STYN·STREUVELS
Ingoyghem 28 März, '41
Sehr geehrter Herr D[okto]r Spemann,
Ihr Besuch war für uns alle eine grosse Freude, und durch Ihren freundlichen Brief welchen ich heute erhielt
[1] freute es uns auch sehr zu vernehmen dass es Ihnen bei uns gut gefallen ist, Ihre Reise weiter gut verlaufen ist und Sie schliesslich gesund wieder zu Hause sind.
Ihre Begegnung mit Dina in Gent mag wohl einen wunderbaren Zufall heissen und wird für Sie beide eine unmögliche Überraschung gewesen sein... "Zu unwahrscheinlich um wahr zu sein!" lautet der Titel eines Englischen Romanes.
Dina erzählte uns schon ausführlich weiter darüber.
Ich betrachte es keinesfalls ein "Unding" dass mein Buch bei einem Provinz-Verlag erscheint.
[2] Ich konnte das Buch genauso in Amsterdam oder Brüssel erscheinen lassen, aber ich ziehe es vor meinen Verleger in der Nähe zu haben, mit dem ich persönlich umgehen kann, und dieser Provinzverleger kann von Kortrijk
[aus] sehr gut Amsterdam und Brüssel bearbeiten. Jetzt habe ich erfahren dasz der Verkauf selbst besser geht als bei einem grossen Verleger.
Mit der Übersetzung durch
[Fräulein ]D[oktor] Hechtle bin ich natürlich einverstanden wenn die Übersetzung aber gut versorgt ist.
[3]
Hierbei finden Sie ein
Ex[em]pl[ar] des Vertrags mit Unterschrift und Datum, Eingeschrieben zurück.
[4]
Es freut mich ebenfalls zu hören dass "
Heule" für Deutschland in Anmerkung kommen kann. Der Titel des Buches kann aber geändert werden nach Ihrem Gutdünken. Über die Illustration sprechen wir später.
[5]
Ich hoffe nur dasz ich das Buch weiter ruhig vollenden kann.
Nochmals vielen herzlichen Dank für Ihren Besuch und die prachtvollen lederen Bände welche wieder auf dem alten Platz prangen zu grosser Freude des Besitzers!
[6]
Mit freundlichsten Grüsse
(handtekening Stijn Streuvels)
2 Anlagen: 1 Vertrag
2 Foto' s
Annotations
!!!"Zu unwahrscheinlich um wahr zu sein!" lautet der Titel eines Englischen Romanes: uncredible - true: KOHU opzoeken???!!!
[2]
Streuvels bedoelt hier uitgeverij
Zonnewende te Kortrijk, waar
De maanden werd uitgegeven.
[3]
Spemann was op zoek naar een vertaler voor
De maanden. Op
21 mei 1941 geeft Spemann de vertaalopdracht aan Hechtle omdat Valeton niet vrij was. Op
2 maart 1942 blijkt dat Hechtle pas in de loop van de maand maart klaar zal zijn met haar vertaling. Op
6 augustus 1942 schrijft Spemann dat hij sterk teleurgesteld is in Hechtle en
De maanden aan Valeton zal geven. Dit wordt bevestigd in een brief van
13 augustus 1942; Hechtle is verontwaardigd. Op
1 september 1942 blijkt dat Valeton
De vlaschaard moet vertalen, zodat de vertaling van
De maanden uiteindelijk in handen komt van Werner Ackermann. Op
28 september 1943 schrijft Spemann dat Ackermann en Jacobs ongetwijfeld de beste Streuvelsvertalers zijn. Pas op
31 mei 1944 worden de correctiekaternen naar Streuvels gestuurd. Vanaf augustus 1944 is er een volledige black-out tussen Stuttgart en Ingooigem.
H. Speliers, Als een oude Germaanse eik
Van De maanden verschijnt pas in 1945 voor het eerst een Duitse vertaling: Die zwölf Monde.
[4]
Op
20 maart 1941 stuurde Spemann een contract voor de Duitse vertaling van
De maanden aan het adres van Streuvels met de vraag één exemplaar ondertekend terug te sturen.
[5]
Heule verscheen in 1942 bij Zonnewende te Kortrijk met een oude kaart van Heule en 20 foto's.
