- 1. bij het afleveren der kopij;
- 2. 1. November (bij 't verschijnen);
- 3. 1. Januari 1925;
- 4. Na vaststelling van verkoop der eerste 1500 ex[em]pl[aren] in België.[4]
< | Resultaat 237 van 2531 | > |
---|
Saverys, Albert (° Deinze, 1886-05-12 - ✝ Petegem-aan-de-Leie, 1964-04-29)
Kunstschilder en aquarellist, vriend van Stijn Streuvels.
Albert Saverys, die vaak in Frankrijk werkte, volgde een opleiding aan de Academie te Gent, o.m. bij J. Delvin en G. Minne. Werkte mee in de drukkerij-uitgeverij De Eikelaar, was daarvoor reeds lange tijd medewerker van de Kortrijkse Kunstwerkstede Gebroeders De Coene. Hij werd professor aan het Nationaal Hoger Instituut voor Schone Kunsten te Antwerpen. Zijn vroege werk is pointillistisch, maar hij ging al snel over op een persoonlijke stijl, die gekenmerkt wordt door een vlotte schilderwijze en een eigen koloriet, d.w.z. het effect van de gezamenlijke kleuren van het kunstwerk. Saverys' oeuvre omvat zowel landschappen (voornamelijk van de Leiestreek), stillevens als bloemstukken en straalt een oppervlakkige levensblijheid uit en bereikt door de innemendheid van de onderwerpen en de trefzekere penseelvoering decoratieve effecten.
Teirlinck, Herman (° Sint-Jans-Molenbeek, 1879-02-24 - ✝ Beersel, 1967-02-04)
Pseudoniemen: Hermelijn, Janette en Jan Overheide Nyhuis, Jan en Janette Nyhuis Overheide.
Vlaams dichter, prozaschrijver en toneelman.
Groeide op als zoon van de taal- en letterkundige Isidoor Teirlinck in een vrijzinnig-intellectueel milieu. Herman Teirlinck was beambte bij het stadsbestuur te Brussel (1902-1906), correspondent van Het Handelsblad (Amsterdam) (1906-1911), directeur van een meubelfabriek (1912-1926), leraar aan de 'Academie voor Schone Kunsten' te Antwerpen (1925-1938), leraar (vanaf 1928) aan en directeur (1938-1951) van de 'Nationale Hogere School voor Bouw- en Sierkunsten' te Brussel. In 1946 stichtte hij de studio van het 'Nationaal Toneel' van België (sinds 1967: 'Hoger Instituut voor Dramatische Kunst - Studio H. Teirlinck'). Hij was privaat-raadsheer inzake kunst en wetenschap van koning Albert I (1933) en Leopold III (1934-1951). Verschillende universiteiten verleenden hem eredoctoraten. Teirlinck werkte sinds 1898 mee aan Van Nu en Straks. Na een verzenbundel publiceerde hij fijnzinnige dorpsverhalen en impressionistische schetsen (Zon, 1906) die een zeer eigen toon aansloegen. Daarna volgden toneelwerk en romans in een veelheid van stijlen en stromingen (dilettantisme, expressionisme, vitalisme). In zijn werk zijn duidelijk drie hoogtepunten te onderkennen, gescheiden door telkens een kleine tien jaar zwijgen: eerst het jeugdwerk tot zijn dertigste jaar, met als hoogtepunt Mijnheer J.B. Serjanszoon, orator didacticus (1908); dan de jaren twintig met velerlei expressionistische toneelexperimenten; ten slotte vanaf 1940 het vitale ouderdomsproza, waaronder zijn meesterwerk Het gevecht met de engel (1952).
Teirlinck, Herman (° 1879 - ✝ 1967)
Auteur van romans, poëzie en theater. Heeft zowel aan Van Nu en Straks, Vlaanderen als aan het Nieuw Vlaams Tijdschrift meegewerkt, waardoor hij als het ware een halve eeuw de literatuur en de geest van de Van Nu en Straks'ers heeft voortgezet. Samen met Van de Woestijne publiceerde hij in 1928 de brievenroman De leemen torens.