Ingoyghem den 15 Aug[ustus] '28
Aan den Heer Joris Lannoouitgever te Thielt.
Waarde,
Dat is natuurlijk eene vergissing met die 200 fr[anc]s à 10 fr[anc]s voor 15 deelen = 150 fr[anc]s handelsprijs.[1] Zoo even verneem ik dat de twee deelen Vlaschaard in de serie der gebondene ex[em]pl[aren] nu ook totaal is uitverkocht; de serie ingenaaid zoowel als de serie gebonden bestaat nu nog slechts uit 15 deelen (Vlaschaard valt er buiten.)
Ik ben nog niet precies ingelicht over het juiste aantal van den voorraad; zoo gauw ik op de hoogte ben, zal ik U dit mededeelen en een specialen prijs maken voor de ingenaaide ex[em]pl[aren] ineens genomen.
't Geen Gij te Gent bij Artes hebt zien liggen,[2] was eene opruiming van enkele onvolledige stellen, welke Verhelst wilde aan den man brengen om geld te maken! Ze waren dan ook in een enkele week verkocht — in elk geval kwamen ze niet van mij, noch door mijne tusschenkomst van den uitgever — het was een oude voorraad.
Hoogachtend
(paraaf Stijn Streuvels)
Annotations
[1]
Streuvels verbetert hier wat hij op 12 augustus schreef en waar Lannoo hem op 14 augustus attent op maakte: 15 delen aan 10 fr. per deel brengt het totaal op 150 fr. en niet op 200 fr.
[2]
Cf. brief van Joris Lannoo aan Stijn Streuvels van 14 augustus 1928.