1924-1949, 1949
  • Guido Gezelle, Guido Gezelle's Dichtwerken. Antwerpen, Standaard Boekhandel; Amsterdam, L.J. Veen 1950. Inhoud:
    • Deel 3: Gelegenheidspoëzie. Derde herziene druk.
    • Deel 4: Proza uit het jaar 30; Politieke Verzen; Jeugdverzen; Vertalingen en een verklarend glossarium. Eerste druk.

Register

Naam - persoon

Baur, Frank (° Vilvoorde, - ✝ Waasmunster, 1969-01-09)

Vlaams literair historicus en hoogleraar te Gent (Rijksuniversiteit).

Al aan het Oostendse atheneum ontpopte Baur zich als flamingant, wat hij heel zijn leven zou blijven. Ook toen al bleek zijn grote interesse voor literatuur. Hij las veel en begon ook zelf te schrijven (o.a. Nieuwe Krachten, 1904). Hij ondertekende zijn literaire werken met het anagram Aran Burfs. In 1911 begon Baur Germaanse Filologie aan de Leuvense universiteit. Zijn studies werden onderbroken door de oorlog, in 1919 zette hij ze verder. Hij promoveerde en ging in 1927 aan de Gentse universiteit werken. Aan de Gentse faculteit der wijsbegeerte en letteren werd hij belast met de verklaring van moderne Nederlandse auteurs en de encyclopedie van de Germaanse taalwetenschap.

Hij leidde het standaardwerk Geschiedenis van de letterkunde der Nederlanden (7 delen, 1939-1952), waarvoor hij een goed gedocumenteerde inleiding schreef: De literatuur, haar historiographie en methodes. Maar hij maakte vooral naam met zijn edities van en studies over Guido Gezelle, van wiens werk hij de meest vooraanstaande kenner was. Verder was Baur ook senator en hoofdredacteur van de Katholieke Encyclopedie.

Gezelle, Guido (° Brugge, 1830-05-01 - ✝ 1899-11-27)

Priester-dichter en leraar.

Oom van Caesar Gezelle en Stijn Streuvels. Priester-dichter en leraar die met zijn nationaal-religieus geïnspireerde lessen, gedichten en journalistieke publicaties grote invloed uitoefende op de katholieke Vlaamse studentenbeweging. Gezelle werkte achtereenvolgens in Roeselare (Klein Seminarie), Brugge, Kortrijk en opnieuw Brugge. Hij maakte vlug naam als Vlaams literair auteur met zijn Kerkhofblommen (1858), en was ook zeer actief als taalgeleerde, volkskundige, pamflettist, polemist, en stichter-stimulator en uitgever van tijdschriften als Rond den Heerd, Loquela en Biekorf. Gezelle was een taalparticularist, wat tot uiting kwam in zijn bijdragen aan deze tijdschriften. Hij liet tevens een bundel Laatste Verzen na die in 1901 postuum uitgegeven zou worden.

Gezelle, Guido (° 1830 - ✝ 1899)

Priester-dichter, West-Vlaamse taalparticularist. De groep rond Van Nu en Straks bewonderde hem als dichter en heeft bijgedragen tot de grote interesse die er tot vandaag nog voor zijn werk bestaat.

Gezelle, Guido (° 1830 - ✝ 1899)

Priester, dichter, taalkundige en journalist. Zijn zus Louise Gezelle (1834 1909 was de moeder van Stijn Streuvels, die bijgevolg een neef was van Guido Gezelle.

Lateur, Frank (° Heule, 1871-10-03 - ✝ Ingooigem, 1969-08-15)

Geboren als Frank Lateur en bakker van opleiding, maar onder zijn pseudoniem Stijn Streuvels als prozaschrijver bekend geworden in tijdschriften als Van Nu en Straks, Vlaanderen, De Gids en De Nieuwe Gids. De vlaschaard (1907) en De teleurgang van den waterhoek (1927) zijn twee van zijn bekendste romans.

Splichal

De Turnhoutse firma Splichal werd in 1856 opgericht en was gespecialiseerd in missaals en gebedenboeken.

Naam - instituut/vereniging

SABAM

De 'Société des Auteurs belges / Belgische Auteurs Maatschappij' (SABAM) is een te Brussel gevestigde samenwerkende vennootschap, in 1922 door E. Hullebroeck gesticht als Nationale Vereniging voor Auteursrecht (NAVEA). De vereniging kreeg haar huidige benaming in 1945. Zij heeft als taak het innen en verdelen van de auteursrechten betreffende literaire, muziek- en muziekdramatische werken en de mechanische reproductie daarvan, alsmede van de auteursrechten betreffende tot de beeldende kunst behorende werken.