STYN·STREUVELS
Ingoyghem le 29 Avril, '37
Cher D[octeu]r Spemann,
J' ai commencé la révison de la traduction, et je n' ai vraiment pas le courage de perdre mon temps, après la première page: tellement je trouve la traduction lâche et incorrecte, je n' y reconnais pas le style ni le sens de l' original.[2]
Faites-en ce qui bon Vous semble - je laisse la responsabilité à l' éditeur! En tout cas je Vous conseille de soumettre la traduction à un de Vos traducteurs et de demander leur avis. Je compte bien faire de Vous communiquer la lettre d' Erkelenz; je ne vois pas de raison pour y répondre: tout ce que je demande de ce monsieur, c' est qu'il me laisse en paix. J' ai autre chose à faire!
Avec mes Salutations Cordiales
(handtekening Stijn Streuvels)
V[er]gl[eich] Briefw[echsel mit] Verlag Schwann (De Hoyer
Nov[ember] 1949
Nov[ember] 1949
Annotations
[1]
Over de Erkelenz-vertaling van Kerstmis in Niemandsland zelf, waarvan Erkelenz op 24 april 1937 het manuscript naar Streuvels stuurde, was Streuvels allerminst te spreken. Maar ook Erkelenz wist dat eine Reihe Unstimmigkeiten und Ungenauigkeiten de vertaling ontsierden en daß die deutsche Fassung noch der Feile bedürfte. De vertaling wemelde van de fouten, schreef Streuvels op 29 april 1937 aan Spemann.
Ook Erkelenz wist heel goed dat zijn vertaalproeven, en in het bijzonder die van Kerstmis in Niemandsland in gebreke bleven. Op 24 april 1937 schreef Erkelenz nogal verontschuldigend aan Streuvels: Immerhin gebe ich Ihnen die volle Freiheit, wenn Ihnen meine Uebersetzung als Grundlage der deutschen Fassung nicht genügt oder Sie die Erzählung gern ganz veröffentlicht sehen möchten, noch einen anderen Uebersetzer zu wählen. Brief in Letterenhuis, S 935/B2
En Spemann zou dit 'voorstel' ook maar al te graag letterlijk nemen. Op 3 mei 1937 schreef Spemann een harde brief aan Erkelenz, schrapte de Erkelenzvertaling en zou in de plaats Anna Valeton-Hoos, de Duitse echtgenote van de Nederlandse hoogleraar Mineralogie-Petrografie Josua Valeton, aanspreken. Anna Valeton vertaalde o.m. Pallieter van Felix Timmermans en verzorgde voor Adolf Spemann de vertaling van De vlaschaard. Streuvels reageerde bondig maar instemmend op deze 'plotse' wending in zijn brief van 10 mei 1937. H. Speliers, Als een oude Germaanse eik
[2]
Kerstmis in Niemandsland (Amsterdam, L.J. Veen, 1926) biedt het relaas van boer Verhelst, die na de oorlog, na het werk, naar huis terugkeert. Waar ooit werd geploegd, daar is nu een met bommentrechters bezaaid terrein; waar ooit de hoeve stond, zijn nu enkel nog muurresten. Voor zijn vrouw en kinderen richt Verhelst in een oude betonnen schuilplaats zijn 'Rattenschloß' in en gaat hij ondanks alles dapper naar het werk in de fabriek. Als zijn zoontje in de kerstmis een kerstliedje zingt, klaart voor Verhelst de donkere buitenwereld weer op en herwint hij de geborgenheid op zijn eigen stukje grond.