In Ingoyghem II getuigde Streuvels over dit autobiografische geschrift: 1939 - Eindelijk het voornemen om te beginnen aan de gedenkschriften, die zouden verdeeld zijn over drie boeken - de drie levensperioden afgelopen op drie dorpen: Heule, Avelghem en Ingoyghem. Een terugblik over 't hele leven, vanaf de eerste kinderjaren. En in 1940: Nu kan ik rustig doorwerken aan het boek De Maanden en aan Heule. Ah! jeunesse - l' homme ne la possède qu' un temps et le reste du temps la rappelle (Gide). Ik voel er mij tegenover als een derde persoon. Ingoyghem II, p. 180-181 en p. 195.
In zijn brief aan Streuvels van
18 juni 1941 zal Spemann opnieuw voorstellen om een mooie uitgave te maken naar aanleiding van Streuvels' 70ste verjaardag. Spemann was op het idee gekomen een kleine Streuvels-anthologie te maken, die men het 'Streuvels-Buch' zou kunnen noemen. Deze uitgave zou een opstel van Friedrich Griese over Streuvels bevatten, 2 hoofdstukken uit Spemanns vertaling van
Heule, 'Leseproben' uit verschillende bij Engelhorn Verlag verschenen werken van Streuvels en een volledige Streuvels-bibliografie.
[6]
Op 10 mei 1940 brak de Tweede Wereldoorlog uit. Reeds op 20 mei werd het Lijsternest voor het eerst door granaten getroffen.
L. Schepens, Kroniek van Stijn Streuvels, p. 108 De ravage was aanzienlijk:
Al vaders boeken lagen den grond op, schreef Dina Lateur aan Kitty de Josselin de Jong,
z'n 800 Leicafilmen waren ontrold en rondgestrooid. Stapels foto's lagen in de bruine suiker, met jam eronder vermengd. 'n Groote pot opgelegde boter had men in de hall aan stukken geslagen en daarin had men al het naaigerief gesleurd, tafellakens, enz. enz. Al het gesteriliseerd fruit en groenten had men in 't gras uitgegoten, gebroken eieren in de schoenen en over dat alles wijn en wijnflessen en tomatenpuree, enz.enz. Verder heel veel boeken, huisraad en kleederen gestolen, tot zelfs al onze matrassen.' Brief van Dina Lateur aan Kitty de Josselin de Jong d.d. 20 augustus 1940 uit de collectie van en geciteerd door Gé Vaartjes. Zie: Gé Vaartjes, U hebt mij den weg gewezen. Brieven van Herman de Man aan Stijn Streuvels, p. 117
Op 22 september 1940 had Streuvels een brief geschreven aan Karl Jacobs met de volgende mededelingen: '
Sedert 8 dagen is ons boeltje weer net in orde gekomen en alle boeken één voor één van Kriegsschmutz gereinigd. Nu eerst heb ik kunnen een inventaris opmaken van 't geen er ontbreekt en verdwenen is - daarbij kon ik zonderlinge vaststellingen maken. [...] Zonderling genoeg zijn er uit de kast waar ik mijne duitsche Beleg-exemplare opgeborgen hield, heele stellen verdwenen, van Liebesspiel heb ik er ettelijke overgehouden, doch de meeste liefhebberij is gegaan naar Die Große Brücke, naar Die Männer am feurigen Ofen en Das Heisse Leben; [...] Naar die drie werken is nu bzl. veel navraag - met de inkwartiering op het dorp is mijne bibliotheek een soort Leih-bibl. geworden, en nu ontbreken juist de drie voornaamste boeken. Ik vernam dat het voor 't oogenblik verboden is brieven te verzenden of te correspondeeren met het buitenland, anders zou ik gevraagd hebben aan Dr. Spemann of het niet mogelijk was één, of zoo mogelijk meerdere expl. te zenden van Die große Brücke, Die Männer am feurigen Ofen en Das heiße Leben.. De rest komt later wel in orde. Nu kom ik met het verzoek bij U om te vragen of Gij misschien deze mijne vraag aan Dr. Spemann zoudt willen overmaken? [...]' In zijn brief aan Spemann van
4 oktober 1940 haalt Streuvels nog eens dezelfde zaken aan als in zijn brief aan Jacobs.
Op
2 oktober 1940 reageerde Spemann met het aanbod om desnoods boeken uit zijn privé-bibliotheek aan Streuvels te schenken om diens collectie weer aan te vullen. Hij stuurde toen al vier exemplaren van zowel
Die große Brücke,
Das heiße Leben en
Die Männer am feurigen Ofen.